Patrick Develtere
Interview, Nieuws, Economie, Samenleving, Politiek, België, ACW, Patrick Develtere -

Interview ACW-voorzitter Develtere: “Lijnrechte aanval op maatschappelijk middenveld”

Elke ochtend haalt ACW-voorzitter Patrick Develtere met een bang hart de kranten uit de brievenbus. Als hij tegen dan al niet opgebeld werd door de radio die een reactie wil op de nieuwste episode. Ook dit interview werd twee keer uitgesteld. Eén keer omdat het ACW op dat moment – op eigen uitnodiging - de BBI over de vloer kreeg, en een tweede keer omdat Patrick Develtere uitleg moest komen geven in de Kamercommissie.

donderdag 7 maart 2013 17:07
Spread the love

Ook bij de derde poging vreesden we het ergste. Die ochtend kwam het bericht dat Vanackere ontslag nam, moegetergd na de eindeloze reeks aanvallen en verdachtmakingen. Tijdens het interview vergaderde de CD&V-top over de opvolger. Zit een ACW-voorzitter dan niet voortdurend te telefoneren om de beslissing te beïnvloeden? Dat blijkt nogal mee te vallen. Tijdens ons gesprek bleef de gsm van de ACW-voorzitter stil.

Develtere bekijkt wat hem en het ACW overkomt met stijgende verbazing: “Er bestaat zoiets als parlementaire onverantwoordelijkheid. Dat is een juridisch concept, heb ik de voorbije weken geleerd, dat parlementsleden toelaat om te liegen en te schreeuwen. Alleen heeft men dat nu geëxporteerd naar de civiele maatschappij en de media. Dat is onbetamelijk. Sommigen lijken te vergeten dat ze rolmodellen zijn. Ze doen alsof het de normaalste zaak van de wereld is om met leugens uit te pakken en om de grofste beledigingen zoals ‘dief’ en ‘fraudeur’ rond te slingeren. Hoe men de bankiers en de mensen van FPIM vrijdag uitschold in het parlement, dat hou je niet voor mogelijk. Beangstigend om dat mee te maken.”

Vanackere sneuvelde op dat slagveld.

“Vanackere was een briljant politicus. In de politiek heb je in principe de beste krachten van de maatschappij nodig en die moet je koesteren. Hij is empathisch. Hij probeerde zich in te leven in de wensen van de ander en van daaruit tot oplossingen te komen. Nu kiest men voor agressie in plaats van empathie.”

Begrijpt u dat hij er de brui aan gaf?

“Ik kan me inbeelden dat de sfeer op een bepaald moment zo vergiftigd is dat je niet meer in staat bent om normaal te communiceren. Als constant geroepen wordt dat je incompetent bent en dat je liegt, dan krijg je dat niet meer rechtgezet. We hebben niet op de man gespeeld, zeggen ze nu. Komaan, dat is niet waar, hé. In de parlementaire commissie vrijdag werd heel duidelijk op de man gespeeld. Op een bepaald moment zwaait Jean-Marie De Decker met een papier. ‘Hier de bewijzen van de chantage van Develtere’. En hij begon voor te lezen: ‘We bekijken hoe onze relatie met Belfius verder kan evolueren. Kunnen we niet meer over de winstbewijzen beschikken, dan zullen we onze relatie met de bank beëindigen’. Volgens De Decker heb ik dat letterlijk gezegd op Radio 1. Ik heb het even opgezocht en mijn letterlijke woorden waren toen: ‘We zijn een belangrijke speler voor de bank. Wanneer we samen zullen werken in de toekomst, zullen we de gepaste formule zoeken. We maken geen claim op de winst van de bank. We zoeken wel de gepaste formule die goed is voor de bank want de bank is een systeembank’. Is dat chantage?”

“Tja, hoe kan je dan nog functioneren? Je kan daar niet tegenop. Trends-hoofdredacteur Johan Van Overtvelt zegt dat ik chanteer. De Decker zegt het. Als zij dat blijven zeggen, zegt iedereen uiteindelijk: ja, Develtere, hoe zit dat met die chantage?”

Wat zal de impact zijn van het ontslag van Vanackere?

