Analyse -

Hoe N-VA en zionistische lobbygroepen elk protest tegen Israël in een slecht daglicht proberen te stellen

De voorbije dagen kende de wereld een uitbarsting van solidariteit met de Palestijnen. Van Casablanca tot Kaapstad en van Dhaka tot New York kwamen vele tienduizenden mensen op straat uit protest tegen het Israëlische geweld. In Londen zag de BBC een ‘rivier van betogers’. Volgens de organisatoren daagden 100.000 mensen op voor de protestactie. In Brussel trokken meer dan 6.000 mensen naar de Kunstberg.

maandag 17 mei 2021 01:07
Spread the love

 

Israël lijkt zich van dat protest weinig aan te trekken. De moordende bombardementen op Gaza gaan ongehinderd verder. In de dichtbevolkte ‘openluchtgevangenis’ Gaza vielen al 181 dodelijke slachtoffers, waaronder 47 kinderen. Agressor Israël kan ook rekenen op de onvoorwaardelijke (militaire en diplomatieke) steun van de VS en de EU.

Maar die steun in de VS wordt aangevreten door de aanzwellende kritiek binnen de Democratische fractie van het Congres. De voorbije jaren beten enkele pro-Israël-haviken in het zand toen ze voorverkiezingen verloren tegen opkomende, jonge politici die veel minder angst hadden om vrijuit kritiek te geven op Israël. Deze week traden ze op de voorgrond tijdens een ‘special order hour’ in het Huis van Afgevaardigden waar voor het eerst best wel stevige woorden vielen over het Israëlische geweld.

Die kritische stemmen zijn trouwens een uiting van een veranderende houding binnen de hele Amerikaanse bevolking. Bij de Democraten vindt 53 procent van de kiezers dat de VS de druk moeten opvoeren op Israël. In 2007 was dat nog maar 37 procent.

Imagoschade beperken

Solidariteits- en protestacties hebben een dubbel effect. Ze zetten de politieke steun voor Israël in de EU en de VS onder druk én ze tonen de Palestijnen dat ze er niet alleen voor staan. Voor Israël is er dan ook veel aan gelegen om de impact van die betogingen zoveel mogelijk te beperken.

Betogingen gewoon vermijden is de meest ideale situatie voor Israël. Dat lukte bijvoorbeeld in Frankrijk en Duitsland. In Parijs werd de betoging van zaterdag door minister van Binnenlandse Zaken Gérald Darmanin brutaal verboden. Woensdag werd Bertrand Heilbronn, één van de organisatoren van de betoging, zelfs opgepakt en vastgehouden toen hij en enkele anderen buitenkwamen van een gesprek met het ministerie van Buitenlandse Zaken.

Minister Darmanin verbiedt de betoging omdat er een ‘gevaar is van verstoring van de openbare orde’. Hij verwijst daarbij naar een betoging in 2014 (toen Gaza ook gebukt ging onder de Israëlische bombardementen) die uit de hand liep. Alleen was die betoging toen ook verboden en liep ze volgens veel waarnemers net uit de hand omdat ze verboden was. Een honderdtal betogers kwam zaterdag toch op straat in de Parijse wijk Barbès. Ze werden onthaald met waterkanon en traangas.

Ook in Berlijn werd een betoging door de politie uit elkaar geslagen. Daar gebruikten de ordediensten het coronavirusargument. De betoging zou ingaan tegen de geldende coronamaatregelen.

Valse berichten

In Brussel liet de politie deze keer de betogers ongemoeid. Er moest dus een andere manier gevonden worden om het protest te minimaliseren of de betogers te discrediteren. De betoging was nog bezig toen Joël Rubinfeld, voorzitter van de Ligue belge contre l’antisémitisme, op Twitter liet weten dat er in de buurt van de betoging antisemitische graffiti geplaatst werd. Hij liet die boodschap vergezellen van een foto waarop inderdaad te zien is dat iemand ‘Mort aux Juifs’ op een muur schreef. Alleen ging het om een foto van twee jaar geleden uit Parijs.

