Vorige week hield een commissie van het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden een hoorzitting over de drie verdragen. De voorzitter van het Committee on Ways and Means, de Republikein Dave Camp, zou de drie overeenkomsten graag tegen 1 juli goedgekeurd krijgen. “Andere grote economieën als de Europese Unie en Canada hebben handelsverdragen met Colombia, Panama en Zuid-Korea ondertekend, of staan op het punt dat te doen. Als wij niets doen, zullen we nog meer kansen missen om banen te scheppen in de VS”.
Zuid-Korea
Van de drie verdragen lijkt dat met Zuid-Korea het eerst geratificeerd te kunnen worden. Een eerste versie van dat verdrag werd door de twee regeringen in 2007 ondertekend, een nieuwe versie in december van vorig jaar. Het Zuid-Koreaanse ministerie van Handel liet vorige week woensdag weten dat de definitieve tekst voor de twee parlementen rond is en half februari kan worden ondertekend.
“Het verdrag heeft nu de volledige steun van de Amerikaanse bedrijven en zelfs van de kritische vakbonden”, verklaarde de Zuid-Koreaanse ambassadeur in de VS, Han Duk-soo, vrijdag. Er is nog wel wat tegenstand bij Amerikaanse politici. Zuid-Korea is een belangrijke handelspartner van de VS en staat sterk in sectoren als de automobielnijverheid, waar de VS veel te verliezen hebben. Ook een sinds 2008 aanslepende ruzie over de beperkingen op de invoer van Amerikaans rundvlees in Zuid-Korea zorgt nog voor oprispingen. Maar Han zei toch “het volste vertrouwen” te hebben dat het verdrag in beide landen zal worden goedgekeurd.
Colombia
De overeenkomst met Colombia zal volgens de Amerikaanse Buitenlandminister, Hillary Clinton, ook dit jaar worden voorgelegd aan het Amerikaanse parlement. “Er wordt nog onderhandeld”, gaf Clinton vrijdag toe na een ontmoeting met de Colombiaanse vicepresident Angelino Garzón. “We willen een tekst voorleggen die wordt goedgekeurd”. Volgens Clinton wordt er in maart verder onderhandeld.
Het vrijhandelsverdrag met Colombia werd al in 2006 op papier gezet, maar botste in de VS op tegenstand. Critici stelden dat Colombia te weinig respect toont voor de rechten van werknemers, terwijl ook de algemene mensenrechtensituatie in het land grote zorgen baarde. De verkiezing van Juan Manuel Santos als nieuwe president vorig jaar heeft de kritieken gemilderd. Santos heeft een vakbondsachtergrond.
De nieuwe Colombiaanse regering laat duidelijk horen dat ze de mensenrechtensituatie in het land wil verbeteren. “Dat moet nog wel worden omgezet in concrete maatregelen”, waarschuwt Lisa Haugaard van de Latin American Working Group, een Amerikaanse mensenrechtenorganisatie. Volgens Haugaard zijn er nog altijd geweldplegingen tegen Colombiaanse mensenrechtenactivisten en zit er nog geen beweging in het onderzoek naar talrijke buitengerechtelijke executies van de voorbije jaren.
Andere handelspartners
Intussen voert Colombia de druk op Washington op. Als het vrijhandelsverdrag met de VS niet wordt goedgekeurd, zal Colombia zich meer richten op andere handelspartners, waarschuwde de Colombiaanse vicepresident Garzón in Washington. Tegen 2013 zal Colombia volgens hem vrijhandelsverdragen hebben met Canada, Japan, China en de Europese Unie.
Het vrijhandelsverdrag tussen de VS en Panama dateert ook al van 2007. Het Panamese parlement keurde het verdrag dat jaar al goed, maar de VS zijn nog niet zover. De handel tussen Panama en de VS is vrij beperkt en de negatieve gevolgen van een akkoord kunnen dus nooit zwaar doorwegen. De Amerikaanse tegenstand heeft vooral te maken met Panamese beperkingen op vakbondwerk en bezorgdheid over de transparantie van het belastingregime.