Boekrecensie -

Zal een oorlogscommunisme ons redden van klimaatverandering?

Geograaf Andreas Malm schreef met' Corona, Climate, Chronic Emergency: War Communism in the Twenty-First Century' een vurig pleidooi voor een drastische ommekeer om ons te behoeden van de totale klimaatcatastrofe. Helaas wordt zijn pleidooi voor een ecologisch Leninisme gekenmerkt door een zorgelijk politiek simplisme.

dinsdag 5 januari 2021 17:51
Spread the love

 

Er valt wat voor te zeggen om de 21ste eeuw te laten beginnen op elf september 2001, en wel op het moment dat twee vliegtuigen zich doorheen de WTC-torens boorden. Niet zozeer de terroristische daad zelf markeert het specifieke karakter van deze eeuw, als wel de reactie erop. Na elf september 2001 werd overgeschakeld op een planetaire uitzonderingstoestand die beter bekendstaat onder de naam ‘war on terror’. Normale rechtsregels werden opgeschort, landen onder valse voorwendsels binnengevallen, burgerlijke vrijheden aan ijzingwekkend tempo ingekrompen en op de uitbreiding van de macht van veiligheidsdiensten stond niet langer een limiet. Iedere aanslag na 9/11 vormde een nieuw excuus om de uitzonderingstoestand verder te intensifiëren en te normaliseren.

Met de komst van Covid-19 kwam een sanitaire uitzonderingstoestand bovenop de reeds bestaande uitzonderingstoestand. De parallellen tussen de uitzonderingstoestand in het kader van de oorlog tegen terreur en de sanitaire uitzonderingstoestand als antwoord op de pandemie, kunnen niemand ontgaan. De geschiedenis van lockdowns in België begon bijvoorbeeld niet in maart 2020, maar in november 2015. Ook toen werd bij wijze van preventieve maatregel de stad – Brussel vooral – op slot gedaan. En na de aanslagen van 22 maart moesten we wennen aan de rijen, niet voor winkels maar voor de inderhaast opgetrokken checkpoints aan stations. In de onmiddellijke nasleep van die aanslagen vonden voortdurende invallen en huiszoekingen plaats, net zoals nu huizen zonder veel aarzelen worden betreden door politiediensten in naam van sanitaire veiligheid.

Volgens Andreas Malm, auteur van het recent bij Verso verschenen Corona, Climate, Chronic Emergency: War Communism in the Twenty-First Century, zijn de uitzonderingstoestanden die we nu kennen een voorproefje van wat ons nog te wachten staat in het vervolg van deze eeuw. Malm kijkt daarbij vooral in de richting van de zich voltrekkende klimaatverandering. Eigenlijk moeten we Covid-19 al zien als een symptoom van de zich voltrekkende ecologische ramp, aldus Malm. Het staat immers vast dat er een oorzakelijk verband bestaat tussen ontbossing en het menselijke binnendringen in geïsoleerde ecosystemen enerzijds en de toename van nieuwe virussen anderzijds. Het kappen van enorme lappen woud zorgt ervoor dat een steeds intenser contact ontstaat tussen mens en dier waardoor virussen dan veel makkelijker kunnen overspringen van dier naar mens. Virussen die voorheen enkel lokaal circuleerden, kunnen nu in geen tijd een globaal bereik krijgen. Dat is niet het gevolg van het virus op zich, wel van het sociaal-economisch systeem waarin het kan aarden.

Het is vanuit dit oogpunt dus niet toevallig dat we de voorbije decennia een steile opmars zien van nieuwe virussen: SARS, MERS, Zika, Ebola, Corona, de Mexicaanse griep en, uiteraard, Covid-19. De mate waarin de mens verder zal blijven doordringen in voorheen keurig geïsoleerde ecosystemen zal ook de mate zijn waarin we blijvend geteisterd worden door dit soort virussen. De dreiging van virale uitbraken is permanent. We moeten er daarom rekening mee houden dat de sanitaire uitzonderingstoestand waarin we thans vertoeven de regel blijft. Voor Malm is dat niet per se negatief. Hij stelt niet zozeer de autoritaire uitwassen van de noodtoestand centraal, als wel het mobiliserende en politiserend effect van de noodtoestand.