De voorzitter van de Ligue Belge contre l’Antisémitisme deelde een foto genomen in Parijs in 2019

Een andere poging had meer succes. De Israëlische ambassadeur in België tweette: “Schreeuwen van moordzuchtige haat tegen mijn land en mijn volk in de straten van Brussel”. Hij voegde er een filmpje bij waarop te zien is hoe enkele mensen roepen: “Khaybar Khaybar yā Yahūd, jaysh-i Muḥammad sawf-a ya‘ūd”.

Het bericht krijgt meteen tractie op Twitter wanneer het gedeeld wordt door N-VA’ers als Theo Francken en Darya Safai. Zij voegen er de expliciete oproep aan toe om betogingen voor Palestina te verbieden.

Een mooie en krachtige betoging – die trouwens mee georganiseerd werd door de Union des Progressistes Juifs de Belgique – werd daardoor in een slecht daglicht geplaatst. Dat er honderden zelfgemaakte bordjes waren met sterke slogans over de moedige strijd van de Palestijnen, het geweld van Israël en de manipulatie in de media kon zo uit beeld gehouden worden.

‘Sfeer van crisis’ rond pro-Palestijns activisme

De journalist James Kleinfeld ging enkele jaren geleden undercover in de Israëlische lobby en slaagde er onder meer in te werken als stagiair bij The Israel Project (TIP), een toenmalige lobbygroep in Washington. Die had volgens de eigen jaarrapporten als expliciet doel het ‘neutraliseren van ongewenste narratieven’. Kleinfeld maakte een geheime opname van de TIP-manager David Hazony die uitlegde hoe dat in zijn werk gaat. Hazony vertelt dat zijn organisatie via een pro-Israël echokamer een artificieel ‘sfeer van crisis’ rond pro-Palestijns activisme probeert te creëren. Dat kan bijvoorbeeld door elke pro-Palestijnse organisatie aan Hamas te linken of door elk protest tegen Israël af te doen als antisemitisme.

Dat is precies wat zaterdag gebeurde. Vele duizenden Belgen kwamen op straat om hun solidariteit te betuigen met de Palestijnen en een bepaalde lobby probeerde een ‘sfeer van crisis’ te creëren rond die betoging door het te linken aan antisemitisme.

Dat is ook wat gebeurde toen Ecolo-voorzitster Rajae Maouane een pro-Palestijnse boodschap deelde op Instagram. Bij een afbeelding van een Palestijn die een steen werpt is het lied Wein Al Malayeen te horen van de Libanese zangeres Julia Boutros. Dat lied werd geschreven na het bloedbad in Sabra en Shatila in 1982. Musicoloog David A. McDonald noemt dat in zijn boek My voice is my weapon één van de meest herkenbare Palestijnse protestliederen. Het lied betreurt het gebrek aan Arabische solidariteit. Het maakte deel uit van een kunststroming in de jaren 80 die de Palestijnen niet als slachtoffers afbeeldde, maar als een volk dat weigerde te buigen. Maar met enkele welgemikte tweets wordt dat dan een antisemitisch lied waarna een hele reeks persartikels volgt die dezelfde framing hanteren. Maouane wordt zo tot de orde geroepen en mag meteen als voorbeeld dienen voor wat er gebeurt als politici hun steun uiten aan de Palestijnen.

Ook Bart De Wever gebruikte die framing om alle sympathiebetuigingen voor Palestina verdacht te maken. In De Afspraak op Vrijdag zei hij: “De spanning spreekt veel moslimjongeren in Europa aan die sociaal-economisch niet echt een ladder zijn opgegaan en met een frustratie zitten.” En hij waarschuwde meteen voor aanvallen op de joden in zijn stad.

Net als zijn partijgenoten Safai en Francken probeert De Wever van een door en door politiek conflict dat gaat over kolonialisme en apartheid een religieuze kwestie te maken. Rond elke uiting van solidariteit voor de Palestijnen moet dus een ‘sfeer van crisis’ gecreëerd worden. The Israel Project mag dan al opgedoekt zijn, de methodes en strategie blijven dezelfde.

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!