Mensonwaardige omstandigheden
Twee weken geleden kaartte PVDA de situatie aan van de kwetsbare mensen die in oude sociale woningen van Lolanden wonen. Sociale huisvestingsmaatschappij Dijledal ging eerder dit jaar een overeenkomst aan met het bedrijf Camelot Europe om zo de leegstandstaks te omzeilen en de woningen een tijdelijke invulling te geven tot ze worden afgebroken. Maar de mensen wonen in zulke slechte omstandigheden, dat de woningen onbewoonbaar zijn verklaard.
En waar moeten ze nu heen? De stad beloofde gelukkig niemand hardhandig buiten te zetten, maar na het overleg dat wij met schepen van wonen en de bewoners hadden, kregen ze enkel de boodschap: ga op de private huurmarkt op zoek naar een alternatief. De Huurdersbond en het Woonanker zullen de mensen daarbij helpen, met veel goede wil en moeite, maar er zijn gewoonweg geen betaalbare en kwaliteitsvolle woningen op de private huurmarkt voor deze meer dan 50 kwetsbare mensen. Dat is de pijnlijke realiteit.
Dit weekend kopte De Standaard met gelijkaardige verhalen: kwetsbare mensen die door krapte op de woonmarkt genoodzaakt zijn in krotten te wonen. Ze vinden op de private huurmarkt geen betaalbare deftige woning en alles is beter dan op straat slapen. Zo leven deze mensen in mensonwaardige omstandigheden.
De wooncrisis aanpakken
De enige fundamentele oplossing voor dit probleem is veel meer sociale woningen voorzien. Dat is ook wat in het meest recente advies van de Vlaamse woonraad wordt gesteld. Zo worden kwetsbare mensen niet langer overgelaten aan de grillen van de woonmarkt. Wij rekenden twee jaar geleden uit dat het aan dit tempo 74 jaar duurt eer de wachtlijsten voor sociale woningen in Leuven zijn weggewerkt. Die bevinding ging over het vorige bestuur, maar fundamenteel is er jammer genoeg weinig veranderd.
Het stadsbestuur wil tegen 2025 618 nieuwe sociale woningen voorzien om zo te voldoen aan het bindend sociaal objectief. Maar er staan 5.000 mensen op een wachtlijst in Leuven. Die mensen leven nu in de koude, opeengepakt in erbarmelijke omstandigheden. Zij hebben niets aan de boodschap dat je geen sociale woningen kan toveren. Crisissituaties nopen crisisoplossingen, we hebben nu geen nood aan ‘plannen’, maar aan actie. Op korte en op lange termijn.
Op korte termijn kan het stadsbestuur verschillende zaken doen. Ten eerste moet er proactieve controle komen op huisjesmelkerij. Tijdens de gemeenteraadsverkiezingen werd dat standpunt vurig verdedigd door Groen-lijsttrekker David Dessers. Nu Groen een schepen van wonen heeft, zegt die echter ‘als er geen klacht wordt ingediend kunnen wij niets doen’. Waar zijn de krachtige woorden van Groen van voor 14/10? Welke middelen hebben ze daarvoor vrijgemaakt? Welk personeel voor meer inspecties? Om het met Dessers zijn woorden te zeggen: “De diensten die controles uitvoeren moeten versterkt worden, er moeten meer mensen en meer middelen naartoe gaan en je moet proactief die huisjesmelkers in kaart brengen.” Wel ja, doen.
Ten tweede moeten er noodoplossingen komen voor de mensen die nu in een onbewoonbaar verklaard pand wonen. De bewoners van Lolanden worden op 28/11 op straat gezet door Camelot Europe, dat kregen ze te horen via een mail. Na ons overleg bleek dat de stad geen sociale of noodwoningen zal aanbieden, maar de betrokkenen alleen kan helpen bij hun zoektocht op de reguliere woonmarkt. Dit zal niet volstaan.
Tijdens de gemeenteraad werd gesproken over de Scheutsite als mogelijke piste, die moet dan wel in orde worden gebracht. Tijdens het overleg verwierp Lies Corneillie (Groen), die piste volledig omdat in de plannen met de Scheutsite wonen niet werd opgenomen. Maar als er iets prioritair is in Leuven, dan is het betaalbaar wonen. We moeten in functie van die prioriteiten (durven) kijken. Verder zijn er andere sociale woningen die leegstaan. Zij zouden in beheer kunnen worden genomen door Samenlevingsopbouw in plaats van door een bedrijf als Camelot Europe, zo gebeurt het in West-Vlaanderen.