“Op de eerste plaats is het een persoonlijk drama voor Vanackere. Ik hoop dat daarmee niet een bepaalde gedragscode sneuvelt in de politiek. Hij was iemand van de Beweging die uitkwam voor een bepaalde maatschappijvisie waar we ons in kunnen vinden. Niet dat we het altijd eens waren. Maar we delen ook een visie op hoe je aan politiek doet. Hij verdient dat niet.”

Denkt u dat hij daarom zo hard werd aangepakt?

“Als ik daar op antwoord, begin ik ook met intentieprocessen. Eigenlijk moet je dat aan N-VA en LDD vragen. Waarom doen ze dat? Waarom treden ze met een powerpoint naar buiten waarvan ze weten dat er op elke bladzijde een paar fouten staan? Dat moet je aan hen vragen.”

Aanval op het middenveld

Alsof u daar geen antwoord op hebt.

“Het gevolg kennen we wel. Als je de opeenvolging ziet, zeg je: dit is een lijnrechte aanval op het maatschappelijk middenveld. Als je de sterkste kern daarvan kan verzwakken, dan verzwak je het geheel. Dan krijg je een compleet andere verhouding tussen staat, markt en middenveld. Zij gaan voor een maatschappij met een sterke staat en een sterke markt. Het middenveld is niet nodig want er hoeft geen kracht te staan tussen de leider en het volk. Eventueel alleen een tv-scherm.”

N-VA laat niet na te benadrukken dat ze het goed voor hebben met de vele vrijwilligers van het ACW.

“Ik wacht op een eerste wetgevend initiatief om vrijwilligers te steunen. Hetzelfde over de fiscale praktijken die ze aanklagen. Ik wacht op hun eerste initiatief om de fiscaliteit rechtvaardiger te maken.”

Denkt u dat de visie van N-VA op het middenveld verschilt van die van het ACW?

“Emancipatie betekent voor ons: mensen tot zelforganisatie aanzetten. Door de ontmoeting met anderen krijgen mensen de kans om hun opinie te ontwikkelen. Ze zitten niet zomaar naar een scherm te kijken en boodschappen te absorberen. Personen komen versterkt uit ontmoetingen. Als ze dan ook nog eens samen initiatieven nemen, verstevigen ze het maatschappelijk weefsel. Je maakt een warmere en sterkere samenleving die beter bestand is tegen schokken als de globalisering. Bij onze neoliberale tegenstanders leeft een zeer reductionistisch beeld van wat maatschappelijk middenveld kan zijn. Op de duur blijft enkel de sportclub over en het theekransje. Of de buur een handje toesteken als zijn kelder ondergelopen is. Bij ons gaat het wel over wat meer.”

Is die kracht van het ACW aangetast na de voorbije periode?

“Ik denk dat de veerkracht niet fundamenteel is aangetast. Juist omdat de fundamenten veel te sterk zijn. Er is natuurlijk wel zoveel venijn gespoten dat een aantal mensen begint te twijfelen. Ik weet zeker dat na de lawine van boodschappen een aantal mensen zich wel begint af te vragen of het wel allemaal zo eerbaar is wat we doen.”

“Maar ik ben er van overtuigd dat er daardoor ook een tegenkracht komt. Er leeft veel verontwaardiging. Mensen zeggen: ‘we gaan ons toch niet laten doen?’ Ik krijg heel veel mails. Op momenten van de aanval zijn er mensen die schrijven dat we dieven en fraudeurs zijn. Even later komen de andere mails. “We gaan ons toch niet laten afmaken?”, “Dit is een aanval op alles wat we hebben opgebouwd”.

“Er zijn dus wel degelijk mensen die zich afvragen naar welk feuilleton ze zitten te kijken. Dat is een feuilleton van destructie van alles wat niet past in het neoliberale model waar zij voor gaan. Ze kiezen voor een compromisloze aanpak. Ze willen niet zomaar wat bijsturen in ons land. Het moet en zal volledig anders.”

Herbronning

Het ACW wil herbronnen. Hoe zit het daar mee?

