Rwandese soldaten vertrekken naar Mozambique. Foto: Cyril Ndegeya/Xinhua
Vijay Prashad, Globetrotter,

Leger Rwanda is huurling voor Franse belangen in Mozambique

In de loop van juli en augustus 2021 werden in Mozambique Rwandese soldaten ingezet, zogenaamd om te vechten tegen terroristen van ISIS. In werkelijkheid gaat het om een manoeuvre van de Fransen ter bescherming van energiereuzen die daar aardgas willen ontginnen, en misschien ook voor een paar transacties die in het verleden in achterkamertjes werden bedisseld.

maandag 4 oktober 2021 13:54
Spread the love

 

Op 9 juli verklaarde de Rwandese regering dat ze in Mozambique 1.000 strijdkrachten had ingezet tegen de strijders van Al Shabaab die de noordelijke provincie Cabo Delgado waren binnengevallen.

Een maand later, op 8 augustus, veroverden Rwandese troepen de havenstad Mocimboa da Praia, waar het Franse energiebedrijf TotalEnergies SE en het Amerikaanse ExxonMobil een eind voor de kust een gigantische aardgasconcessie bezitten.

Provincie Cabo Delgado in het noordwesten van Mozambique. Map: André Koehne/CC BY-SA 3:0

Naar aanleiding van deze ontwikkelingen maakte de voorzitter van de African Development Bank M. Akinwumi Adesina op 27 augustus bekend dat TotalEnergies SE het project om in Cabo Delgado naar vloeibaar aardgas te boren opnieuw zou starten tegen het einde van 2022.

De militanten van Al Shabaab – het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken heeft het liever over ISIS-Mozambique – hebben niet tot de laatste man gevochten. Ze zijn over de grens Tanzania in gevlucht of verdwenen naar hun dorpen in het binnenland.

De energiebedrijven zullen hun investeringen binnenkort weer terugverdienen en flink wat winst incasseren, in grote mate dankzij de militaire interventie van Rwanda.

Waarom kwam Rwanda in juli 2021 in Mozambique tussenbeide, terwijl het eigenlijk ging om het beschermen van twee grote energiebedrijven? Het antwoord valt af te leiden uit een reeks vreemde gebeurtenissen in de maanden voor de troepen vertrokken uit Kigali, hoofdstad van Rwanda.

Miljarden onder water

De strijders van Al Shabaab doken in oktober 2017 voor het eerst op in Cabo Delgado. Drie jaar lang speelden ze er een kat-en-muis-spelletje met het Mozambikaanse leger voor ze in augustus 2020 de havenstad Mocimboa da Praia veroverden.

Op geen enkel moment leek het erop dat het Mozambikaanse leger Al Shabaab zou overmeesteren zodat TotalEnergies SE en ExxonMobil opnieuw aan de slag konden in het Rovuma-bekken voor de kust van Mozambique. Daar was in februari 2010 een immens aardgasveld ontdekt.

Het Mozambikaanse ministerie van Binnenlandse Zaken had diverse huurlingenlegers in dienst genomen, zoals Dyck Advisory Group uit Zuid-Afrika, Frontier Services Group uit Hongkong en Wagner Group uit Rusland.

Eind augustus 2020 ondertekenden TotalEnergies SE en de Mozambikaanse regering een akkoord om samen een veiligheidsmacht op de been te brengen die de investeringen van het bedrijf moest vrijwaren tegen de aanvallen van Al Shabaab. Geen enkele van deze gewapende milities is daarin geslaagd. De investeringen lagen bevroren op de bodem van de oceaan.

Op dat moment, zo vernam ik van een bron in (de Mozambikaanse hoofdstad) Maputo, wees de Mozambikaanse president Filipe Nyusi TotalEnergies SE erop dat ze de Franse regering konden vragen troepen te sturen om het gebied onder controle te krijgen. Die besprekingen duurden tot in 2021.

Vele Mozambikanen zijn op de vlucht uit de provincie Cabo Delgado sinds het geweld uitbarstte. Foto: Médecins Sans Frontières

Op 18 januari 2021 – nog steeds volgens de bron in Maputo – hadden de Franse minister van Defensie Florence Parly en haar Portugese tegenhanger Joao Gomes Cravinho het in een telefoongesprek over de mogelijkheid van een Westerse interventie in Cabo Delgado.

Op dezelfde dag had Patrick Pouyanné, CEO van TotalEnergies SE, een ontmoeting met president Nyusi en zijn ministers van Defensie Jaime Bessa Neto en Binnenlandse Zaken Amade Miquidade om een gezamenlijk actieplan op te stellen voor meer veiligheid in de regio. Daar is echter niets van gekomen. Een regelrechte interventie zag de Franse regering niet zitten.

Een hoge functionaris in Maputo vertelde me dat ze in Mozambique sterk geloven in de versie waarbij de Franse president Emmanuel Macron suggereerde dat niet Franse, maar Rwandese militairen, beter voor de beveiliging van Cabo Delgado konden instaan.

En inderdaad, Rwandese troepen, goed getraind en bewapend door Westerse landen, en met de garantie van straffeloosheid als ze buiten de grenzen van internationale wetten opereerden, hadden bij hun interventies in Zuid-Soedan en de Centraal Afrikaanse Republiek al ruimschoots bewezen wat ze waard waren.