Van lockdown naar oorlogscommunisme

De sanitaire noodtoestand die afgekondigd werd naar aanleiding van Covid-19 luidde volgens Malm een radicale politieke breuk in met de voordien heersende, neoliberale trend. De staat toonde zich capabel om hele economische sectoren lam te leggen en op zeer verregaande wijze in te grijpen in productieprocessen. Na decennia van neoliberalisme waarin de staat zichzelf veroordeelde tot een rol van geveinsde machteloosheid ten aanzien van het marktgebeuren, is dit niks anders dan een paradigmatische shift, aldus Malm. Er was ook een belangrijk ecologisch effect van de wereldwijde lockdowns. In China, bijvoorbeeld, daalde de uitstoot van CO2 met meer dan één derde in februari 2020, sommige oliebedrijven zagen de verkoop slinken met meer dan zestig procent. Het aandeel binnenlandse vluchten nam af met meer dan 70 procent. Wat we dus nodig hebben, stelt Malm, is een zelfde type mobilisatie om ecologische destructie tegen te gaan als om de globale pandemie te bestrijden.

boekcover

Hiertoe haalt Malm inspiratie uit de beginjaren van de Russische Revolutie. Toen Lenin en de Bolsjewieken zich kort na de omwenteling in Rusland geconfronteerd zagen met een burgeroorlog, mislukkende oogsten en een algehele maatschappelijke ontwrichting werd er overgeschakeld op wat men noemt een ‘oorlogscommunisme’. Die term verwijst naar een reeks harde en zeer verregaande maatregelen die Lenin en de zijnen namen om hun prille revolutie overeind te houden.

Eigenlijk betrof Lenins oorlogscommunisme een socialistische radicalisering van de oorlogspolitiek die ook veel westerse mogendheden voerden. Tijdens de Eerste Wereldoorlog nam de staat in vele landen alle essentiële sectoren over en bepaalde zo hoe en wat er werd geproduceerd. Het vormde een totale breuk met de heersende liberale consensus. De snelle transformatie van liberale economieën naar geplande oorlogseconomieën, betekende voor Lenin een eerste stap in de goede richting. Wat nodig was, volgens Lenin, was om de oorlogseconomie verder te radicaliseren in de richting van een fundamenteel andere economische en sociale organisatie. Daartoe werd het land in Rusland genationaliseerd, net zoals het transport en de banken. De staat nam controle over de buitenlandse handel en het grootste deel van het productieproces. Stakingen of andere vormen van sociale actie werden verboden en er werden vormen van verplichte tewerkstelling ingevoerd. Voedseldistributie werd gecentraliseerd en gerantsoeneerd ten einde een nog meer massale hongersnood te vermijden.

Voor Malm staat Lenins oorlogscommunisme model voor het type uitzonderingstoestand dat nodig is om de ecologische catastrofe het hoofd te bieden. Het startpunt van Malms ecologisch leninisme is de nood aan een sterke staat. Malm benadrukt dat we een sterke staat nodig zullen hebben om te kunnen antwoorden op uitdagingen van de klimaatverandering. Het is immers zonneklaar dat de reductie van de uitstoot niet kan overgelaten worden aan de vrije markt. We hebben een staat nodig die drastisch organiseert, gedrag stuurt, nationaliseert, productie en consumptie heroriënteert. Malm pleit bijvoorbeeld voor het onmiddellijk nationaliseren van de fossiele brandstoffenindustrie en de infrastructuren van die industrie aan te wenden om in te zetten op decarbonisering en herbebossing.

Voortzetting van de ramp

Het pleidooi van Malm voor een ecologisch leninisme is krachtig en doortastend. De verdienste ervan is dat het ons confronteert met de realiteit: wat op ons afkomt veronderstelt heel drastische keuzes. De vraag is inderdaad niet of er maatschappelijke schokken zullen komen, maar wel hoe we die zullen opvangen en welk noodbeleid daartegenover kan geplaatst worden. Maar toch is het pleidooi van Malm vanuit een politiek oogpunt dramatisch simplistisch. En dat heeft consequenties waarvan de ernst hem zelf lijkt te ontgaan.

Om te beginnen wordt zijn keuze voor een ecologisch leninisme veel te exclusief ingevuld. Om klimaatverandering op te vangen en tegen te houden zal er inderdaad een beleid nodig zijn dat op sommige vlakken grenst aan een soort oorlogscommunisme. Planning, regulering en drastisch overheidsoptreden zijn wellicht noodzakelijk en onvermijdelijk. Maar tegelijk is het een illusie te denken dat een dergelijk oorlogscommunisme voldoende zal zijn om het tij te keren. Wat nodig is, is een veelheid aan strategieën, praktijken, tactieken en technieken om een andere sociaal-economische ordening en nieuwe levensvormen ingang te laten vinden. Vanuit dat opzicht is het nogal kwalijk dat Malm alles wat niet past binnen zijn ecologisch leninisme wegzet als ofwel sociaal-democratisch ofwel anarchistisch – en daarbij ook nog eens karikaturen maakt van zowel de sociaal-democratische als de anarchistische traditie. Het anarchisme bijvoorbeeld, wordt verengd tot een naïef anti-etatisme terwijl de sociaal-democratie in enkele alinea’s gereduceerd wordt tot de conformistische politiek van de na-oorlogse verzorgingsstaat.