Ten derde staan er heel wat panden op de private huurmarkt leeg in Leuven. Op dit moment is er geen inventaris van de toestand van die gebouwen. Daar moet en kan snel werk van gemaakt worden. Via het sociaal beheersrecht is het immers mogelijk om langdurig leegstaande woningen in te vullen als sociale woningen. In Leuven zou het gaan over 450 woonentiteiten, dat is heel wat. Het stadsbestuur is van plan hiermee aan de slag te gaan, maar beperkt en traag. In november vindt een eerste overleg plaats en dan zouden er zo’n 20 woningen heringevuld kunnen worden. Deze crisissituatie verplicht ons om sneller te gaan.
Structurele oplossingen
Het sociaal beheersrecht is meteen een opstap naar de structurele oplossingen. We hebben nood aan veel meer sociale woningen in Leuven. Het stadsbestuur beseft dat onvoldoende en onderschat de grootte van de wooncrisis. 618 extra sociale woningen in 5 jaar tijd, voor een wachtlijst van 5.000 mensen, dat is echt too little, too late. Leuven heeft vandaag een wooncrisis, niet binnen 5 jaar. Men zou verdorie elke maand een nieuwe bouwwerf moeten openen, maar schepen van wonen Corneillie blijft spreken over “plannen”. Op dit moment moeten alle mogelijkheden worden aangegrepen, hoe klein die op het begin ook lijken.
Dat kan vooreerst gebeuren door meer zelf gronden en panden in handen te krijgen. Verschillende keren liet het stadsbestuur mogelijkheden schieten. Batiment A kochten ze niet aan omdat dat ‘binnen het RUP’ (Ruimtelijk Uitvoeringsplan) niet tot sociale woningen mocht worden omgevormd. Maar zo’n RUP is opgemaakt door het Leuvense stadsbestuur en kan door het huidige stadbestuur aangepast worden. Dat zagen we bij de plannen van de Bruulparking.
Ook daar was een RUP aan verbonden, maar door langdurig protest komt de Bruulparking er niet en zal bijgevolg ook het RUP moeten worden herzien. Woningen die huisjesmelker Appeltans verkoopt, worden niet aangekocht omdat ‘ze niet meteen tot kwalitatieve sociale woningen om te vormen zijn’. Maar waarom de woning niet nu aankopen om binnen x aantal jaar wél sociale woningen te voorzien. Elke woning die de stad nu in handen heeft, is een deel van de toekomstige oplossing.
Verder gaat het bijbouwen en herbouwen van sociale woningen te traag. De vervallen woningen in Lolanden zijn daar een voorbeeld van. Ze staan nu al een jaar leeg, maar als we navragen wanneer ze zullen worden platgegooid, komt een onduidelijk antwoord. Het gaat hier dus niet enkel over een tekort aan gronden, het gaat ook over plannen die te traag op gang komen.
Ten slotte oppert het bestuur vaak dat er onvoldoende middelen van Vlaanderen komen. Dat is absoluut een feit. En met de nieuwe Vlaamse regering wordt dat enkel erger. Maar in plaats van enkel die vaststelling te maken, en bij de pakken te blijven zitten, zou het bestuur ook kunnen beslissen dat voor Leuven sociale woningen wél een prioriteit zijn en zelf een duit in het zakje doen. Een rijke stad als Leuven, kan zich deze toestanden niet permitteren.
Een stad op mensenmaat, of een op centenmaat?
Leuven is een mooie stad, en ze wordt alsmaar mooier, met nieuwe parkjes, autovrije straten, mooie nieuwe flatgebouwen en een openluchtzwembad op komst. Het is natuurlijk aangenaam om in zo’n mooie stad te wonen, maar dat mag niet ten koste gaan van de bewoners.
Het succes sijpelt niet door naar alle burgers, het komt alleen de toplaag ten goede. Rijk wordt opnieuw rijker, arm wordt armer. Het beeld van de stad is proper, maar achter vele gevels schuilt bittere armoede. Een stadsbestuur moet zorgen dat alle stadsbewoners goed kunnen wonen, goed kunnen leven, zich goed kunnen verplaatsen en ontspannen. En daarom moet betaalbaar wonen de absolute prioriteit zijn in Leuven. Zo maken we van Leuven een stad op mensenmaat, en niet op centenmaat.
Line De Witte is gemeenteraadslid voor PVDA in Leuven.