“Ik weet niet of herbronnen het juiste woord is. Toen ik in 2010 voorzitter werd, was er reeds de vraag om tijdens mijn voorzitterschap in te loggen op de nieuwe maatschappij. Dit is niet meer de naoorlogse moderne samenleving. Mensen zijn anders georganiseerd en staan anders in het leven. Hoe kunnen we onze beweging daaraan aanpassen? Ik begon in september 2010. Een paar maanden later ontvlamde de Griekse crisis. Veel tijd om van de vernieuwing werk te maken, is ons dus niet gegund. Ik ga er van uit dat het stilaan over is en dat we aan de slag kunnen.”

U meent het.

“Ja, wij hebben samen mee voor welvaart en welzijn gezorgd in Vlaanderen en België. Dat komt omdat wij hier groei gecombineerd hebben met sociale dialoog. De moderne vragen waarop de mensen smeken naar antwoorden zijn de kwaliteit van het leven en het samenleven. De vakbond zoekt een antwoord met het concept ‘waardig werk’. Het ziekenfonds voert campagne met ‘Proef je geluk’. Iedereen is er mee bezig, maar hoe kunnen we collectieve initiatieven nemen? Dat is de nieuwe agenda van het ACW.”

“Vroeger werkten we met nationale jaarthema’s waarvan de methodiek volledig werd uitgewerkt. Nu heb je individuen die hun eigen gedacht hebben, aan hen moet je niet opleggen hoe ze een heel jaar moeten werken. Dat verandert de taakverdeling tussen de professionals van de beweging en de vrijwilligers.”

“We gaan ook opnieuw in de richting van het sociaal ondernemerschap moeten kijken. We hebben wel geleerd dat we dat niet meer moeten doen met beursgenoteerde private partners.”

Die bedenking maakte u ook al na de val van Arco. U beloofde toen een intern evaluatieproces. Buitenstaanders hebben daar weinig van gezien.

“We zijn een hele periode in het defensief gedrukt geweest waarbij we enkel konden reageren. Het is zelfs fysiek niet mogelijk om het anders te doen. Neem een dag als vandaag. Ik kan niet bepalen wat mijn agenda is. Zonder die problemen hadden wij wellicht meer de mogelijkheid gehad om die zelfkritiek te maken en tot nieuwe creatieve ideeën te komen. Misschien vinden jullie dat een flauwe verdediging. Ik had het echt ook liever anders gezien.”

U hebt persoonlijk uiteindelijk weinig te maken met die beslissingen uit het verleden. Waarom hebt u niet meteen schoon schip gemaakt?

“Het zou tegen de aard van onze beweging zijn om dat te doen. Er zijn keuzes gemaakt die achteraf fout bleken. Wie zegt dat we dat nu opnieuw niet doen? In die tijd waren het keuzes waarvan men de consequenties niet kon voorzien. We gaan toch ook niet vervallen in het simplisme dat het ACW verantwoordelijk is voor het feit dat FSA – dat een triple A-waardering had – van alles deed dat niet klopte. Onze mensen hebben dat niet gezien, net zo min als de mensen van de Gemeentelijke Holding en Ethias. Het was wel fout te denken dat je een coöperatief model kan verzoenen met een beursgenoteerd bedrijf.”

Het is toch net de taak van een beweging als het ACW om zich te verzetten tegen dat soort kapitalisme?

“Als het de bedoeling was te wegen op dat systeem, hadden we inderdaad andere dingen moeten doen. Het was een illusie te denken dat je dat kan doen door er te gaan inzitten. De eigen participatie was onvoldoende als hefboom om invloed te hebben. Maar ik geloof mijn voorgangers wel als ze zeggen dat zij het waren die de kritische vragen stelden.”

Te weinig tijd

Is het probleem ook niet dat een ACW-voorzitter bezig is met de besognes van de beweging en geen tijd en wellicht ook onvoldoende kennis om die technische dossiers op te volgen?

“Dat klopt deels, maar het is groter dan dat. Want zelfs in de financiële sector is er vrijwel niemand die echt een overzicht heeft en alles begrijpt. Er zit niet één persoon aan de top die weet wat er in al die subdivisies gebeurt en hoe al die producten in elkaar zitten. Trouwens, als aandeelhouder mag je niet zoveel weten als het management en de regulator, anders kan je handelen met voorkennis van zaken. Het systeem is dus op zich al een black box voor iedereen.”

