Foto: Ahmed Abu Hameeda, Wikimedia Commons / CC0 1.0

Israël-Palestina: wat Colombia ons leert

Waarom lig ik wakker van het nieuws uit Palestina en Israël? Waarom roept de gruwel die zich voor onze ogen afspeelt, herinneringen op aan de militaire dictaturen in Latijns-Amerika? Waarom is het standpunt van Colombia m.b.t. Palestina en Israël zo belangrijk? Waarom schrijf ik nu? Omdat we later niet zouden zeggen: “We wisten het niet”.

dinsdag 24 oktober 2023 10:56
Spread the love

 

De schizofrene waanzin van de ‘humanitaire pauze’

Eindelijk, was mijn eerste reactie toen ik zaterdagochtend wakker werd. Ik ben stilaan de wanhoop nabij. ’s Nachts kan ik moeilijk slapen. Mijn vrienden in Palestina durf ik amper nog te schrijven. De plaatsvervangende schaamte is te groot, de lafheid van onze politieke leiders ondraaglijk, het gebrek aan intellectuele moed van onze reporters te pijnlijk, de duimpjes en hartjes op sociale media te vrijblijvend.

Eindelijk, dacht ik dus, het tij lijkt het te keren. Eindelijk klonk António Guterres, algemeen secretaris van de VN – de hoogste politieke instantie in de wereld – toch iets kordater. Hij noemde de bombardementen van Israël op Gaza “meedogenloos”. Hij riep op tot een onmiddellijk staakt-het-vuren én een definitieve en duurzame oplossing, met name een Palestijnse staat naast Israël.

Dat was niet min voor een diplomaat. Hij waagde zich veel verder dan een oproep voor humanitaire hulp. Op het moment van zijn oproep zinderde het veto van de VS tegen een ‘humanitaire pauze’ in de VN Veiligheidsraad van enkele dagen voordien nog na.

VN-secretaris-generaal António Guterres. UN Photo

Het voorstel van resolutie in de Veiligheidsraad was er gekomen op initiatief van Brazilië, dat zich noodgedwongen had moeten beperken tot het humanitaire. Een amendement van Rusland voor een onmiddellijk staak-het-vuren was immers eerder al gesneuveld. Maar beter iets dan niets, gezien de hoogdringendheid van de situatie.

Twaalf landen stemden voor; Rusland en het Verenigd Koninkrijk onthielden zich. De VS stemden als enige tegen en gebruikten hun vetorecht. Reden van het veto: het voorstel zweeg over het recht van Israël op zelfverdediging, een veroordeling van Hamas was onvoldoende.

Maar volgens Reuters was er nog meer aan de hand: de VS wilde zelf de touwtjes in handen houden. Biden was al onderweg naar het Midden-Oosten.

Reden van het veto in de VN: de VS wilde zelf de touwtjes in handen houden

Eén dag na het veto van de VS, op donderdag 19 oktober, raakte het Europees Parlement het wel eens over zo’n ‘humanitaire pauze’ en nog wel met een overweldigende meerderheid. Vijfhonderd parlementsleden hadden voorgestemd. Bij zo’n score vielen de 21 tegenstemmen en de 24 onthoudingen in het niets.

Alle buzzwords stonden erin. Een oproep van de groene fractie voor een onmiddellijk staakt-het-vuren had het in Europa ook niet gehaald. Toen ik de krantentitel las, keerde mijn maag: “Europees Parlement vraagt pauze in gevechten voor hulp aan burgers”. De notie van een ‘humanitaire pauze’ drong toen pas helemaal tot mij door.

Een humanitaire pauze is niet meer of minder dan een oproep om eventjes te stoppen met bombarderen, zodat de poort open kan voor voedsel, water en medicijnen. Daarna gaat die poort weer onverbiddelijk dicht en geeft de wereld de 2,2 miljoen Gazanen weer rustig over aan de gruwel van de Apocalyps.

