Dit jaar zijn bijna vierhonderd verantwoordelijken van mensenrechtenschendingen tijdens de laatste dictatuur (1976-1983) voor de rechter gebracht. Daarvan zijn er 86 veroordeeld; bij 72 van hen was het de eerste veroordeling.
De meeste beschuldigden waren voormalige militairen en politieagenten. Ze stonden terecht voor onder meer ontvoering, illegale arrestatie, foltering, seksuele mishandeling, moord en verdwijning.
“Het beleid om zaken samen te voegen werpt vruchten af”, zegt openbaar aanklager Pablo Parenti. “Maar niet alleen het aantal rechtszaken steeg, het belangrijke is dat ook het aantal beschuldigden per zaak toenam.”
Pas sinds 2006
De officiële lijst van vermiste personen in de periode 1976-1983 telt nu al meer dan 12.000 namen. Volgens mensenrechtenorganisaties gaat het om meer dan 30.000 vermisten.
Rechtszaken rond deze repressie kwamen pas in 2006 echt op gang. De amnestiewetten van de jaren tachtig werden toen ongrondwettelijk verklaard.
Bij de eerste rechtszaken ging het om een klein aantal beschuldigden en slachtoffers. Dit jaar vielen uitspraken in verschillende zaken waarin beschuldigingen gebundeld waren, per detentiecentrum, of per militair district waar de schendingen hadden plaatsgevonden. Daardoor kreeg je ineens tientallen beschuldigden per zaak.
Verzet van rechters en aanklagers
“Er was verzet van rechters en aanklagers omdat onze justitie altijd kleinschalig werkt, met kleinere hoeveelheden bewijzen”, zegt Parenti. “Maar het gaat nu vooruit, en daar zie je dit jaar het bewijs van.”
Een van de meest tot de verbeelding sprekende zaken begon in november. Die draait rond alle misdaden die gepleegd zijn in het beruchte ESMA, het clandestiene detentiecentrum in Buenos Aires, waar vijfduizend gevangenen zaten.
In 2007 was er al eens een ESMA-verantwoordelijke voor de rechter gebracht, Héctor Febres, die zelfmoord pleegde aan de vooravond van de uitspraak. In 2011 werden nog eens zestien ESMA-verantwoordelijken veroordeeld.
In het proces van dit jaar zitten 68 mensen op de beklaagdenbank, onder wie zes voormalige officieren van de zogeheten “vluchten des doods”, waarbij gevangenen levend in de Río de la Plata of de Atlantische Oceaan werden gegooid. De zaak draait rond 796 slachtoffers, eveneens een record.
Nog veel werk
Begin deze maand begon in de centrale provincie Cordoba een ander megaproces. Zestien dossiers met 46 beschuldigden en 450 slachtoffers werden samengevoegd. Een derde megaproces begon zopas, in de noordwestelijke provincie Tucumán, met dossiers van 43 beschuldigden en 235 slachtoffers.
Volgens justitie zijn nu twintig rechtszaken rond misdaden tegen de menselijkheid aan de gang. “Tot 2008 waren er slechts zeventig mensen veroordeeld, nu zitten we al aan 339”, zegt Parenti.
“Het gaat vooruit, maar het is gevaarlijk om te denken dat we er al zijn”, waarschuwt de aanklager. “Er is nog veel werk, er zijn bijna duizend mensen in beschuldiging gesteld, en ook al zijn er nu grotere processen, het ritme laat nog altijd te wensen over.”