Bron: Wikimedia Commons
Opinie, Europa, Economie, Politiek -

‘Ambitieus’ armoedeplan Macron blijkt lege doos

De Franse president Emmanuel Macron presenteerde twee weken terug een strijdplan om de armoede aan te pakken. Het plan werd aanvankelijk gelauwerd omwille van de ambitie die het uitspreekt: Macron wil de armoede ‘uitroeien’ en stelt hiervoor een budget van zo'n slordige 8 miljard euro (verspreid over 4 jaar) ter beschikking. Wanneer men echter de loep boven het plan houdt, ziet men dat het niets bevat waar armoede-organisaties al jaren om vragen. Een verhoging van de uitkeringen bijvoorbeeld.

maandag 24 september 2018 14:46
Spread the love

Geen charitatief plan

Macron benadrukt dat het plan niet de bedoeling heeft om ‘het leven in armoede dragelijker te maken’, maar om mensen uit de armoede te halen. Daarvoor wil hij onder andere in opvoeding en onderwijs investeren. De scholen spelen hierbij een belangrijke rol: voor hen moet het mogelijk zijn om ontbijt en 1 euro-maaltijden aan te bieden. Daarnaast wil hij ook de leerplicht verhogen van 16 tot 18 jaar en wil hij de toegang tot crèches en PMI’s (adviescentra voor zwangere vrouwen en gezinnen met jonge kinderen) vergemakkelijken. 

De meest opvallende maatregel die Macron voorstelde was om vanaf 2020 het ‘universeel inkomen van activiteit’ te introduceren. Deze zou andere tegemoetkomingen vervangen waardoor het toekennen ervan ook minder bureaucratisch zou verlopen.

Fransen reageren ontgoocheld

Aanvankelijk werd het plan zowel in de Vlaamse als de Nederlandse media lovend onthaald. Macron wordt er nog steeds gezien als degene die links en rechts verbindt. Zijn plan om de armoede aan te pakken was volgens hen dan ook een manier om het sociaal-economisch evenwicht te herstellen na de invoering van een zwaar besparingsbeleid (met o.a. de privatisering van de spoorwegen en de flexibilisering van de arbeidswetgeving). In de Franse media was men echter een stuk minder enthousiast. De populariteit van Macron is namelijk al enkele maanden in vrije val na een reeks van schandalen, ontslagen en ongelukkige uitspraken. Dit armoedeplan lijkt ook al niet voor een kentering te zorgen.

Vooreerst was het plan aan de late kant: eerst voorzien voor april, nadien juli en uiteindelijk september. Het toonde voor velen aan dat de 9 miljoen Fransen die onder de armoedegrens leven geen prioriteit waren voor Macron.

Ten tweede schoot Macron zichzelf in de voet door twee dagen na de aankondiging van het plan in de tuinen van het Elysée een jonge werkzoekende de les te willen spellen. De scène leek exemplarisch voor de manier waarop hij naar armoede en werkloosheid kijkt. Voor de camera’s maakte een jongeman aan de president duidelijk dat hij als tuinier geen werk vindt, ondanks het herhaaldelijk versturen van zijn CV en motivatiebrieven. Macron reageerde op een manier die men niet anders dan arrogant kan omschrijven. Macron zei dat, als de jongeman gemotiveerd is, hij ‘gewoon eens langs de straten van Parijs naar de cafés, restaurants of werven moet gaan’. ‘Overal waar ik ga’, aldus Macron, ‘zeggen werkgevers mij dat ze werknemers zoeken, maar niet vinden’. Deze uitspraak werd het mikpunt van spot en toont aan hoe ver Macron van de rest van de Franse bevolking (en met name de jongeren) staat.

Deze visie op werk van Macron vindt men ook terug in zijn plannen rond armoedebestrijding. De plannen zijn erop gericht mensen uit de armoede te halen door het vinden van een job. Zij zetten vooral in op opleiding en begeleiding. Hierdoor zouden mensen makkelijker inzetbaar zijn op de arbeidsmarkt. Het probleem is natuurlijk dat er van vandaag op morgen geen miljoenen jobs gaan bijkomen (laat staan jobs met een loon dat hoog genoeg is om zoveel mensen uit de armoede te halen).