Auschwitz, Gaza en Colombia

Een ‘humanitaire pauze’ roept bij mij herinneringen op aan de talloze getuigenissen over folteringen in de geheime kerkers van de Latijns-Amerikaanse dictaturen in de jaren ’70-’80 van vorige eeuw. Toen was er ook een arts beschikbaar die de folteraars adviseerde om op tijd en stond een pauze in te lassen. De gevangene kon dan even op adem of ging nog net niet dood, maar kon nergens heen.

Nadien kregen de beulen weer vrij spel en mochten zij verdergaan met slaan, schoppen, water boarding, elektrische schokken en alle mogelijke en onmogelijke variaties van menselijke wreedheid. Niet zelden waren de beulen in de leer gegaan bij gevluchte nazi’s en Israëlische militairen.

Vorige week richtte de Colombiaanse president Gustavo Petro zich tot de publieke opinie in Colombia met een officiële mededeling: “Colombia steunt geen genocide.” Hij maakte de vergelijking met Auschwitz en drukte de wens uit dat ooit de dag zal komen dat Israël en het Israëlisch leger om vergiffenis vragen voor de genocide die zij in Colombia hebben aangericht.

Op die dag “zal ik hen in mijn armen sluiten, en wenen om de gruwel van Auschwitz en van Gaza, en om de Auschwitz van Colombia”.

Gustavo Petro Urrego, president van Colombia. Foto: Cristian Garavito Cruz, regering van Colombia.

Hij noemde Yair Klein en Rafael Eitan, twee veteranen van het Israëlische leger, wier namen nog altijd in het Colombiaanse geheugen staan gegrift. Yair Klein was luitenant-kolonel, Rafael Eitan stafchef. De twee staan bekend om hun rol bij de uitbouw van het staatsterrorisme in Colombia.

Klein ondersteunde de paramilitaire groepen van de “Autodefensas Unidas de Colombia” (AUC) met opleidingen en het faciliteren van wapenleveringen. Eitan was adviseur van de Colombiaanse president Virgilio Barco Vargas (1986-1990) en de man achter “de rode balletten” (“el baile rojo”).

De twee veteranen van het Israëlische leger staan bekend om hun rol bij de uitbouw van het staatsterrorisme in Colombia

Die balletten hadden maar één doel voor ogen: het uitschakelen van de Unión Patriótica (UP), een brede linkse partij die in 1985 werd opgericht naar aanleiding van de vredesakkoorden met de FARC-guerrilla.

Tussen 1984 en 2002 werden meer dan 4.000 UP-militanten – waaronder presidentskandidaten, parlementairen en burgemeesters – vermoord of als vermist opgegeven. Zo’n 2.000 anderen werden moesten vluchten of onderduiken. Folteringen waren niet uit de lucht.

Colombia maakte zijn faam als kampioen mensenrechtenschendingen volledig waar. Een “politieke genocide” noemde de Colombiaanse justitie het. Voor de presidentsverkiezingen van 2002 kon de UP geen kandidaten meer voordragen. De partij was volledig uitgeroeid en had opgehouden te bestaan.

Eric Sotta, voormalig algemeen secretaris van de Wereldorganisatie tegen Foltering (1995-2010) wees op het wel heel bijzondere karakter van deze gebeurtenissen. “We weten dat dictaturen politieke partijen verbieden of politieke leiders verbannen of vermoorden,” verklaarde hij, “en dat in democratische systemen die dingen ook wel eens gebeuren, maar een bloedbad van die grootorde en zo systematisch heb ik zelden gezien.” Toen ook stond de wereld erbij en keek ernaar.

Die schandvlek heeft de presidenten Uribe (2002-2010), Santos (2010-2018) en Duque (2018-2022) evenwel nooit belet om de banden met Israël verder aan te halen, zowel commercieel als militair.

Israël is voor Colombia de belangrijkste wapenleverancier en heeft dankzij de decennialange militaire samenwerking, een haast onuitwisbare stempel gedrukt op het Colombiaanse veiligheidsapparaat. Dat werd door president Duque nog massaal ingezet tijdens de straatprotesten van 2021 die uitmondden in een nationale staking. Balans: 89 doden, 1.929 gewonden en 343 daden van agressie tegen mensenrechtenactivisten die het politiegeweld aanklaagden.

