Een belasting op vrij liggende bouwpercelen wordt vaak afgedaan als een pestbelasting. Nochtans gaat het hier om een sociaal perfect verdedigbare ingreep van meestal de lokale overheid.
Belastingen hebben verschillende doelen. Zo creëert de overheid inkomsten om zijn taak als overheid te kunnen vervullen. Investeringen te doen en de kosten voor politie en personeel te dragen.
Met een andere soort belasting wil men een gedragswijziging van de bevolking bekomen. Dit kunnen belastingen zijn op het consumeren van schadelijke producten zoals tabak en alcohol. Deze belastingen moeten op termijn minimaal worden wil men concluderen dat de maatregel effectief was.
De belasting op vrij liggende bouwpercelen wordt geïntroduceerd om de markt te beïnvloeden. Ook deze last heeft niet tot doel veel inkomsten voor de overheid te verwerven maar wel om meer kavels op de markt te brengen zodat de prijs per perceel daalt en meer mensen de kans krijgen een betaalbare woning te verwerven. In gemeenten waar nu de gronden die te koop staan erg schaars zijn krijgen jongeren de kans om in hun omgeving toch nog een stuk grond te verwerven.
Uiteraard zijn eigenaars daar niet blij mee ( personen met kinderen van minder dan 30 jaar kunnen vrijgesteld worden) , het is aan durvende politici om hen te wijzen op de maatschappelijke meerwaarde van een dergelijke belasting.
Men moet er wel attent voor zijn dat deze aanpak niet los mag staan van andere initiatieven zoals sociale woningbouw en het opdelen van bestaande woningen tot kangoeroehuizen.