De stropoppen van zowel het anarchisme als de sociaal-democratie die Malm opvoert, zijn symptomen van een dieper liggend probleem in Corona, Climate, Chronic Emergency. Malm blijft namelijk vastzitten in schema’s die door en door 20ste eeuws zijn. Het programma van Malm zet opnieuw in op de afhankelijkheid van gecentraliseerde megastructuren – genationaliseerde bedrijven, superstaten – terwijl net een belangrijk deel van het antwoord op de klimaatchaos zal moeten komen van gedecentraliseerde en autonome structuren. Die keuze voor decentralisering en autonomie dient niet te gebeuren omwille van ideologische redenen, maar omwille van praktische redenen. Het hoeft bijvoorbeeld weinig betoog dat kleine, wendbare, gedecentraliseerde en autonome entiteiten die (grotendeels) kunnen voorzien in eigen energie- en voedsel- en andere basisvoorzieningen beter kunnen inspelen op klimatologische schokken dan megastructuren. Bovendien bestaan er vandaag meer dan ooit technologische mogelijkheden om dat soort entiteiten op een zeer efficiënte én democratische wijze te organiseren.

Opteren voor decentralisatie en autonomie hoeft niet strijdig te zijn met het bestaan van staten of grotere structuren. De vraag is alleen wat voorrang geniet. Om het schematisch uit te drukken, Malm lijkt de voorkeur te geven aan een piramide, waarbij een top – de staat – instaat voor de basis en waarin verticaliteit an autoriteit primeert. Maar het lijkt me interessanter om te opteren voor een omgekeerde driehoek waarbij de staat plaatsneemt onder de basis en een rol vervult van facilitator in autonomie en zelf-organisatie, door structuren, diensten, voorzieningen en dergelijke meer te organiseren die wegens hun aard op grotere schaal moeten georganiseerd worden. Een dergelijke omgekeerde piramide sluit beter aan bij een zeker democratisch verlangen naar autonomie en zelfbeheer dat toch wel kenmerkend was voor vrijwel alle protestbewegingen die de voorbije jaren hun opgang kenden. Mensen verwachten een mate van controle, van macht over hun eigen bestaan en dat van hun onmiddellijke omgeving en het is zeer de vraag in hoeverre een doorgedreven, van bovenaf doorgeduwd autoritair oorlogscommunisme dat zal kunnen geven.

Malm gaat nogal losjes over de onvermijdelijke autoritaire dimensie van zijn pleidooi. Volgens hem begon de ontsporing bij Stalin en dienen we onvoorwaardelijk een anti-Stalinistisch Leninisme te omarmen. Misschien. Maar het dwepen met een begrip als oorlogscommunisme laat los van deze historische discussie niettemin een wrange nasmaak na. Niks in het project van Malm garandeert immers dat het oorlogscommunisme dat hij voorstaat geen huwelijk aangaat met de omvangrijke rechts-autoritaire stromingen die vandaag bestaan. Tot spijt van wie het benijdt, is er op zich niks links of democratisch aan een sterke staat of een strak geplande economie, het is een project dat perfect kan gepaard gaan met gesloten grenzen, racisme, kampen, het opdringen van door de staat gecreëerde levensvormen en een ontsporende macht van veiligheids- en politiediensten. Niks belet dat de donkerste aspecten van de heersende uitzonderingstoestanden niet verder zullen versterkt worden onder Malms Leninistisch ecologisme. Dat Malm dit niet inziet, is op zijn beurt verontrustend. Verblind door het mobiliserend potentieel van de uitzonderingstoestand, ziet hij niet langer de onvermijdelijk autoritaire dimensie ervan. Zijn oorlogscommunisme lijkt me daarom geen oplossing te zijn voor de catastrofes van deze eeuw, maar slechts een andere verderzetting ervan.

 

Andreas Malm, ‘Corona, Climate, Chronic Emergency: War Communism in the Twenty-First Century.’ London, Verso, 2020.

Creative Commons

take down
the paywall
steun ons nu!