Die eisen hebben vooral betrekking op de structurele hervorming van de Marokkaanse staat. De koning heeft te veel macht en het land moet evolueren naar een constitutionele monarchie waarbij het parlement het belangrijkste machtsorgaan wordt.
Een tweede eis betreft de ontbinding van het huidige parlement en de vorming van een nieuwe regering. De meeste Marokkanen zijn het beu dat de politiek wordt gemonopoliseerd door bepaalde partijen die worden gerund alsof het familiebedrijven zijn.
En uiteraard is de belangrijkste eis socio-economisch van aard. Het neoliberale beleid in Marokko heeft schrijnende gevolgen en de prijzen rijzen de pan uit, tot grote ontevredenheid van de armste lagen van de bevolking.
Wait and See
Tot nu toe heeft de koning de term 20 februari niet in de mond genomen, ook niet toen hij enkele dagen geleden een speech gaf ter gelegenheid van de Mawlid al-Nabawiy (geboorte van de Profeet).
Ook de andere prominente figuren van de regering kozen aanvankelijk voor een ‘wait and see-strategie’. Maar ondertussen hebben ze het over een andere boeg gegooid. Abbas al-Fassi, de huidige premier, riep alle partijen van de meerderheid en de oppositie op tot een nationale dialoog.
Ook kondigde de regering aan dat ze bijna anderhalf miljard euro extra voedselsubsidies zullen uittrekken dit jaar, een maatregel die weinig succes oogstte in Algerije en Jordanië.
Een falende politiek
Het vertrouwen in de Marokkaanse politiek zakte tot een historisch dieptepunt toen bij de parlementsverkiezingen in 2007 amper 37 procent van de stemgerechtigden kwam opdagen. Het was meteen ook de laagste opkomst in de geschiedenis van Marokko, en dit terwijl de eerste toespraak van de koning ging over democratie, vrijheid en constitutionele monarchie. Daar lijkt weinig van in huis te zijn gekomen.
En ook de politici zijn zich bewust van de gevolgen van deze loze beloftes. De Tunesische en Egyptische revoluties hebben aangetoond dat het Arabische volk wel degelijk beseft dat het in een erbarmelijke situatie leeft. Daarom moesten alle prominente politieke figuren in Marokko zich wel uitspreken over 20 februari.
Lastercampagne
Om het tij te keren wordt er nu beroep gedaan op de wijsheid en het ‘patriotisme’ van het Marokkaanse volk. Op Youtube en Facebook circuleren er filmpjes en posts die de 20 februari-jongeren beschuldigen van atheïsme, samenwerking met de onafhankelijkheidsbeweging Polisario, kerstening, het verbranden van de koran etc.
Beschuldiging die compleet uit de lucht zijn gegrepen en die als enig doel hebben het plegen van een karaktermoord. De Marokkaanse minister van Jeugd Moncef Belkhayat zei op Facebook dat Polisario achter de 20 februari-beweging zit. En dat is alles behalve een compliment.
Agents provocateurs
De beweging Polisario strijdt voor de onafhankelijkheid van de Westelijke Sahara en is publieksvijand nummer één in Marokko. In een ver verleden vocht het Marokkaanse leger een guerillaoorlog uit met Polisario, maar de herinnering aan die periode wordt levendig gehouden door een dagelijkse stroom van anti-Polisario propaganda.
Vanuit het perspectief van de Marokkaanse regering is het natuurlijk handig om een zondebok te hebben. In plaats van te erkennen dat er werkelijk problemen zijn die zowel politiek als socio-economisch van aard zijn beschuldigen politici als Belkhayat zogenaamde ‘agents provocateurs’ van het creëren van onenigheid binnen Marokko.
Een ronduit belachelijke beschuldiging die getuigt van weinig originaliteit. In Egypte beschuldigden Mubarak en zijn luitenant Umar Sulayman afwisselend Iraniërs, Libanezen, Palestijnen en zelfs de Mossad voor de massademonstraties. Ben Ali noemde de Tunesiërs die op straat kwamen terroristen. In Bahrain worden ze ‘gestuurd’ en ‘gesteund’ door Iran.
Brede steun
Maar de regering heeft ook uitdrukkelijk gesteld dat de betogingen kunnen plaatsvinden. Marokko is een democratisch land en in een democratie is ruimte voor vrije meningsuiting, zo luidt het. Een discours dat weinig indruk maakt op de oppositie en de 20 februari-beweging. Op de Facebookgroep van die beweging werd er in de ochtend van 19 februari een bericht gepost waarin werd vermeld dat verschillende leden van deze beweging werden aangehouden. En dit gebeurde één dag voor de belangrijke afspraak.
De boodschap is echter gelanceerd, en zelfs Al Jazeera spreekt nu over de 20 februari-beweging. Binnen het Marokkaanse politieke landschap was er eerst aarzeling, maar langzamerhand spraken verschillende groeperingen en stromingen zich uit ter ondersteuning van deze beweging.
Gaven hun steun voor de beweging: het Amazigh-congres, de verboden islamitische oppositiebeweging Al Adl wal Ihsane, de jongerenafdeling van de islamitische partij PJD, de autonomiebeweging voor de Rif, de beweging van hooggeschoolde werklozen, en verschillende linkse en pan-Arabische groeperingen. En traditioneel zullen veel universiteitsstudenten de barricades bemannen.
België
Ook in België laat de Marokkaanse diaspora van zich horen. Onder meer Egalité, de Unie van Arabische Studenten en verschillende Berber-bewegingen plannen een actie voor de Marokkaanse ambassade in Brussel op zondag om 14:00. Daar willen zij zich volmondig scharen achter de eisen van de 20 februari-beweging.
De wind van verandering lijkt Marokko te hebben bereikt. Of het een vroege lente zal worden zal afhangen van de vastberadenheid van de Marokkanen. De Egyptenaren en de Tunesiërs hebben alvast het goede voorbeeld gegeven.