Betoging tegen pensioenhervorming in Frankrijk op 19 januari 2023. Foto: NUPES.
Opinie - Frédéric Lordon

Frankrijk, land in opstand, land in revolutie?

Filosoof Frédéric Lordon ziet in het huidig verzet tegen het pensioenplan van Frans president Macron meer dan een zoveelste sociale actie. "Het is mooi wat er gebeurt als de heersende orde uiteen begint te vallen. Er gebeuren kleine maar ongelooflijke dingen die het berustende isolement en de atomisering waarop de machtigen rekenen, verbrijzelen." Deze Opinie verscheen oorspronkelijk op 22 maart, maar is nog steeds van toepassing.

dinsdag 25 april 2023 10:10
Spread the love

 

Op maandag 20 maart waren de homepages van de Franse nationale nieuwssites in de ban van opwinding toen ze verslag deden van de motie van wantrouwen tegen de regering: ze konden de vermoedelijke uitslag van de stemming onder de afgevaardigden voorspellen, de kansen van de motie inschatten, het gedraai en gesjacher voorzien en de insider spelen – wat een genot. De politieke journalistiek als paspoort voor politieke onbenulligheid.

Ondertussen heeft de politiek, met al haar plotselinge kracht, het land in haar greep. Spontane gebeurtenissen barsten aan alle kanten los: onaangekondigde walkouts, wegblokkades, rellen en demonstraties, bijeenkomsten van studentenactivisten.

Jeugdige energie vult de Place de la Concorde en de straten. Iedereen heeft het gevoel op hete kolen te lopen, het ongeduld stroomt door de benen – maar niet vanwege de trivialiteiten die de Parijse goudvissenkom blijven bezighouden, waarvan de ene bewoner nog onwetender is dan de andere over wat we inmiddels aan bereiken zijn: het kookpunt.

Foto Jeanne Menjoulet/Flickr

Het is mooi wat er gebeurt als de heersende orde uiteen begint te vallen. Er gebeuren kleine maar ongelooflijke dingen die het berustende isolement en de atomisering waarop de machtigen rekenen, verbrijzelen.

Hier brengen boeren zakken groenten naar stakende spoorwegarbeiders; daar deelt een Libanese restauranteigenaar falafel uit aan ingesloten demonstranten; studenten sluiten zich aan bij stakende arbeiders; binnenkort zullen we zien dat particulieren hun deuren openen om betogers voor de politie te verbergen.

De echte beweging is begonnen. We kunnen nu al zeggen dat de situatie pre-revolutionair is. Wat zijn de vooruitzichten? Kan dat ‘pre-’ worden afgeschud?

In Frankrijk is de legitimiteit van de machtsstructuur ingestort; zij is nu niet meer dan een dwangblok. De autocraat heeft iedere vorm van bemiddeling gedwarsboomd en is slechts door een politiemacht van het volk gescheiden. Niets kan worden uitgesloten, want de rede heeft hem al lang geleden verlaten.

Venezuela, China, Rusland, Iran? Frankrijk anno 2023. Twitter @RadioGenova

Macron heeft nooit het anderszijn geaccepteerd. Hij is alleen met zichzelf in gesprek; de buitenwereld bestaat niet. Daarom is in zijn toespraken – als we ons richten op de werkelijke betekenis van zijn woorden – geen spoor te bekennen van de collectieve validatie die voortkomt uit een rationele discussie met anderen.

Op 3 juni 2022 kon hij zonder blikken of blozen verklaren dat ‘de Fransen moe zijn van hervormingen die van bovenaf komen’; op 29 september dat ‘de burger niet iemand is aan wie beslissingen kunnen worden opgelegd.’

Is het niet duidelijk dat er met zo’n leider geen dialoog mogelijk is? Dat niets wat hij zegt ooit serieus genomen kan worden? Zo iemand is niet in staat om fouten te erkennen, behalve kunstmatige, want je moet naar de ‘buitenwereld’ luisteren, naar het niet-zelf, om te beseffen dat je een fout hebt gemaakt.

Daarom kunnen Macrons beloften van ‘heruitvinding’ – zo betoverend voor journalisten – niets anders zijn dan pantomimes, opgevoerd in een gesloten circuit.

