Bron: Pixabay
Sarah Vandoorne, IPS

Telewerkers slechter betaald en minder goed beschermd

Door de coronacrisis werken we met z’n allen steeds meer thuis. Thuiswerk is echter niet zonder gevaar, waarschuwt de Internationale Arbeidsorganisatie. Dat geldt zowel voor telewerkers in Europa als handarbeiders in India of Peru.

donderdag 14 januari 2021 09:48
Spread the love

 

Voor de coronacrisis werkten wereldwijd zo’n 260 miljoen mensen van thuis uit. Dat komt neer op 7,9 procent van de werkende bevolking. Het merendeel (56 procent) waren vrouwen. In de eerste maanden van de pandemie steeg dat aantal tot naar schatting een op de vijf werknemers, rekende de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) uit. De organisatie verwacht dat deze groei zal aanhouden.

Thuiswerk is echter niet zonder gevaar. De IAO waarschuwt dat thuiswerkers over het algemeen slechter af zijn dan arbeiders en werknemers die buitenshuis werken. Dat geldt zowel voor de laaggeschoolde als de hooggeschoolde beroepen.

Helft minder verdienen

Thuiswerkers verdienen gemiddeld 13 procent minder in het Verenigd Koninkrijk, 22 procent minder in de Verenigde Staten van Amerika, 25 procent minder in Zuid-Afrika en ongeveer 50 procent in Argentinië, India en Mexico. Dat stelt de IAO in een nieuw rapport, Working from home. From invisibility to decent work.

Thuiswerkers genieten niet dezelfde sociale bescherming als andere werknemers: ze zijn minder vaak lid van een vakbond. Bovendien hebben ze minder toegang tot opleidingen, wat hun carrièrevooruitzichten kan beïnvloeden.

Volgens de IAO is thuiswerk te weinig gereguleerd. “Veel landen over de hele wereld hebben nochtans wetgeving omtrent thuiswerk”, zegt econoom Janine Berg, een van de auteurs van het rapport. “Toch hebben slechts tien lidstaten van de IAO de conventie 177 geratificeerd. Die conventie wil de gelijke behandeling van thuiswerkers en andere loontrekkenden bevorderen. Slechts weinig landen hebben een alomvattend beleid wat thuiswerk betreft.”

Allergrootste slachtoffers van de pandemie

Een deel van de thuiswerkers geraakt verzeild in de informele economie. De IAO noemt hen “onzichtbare” thuiswerkers. Ze maken deel uit van een groep informele arbeiders die steeds groter wordt, nu een deel van de fabrieken dicht blijft en veel arbeiders ontslagen zijn. In lageloonlanden werken bijna alle thuiswerkers (90 procent) met informele contracten. Zij doen bijvoorbeeld borduurwerk, handwerk en elektronische assemblage.

Volgens de organisatie voor vrouwelijke thuiswerkers, Women in Informal Employment: Globalizing and Organizing (WIEGO), zijn arbeiders in de informele economie de “allergrootste slachtoffers van deze pandemie”.

Thuiswerkers krijgen werk via onderaannemingen en tussenpersonen, aan een karig loon dat ver onder het minimumloon ligt. “Dat werk is lange tijd gestaakt door de coronacrisis en de arbeiders hebben geen fabrikant waarvan ze achterstallig loon kunnen opeisen”, legt Marlese von Broembsen, juridisch directeur bij WIEGO, uit via mail. “Op die manier zijn ze nog kwetsbaarder dan fabrieksarbeiders.”

Poonsap Tulaphan is coördinator van een van de partners van WIEGO, HomeNet Thailand. Ze legt uit dat veel arbeiders zich nu heel gestresseerd voelen. “Ze weten niet hoe lang deze situatie nog zal aanhouden en hebben schrik dat ze hun job voorgoed kwijt zijn”, getuigt Tulaphan. “De situatie is verlammend. Ze weten niet of ze nu een andere vaardigheid zouden moeten aanleren om wel aan werk te geraken na de crisis. Wat voor werk zal er dan nog voorhanden zijn?”

Honger tijdens lockdown

Eind 2020 heeft WIEGO ruim 2200 informele arbeiders geïnterviewd om de impact van de coronacrisis op hun werksituatie te kennen. Zo’n zeventig procent van hen getuigt dat ze helemaal geen inkomen hadden tijdens periodes van lockdown. “Veel informele arbeiders hebben geen spaargeld”, zegt Michael Rogan, Programmadirecteur Stedelijk Beleid bij WIEGO. “Ze werken dag in dag uit om eten op tafel te krijgen. Deze inkomensverstoring heeft dus ernstige gevolgen bij gezinnen die afhangen van informele arbeid.”

In het onderzoek van WIEGO getuigden arbeiders dat het inkomensverlies zowel hun fysieke als mentale gezondheid beïnvloed heeft. “De helft van de gezinnen die we bijvoorbeeld in Peru en India gesproken hebben, heeft tijdens de lockdown honger geleden.” Rogan besluit dat nationale en lokale regeringen moeten samenwerken, onder meer om meer werkgelegenheid te creëren en om noodhulp te voorzien voor de getroffen arbeiders.

Work-life balance

In hun rapport doet de IAO aanbevelingen om thuiswerk zichtbaarder te maken en zo beter te beschermen. Regeringen moeten samenwerken met werknemers- en werkgeversorganisaties om ervoor te zorgen dat alle thuiswerkers fatsoenlijk werk hebben, klinkt het. Concreet zou de wettelijke bescherming van informele arbeiders moeten uitgebreid worden, zodat ook zij schriftelijke contracten en sociale zekerheid kunnen hebben.

Wat telewerk betreft hoopt de organisatie dat beleidsmakers specifieke maatregelen in het leven roepen om de psychosociale risico’s van thuiswerk te beperken. Enkel zo kan de scheiding tussen werk en privé gevrijwaard worden. De IAO besluit dat thuiswerk de komende jaren enkel maar zal toenemen. Thuiswerkers beschermen blijft dus een belangrijk thema waar regeringen aan de slag mee moeten, klinkt het.

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!