Ondertussen verschijnen er dagelijks opinies vol kritiek op het ACW. De krant De Tijd vroeg zich bijvoorbeeld af waarom het ACW als enige aandeelhouder de dans ontspringt. Anderen moeten volgens hen zwaar betalen terwijl het ACW geld blijft krijgen.

“(stilte) Ten eerste hebben wij onwaarschijnlijk veel verloren. Getuige ook het feit dat we een bedrijf in herstructurering zijn. Wij moeten verder met een derde van onze middelen. Dat betekent dat momenteel alles ter discussie staat: onze kernopdracht, de taakstelling van het personeel, onze organisatiewijze. We moeten alles herbekijken. We ontspringen de dans dus helemaal niet, we zijn het slachtoffer van wat er gebeurt.”

“Ten tweede hebben we met Belfius bewust een alternatief uitgewerkt waarbij de band tussen de beweging en de bank kan blijven bestaan. En die formule is ten voordele van de bank en de verzekeraar. Met die achtergestelde lening versterken wij het kapitaal van die bank. En met het commerciële akkoord versterken we de relatie tussen de bank en de verzekeraar en de organisatie. Elke andere optie lijkt me onverantwoord.”

Volgens Jos Clijsters, ceo van Belfius, gaat het inderdaad om een heel eerbaar voorstel. Maar op Twitter schrijven economen dat het niet fatsoenlijk is dat jullie zo’n hoge rente krijgen terwijl de gewone man het met anderhalf procent moet stellen op zijn spaarrekening.

“Zo’n eeuwigdurende achtergestelde lening is zeer risicovol, dus die rente is helemaal niet abnormaal. Die economen zijn trouwens perfect op de hoogte van het verschil tussen een particulier en een onderneming.”

Perceptieprobleem

Is dat niet jullie probleem? Jullie hebben misschien wel goede argumenten, maar het ACW krijgt zijn verhaal niet meer verkocht.

“Tja, dat horen we van veel journalisten. Blijkbaar hebben we een perceptieprobleem.”

U klinkt bijna lijdzaam, alsof u van plan bent om te wachten tot de storm overwaait en het ACW een doorstart kan maken. Zou u niet beter terug vechten en aantonen wat er mis is met dat neoliberale model waartegen het ACW nu zo moet opboksen?

“Het is onnatuurlijk voor ons om in de tegenaanval te gaan: agressie met agressie beantwoorden is niet iets waar we ervaring in hebben. Bovendien aanvaard je op dat moment een manier van omgaan met elkaar waar wij ons liever ver van houden. Maar ik begrijp uw vraag wel, als je door een straatvechter wordt aangevallen, bekruipt je natuurlijk de goesting om ook te beginnen vechten. Maar wij gaan voor de lange termijn.”

“Bovendien is het niet zo dat we het er zomaar bij laten. We dienen heel bewust klacht in omdat we dit via de gerechtelijke weg willen beslechten. Ik geloof heel sterk dat we onze manier van actie voeren en mobilisatie moeten behouden. Wij zouden ook op Twitter kunnen beginnen met allerlei vuilspuiterij. Maar we willen niet meegaan in die stijl. Onze vakbond heeft de traditie om in dialoog te gaan. Wij gaan bijvoorbeeld met werkgevers praten, ook als er echt dingen zijn die niet door de beugel kunnen in bepaalde bedrijven. Mocht de vakbond Twitter en andere sociale media gebruiken om die bedrijven te beledigen en op de man te spelen, dan is het einde zoek. Dat pad willen wij dus niet bewandelen.”

Er bestaan natuurlijk verschillende vormen van verzet. Jullie zouden ook in de tegenaanval kunnen gaan door nu heel offensief jullie eisen te stellen, door jullie agenda terug op de kaart te zetten. Het is al lang geleden dat we nog persberichten kregen van het ACW waarin het over iets anders ging dan over Belfius of winstbewijzen.

Dat klopt, wij leven momenteel reactief. Wij worden letterlijk overschreeuwd. Maar we proberen nog steeds onze taak te doen, en bijvoorbeeld te werken rond verkeersleefbaarheid, of recent rond de week van de vrijwilliger. Maar misschien zouden we nog wat meer nationale geluiden mogen laten horen, over sociaal beleid bijvoorbeeld.”