Armoede-organisaties beseffen dit en reageren dan ook zeer ontgoocheld. Zij hoopten vooral op een verhoging van de uitkeringen. Het RSA (een soort van basisuitkering) bedraagt op dit moment 550,90 euro voor een alleenstaand persoon. Zij hoopten ook op compensatie voor de verlaging van het APL (een woontoelage). Naar dit soort zaken was het tevergeefs zoeken in de plannen van Macron.

Universeel inkomen van activiteit

Helemaal asociaal wordt het wanneer Macron zijn plan voorlegt om een ‘universeel inkomen van activiteit’ te bekomen. Dit inkomen zou enkele uitkeringen waar Fransen recht op hebben, bundelen en daarmee de administratieve rompslomp vergemakkelijken. Dat de administratieve rompslomp wordt vergemakkelijkt zal niemand willen tegenhouden, evenmin de automatische toekenning van bepaalde voordelen. Dit zou kunnen voorkomen dat mensen hun rechten op een uitkering mislopen.

De vraag blijft echter of deze nieuwe vorm van inkomen wel een verbetering zou zijn voor mensen in armoede. In Le Monde lekte reeds een studie uit, besteld door het Elysée, die aangaf dat door de administratieve veréénvoudiging 3,55 miljoen huishoudens een lager inkomen zouden hebben, 3,3 miljoen een hoger inkomen en voor 1,5 miljoen zou er geen enkel recht meer zijn op een inkomen. Volgens deze schatting zou de armoede eerder stijgen dan dalen.

Een bijkomend probleem is dat Macron dit ‘universeel inkomen van activiteit’ afhankelijk wil maken van jobbegeleiding (het woord universeel in de benaming is dus zeer misleidend). Met andere woorden: Macron wil verder investeren in een leger van maatschappelijk werkers en consulenten die werkzoekenden opjagen om sneller werk te vinden. Wanneer die oordelen dat zij niet genoeg inspanningen leveren, kunnen zij hun uitkering verliezen. Ook dit kan een negatieve impact hebben op de armoedecijfers. Hoeveel mensen zullen door sanctioneringen hun inkomen verliezen?

Verderzetting van de neoliberale agenda

De positieve berichtgeving in o.a. De Morgen en de Volkskrant leek dus zeer voorbarig. Het plan is met andere woorden geen compensatie voor het harde economische beleid, maar een verderzetting ervan. Eerst werd door wetswijzigingen arbeid geflexibiliseerd en werden vakbonden buiten spel gezet. Nu worden mensen in armoede klaargestoomd om deze flexibele jobs aan te nemen om zo hun uitkering niet te verliezen.

De aanhoudende responsabilisering en sanctionering van mensen in armoede is ook een spilpunt in het Vlaamse en Belgische armoedebeleid. ‘Als werklozen merken dat ze de rekeningen niet kunnen betalen, zullen ze harder hun best doen’, zei federaal staatssecratris voor Armoedebestrijding Zuhal Demir in 2015.

Wanneer men zo’n visie als leidraad neemt voor een beleid, kan men niet verwonderd zijn dat de armoede niet daalt. Integendeel, de armoedegraad in België steeg met 1 procent van 14,9 in 2015 tot 15,9 procent in 2017. De afgelopen 10 jaar (tussen 2007 en 2017) verdubbelde de kinderarmoede zelfs.

Bij het sanctioneren van werkzoekenden lijkt men soms te vergeten dat men zo het gezinsbudget afneemt en kinderen straft die niets te maken hebben met de beslissingen van hun ouders. Het plan Macron lijkt een zelfde lot beschoren. Dit plan zal de armoede niet doen dalen. Wraakroepend als je weet dat bijna 9 miljoen Fransen onder de armoedegrens leven. Zij verdienen zoveel meer dan dit.

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!