Colombia niet langer geïnteresseerd in het vuile werk

In de voorbije decennia werd Colombia wel eens ‘het Israël van Latijns-Amerika’ genoemd. Colombia was voor de VS in Latijns-Amerika wat wat Israël was – en nog altijd is – in het Midden-Oosten: een trouwe bondgenoot die het vuile werk doet.

Voor wat Colombia betreft, gebruik ik bewust de verleden tijd. Petro zet alles op alles opdat er een kentering komt in de relatie met de VS, Israël en de wereld. Hij heeft de Colombianen de “totale vrede” beloofd. “Aan het volk van Israël vraag ik dat het ons helpt om de vrede te bewerkstelligen in Colombia en in Palestina en in de wereld,” benadrukte hij.

In de voorbije decennia werd Colombia wel eens ‘het Israël van Latijns-Amerika’ genoemd: een trouwe bondgenoot die het vuile werk doet

De houding van Petro ten aanzien van Israël getuigt van uitzonderlijke politieke moed waarbij hij bewust tegen de Westerse mainstream ingaat. Enkele dagen nadat hij de puntjes op de i had gezet, nodigde Petro de ambassadeurs van Israël en Palestina uit en drong hij er bij hun op aan om mee te werken aan een internationale vredesconferentie.

Hij kondigde ook aan dat Colombia een ambassade in Palestina zal openen, niet in Jeruzalem zoals Israël zou willen, maar in Ramallah. Hiermee lost hij een oude belofte in van voormalig president Santos, Nobelprijswinnaar voor de Vrede.

Juan Manuel Santos. Foto: Chatham House, Flickr / CC BY 2.0

In mei 2022 publiceerde Santos een opiniestuk in de krant El País naar aanleiding van het uitbreken van de oorlog in Oekraïne. ‘Don’t forget Palestine’, luidde de titel, ‘Vergeet Palestina niet’. Als ‘vriend van Israël’, zoals hij zichzelf noemt, schreef hij:

“Ik steun het bestaansrecht van Israël en het recht van Israël om zich te verdedigen ten volle. Israël werd al ettelijke keren aangevallen en dat moet stoppen. Maar deze aanvallen zijn geen rechtvaardiging voor het regeringssysteem van discriminatie en onderdrukking en de wijdverspreide schendingen van de rechten van de mens waarvan de Palestijnen onder de bezetting elke dag het slachtoffer zijn.

De de facto annexatie van de Westelijke Jordaanoever en Oost-Jeruzalem, door de ongecontroleerde uitbreiding van illegale Joodse nederzettingen, is een duidelijke indicatie van de bedoeling van Israël om een stateloos Palestijns volk permanent te overheersen.”

“Een duurzame vrede is alleen mogelijk via een politieke oplossing gebaseerd op gelijke rechten, rechtvaardigheid en inclusie”

Hij had geleerd uit de vredesonderhandelingen met de FARC in Colombia: “Een duurzame vrede is alleen mogelijk via een politieke oplossing gebaseerd op gelijke rechten, rechtvaardigheid en inclusie”. Het gaat wel degelijk om diezelfde Santos die in 2006 minister van defensie was en zelf de hulp van de Israëlische Generaal-Majoor, Yisrael Ziv en diens bedrijf Global CST (Global Comprehensive Security Transformation) had ingeroepen.

Terwijl ik dit alles schrijf, loopt het nieuws binnen dat de hulpkonvooien aan de grens met Egypte maar met mondjesmaat worden toegelaten en dat de grondoorlog voor elk moment kan zijn. Mijn opluchting zaterdagochtend was wellicht voorbarig.

Als het Westen zich niet snel herpakt en onze politieke leiders tegen beter weten in blijven weigeren om de regels van het internationaal recht op gelijke manier voor alle partijen afdwingbaar te maken, dan verliest het Westen niet alleen voor goed haar geloofwaardigheid, maar geeft ze ook een vrijgeleide aan eenieder die met de al dan niet stilzwijgende steun – en dus medeplichtigheid – van datzelfde Westen de internationale rechtsregels met de voeten treedt.

 

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!