Inheemse activisten protesteren tegen de gedwongen verwijdering van kinderen uit hun gezinnen in de stad Brisbane. Op het T-shirt het opschrift 'Grand Theft Australia' (grote diefstal) naar een populair computerspel (Silvia Boarini/IPS)

Inheemse kinderen nog steeds uit familie verwijderd in Australië

De Australische overheid haalt meer inheemse kinderen weg bij hun familie dan ooit tevoren. Volgens activisten zijn de 'gestolen generaties' daarom geen afgesloten hoofdstuk, maar een nog steeds aanhoudend probleem.

dinsdag 2 juni 2015 12:58
Spread the love

Elk
jaar sinds 1998 is 26 maart in Australië nationale ‘Sorry Day’, een
dag om de tienduizenden inheemse kinderen te herdenken die tussen
1890 en 1970 uit hun gemeenschap zijn weggerukt door de regering om
hen te plaatsen bij blanke families of instellingen.

De
aanleiding voor deze herdenkingsdag was de publicatie Bringing them
home
uit 1997, het eerste nationale onderzoek dat getuigenissen van
‘gestolen’ Aboriginals en Straat van Torres-eilanders1
bundelde en kritiek uitte op het racistische beleid dat deze
systematische scheiding had mogelijk gemaakt. Toch was het nog elf
jaar wachten totdat de Australische regering zich formeel excuseerde
voor deze zwarte bladzijde in haar geschiedenis, bij monde van de
toenmalige premier Kevin Rudd in 2008.

Kinderdiefstal

Ondanks
die excuses houden inheemse activisten vol dat de ‘gestolen
generaties’ geen afgelopen alleenstaand geval zijn en dat deze
historische bladzijde nog steeds niet is omgeslagen. “Al van in
de eerste weken van de blanke invasie in de jaren 1780 begonnen ze
onze kinderen te verwijderen en onze families uit elkaar te sleuren.
Nu worden er meer kinderen bij hun gezin weggehaald dan ooit
tevoren”, zegt Sam Watson, een vooraanstaande Aboriginal-leider.

Een
recent rapport van de Productivity Commission, een officieel
adviesorgaan van de Australische regering, bevestigt dat. Het aantal
geplaatste kinderen bedroeg 5059 in juni 2004, en 14.991 in juni
2014. Amper 5 procent van de bevolking onder de 17 jaar is inheems,
maar uit het rapport blijkt dat 35 procent van de kinderen die
door de overheid bij hun familie wordt weggehaald Aboriginal of
Straat van Torres-eilanders zijn.

Mary
Moore, stichter van de organisatie Legislative Ethics Commission,
noemt Australië de “wereldhoofdstad van de kinderdiefstal”.
Er zijn volgens haar veel banen afhankelijk van deze praktijk, en nog
steeds worden er wetten goedgekeurd om ze te legitimeren.

Verwaarloosde
gemeenschappen

“Verwijdering
en adoptie zijn contra-intuïtieve strategieën. Ze negeren de
schadelijke gevolgen die kinderen de rest van hun leven meedragen en
zijn veel duurder dan gezinnen ondersteunen om verenigd te blijven”,
zegt Moore.

Autoriteiten
rechtvaardigen het weghalen in naam van ‘kinderbescherming’ en
verwijzen naar verwaarlozing en risicogevallen. De Aboriginals en
Straat Torres-eilanders van hun kant stellen dat het net de
verwaarlozing door de overheid en het racistisch beleid zijn die de
oorzaken zijn van de wijdverspreide armoede, criminaliteit en het
relatief groot aandeel mentale ziektes die hun gemeenschappen
treffen.

De
federale regering heeft beloofd dat ze de problemen met inheemse
minderheden zal aanpakken, maar critici wijzen erop dat ze haar
woorden niet omzet in daden. In februari 2015 erkende de voormalige
premier Rudd in een toespraak dat het weghalen van inheemse kinderen
bij hun families met 400 procent gestegen is sinds 1998. Hij noemde
de crisis een “nieuwe soort gestolen generatie”, eerder dan
een onopgelost, aanhoudend probleem.

Voor
Auntie Hazel, stichtend lid van de groep Grandmothers Against Removal (GMAR), is er geen verschil tussen vroeger en nu. “De essentie
voor de kinderen van toen en die van nu is hetzelfde. Ze hebben hun
moeder of grootmoeder nooit gekend, ze voelen zich nergens thuis.”

Expertencomité

Veel
mensen in de inheemse gemeenschappen klagen het gemak aan waarmee de
overheid kinderen kan weghalen, soms op basis van ongegronde of
ongecontroleerde getuigenissen. GMAR wil deze cirkel doorbreken met
de oprichting van een Aboriginal Expertcomité. Deze
gezondheidsspecialisten zouden met zogeheten risicogezinnen om de
tafel kunnen gaan zitten, voordat de kinderen worden geplaatst.

Albert
Hartnett maakte in 2012 mee hoe zijn achttien maanden oude dochter
zonder waarschuwing werd weggehaald. “Ze gingen omgekeerd te
werk. Eerst kwamen ze mijn dochter halen, pas enkele dagen later
startten ze een onderzoek.” Zijn dochter werd uiteindelijk
teruggeplaatst, maar het was een traumatiserende ervaring voor het
gezin. “Na de verontschuldiging in 2008 voelde onze gemeenschap
zich gekortwiekt. We leden in stilte”, meent Auntie Hazel.

Olivia
Nigro, voorvechter van sociale gerechtigheid en onderzoeker bij GMAR,
noemt interne mobilisatie de belangrijkste verwezenlijking van haar
organisatie. “GMAR heeft families in getroffen gemeenschappen
dichter bij elkaar gebracht. Het heeft het politieke vertrouwen
opgewekt om over deze kwestie te praten en compensatie te eisen.”

Bron: Australia’s
‘Stolen Generations’ Not a Closed Chapter

1 De
inheemse bewoners van een groep eilanden ten noorden van vasteland
Australië hebben hun naam van de zeeëngte of ‘straat’ van Torres
die hen scheidt van het vasteland. Zij vormen een etnisch
afzonderlijke gemeenschap.

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!