Donald Trump en Boris Johnson. Friends in high places. Bron: whitehouse.gov/Public Domain
Opinie, Mediakritiek -

De leugen teveel, de echte reden voor het ontslag van Boris Johnson?

De media vallen over elkaar heen om het ontslag van Brits eerste minister Boris Johnson te wijten aan zijn zoveelste leugen. Dat is het zowat. Verder dan een kopie van de analyses in de Britse media komen de buitenlandse en Belgische media niet. Eerder dan te blunderen heeft Johnson de voorbije drie jaar uitstekend zijn taak uitgevoerd. Brexit is er door en Labour is geen alternatief meer. Johnson kan veilig worden afgevoerd.

vrijdag 8 juli 2022 10:36
Spread the love

 

Zowat alle redenen die recent werden aangehaald om het ontslag van Boris Johnson te eisen als Conservatieve eerste minister waren al bekend nog voor hij kandidaat-partijleider (en in het Britse systeem dus ook kandidaat eerste minister) werd na de verkiezingen van 2017.

In feite waren die redenen zelfs al bekend voor hij in 2001 zijn allereerste politieke mandaat opnam. De echte reden voor zijn ontslag moet bij de evolutie in oppositiepartij Labour worden gezocht. Eerst een terugblik.

Wat voorafging

De lijst van leugens, flaters, wangedrag en schandalige uitspraken van Boris Johnson was in 2001 al zo lang dat een eerlijke pers het hun collega-journalist toen al onmogelijk zou hebben gemaakt om verkozen te raken.

Na die eerste verkiezing in het parlement was zijn parcours als burgemeester van London (2008-2016) eveneens ruim voldoende om hem ongeschikt te bevinden voor eender welk hoger nationaal ambt.

De eerste vergadering van het kabinet van Brits eerste minister Boris Johnson in 2019. Foto: Andrew Parsons/No10DowningStreet/CC BY-NC-ND 2:0

Dat ambt verkreeg hij toch. Als minister van buitenlandse zaken onder eerste minister Theresa May (2016-2018) stapelde hij de ene flater na de andere diplomatieke rel op. Het leek allemaal van hem af te glijden. Zijn lompe verschijning leek zowaar sympathiek, authentiek zelfs, eerlijk.

De Britse pers verzweeg de schandalen rond zijn persoon niet, maar maakte er nooit een halszaak van. Eerder werd hij voorgesteld als een wat grappige, slungelige dilettant met zeer on-Brits hoogblond piekhaar die verder nooit brokken zou maken.

Eender welke journalist, die naam waardig, had jaren geleden echter al kunnen stellen dat deze man totaal onbetrouwbaar was.

Een fake slungel

Het zogenaamd slungelige gedrag van Boris Johnson is altijd fake geweest. De echte Boris Johnson is een telg van de Britse upper class, die aan Oxford studeerde. Als kind ging hij twee jaar naar de exclusieve Europese lagere school in Ukkel, toen zijn vader EU-ambtenaar was in Brussel.

Hij groeide daarna verder op in het al even exclusieve internaat van Eton, waar hij besliste zijn voornaam Alexander niet meer te gebruiken en voortaan met zijn tweede stoere voornaam Boris door het leven te gaan.

Boris Johnson en Keir Starmer. Zoek de verschillen… Screenshot: thecatholicuniverse.com

Ondanks klachten van de schooldirectie over luiheid, zelfingenomenheid en een gebrek aan stiptheid behaalde hij schitterende cijfers, wat hem toeliet naar Oxford te gaan studeren, waar hij eveneens excelleerde in Engelse literatuur en de Klassieke talen Grieks en Latijn.

Hij speelde tussendoor in de universitaire rugbycompetitie en nam tegelijk deel aan drinkgelagen van de Bullingdon Club, notoir voor zijn excessen, vandalisme en walgelijke dooprituelen – samen met studiegenoot David Cameron.

Zoals voor de meeste Britten van standing was dat geen enkel probleem voor zijn loopbaan. Hij geraakte met zijn familiale connecties vlot aan werk bij establishmentkrant The Times, maar werd er korte tijd later al ontslagen nadat hij betrapt werd op het uitvinden van een quote door een bekend historicus.