Nu het ACW zo beschadigd is – zowel financieel als wat betreft politieke macht – is het misschien niet onlogisch om verder te gaan zonder koepel. De socialistische beweging doet dat uiteindelijk ook en organisaties zoals de CM en het ACV staan op zich wel sterk.

“Het zijn nochtans de organisaties die opteren voor een ACW, omdat de delen sterker zijn als het geheel bestaat. De koepel biedt de mogelijkheid om zaken gemeenschappelijk te organiseren. Op die manier werk je niet alleen vanuit een mutualistische, of syndicale, of socio-culturele reflex: je doet het samen met die verschillende takken. Daardoor betrek je de verschillende dimensies uit de maatschappij, en de verschillende identiteiten die mensen hebben: men is werknemer of gepensioneerd, men is gezond of ziek, je hebt een genderidentiteit, een bepaalde gezinssituatie etcetera. Via die koepel kan je daar dus een totaalverhaal van maken en werken aan een gemeenschappelijke visie.”

Kunt u dat concreter maken?

“Een goed voorbeeld is Procura. Daarmee bieden we permanente vorming en begeleiding aan voor vzw’s en coöperaties. Mensen met een bestuursmandaat binnen zo’n organisatie kunnen vaak hulp gebruiken omdat de wetgeving voor vzw’s complex is. En we begeleiden hen ook binnen de processen van fusies en schaalvergroting die ze doormaken.”

“Daarnaast oriënteren we via die koepel ook naar het beleid toe. In de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen hebben wij zomaar even 30.000 mensen bevraagd van binnen en buiten de beweging. Dat heeft enorm veel informatie opgeleverd over hoe mensen denken dat er aan lokaal beleid gedaan moet worden. Die materie werd immers omgezet in lokale memoranda.”

Gemeenteraadsverkiezingen

Nochtans kan worden opgemerkt dat het ACW niet echt zijn stempel heeft kunnen drukken op de gemeenteraadsverkiezingen. In Denderleeuw werd het cordon bijna verbroken, in Aalst kwam er met Van Overmeire een omstreden schepen van Vlaamse Zaken en in Antwerpen werd de SP.A buiten spel gezet. Telkens door een coalitie waar de CD&V deel van uitmaakt.

“De tijd dat we van bovenaf bepaalden wat er lokaal moet gebeuren ligt al lang achter ons. Er is geen sprake meer van een centraal georganiseerd aanpak van het politieke gebeuren. We kunnen de mensen in pakweg Izegem of Genk niet langer zomaar opdragen om al dan niet met partij X of Y een coalitie aan te gaan. Op dat moment is het trouwens de politiek, en niet het ACW die beslist. Zelfs al zijn de politici in kwestie ACW-ers.”

In het eisenpakket dat jullie opstelden naar aanleiding van die grootschalige bevraging stond toch dat het ACW streeft naar progressieve coalities.

“Neen, er stond dat we streven naar coalities die maximaal onze agenda realiseren. Wat Antwerpen betreft ben ik als individu zeker bezorgd dat dit een stad wordt die geassocieerd wordt met conflict, terwijl het er net op leek dat ze haar sociale en culturele rust en vrede gevonden had.”

Maar het is niet meer de rol van het ACW om daar orde op zaken te stellen.

Die periode is echt al lang voorbij, en we moeten daar ook geen nostalgie naar hebben. Het Antwerpse ACW mag natuurlijk op tafel slaan als ze dat nodig vinden. Maar onze lokale afdelingen gaan niet naar Brussel kijken om te vragen wat ze moeten doen.”

Om af te sluiten: aan het begin van het gesprek zei u dat u hoopt dat het stilaan gedaan is. Bent u bang dat er de komende dagen nog nieuwe nota’s zullen opduiken in de pers?

“Ik weet niet of we op het einde zijn. Maar ik blijf geloven dat we de komende maanden onze rug zullen kunnen rechten, en dat we energie zullen vinden om dat toekomstproject vorm te geven. En wat die mogelijke nieuwe nota’s betreft: ik zou eerlijk gezegd niet weten wat men nog aan munitie heeft.”

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!