Voor de despoot, aan zijn lot overgelaten door politieke instellingen die altijd al potentieel – en nu daadwerkelijk – vrijheidsdodend waren, zijn alle vormen van geweld voorspelbaar. Alles kan gebeuren; sterker nog, alles gebeurt ook echt.

De beelden van ingesloten demonstranten in de Rue Montorgueil afgelopen zondag (18 maart) zijn een duidelijk signaal dat de Macroniaanse politiek aan het ontbinden is. Van nu af aan regeert de macht door middel van razzia’s.

Brandweerlieden demonstreren tegen pensioenhervormingen in Rijsel, 19 januari 2023. Foto: Morning Star

De politie zal iedereen afvoeren en arresteren, ook voorbijgangers die niets met het protest te maken hebben, bange mannen en vrouwen, verbijsterd door wat hen overkomt. De enige boodschap luidt: ga niet de straat op, blijf thuis, kijk TV en gehoorzaam.

Hier komt de onbewuste deal in beeld tussen de politie en haar rekruten: een overeenkomst tussen een instelling die zich toelegt op geweld en individuen die een wettelijke sanctie zoeken voor hun eigen gewelddadige impulsen.

Een pre-revolutionaire situatie biedt hen een ongeëvenaarde kans, wanneer de macht zich alleen met geweld kan handhaven, wanneer aan gewelddaden een onevenredige betekenis wordt toegekend – evenals een carte blanche. Zoals we met de gilets jaunes hebben gezien, is het nu de tijd van de sadisten, van de bruten in uniform.

In deze context is de oude Franse slogan ‘la police avec nous!’ volledig achterhaald, zij maakt geen enkele kans meer: ze berustte op de illusie van de objectieve sociale nabijheid, een vulgair materialisme van ‘gedeelde belangen,’ dat nu wordt overvleugeld door de libidinale verleiding van geautoriseerd geweld.

Dit is hoe een structuur zijn effecten produceert en een orde zijn behoeften bevredigt: zij reist via de psyche van zijn uitverkoren functionarissen, van Macron aan de top tot aan de laatste politieagent op straat.

Tegenkrachten kunnen ons echter beschermen tegen het afglijden naar de tirannie, of beter gezegd, tegen het verpletterd worden door de politie. Het is mogelijk dat er binnen het staatsapparaat nog een restje moraal, een besef van omslagpunten en grenzen, sluimert – maar zeker niet bij het ministerie van Binnenlandse Zaken, waar het rottingsproces het verst is doorgeslagen en een quasi-fascistische minister de scepter zwaait.

Maar misschien wel in de coulissen, in de ‘entourage,’ waar op elk moment een besef van politieke transgressie kan ontstaan, de bezorgdheid een onherstelbare daad te begaan. Maar zoals we weten is het beter niet te rekenen op hypotheses die een element van deugdzaamheid vergen (een seculiere vorm van een wonder), des te meer vanwege de corruptie, zowel moreel als financieel, die de ‘voorbeeldige republiek’ teistert.

Het buitensporige optreden van de politie zou ook tot een meer materieel tegenwicht kunnen leiden. Niet in de hitte van een paar lokale gevechten – zonder de ontwikkeling van gespecialiseerde tactieken zijn die waarschijnlijk hopeloos – maar in het land als geheel.

Blokkade door gele hesjes op 20november 2018. Foto: Obier/CC BY-SA 4:0

Als er ergens in het ministerie van Binnenlandse Zaken een ‘groot bord’ hangt in de stijl van Dr. Strangelove, dan moet dat fonkelen als een kerstboom – met allemaal rode lichtjes. Tijdens de betogingen van de gilets jaunes wist de politie zich nog net staande te houden, omdat deze protesten in een beperkt aantal steden plaatsvonden, met een frequentie van één keer per week.

Nu zijn ze overal in Frankrijk en zijn ze er elke dag. De wonderbaarlijke kracht van aantallen jaagt de machtigen overal schrik aan. De vermoeidheid is al zichtbaar onder de helmen. Maar de schurken zijn nog niet klaar met het maken van kilometers in hun busjes. Wat nodig is, is vuurwerk, zodat de kerstboom verandert in één grote slinger en het grote bord op springen staat. De politie moet uitgeput worden, dat is de opdracht voor de beweging.