Voor iemand met zijn maatschappelijke allure was ook dat geen probleem om vrij snel een hoge positie te verkrijgen bij de Daily Telegraph. Daar viel hij op met de wollige stijl van zijn artikels, waarin hij zijn erudiete kennis van feitjes uit de geschiedenis en oude geleerd klinkende woordenschat en Latijnse spreuken uitgebreid tentoonspreidde.

Hij had er vrij snel veel succes mee bij de conservatieve lezers van de krant. Van 1989 tot 1994 was hij correspondent voor de krant in Brussel, waar hij een nogal koele minnaar bleek van de EU, wat hij op een zeer eigen manier aantoonde.

Worsten, condooms en ‘snuivers’

Hij was niet te benauwd om compleet verzonnen absurde verhalen te publiceren die de EU in een slecht daglicht stelden. Zo zou de EU gefrituurde garnalen en Britse worsten verbieden en standaardmaten voor condooms verplichten omdat Italianen kleinere penissen zouden hebben.

De EU had ‘snuivers’ in dienst om mest te beoordelen op zijn correcte geur, Euro-biljetten maakten mannen impotent en bananen moesten een identieke krommingsgraad hebben voor invoer.

Minister van Buitenlandse Zaken Boris Johnson tijdens een toespraak in de VS. Foto: U.S. Department of State

Chris Patten, voorzitter van de Conservatieve Partij van 1990 tot 1992 noemde hem “een van de grootste exponenten van fake journalistiek”, jaren voor fake news een trendy term werd.

Na de slachtpartij in een school in het stadje Dunblane in 1996 waarbij 15 kinderen en een onderwijzeres werden omgebracht – de grootste schoolslachting in de Britse geschiedenis – verzette hij zich tegen een verbod op handwapens.

EU-haatster en eerste minister Margaret Thatcher vond het geen probleem maar haar Eurofiele opvolger John Major had niets dan misprijzen voor journalist Boris Johnson.

Terug in Londen schreef hij opinies en columns waarin hij racistische termen als ‘picaninnies’ en ‘watermelon smiles’ gebruikte, Europees kolonialisme in Afrika verdedigde en homoseksuelen ‘tank-topped bumboys’ noemde.

In 1993 poogde hij voor het eerst tevergeefs een politiek mandaat te verkrijgen bij de Conservatieve Partij voor de EU-verkiezingen van 1994. De partij weigerde zijn kandidatuur maar bood hem wat later een kandidatuur aan voor het nationale parlement in een kiesdistrict in Wales dat al jaren stevig in handen was van Labour. Hij verloor met 23 procent van de uitgebrachte stemmen.

Journalistieke vriendendiensten

In 1995 brak een eerste schandaal uit toen bleek dat hij vijf jaar eerder ingegaan was op het verzoek van een vriend die betrokken was bij verzekeringsfraude. Die vroeg hem naar het privé-adres van een collega-journalist bij News of the World die deze fraude onderzocht.

Hij zou hem ‘twee blauwe ogen en een gebroken rib’ bezorgen. In het opgenomen telefoongesprek toonde Johnson zich alleen bezorgd dat hij met die aanval op een collega zou geassocieerd worden. De hoofdredacteur van The Times weigerde hem te ontslaan.

Zijn ‘goede’ connecties bezorgden hem een vaste column in The Spectator, het weekblad van The Daily Telegraph. Zijn toenmalige medewerkers klaagden dat hij systematisch zijn kopij laattijdig indiende en die steevast slordig afwerkte. Als hij daar op werd aangesproken antwoordde hij met luide vulgaire beledigingen.

In 1998 begon zijn nationale faam met deelname aan het satirisch programma Have I Got News For You, waar hij een zeer succesvolle komische indruk maakte met snelle gevatte replieken en commentaren. Het beviel hem zeer dat hij voor het eerst werd herkend op straat.

Hoofdredacteur en auteur

In 1999 werd hij hoofdredacteur van The Spectator, op voorwaarde dat hij zijn parlementaire ambities zou opgeven, wat hij beloofde. Hoewel The Spectator een conservatief tijdschrift is liet hij bijdragen van linkse auteurs toe, maar net zo goed mochten andere columnisten racistische en antisemitische uitspraken doen in hun artikels.

