Terzelfdertijd start de door het Mediadecreet verplichte publieksbevraging ter voorbereiding van de nieuwe Beheersovereenkomst VRT-Vlaamse Gemeenschap voor de periode 2012-2017. Hierin gaan 1500 burgers en 100 organisaties-stakeholders bevraagd worden vanuit verschillende universitaire onderzoeksgroepen.
Een eerste vraag is die van een eerlijk debat, een debat dat vertrekt van feiten en niet van ongestaafde verdachtmakingen.
Zo wordt er constant beweerd dat de VRT in de rode cijfers zit en verlies maakt. Men kan veel, en zelfs veel terechte, kritieken maken op de VRT, maar niet dat er financiële putten worden gemaakt. De VRT heeft geen schulden, elk boekjaar van de lopende Beheersovereenkomst (BHO) werd afgesloten binnen de regels afgesproken binnen die BHO en met minder reserves te gebruiken dan gepland. Dit vergde grote inspanningen, inbegrepen een personeelsvermindering van 150 voltijdsequivalenten (dus meer mensen) omdat de BHO vanaf dag 1 een besparingstraject inhield, nog verstrengd door de gevolgen van de economische crisis die een forse daling van de sponsoring- en reclame-inkomsten veroorzaakte.
De nu voorliggende enorme besparing van 65 miljoen euro komt maar door één externe oorzaak: het eenzijdig niet-respecteren van de BHO door de Vlaamse regering: voor de jaren 2010 en 2011 respectievelijk 16,7 en 31 miljoen euro minder betalen dan afgesproken. Zelfs binnen een syndicaal betwistbare logica dat alle overheidsdiensten moeten inleveren, is de inspanning gevraagd van de VRT 4 maal groter dan het gemiddelde. Door van de openbare omroep zulke drastische besparing te vragen, maakt de Vlaamse regering zelf aangeschoten wild van de openbare omroep: iedereen mag schieten en vooral met gelijk wat.
Het nieuwe directiecomité (DC) onder leiding van Piet van Roe is onmiddellijk gestart met het wegwerken van de overtalligheid bij het management. Het DC zelf ging van 8 naar 4, het totaal aantal managers in de klassen A, B en C gaat van meer dan 80 naar minder dan 60, waarvan een 12-tal collega’s topexperten zijn (mag dat even?) zodat we nu met een managementstructuur zitten van een 45-tal mensen voor een complex bedrijf van 2700 werknemers. De managerbonussen werden afgeschaft, de managers en topexperten die “zakten” naar de gewone werknemersklassen deden dat wel degelijk met loonverlies (persoonlijk ken ik er minstens 4 en niet iedereen komt dat vertellen aan de vakbond).De volgende stap, volop in uitvoering, is het wegwerken van een overtallige hiërarchische tussenlaag. Welk bedrijf, privé of openbaar, heeft zulke actie in zulke korte tijd gerealiseerd? Dat dit alles nodig was, is absoluut waar en Dirk Wauters werd ondermeer ontslagen omdat hij daarvan geen werk wenste te maken ondanks herhaalde vragen van de Raad van Bestuur en vakbonden.
En als hoogtepunt van het Leugenpaleis wordt Tony Mary opgevoerd als expert van besparingen! Hij heeft wel het overtal aan managers en de bijhorende graai-en verspilcultuur geïnstalleerd en de onevenwichtige lopende Beheersovereenkomst onderhandeld. Deze man komt dan zijn licht laten schijnen over het Werkreglement (hij had indertijd beter het reglement op de representatiekosten eens gelezen en toegepast). Een openbare omroep is op het vlak van arbeidstijden zeer complex en veeleisend van de medewerkers. Het VRT-werkreglement organiseert dat met grote flexibiliteit en beperkte vergoedingen en als dat niet volstaat worden voor fictiereeksen en langdurige sportmanifestaties nog Conventies afgesloten. Wij willen wel niet dat de VRT de mensen dag en nacht en weekenden lang laat werken zonder enige vorm van compensatie zoals dikwijls de regel is in de private audiovisuele sector.
Keren we nu terug naar onze vraag om een eerlijk en ernstig debat over de toekomst van de openbare omroep, met het aspect ernstig.
Het antwoord kan blijkbaar al gegeven worden nog voordat de vraag goed is gesteld en uitgelegd: de VRT een kopje kleiner maken. De vraag is echter: hoe in tijden van crisis een duaal model van openbare en private audiovisuele media uitbouwen? Als we daar ernstig en eerlijk over nadenken, beseffen we vooral dat het geen gemakkelijke vraag is en dat er meer en maatschappelijk en intellectueel correctere antwoorden mogelijk zijn dan het populistisch simplisme van maak de VRT een kopje kleiner.
Is de openbare omroep marktverstorend? Met evenveel recht kunnen we ons de vraag stellen: is de commercialisering van de media informatie-verstorend, cultuurverstorend en democratieverstorend? De Europese Unie heeft een grote expertise op het vlak van concurrentievervalsing en marktverstoring en ook zij besefte dat een openbare omroep toch geen bedrijf is als een ander. In 1997 werd in Amsterdam een protocol toegevoegd aan het Verdrag van de Unie dat stelde dat het oprichten en financieren van een openbare omroep rechtstreeks verband houdt met de democratische, sociale en culturele behoeften van iedere samenleving en dat dit dus niet valt onder regels van de regels van de marktverstoring. De “concurrentie” tussen een openbare omroep en commerciële media (audiovisueel, internet en print) is van een andere orde dan de concurrentie tussen twee automerken. Bij auto’s hebben de twee bedrijven dezelfde doelstelling: zoveel mogelijk auto’s verkopen om zoveel mogelijk winst te maken. Bij media heeft de openbare omroep de opdracht zoveel mogelijk burgers te bereiken en te betrekken om te voldoen aan hun democratische, sociale en culturele behoeften, private media willen zoveel mogelijk lezers en kijkers om zoveel mogelijk winst te maken. De regels van de vrije markt werken zo maar niet op een openbaar goed: de tegenpartij verzwakken is zeker niet automatisch zichzelf versterken
Dat het eerlijk en ernstig debat erover moet gaan of de VRT wel voldoende aan die opdracht beantwoordt en hoe dan een duaal model met openbare en private media tot voldoening van zoveel mogelijk actoren en van het publiek moet georganiseerd worden is vanzelfsprekend.
De VRT nu via een blinde besparing downsizen, door het aanbod en de productiecapaciteit onherstelbaar te raken en zo de openbare omroep in een afgeslankte vorm het debat in te sturen, is evenzeer een ernstig debat onmogelijk maken. Daarom ook dat de VRT-vakbonden wensen dat dit plan wordt bevroren tot het ernstige debat heeft plaatsgevonden.
Luk Vandenhoeck, algemeen secretaris ACOD-VRT