Tenslotte is er nog een hulpbron van een andere aard: de haat tegen de politie – voor zover die een drijvende kracht kan zijn. Wanneer de macht haar handlangers loslaat, kan dat twee radicaal verschillende gevolgen hebben: intimidatie, of een vertienvoudiging van de woede.

Omwentelingen ontstaan wanneer het eerste muteert in het tweede. Er zijn veel redenen om te geloven dat we dit stadium hebben bereikt. De antipathie tegen de politie belooft een ongekende breedte en diepte te verkrijgen.

Toch houdt Macron vast aan het inzetten van de politie; ipso facto verandert de haat tegen de politie in haat tegen hem. Op dit moment weten we nog niet hoe dit zal eindigen – in het beste geval ongetwijfeld in een vlucht per helikopter.

Het wordt steeds duidelijker dat Macron, omdat hij de troon wil blijven bezetten en alle eer wil blijven opstrijken, zijn lot heeft verbonden aan de pensioenwet en de politie – zodat hij, op metonymische wijze1, de levende synthese is geworden van al deze specifieke haatgevoelens, en uiteindelijk hun enige object.

Door een andere metonymische wending, maar ook op grond van een structurele noodzaak, klampt hij zich eveneens vast aan de ‘kapitalistische orde.’ De vraag waar wij voor staan luidt derhalve: hoe een einde te maken aan ‘Macron-de-kapitalistische-orde.’ Dat is een revolutionaire vraag.

De vraag kan echter revolutionair zijn zonder dat de situatie noodzakelijkerwijs revolutionair is. De geschiedenis heeft aangetoond dat hier twee tendensen mogelijk zijn: wachten tot een dergelijke situatie zich ‘vanzelf’ vormt, of haar actief helpen ontstaan – misschien niet zonder moeite, maar met behulp van ritmes die in bepaalde conjuncturen duizelingwekkende versnellingen kunnen ondergaan.

Gele hesjes op de Place de l’Etoile in Parijs, 12 januari 2019. Foto: Olivier Ortelpa/CC BY-SA 2:0

In ieder geval zullen we niet eenvoudigweg van het ‘pre-revolutionaire’ heden naar de ‘revolutionaire’ toekomst gaan door de negatieve kracht van de weigering. Er is ook een bevestiging nodig, een mobiliserende reden ‘vóór,’ die de oppositie verenigt.

Wat zou dat kunnen zijn? Het antwoord moet gelijk zijn aan de actuele opstand in het land, ook al blijft de vorm van die opstand onbepaald. Wil een opstand zich ontwikkelen tot een middel en niet tot een doel, wil zij een werkelijk revolutionair proces worden, dan moet zij een positief politiek verlangen kunnen formuleren waarin de meerderheid zich kan herkennen.

Je hoeft niet lang te zoeken om er een te vinden. In werkelijkheid is het alles wat we weten: voor onze eigen zaken zorgen, te beginnen met de productie. Het positieve politieke verlangen, waartegen het kapitalisme en de burgerlijke politieke instellingen zich principieel verzetten, is dat van de soevereiniteit.

Soevereiniteit van de producenten over de productie – dit is een slogan met aantrekkingskracht, die zich tot ver buiten de arbeidersklasse, de meest direct betrokkenen, uitstrekt. Want ook de zogenaamde ‘witteboordenwerkers’ lijden steeds meer onder de afstomping van het management, onder de blinde controle van de aandeelhouders, onder de idiotie of zelfs de giftigheid van de keuzes van hun bazen. Zij verlangen – een enorm verlangen – naar zeggenschap over alles wat hun is afgenomen.

Legitimiteit, en daaruit voortvloeiend ook soevereiniteit, behoren alleen toe aan degenen die het werk doen. Zij die, ondanks hun totale onwetendheid, niettemin beweren het werk van anderen te organiseren – consultants en planners – zijn niets anders dan parasieten die moeten worden verdreven.