Over die periode schreven een aantal vrouwelijke journalisten in 2019 naar aanleiding van zijn kandidatuur voor het partijvoorzitterschap dat hij hen in die periode meermaals had lastig gevallen met ongepaste aanrakingen.

Tussendoor was Boris Johnson ook een productief schrijver van fictie en geschiedenis. In de roman met de islamofobe titel Seventy Two Virgins (2004) beschrijft Johnson Arabieren als ‘haakneuzen’ en Afrikaans-Britse burgers als ‘coffee-coloured’.

Joden zijn bedreven in ‘controlling the media’ en vervalsen verkiezingsresultaten. Vrouwelijke personages komen alleen aan bod met hun al dan niet voorradige seksuele aantrekkingskracht. Het boek kreeg uitsluitend negatieve recensies.

In zijn boek The Dream of Rome (2006) loofde hij het Romeinse Keizerrijk voor zijn geslaagde integratie van Europa, volgens hem in scherp contrast met de mislukking van de huidige Europese Unie.

Zijn meest succesvolle boek was The Churchill Factor (2014), waarin hij Winston Churchill voorstelde als ‘de man die de beschaving had gered’ tijdens de Tweede Wereldoorlog. Tussendoor vergeleek Johnson op een niet bepaald subtiele manier zichzelf met Churchill.

In het boek bracht hij verder geen enkel nieuw inzicht over de meest besproken Britse politicus aller tijden. Een recensent van The Observer bemerkte dat Johnson het alleen had geschreven om een boek over Churchill op zijn palmares te hebben.

2001…

In 2001 slaagde hij uiteindelijk in zijn politieke ambities nadat hij door de lokale partijafdeling zeer nipt aanvaard was als kandidaat voor het kiesdistrict Henley in het graafschap Oxford, een stevig Conservatief bastion.

In 2005 werd hij herverkozen, waarna hij zijn mandaat verliet om deel te nemen aan de verkiezingen van de burgemeester van Londen, wat hij daarna twee termijnen bleef tot 2016.

Ondanks beloften dat hij niet zou deelnemen aan parlementsverkiezingen terwijl hij nog burgemeester was nam hij in 2014 toch deel aan de parlementsverkiezingen in het stevig Conservatief kiesdistrict Uxbridge and South Uslip in Londen.

Toen reeds circuleerden de eerste geruchten dat hij van plan was zijn oude studiegenoot en op dat ogenblik Brits eerste minister David Cameron te onttronen.

Theresa May versloeg hem echter bij de interne verkiezingen voor de positie van partijvoorzitter en benoemde haar lastige rivaal tot minister van buitenlandse zaken in haar eerste regering, een zwakke positie omdat ze ook een Brexitminister en een minister voor internationale handel had benoemd, twee nieuwe functies.

Hoge diplomaten klaagden over zijn gebrek aan kennis van internationale politiek en het ontberen van enige visie of duidelijke stellingname. Zijn meest gênante uitspraak – in een zeer uitgebreide lijst van diplomatieke blunders – was zijn stelling dat de platgebombardeerde Lybische stad Sirte een economisch succes zoals Dubai kon worden, “alles wat ze moeten doen is de dode lichamen opruimen”.

Boris, de journalist

Deze terugblik focust vooral op Johnsons pre-politieke verleden als journalist, veel minder op zijn politieke loopbaan. Dat is geen toevallige keuze. Dit overzicht is slechts het tipje van de ijsberg. Zelfs zijn zeer uitgebreide Wikipedia-pagina waar nog veel meer staat dan hier is onvolledig.

Het politieke parcours van Boris Johnson is bij het ruime publiek beter bekend. Zijn journalistieke verleden is dat niet. Alleen zijn collega’s in de pers kenden dat.

Al zij hadden gewild was deze man er nooit in geslaagd een begin van politiek carrière te maken. De ijver waarmee diezelfde journalisten daarentegen met een microscoop elk mogelijk interpreteerbaar feitje uit het politiek verleden van Labour-voorzitter Jeremy Corbyn gingen uitpluizen kan niet meer verschillend zijn.

