Hoera crowdfunding?
Natuurlijk is het goed nieuws dat de actie ‘breng een Gauguin weer tot leven’ van het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten van België (KMSKB) al ruim 22.500 euro ophaalde voor de restauratie van een meesterwerk als ‘Portret van Suzanne Bambridge’.
Maar dezelfde actie voor een minder bekend doek zal moeilijker lopen. Zo’n crowdfundingscampagne kost ook geld, nog afgezien van de return. In dit geval: duo-tickets, gratis lidmaatschap voor één jaar, gratis reproducties, exclusieve uitnodigingen bij avant-premières, enzovoort.
Je kan er evenmin een duurzame werking mee uitwerken, structurele kosten dek je er niet mee, het maakt je afhankelijk van wat populair is bij een breed publiek en vooral: je kan dit instrument maar af en toe gebruiken. Zodra meerdere organisaties met gelijkaardige campagnes beginnen, speelt er al snel een verzadigingseffect op de markt van gulle gevers.
Zowel in de UK als Nederland stelden de overheden in het verleden al vast dat een politiek van fiscale cadeaus om giften te stimuleren minder succesvol was dan gehoopt. Het hangt er natuurlijk vanaf hoeveel voordeel je biedt. In het geval van de taxshelter voor de film krijgen ‘investeerders’ in België een return van 310 procent, los van de voordelen van de investering zelf. logisch dat zo’n dure maatregel succesvol is.
Wie meer wil weten over de nadelen van crowdfunding als beleid, kan terecht bij het uitstekende boek Pro Bono? waarin de historicus Mikkel Thorup uitlegt waarom een filantropiepolitiek onderdeel is van het hedendaagse creatief kapitalisme, verantwoordelijk voor de groeiende ongelijkheid en de afbouw van de verzorgingsstaat.
Dat Sleurs haar enthousiasme voor deze ene actie meteen wil doortrekken naar een cultuurpolitiek van de toekomst, is danook behoorlijk problematisch. In haar persbericht gaf ze ook aan dat de input van private middelen tevens het ‘maatschappelijk draagvlak’ vergroot. Vreemd, want is een publieke instelling zelf niet iets dat we samen al ‘maatschappelijk dragen’ via een herverdelingspolitiek? Of gaat ze er misschien vanuit dat er geen draagvlak is voor het restaureren van één de knapste stukken uit ons erfgoed?
Sabotage
Nog problematischer is echter dat het in het geval van deze crowdfunding helemaal niet om een aanvullende financiering gaat, maar om een alternatieve financiering die het tekort aan subsidies moet vervangen. Sleurs bespaarde 20 procent op de werkingsmiddelen van instellingen die reeds structureel ondergefinancierd zijn.
Na de aanslagen in Parijs en Brussel zaten deze instellingen ook met een fameuze terugval aan bezoekers. Dat inkomstenverlies kon op weinig genade rekenen bij de staatssecretaris: ook de facturen voor de extra beveiliging mogen ze zelf ophoesten.
Sleurs zocht de media overigens pas op nadat het KMSKB al enkele dagen met deze actie positief in de media kwam om er dan een draai aan te geven: dit financieringsmodel zou meteen de toekomst zijn. “Onze musea hebben eindelijk aansluiting gevonden bij die nieuwe vorm van fondsenwerving”, zegt de staatssecretaris. Anders gezegd: musea en burgers, trek uw plan.
Het hoeraverhaal van Sleurs is niet alleen een afleidingsmanoeuvre voor de structurele onderfinanciering. Het wraakroepende is immers dat Sleurs er voor zorgde dat een federaal museum als het KMSKB de eigen reserves (4 miljoen euro) niet kan gebruiken voor de restauratie van dit of andere schilderijen.
Ze voerde in 2015 namelijk een regel in waardoor de uitgaven voor een bepaald jaar niet hoger mogen liggen dan de inkomsten van dat jaar. Het KMSKB kon dus moeilijk anders dan een crowdfunding beginnen.
Over eventuele uitzonderingen op deze nieuwe regel moet de Inspecteur van Financiën, de staatssecretaris en de minister van begroting beslissen. Toen het KMSKB onlangs een schilderij van de Vlaamse expressionist Rik Wouters wou kopen om aan hun knappe collectie van het oeuvre van deze kunstenaar toe te voegen, vingen ze bot. De inspecteur gaf een negatief advies, Sleurs legde zich er meteen bij neer en speelde het dossier niet door naar de minister van begroting Wilmès.
Zou het kunnen dat separatisten het liever niet hebben dat het werk van een Vlaamse kunstenaar de federale collectie van een instelling verrijkt, die ze op termijn liever zien verdwijnen? Hebben ze misschien liever dat dit ‘Vlaams’ erfgoed privaat eigendom wordt van de Vlaamsgezinde kunstspeculant en havenbaas Huts?
Hoe het ook zei, in tegenstelling tot het mediagenieke hoeraverhaal van Sleurs blijkt dat haar politiek eerder restauraties (en aankopen) verhindert.
Robrecht Vanderbeeken is filosoof, auteur van Buy Buy Art (EPO) en lid van de toekomstgroep van ACOD Cultuur