Ieder van ons is een product van zijn geschiedenis. Dat kun je maar best niet verloochenen.
Ik ben geboren en opgegroeid te St-lambrechts-Herk, op Groeinkes winning. Bijgevolg ben ik Jos van Groeinkes.
Groeinkes is het dialect voor Groenendaels.
De naamgever is Pieter Jan Groenendaels die in 1806 te St-Lambrechts-Herk werd geboren. Zijn vader lambert was “rademaker” (het maken van houten wielen voor de karren). Pieter Jan zette dit beroep verder samen met zijn broer lambert. Pieter Jan wist van aanpakken. Rond 1830 trouwt hij. In die periode moet ook het huis van de boerderij gebouwd zijn, of stond het er al eerder? Vanaf dan koopt hij continu gronden en huizen in de omgeving. De aankoopakten vermelden als beroep landbouwer, herbergier en rademaker. Waarschijnlijk breekt hij menig vakwerkhuisje af om het materiaal te gebruiken om zijn boerderij verder uit te bouwen. Er komt een gesloten binnenkoer met daarnaast nog een schuur en een bakhuis. In die tijd moeten er meerdere mensen op de boerderij gewerkt hebben. Er was zeker een inwonende knecht en waarschijnlijk ook een meid. Vier kinderen, Joseph, Elisabeth, Henri en Veronica bleven op de boerderij. De boerderij kende een rijke periode. Een glasraam van de kerk werd door de familie geschonken. Niemand van de kinderen trouwde, er dreigde een einde te komen aan de boerderij… De kleinzoon van tante Aldegonde, (een zus van Pieter Jan) werkte sinds zijn 16de als inwonende knecht op de boerderij. Ook al ging hij naar de 40, toch zagen de 2 overgebleven zussen Elisabeth en Veronica in hem de ideale oplossing. Hij moest trouwen, kinderen krijgen en de boerderij verder zetten. Zo gebeurde: Alfons Knuts trouwde en kreeg 2 kinderen. Een jongen en een meisje. Het meisje, Maria leerde een boerenzoon kennen, Adriaan De Clercq. Mijn ma en pa bezorgden de oude boerderij een nieuwe bloei. Toch bezwoer mijn pa mij “menneke, wordt maar nooit boer. Ge moet hard werken, ge hebt nooit gedaan en iedereen profiteert van U.” Helaas, het bloed kruipt waar het niet gaan kan. Tegen alle verwachtingen in overwinteren mijn dieren in de Herkse stallen. De boerderij is voor de zoveelste keer aangepast aan de noden van het moment. Als ik van op de zolders mij dieren instrooi kijk ik naar de gaten in de balken van wat ooit in een ander gebouw een pen en gat verbinding is geweest. En ook nu weer, ben ik waarschijnlijk de laatste generatie. Waarschijnlijk…