Het ultieme, onweerlegbare argument voor de soevereiniteit van de arbeiders is aangevoerd door vakbondsman Eric Lietchi van de Parijse afdeling Energie van de CGT2. De feiten spreken voor zich, merkte Lietchi op:

“Onder het beheer van de parasitaire klasse is het land verwoest. Het rechtssysteem ligt in puin, het onderwijs ligt in puin, universiteiten en onderzoek liggen in puin, ziekenhuizen liggen in puin, evenals de farmaceutische aanbodketen – apothekers moeten achter in hun winkels amoxycilline bereiden.”

“Une grêve reconductible causant un choc économique: Macron nous donne la méthode!” (9:12, Frans, zonder ondertitels):

Afgelopen herfst, schreef eerste minister Borne, kon het land alleen maar hopen dat het ‘bij de gratie Gods’ niet zó koud zou worden dat het elektriciteitsnet, dat net als al het andere in puin ligt, tijdens de winter zou instorten.

Docenten werden aangenomen tijdens dertig minuten durende wervingsacties. Ambtenaren werden gedetacheerd als buschauffeur – wordt hun volgende functie die van treinmachinist? En te midden van dit alles lijden de mensen honger.

Je zou het niet voor mogelijk hebben gehouden vandaag zoiets te schrijven, maar zo is het wel: een kwart van de Fransen krijgt niet genoeg te eten. Jongeren hebben honger. Er zijn eindeloze rijen bij de voedselbanken.

Als France 2 een programma zou maken over het ‘grote geheel,’ zonder het land waar het gefilmd is te onthullen, zou er in een oogwenk iets van solidariteit worden georganiseerd – Binoche3 zou een haarlok afknippen en Glücksmann4 zou een column schrijven – voor deze ongelukkigen aan de andere kant van de wereld.

Binnen het tijdsbestek van enkele decennia, en vooral sinds 2017, is een heel sociaal model op de knieën gebracht. Zij hebben het land op de knieën gekregen. Niet de CGT, niet de Intersyndicale (was het maar waar) – zij en zij alleen hebben dit gedaan. Het land is geruïneerd door de ‘deskundigen.’ Het verkeert in een staat van totale desorganisatie.

Zoals we weten heeft de bourgeoisie, om de aristocratie te verdrijven, universitaire graden en meritocratische symbolen gepromoot als vervangers van bloed en afkomst. Vandaar een paradox (waarvan er vele zijn) binnen het laat-kapitalisme: de incompetentie van de bourgeoisie is zelf een historische kracht geworden, die we met een minimale aanpassing van de term van Schumpeter5 kunnen identificeren als ‘destructieve vernietiging.’ Of, om het bij zijn échte naam te noemen: McKinsey.

Hier krijgt het betoog van Lietchi zijn volle betekenis, want het idee van arbeiderssoevereiniteit, dat gewoonlijk wordt afgedaan als behorend tot een droomwereld, komt nu naar voren als het logische gevolg van een onweerlegbare analyse, waarvan de conclusie al even scherp is: we moeten ons ontdoen van dit imbeciele ongedierte en het geheel van de productie terugnemen.

Wisten zij niet hoe het moest? De arbeiders wél – die wisten het al. We kunnen ons afvragen wat de werkelijke betekenis is van de term ‘algemene staking.’ Niet een algemene werkonderbreking, maar de eerste stap op weg naar de algemene herovering van de productiemiddelen – het begin van de arbeiderssoevereiniteit.

Frédéric Lordon spreekt op een meeting van de Réseau pour la grève générale (Netwerk voor de algemene staking) (13 maart 2023). Foto: YouTube/Révolution Permanente

Het is op dit moment dat de gebeurtenis zijn ongekende kracht laat zien, ook al schuilt die kracht voorlopig alleen in de verbeelding:

  • ongelooflijk om je het effect voor te stellen op de fysionomie van bedrijven wanneer deze weer in handen komen van hun werknemers;
  • ongelooflijk om je de reorganisatie van de openbare diensten voor te stellen wanneer deze worden geleid door mensen die weten hoe ze het spoor moeten onderhouden en controleren, hoe ze anderen moeten leren dit veilig te doen, hoe ze de treinen moeten besturen, hoe ze signalen moeten geven, hoe ze de post moeten bezorgen en tegelijkertijd tijd hebben om met mensen te praten;
  • ongelooflijk om je de universiteiten voor te stellen die openstaan voor het publiek, of de emancipatie van de kunst uit handen van de burgerlijke kunstenaar en zijn kapitalistische sponsors;
  • ongelooflijk om je de ineenstorting van de bourgeoisie voor te stellen, de historische veroordeling van haar karakteristieke mengeling van arrogantie en domheid: niet in staat om zelf iets te doen, maar alleen maar om dingen voor zich laten doen.

