Bron: Wikipedia / Public Domain
Opinie - Greg Smits

De lat moet hoger: geen normale examens, maar formatieve evaluatie als meetlat

Haast een maand geleden verscheen een opiniestuk van eerstejaarsstudent Vital Tyrsu, waarin ze aankaartte dat het uitzonderlijk stil bleef over het lot van de student. Vandaag is dat niet veel anders. Laten we het eens hebben over de student. Want ik vrees dat normale examens vooral de toenemende ongelijkheid zullen meten. 

maandag 11 mei 2020 22:30
Spread the love

 

Vooreerst een welgemeende dankuwel aan al het onderwijspersoneel dat zich dag in dag uit inzet voor ons openbaar onderzoek en onderwijs. De totale digitalisering vergt heel wat inspanningen van technici en onderwijskundigen. Docenten verdienen dan ook lof voor hun engagement om over te schakelen op alternatieve werkvormen in deze uitzonderlijke crisissituatie.

Maar niet alle docenten zijn hetzelfde. Uit de honderden getuigenissen die Comac van medestudenten ontving blijkt dat de onderwijskwaliteit al te vaak onderhevig is aan de persoonlijke grillen van de docent. Zo zijn er studenten die voor een vak niets meer dan een paar PowerPoints aangereikt krijgen. Anderen worden overspoeld met het dubbele aan taken en krijgen vervolgens te horen dat hun examens vervroegd worden. Ook wordt het uurrooster vaak niet gerespecteerd en worden vragen soms laat beantwoord. Het grote verschil tussen docent en student is natuurlijk dat docenten werken en enigszins zekerheid hebben, terwijl veel studenten thans in het onzeker duistere tasten.

Niet alle studenten zijn evenwel hetzelfde. Enkele studenten zullen baat hebben bij louter online lessen, werken goed zelfstandig en kunnen in alle rust studeren. Maar niet iedere student heeft dat geluk. Een paar feiten op een rij (cijfers van Teleblok en de enquête van Gentse stuvers).

  • Een op vier studenten heeft een studentenjob nodig om zijn/haar studies geheel of gedeeltelijk te betalen. Het leeuwendeel van de werkende studenten werd tijdens de lockdown werkloos en kwam in financiële moeilijkheden.
  • Daarnaast is het niet voor iedereen even gemakkelijk om zomaar over te schakelen op online lessen. De helft van eerstejaarsstudenten heeft er geen vertrouwen in om de online lessen te kunnen begrijpen.
  • De helft van de eerstejaarsstudenten durft geen hulp te vragen.
  • 49 procent heeft meer moeite met zich te concentreren.
  • 36 procent van de eerstejaarsstudenten vreest niet te zullen slagen. In het algemeen vreest 28 procent van de studenten hetzelfde.
  • Drie vierde ervaart de werkdruk als zwaarder of veel zwaarder.
  •  65 procent van de studenten geeft aan niet voldoende structuur in hun dag aan te kunnen brengen.
  • 58 procent heeft het gevoel minder zinvol bezig te zijn dan anders.

Hoe komt dat? Niet elke student heeft toegang tot een goede internetverbinding of een eigen computer. Sommige studenten beschikken niet over een kot of een eigen ruimte waar men zorgeloos kan studeren, maar verkeren in een penibele, drukke thuissituatie met broers, zussen en ouders die telewerken. Andere studenten hebben ouders die technisch werkloos werden en te maken hebben met financiële moeilijkheden. De socio-economische factor was voor de coronacrisis reeds een al te grote voorspeller van slaagkansen in het onderwijs.

Maar laten we het inderdaad ook eens hebben over psychisch welzijn. Drie vierde van de studenten geeft aan zich slechter tot veel slechter te voelen. De hoorcolleges, cruciaal voor leerstofverwerking, vielen weg. Gelukkig vangen de meeste docenten dit gemis op met online lessen, maar het blijft toch geen volwaardige, even kwaliteitsvolle vervanging. De sociale interacties met docenten en medestudenten vielen weg, alsook het campusleven. 80 procent van de eerstejaarsstudenten voelt zich eenzaam en 40 procent kampt met angsten. Studenten hebben last van depressies, slaapproblemen, leerstoornissen, paniekaanvallen, stress of maken zich zorgen over hun gezondheid en die van hun vrienden en familie.

We horen dat examens vervroegd worden en dat een examen door kan gaan tussen 6 tot 22 uur. Nochtans lijkt het hoger onderwijs niets fundamenteels te gaan veranderen als het aankomt op evaluatie. Hogescholen zullen ten laatste 19 mei hun examenroosters bekend maken. Dat is echt veel te laat. Ben Weyts werkt naar eigen zeggen samen met de hogeronderwijsinstellingen om een studieplek te voorzien voor 10 procent van de studenten die geen rustige plek heeft of geen toegang tot een computer. Waar dat cijfer vandaan komt is een raadsel.