Jeremy Corbyn was een gevaar voor het Britse politiek-economisch-mediatiek bestel. Boris Johnson was dat niet. Deze man was met al zijn clowneske maniertjes, zijn warrige haardos, zijn zelfs voor de Britse upper-class bizar overdreven hoogdravend Engels en zijn gênante uitspraken een veilige man. Met hem kwam het systeem nooit in gevaar.

Op naar 2017

De Conservatieve Partij nam hem pas ernstig na de parlementsverkiezingen van 2017. Toen was eerste minister Theresa May haar parlementaire meerderheid kwijt en werd ze verplicht tot een ongemakkelijke samenwerking met de Noord-Ierse reactionaire protestantse partij DUP om verder te kunnen regeren.

Keir Starmer en Jeremy Corbyn op het verkiezingscongres van Labour van 31 oktober 2019. Foto: Labour/CC BY 01

Het risico van nieuwe verkiezingen zo kort na de vorige en een mogelijke overwinning van Jeremy Corbyn was te groot. Ze moest ten allen prijze doorgaan.

Ze bleek echter te zwak om Brexit er door te krijgen en moest ditmaal alsnog de duimen leggen tegen haar sterkste tegenkandidaat van amper twee jaar eerder. Bovendien werd met haar aan het stuur de kans op een overwinning van Jeremy Corbyn te riskant.

Om Brexit er door te krijgen was Johnson niet per se de meest geschikte kandidaat-partijleider, hoewel hij zeker een van de sterkmakers van de partij was op dat vlak, maar zeker niet de enige. Zijn nut lag elders.

Jeremy Corbyn had in 2017 drie miljoen meer stemmen behaald dan Tony Blair bij zijn tweede en derde overwinningen in 2001 en 2005 en daarmee vriend en vijand verrast.

Johnson werd met zijn plat populistisch imago als de enige mogelijke tegenkandidaat gezien die Corbyn van een definitieve overwinning en van een regering kon afhouden. De harkerige Theresa May zou dat onmogelijk gekund hebben.

De ‘fout’ van 2017

De Conservatieve Partij, de rechtervleugel van Labour en de mainstream media hadden tijdens de verkiezingscampagne van 2017 een fatale strategische fout begaan. Tijdens die campagne hadden zij zich gehouden aan de wettelijke verplichtingen om fair en proportioneel aandacht te geven aan de standpunten van alle deelnemende partijen, dus ook aan Labour onder Corbyn.

In de twee jaar daarvoor hadden zij een hetze gelanceerd zonder historisch voorgaande sinds het bestaan van Labour. Die hetze slaagde erin een principieel antiracist met een smetteloze politieke loopbaan van dertig jaar als strijder voor de mensenrechten voor te stellen als een ‘antisemiet’.

Foto: Facebookpost

Klachten over antisemitisme door Labourleden waren onder partijvoorzitter Corbyn sinds 2015 even talrijk als onder al zijn voorganger sinds Tony Blair en hij trad er tegen op met dezelfde procedures, maar het mocht niet baten.

Het risico dat Groot-Brittannië voor het eerst in zijn bestaan een eerste minister zou hebben die meende dat Palestijnen dezelfde mensenrechten hebben als alle andere mensen op aarde was te groot.

De media deden gewillig hun deel van het werk. Antisemitisme en islamofobie in de Conservatieve Partij werd genegeerd. Brits-Joodse stemmen die Corbyn verdedigden werden geboycot. Dat het zogenaamde antisemitisme-probleem binnen Labour nooit de echte reden was bleek onmiddellijk toen Keir Starmer hem opvolgde als partijvoorzitter.

Hoewel het aantal echte klachten over antisemitisme van partijleden onder Starmer gelijke tred hield met de periode onder Corbyn en onder diens voorganger Milliband (zelf een Britse Jood) verdween het probleem als sneeuw voor de mediazon.

De opdracht van Keir Starmer

Starmer zette zowat alle pro-Palestijnse partijleden, waaronder meerdere Britse Joden, genadeloos aan de deur. Hij had echter nog meer werk voor de boeg. Labour moest ook bevrijd worden van het programma van Corbyn.