We kunnen het er natuurlijk over eens zijn dat we gewapend moeten zijn met meer dan alleen maar verbeelding – zoveel te beter. Maar zulke fantasierijke scenario’s focussen tenminste de geest. Ze geven hem een gemeenschappelijke richting, die is afgeleid van de politieke vraag die in alle situaties moet worden toegepast: wie beslist?

De vraag zelf is afgeleid van een specifiek principe: alle betrokkenen hebben het recht om te beslissen. Dit beginsel vormt een keerpunt. De bourgeoisie meent dat alleen zij bevoegd is om te beslissen.

Foto: Sylvhem/CC BY-SA 3:0

De Franse commerciële nieuwszender CNews6, die als haar spreekbuis fungeert, is zich ten volle bewust van het huidige gevaar: “Moeten we vrezen voor een terugkeer naar het communisme?” Het is verstandig, zij het ongetwijfeld onbedoeld, om zich dat af te vragen – aangezien ‘communisme’ correct wordt begrepen als de tegenpartij, de partij van allen, de partij van de algemene soevereiniteit, de partij van de gelijkheid.

De buitengewone opstand van de gilets jaunes heeft als grote gebrek nooit de loonkwestie aan de orde gesteld. De officiële stemmen die de taak hadden deze vraag te stellen, radertjes in het warme centrum van het systeem, zijn nooit opgehouden het vraagstuk te depolitiseren en het te veranderen in een kwestie van collectieve overeenkomsten. Met en onder zo’n verlichte leiding hebben we ons neergelegd bij de nederlaag.

Maar nu, in twee maanden tijd, is alles veranderd. De vormen van strijd zijn heel verschillend en vullen elkaar aan: we kunnen de massale maar vergeefse demonstraties overdag niet meer scheiden van de niet-aangemelde protesten die de politie tot het eind van de nacht aan het werk houden. De klassenstrijd vloeit over in die van de gilets jaunes. Het is een onuitgegeven combinatie, die al zo lang werd verwacht. Ditmaal gooit zij alles om.

 

Deze vertaling werd overgenomen van Menno Grootveld op zijn blog Wereldbrand. De Opinie Un pays qui le lève verscheen op de blog van Le Monde Diplomatique op 22 maart 2022. Frédéric Lordon (°1962) is econoom en filosoof. Hij is auteur van talrijke boeken en wordt beschouwd als een van de meest prominente intellectuele stemmen van radicaal links in Frankrijk.

Notes:

1   Metonymie is een stijlfiguur in het taalgebruik waarbij je een woord gebruikt dat een ander oproept dat je echt bedoelt, zonder het letterlijk te zeggen. Zo zeg je bijvoorbeeld ‘we gaan koppen tellen’, wanneer je bedoelt ‘we gaan verdachte mensen tellen’ (nvdr).

2   De Confédération Générale du Travail (CGT) is de tweede grootste Franse vakbondscentrale (nvdr).

3   De Franse actrice Juliette Binoche (nvdr).

4   Frans filosoof André Glücksmann (1937-2015) (nvdr).

5   Joseph Schumpeter (1883-1950), Oostenrijks politiek econoom, een van de meest invloedrijke economen van de vroege 20ste eeuw. Hij stond een beperkte democratie voor boven de bevolking, waarin alleen leiders het debat aangaan over de politieke keuzes (nvdr).

6   Cnews, het vroegere i-Télé, is een commerciële zender met een rechtse agenda, grotendeels eigendom van magnaat Vincent Bolloré. Te vergelijken met Fox News in de VS. Het is de tweede meest bekeken Franse zender. Cnews geeft open fora aan rechtse en extreemrechtse politici zoals Marina Le Pen en Eric Zemmour, die ook stemmen aan bod laat komen die de gruwelijke repressie van de Algerijnse bevrijdingsstrijd goedpraten (nvdr).

Creative Commons

take down
the paywall
steun ons nu!