Dit is een oproep voor excellent onderwijs voor iedereen. Wij vragen niet om de lat te verlagen, integendeel. De onderwijskwaliteit heeft te lijden onder het coronacrisis en de brutale digitalisering. De lat moet dus omhoog. Dat lukt niet door te doen alsof er niets aan de hand is en normale examens te organiseren. Deze uitzonderlijke crisis vraagt niet om business as usual maar om uitzonderlijke maatregelen in het belang van alle studenten. De Vlaamse regering heeft reeds een nooddecreet goedgekeurd, het is tijd om daar gebruik van te maken. Anders vrezen wij dat de examens vooral de toenemende ongelijkheden gaan meten. Die conclusie konden we lezen in een wetenschappelijk onderzoek waaraan alle Belgische universiteiten hebben meegewerkt.

Kansarme studenten mogen niet de dupe zijn van de coronacrisis. Veel studenten maken zich zorgen om te buizen en studiepunten te verliezen, of om een jaar extra te moeten opnemen, met alle financiële gevolgen van dien. Of om de kans om volgend jaar verder te studeren te verliezen omwille van bindende studievoortgangsmaatregelen. We bevinden ons in een situatie van overmacht. Daarom stellen wij voor, net als de wetenschappers uit bovengenoemd onderzoek, om de examens te vervangen door formatieve evaluaties. Wij vragen tegemoetkomingen die ervoor zorgen dat studenten geen studiepunten verliezen. Tevens mag het recht van studenten om hun studies verder te zetten in geval van buizen dit jaar niet worden ontzegd.

Een logische en praktische uitvoering daarvan lijkt ons om studenten minstens 10/20 te laten behalen. De formatieve evaluatie moet peilen naar de mate waarin de student de leerstof heeft verwerkt, en waar de student nog hulp nodig heeft. Daarom moet Ben Weyts middelen vrijmaken om bijlessen en remediëring te voorzien in de zomer en volgend semester, om op maat gesneden begeleiding aan te bieden. De bijlessen zijn de gelegenheid voor de student om vragen te stellen en om de achterstand in te halen, om volgend academiejaar succesvol te kunnen maken. Ten slotte moet het curriculum van volgend jaar aangepast worden, rekening houdend met de achterstand die werd opgelopen.

Nu, van dit voorstel werd niet zelden een karikatuur gemaakt. Deze voorstellen gaan echter verder dan dat we iedereen een 10 geven en dat daarmee de kous af is. Wij vragen niet dat iedereen dezelfde uitkomst krijgt, alleen dat studenten een minimale kwaliteitsvolle begeleiding wordt verschaft. Wij vrezen dat de groep die onterecht zou buizen groter is dan de groep die onterecht zou slagen met ons voorstel. Studenten zijn immers slim genoeg om in te zien dat als ze bijvoorbeeld niet mee zijn met Statistiek 1, ze in Statistiek 2 tegen de lamp zullen lopen. Faciliteer het dat zij de kans krijgen om bij te benen. En nee, minstens 10/20 is niet oneerlijk tegenover studenten die hun uiterste best doen: zij kunnen zich blijven onderscheiden en excelleren.

En wat met laatstejaarsstudenten? Zij kunnen uiteraard niet zomaar afstuderen zonder certificerende examens. Desbetreffend stellen we drie zaken voor: dat examinatoren rekening houden met deze uitzonderlijke individuele situatie, dat zij hun examen kunnen uitstellen naar een later moment, indien ze dat vragen (zoals het nooddecreet toelaat) en dat ook zij bijlessen kunnen krijgen om leerstof in te halen. Thesissen moeten, tenslotte, later kunnen ingediend worden zonder sanctie en geëvalueerd met inachtneming van de situatie. Studenten hebben immers geen toegang tot bibliotheken waar de middelen beschikbaar zijn om hun werk af te maken en online databanken zijn onvolledig.

We doen allemaal ons best. Beleidsmakers, onderwijspersoneel en studenten. Comac organiseerde bijvoorbeeld een online collectieve blok, om elkaar te ondersteunen. Veel studenten gaan naast studeren ook nog eens vrijwilligen; ze naaien mondmaskers, geven bijlessen aan scholieren, brengen voedingsmiddelen rond en helpen in woonzorgcentra. Doch niemand is perfect. Beleidsmakers zijn niet perfect, noch het onderwijspersoneel, noch studenten. Wel vragen wij aan zowel de politiek als de onderwijsinstellingen als de overige studentenorganisaties om onze urgente oproep, zonder karikaturiseren, serieus te nemen. Wij vragen aan alle studentenvertegenwoordigers om dezelfde denkoefening te maken en op te komen voor de belangen van alle studenten. Wij vragen om uitzonderlijke tegemoetkomingen, voor het te laat is. Wij spreken de stille ramp uit. De lat moet hoger.

 

Greg Smits is student en lid van Comac Antwerpen.

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!