Corbyns echte politieke programma konden de Conservatieven en de rechtervleugel van Labour niet bestrijden, want dat was immens populair, wat vrij snel bleek toen Corbyn na zijn eerste verkiezing tot partijvoorzitter in 2015 op één jaar tijd van Labour de grootste sociaaldemocratische partij van Europa maakte. Dit programma was het echte probleem van Corbyn – verborgen achter het waas van zijn beweerd antisemitisme.

Zes weken verkiezingscampagne met een faire voorstelling van het programma van Labour onder Corbyn brachten hem in 2017 op een boogscheut van de overwinning. Die fout zouden ze niet meer maken in 2019.

Tijdens deze verkiezingscampagne werden alle mediaregels van fairplay overtreden. Prominente mediafiguren als Laura Kuenssberg en Robert Peston lieten openlijk elke schijn van onpartijdigheid varen. Zij konden er gerust in zijn. Met Boris Johnson aan het stuur zou hun gedrag nooit onderzocht worden.

Buitenlandse en Belgische media aapten hen devoot na. Die hetze en het onduidelijke standpunt van Labour over Brexit dijkten uiteindelijk het gevaar in.

Keir Starmer, de man die onder Corbyn verantwoordelijk was voor die dubbelzinnige houding over Brexit, werd de nieuwe partijvoorzitter. Verkozen met de belofte het politiek programma van Corbyn verder te zetten zonder Corbyn en zonder zijn ‘antisemitisme’ heeft hij drie jaar later alle onderdelen van dat programma verlaten.

De treinstaking te veel voor Boris

Starmers dictaat aan de eigen parlementsleden dat zij zich niet mochten uitspreken ten voordele van de treinstaking en in geen enkel geval mochten opdagen aan de stakingspiketten bezegelden definitief het lot van… Boris Johnson.

Even leefde de vrees dat de treinstaking zich zou uitbreiden naar alle openbare diensten en naar de privé-sector. Terwijl het reactionaire antisociale beleid van alle Conservatieve regeringen sinds 2010 de weg wijd open laat voor een sociaal alternatief heeft Starmer met zijn stellingname tegen de treinstaking elk gevaar van Labour als oppositiepartij definitief uitgeschakeld, waarschijnlijk voor een hele generatie.

De helft van alle partijleden onder Corbyn hebben de partij ondertussen verlaten. Starmer slaagt er ondertussen niet in beter te scoren dan de Conservatieven, terwijl die toch het meest sociaal regressieve beleid voeren sinds Margaret Thatcher er mee begon.

Een aantal ministers uit Johnsons regering zeiden het in hun ontslagbrief. Zij dankten Boris Johnson dat hij voor hen het land had gered van Corbynisme. Alleen een platte populist als hij kon dat waarmaken. Geen enkel ander Conservatief politicus had dat in zijn plaats gekund.

Geen Donald Trump, eerder een George W. Bush

Boris Johnson wordt wel eens vergeleken met Donald Trump. Dat is unfair. Johnson heeft meer inhoud. Een betere vergelijking is George W. Bush. Ook deze telg van de rijkste elite van zijn land kon als geen ander doen alsof hij ook maar een gewone gast was, die bomen in zijn tuin snoeide, ‘nuclear’ verkeerd uitsprak als ‘nucular’ (zoals vele Amerikanen) en spreekwoorden verhaspelde. Boris Johnson kon je nooit op een taalkundige verspreking betrappen maar sprak even doelbewust wartaal.

De Conservatieve Partij heeft al jaren geen sterke figuren meer. Hun parlementsleden weten zich enkel lokaal in stand te houden en komen nationaal over als verkrampte ‘stiff upper lips’.

Jacob Rees-Mogg, Savid Javid, Rishi Sunak, Priti Patel, Michael Gove, Dominic Raab of Liz Truss kunnen hun diepe viscerale misprijzen voor het gewone volk niet verbergen. Minder bekende Conservatieve politici doen zichzelf voortdurend schandalen aan met wangedrag, fiscale fraude, onhandige uitspraken over werklozen, armen, migranten…

Hun taalgebruik, hun uitspraken, hun verkrampte mediapersoonlijkheden tonen hoe ver zij staan van de sociale noden van de Britse bevolking. Hoe verschillend hun stijl ook is van de flamboyante Johnson, inhoudelijk staan ze voor het identieke regeringsbeleid.