Wat Kagame kreeg in ruil voor de interventie

Al sinds 1994 staat Paul Kagame in Rwanda aan het roer, eerst als vice-president en minister van Defensie, en later, vanaf 2000, als president. Onder Kagame wordt een loopje genomen met democratische principes, en hebben de Rwandese troepen lelijk huisgehouden in de Democratische Republiek Congo.

Uit het rapport van het VN-Mapping Project in 2010 in verband met ernstige schendingen van de mensenrechten in de Democratische Republiek Congo blijkt dat Rwandese troepen tussen 1993 en 2003 honderden, zo niet duizenden Congolese burgers en Rwandese vluchtelingen hebben vermoord.

Kagame verwierp het VN-rapport met als argument dat deze theorie van een ‘dubbele genocide’ neerkwam op een ontkenning van de Rwandese genocide van 1994. Hij wilde dat de Fransen de verantwoordelijkheid voor de genocide van 1994 op zich namen en dat de internationale gemeenschap de moordpartijen in Oost-Congo door de vingers zouden zien.

Op 26 maart 2021 had historicus Vincent Duclert een rapport van 992 bladzijden klaar over de rol van Frankrijk bij de Rwandese genocide. Het rapport maakt duidelijk dat Frankrijk “een verpletterende verantwoordelijkheid draagt voor de genocide”, zoals Artsen Zonder Grenzen het verwoordt.

In het rapport staat evenwel niet dat de Franse staat medeplichtig was aan het geweld. Duclert reisde zelf naar Kigali om het rapport op 9 april persoonlijk aan Kagame te overhandigen. Die zei dat de publicatie van het rapport “een belangrijke stap was naar een algemeen begrip van de gebeurtenissen”.

Op 19 april 2021 bracht de Rwandese regering een rapport uit dat ze besteld had bij het Amerikaanse advocatenkantoor Levy Firestone Muse. De titel van het rapport zegt het al: “Een voorspelbare genocide: de rol van de Franse regering bij de genocide van de Tutsi in Rwanda”.

De Fransen betwistten geenszins de harde taal in het document waarin onomwonden wordt gezegd dat Frankrijk de génocidaires heeft bewapend en hen daarna ingedekt heeft tegen internationale onderzoeken. President Macron, die de Franse wreedheid tijdens de Algerijnse bevrijdingsoorlog onder geen beding wil erkennen, deed geen poging om Kagame’s versie van de geschiedenis aan te vechten. Dat was de prijs die hij wilde betalen.

Wat Frankrijk wil

Op 28 april 2021 ging de Mozambikaanse president Nyusi in Rwanda op bezoek bij Kagame. Nyusi vertelde de Mozambikaanse nieuwszenders dat hij meer wilde horen over de Rwandese interventies in de Centraal-Afrikaanse Republiek en dat hij ook wilde weten of Rwanda bereid was Mozambique te helpen in Cabo Delgado.

Op 18 mei was Macron in Parijs gastheer van een top met als doel “het opkrikken van de financiering in Afrika in tijden van COVID-19”. De top werd bijgewoond door een aantal regeringsleiders, onder wie Kagame en Nyusi, Moussa Faki Mahamat, voorzitter van de Afrikaanse Unie, Akinwumi Adesina, voorzitter van de Afrikaanse Ontwikkelingsbank, Serge Ekué, voorzitter van de West-Afrikaanse ontwikkelingsbank, en Kristalina Georgieva, algemeen directeur van het Internationaal Muntfonds.

Een uitweg uit de financiële ademnood stond boven aan de agenda, maar bij privé-ontmoetingen ging het ook over de Rwandese interventie in Mozambique.

Een week later vertrok Macron voor een bezoek aan Rwanda en Zuid-Afrika. Hij bracht twee dagen door in Kigali, 26 en 27 mei. Hij herhaalde in grote lijnen de bevindingen van het rapport van Duclert en sprak een poosje onder vier ogen met Kagame.

Bovendien bracht hij 100.000 vaccins mee tegen COVID-19. Op dat moment had nog maar ongeveer 4 procent van de Rwandese bevolking een eerste dosis gekregen. Op 28 mei praatte Macron in aanwezigheid van de Zuid-Afrikaanse president Cyril Ramaphosa over Mozambique.

Hij zei dat Frankrijk bereid was deel te nemen aan de maritieme operaties, maar voor de rest verwees hij naar de Ontwikkelingsgemeenschap van Zuidelijk Afrika (SADC) en naar andere regionale machten. Hij had het niet specifiek over Rwanda.

In juli trok Rwanda Mozambique binnen, gevolgd door troepen van de SADC, inclusief Zuid-Afrikaanse militairen. Frankrijk kreeg precies wat het wilde: zijn energiereus kan zijn investering terugwinnen.

 

Het artikel Rwanda’s military is the French proxy on African soil werd geproduceerd door Globetrotter en vertaald door Bea De Koster.

Vijay Prashad is een Indische historicus, redacteur en journalist. Hij is redacteur-schrijfcoach en hoofdcorrespondent bij Globetrotter. Hij is hoofd van Tricontinental, een instituut voor Sociaal Onderzoek. Hij is senior niet-ingezeten onderzoeker aan het Institute for Financial Studies in Chongyang, afdeling van de Chinese universiteit Renmin. Hij heeft meer dan 20 boeken geschreven, waaronder The Darker Nations en The Poorer Nations. Zijn recentste boek is Washington Bullets, met een inleiding van Evo Morales Ayma. Het werd in het Nederlands vertaald onder de titel Imperialisme voor Beginners (EPO).

Creative Commons

take down
the paywall
steun ons nu!