Andere stijl, zelfde beleid

Het Britse systeem maakt het mogelijk dat een partij met 43,6 procent van de uitgebrachte stemmen 62 procent van alle 650 zitjes in het parlement haalt, een absolute meerderheid van 80 zetels. Boris Johnson kon het zich in 2019 aanvankelijk permitteren om die meerderheid te zien afkalven.

Het Partygate schandaal – Johnson nam deel aan party’s in zijn eigen kabinet tijdens de lockdowns – had in normale omstandigheden tot het onmiddellijk ontslag van Johnson geleid, meer dan een jaar geleden reeds. Dat mocht dan echter niet. Het was nog niet duidelijk genoeg dat Labour onder Keir Starmer niet langer een bedreiging was (ironisch genoeg  zit Starmer voor het ogenblik zelf met een lockdown-schandaal, dat door de pers minzaam wordt behandeld).

Na de weigering van Starmer om de treinstaking te steunen is het gevaar Corbyn definitief van de baan.

Wie Johnson gaat opvolgen is nog onduidelijk. Kandidaten genoeg maar geen enkele persoonlijkheid die bovendrijft. In de commentaren wordt een van hen zelfs aangeprezen omdat hij ooit betrokken was bij het repatriëren van het lichaam van Diana. Je verzint het niet.

Johnsons politieke loopbaan is in ieder geval ten einde. Hem wacht echter een lucratief bestaan als mediacommentator, schrijver van memoires en boeken of consultancies à la Tony Blair.

Wie ook de nieuwe eerste minister wordt, de economische elite kan rekenen op een stabiele verderzetting van hetzelfde neoliberale beleid. Johnson heeft zijn echte opdracht schitterend vervuld, Labour is geen oppositiepartij meer.

Wie hem ook opvolgt zal hetzelfde beleid verderzetten. En daar gaat het uiteindelijk om.

Het echte schandaal van Boris Johnson?

Geen enkele media-aandacht is er tenslotte voor de grootste verwezenlijking van Boris Johnson als eerste minister. Tegen zijn verkiezingsbelofte van 2019 in heeft hij de privatisering van de nationale openbare gezondheidszorg NHS (National Health Service) gestart.

Daarmee komt een einde aan de grootste sociale na-oorlogse verwezenlijking van de Britse maatschappij. In 1948 richtte de Labour-regering van Clement Attlee de NHS op.

Dat deed hij terwijl de Britse industrie vernield was door vier jaar oorlog, terwijl Groot-Brittannië zijn grootste bron van inkomsten – het Britse koloniale imperium – aan het verliezen was en alle middelen inzette om het streven naar onafhankelijkheid van de Britse kolonies te vernietigen met zware militaire uitgaven.

Zelfs eerste minister Margaret Thatcher durfde het nooit aan de NHS te privatiseren. Haar Conservatieve opvolgers John Major weigerde categoriek. David Cameron en Theresa May wilden wel maar kregen het niet gedaan. Boris Johnson deed het.

Hij mag het rijtje van meest impopulaire Britse eerste ministers ooit vervoegen in het goede gezelschap van Margaret Thatcher en Tony Blair. Nauwelijks enkele dagen geleden werd hij op onze eigen openbare omroep de hemel in geprezen nadat hij de vertrouwensstemming nipt had overleefd.

Na de uitschakeling van Labour als alternatief zullen de gewone Britten nog meer afhaken bij komende parlementaire verkiezingen dan voorheen.  In 2005 behaalde Labour-voorzitter Tony Blair met 9,5 miljoen stemmen, drie miljoen minder dan Jeremy Corbyn in 2017, nog een parlementaire meerderheid met slechts 35, 2 procent van de stemmen. Het is dus niet onmogelijk dat Keir Starmer met een gelijkaardig slecht resultaat toch een parlementaire meerderheid behaalt.

Zoals hierboven al vermeld, de Britse media deden hun deel van het werk, de buitenlandse media, waaronder de Belgische gingen er devoot in meer. Boris Johnson heeft zijn bewaardatum overschreden. Hij mag vertrekken. Journalistiek in de 21ste eeuw…

 

Lees hier al onze artikels over Jeremy Corbyn.

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!