Sinds zijn democratische verkiezing op 28 juli 2021 onderging Pedro Castillo reeds twee pogingen tot afzetting. Facebook Vladimir Cerrón
Opinie - Stansfield Smith, Dissident Voice,

‘Voet binnen’ van de VS in Latijns-Amerika sinds 2000

VS-minister van buitenlandse zaken Antony Blinken zei recent in verband met de spanningen tussen Rusland en Oekraïne: "Het is moeilijk Rusland nog buiten te krijgen eenmaal het zijn voet bij je binnen heeft gezet." Deze lijst van VS-interventies in Latijns-Amerika sinds 2000 maakt die uitspraak concreet. Noam Chomsky zei ooit: "Het kleinste kind ziet direct door deze onzin heen. Alleen intellectuelen en journalisten zijn geïndoctrineerd genoeg om dergelijke uitspraken ernstig te nemen."

maandag 24 januari 2022 14:30
Spread the love

Dat de VS staatsgrepen orkestreerden in Latijns-Amerikaanse landen is nauwelijks nog een 20ste-eeuws verschijnsel te noemen. In de 21ste eeuw probeerden de VS nog voortdurend om in samenwerking met machtige bedrijven, traditionele oligarchieën, het leger en de grote mediabedrijven staatsgrepen te plegen tegen Latijns-Amerikaanse regeringen die de behoeften van hun bevolking boven de zakelijke belangen van de VS stellen.

Sinds 2000 volgen de Amerikaanse machthebbers een nieuwe strategie: zachte coups, wat een groot verschil is met de notoir wrede militaire staatsgrepen van de jaren 1970 in Chili, Argentinië, Uruguay en andere landen. Bij deze nieuwe staatsgrepen let de VS er goed op een schijn van wettelijkheid en democratie in stand te houden.

De Amerikaanse supermacht heeft begrepen dat zachte staatsgrepen slagen als volksbewegingen kunnen worden gemobiliseerd voor anti-regeringsmarsen en -betogingen. Kleurenrevoluties worden zwaar gefinancierd door Amerikaanse en Europese ngo’s als USAID, NED (National Endowment for Democracy), National Democratic Institute, International Republican Institute, Open Society Foundations, Ford Foundation etc.

Zij maken gebruik van mensenrechtenorganisaties (zoals Human Rights Watch en Amnesty International), plaatselijke dissidente organisaties en in toenemende mate de links-liberale media (zelfs Democracy Now!) om het terrein voor te bereiden. De VS hebben deze eeuw drie zeer succesvolle manieren gevonden om regime change te bewerkstelligen:

  • een eerste is economische oorlogsvoering met sancties en regelrechte blokkades tegen een land, waardoor de misnoegdheid van de bevolking tegen de geviseerde regering toeneemt;
  • een tweede is  de verspreiding van desinformatie (vaak over ‘mensenrechten’, ‘democratie’, ‘vrijheid’ of ‘corruptie’) via commerciële en sociale media, om massabewegingen aan te wakkeren tegen leiders die de ontwikkeling van hun land boven de financiële belangen van de VS stellen. Daarvoor wordt gerekend op de CIA, die via sociale media een heel land bestrijkt met zijn desinformatie;
  • een derde is lawfare, waarbij zij die de nationale soevereiniteit van hun land verdedigen ten val worden gebracht met een schijn van democratische wettigheid. Lawfare werd ingezet bij electorale coups in landen als Haïti, Honduras en Brazilië, waar de VS een aandeel in de staatsgreep had door de verkiezingsuitslag niet te erkennen.

Veel van pogingen tot staatsgreep mislukten, doordat mensen opkwamen voor hun regering en dankzij snelle verklaringen van solidariteit van Latijns-Amerikaanse organisaties OAS (Organisatie van Amerikaanse Staten), UNASUR en de Rio-groep. Vandaag bestaat de Rio-groep niet meer, is UNASUR sterk verzwakt en wordt de OAS terug volledig gedomineerd door de VS.

Wel en niet geslaagde staatsgrepen waar de VS achter zat

2001 Haïti. Haïtiaanse milities met basis in de Dominicaanse Republiek vielen het Nationaal Paleis aan. De aanval mislukte, maar zoals de Nicaraguaanse contra’s in de jaren 1980, voerden de milities nog talrijke invallen uit in Haïti, waarmee ze de weg bereidden voor de direct door VS-troepen gepleegde staatsgreep tegen president Aristide in 2004.

2002 Venezuela. De Amerikaanse staat steunde en financierde de kortstondige coup van 11-14 april tegen president Hugo Chávez.

President van Venezuela Nicolás Maduro – hier nog als minister van buitenlandse zaken achter president Hugo Chávez in 2008. Foto: soberania.com

2002-3 Venezuela. De raad van bestuur van de PDVSA, de staatsoliemaatschappij van Venezuela, organiseerde een ‘oliestaking’, door de arbeiders buiten te sluiten, om Hugo Chávez van de macht te verdrijven. Begin 2003 was ook deze poging mislukt.

2003 Cuba. In de periode die voorafging aan de VS-inval in Irak in maart 2003 beweerde John Bolton (toenmalig adviseur van president W. Bush) dat Cuba terrorisme sponsorde en biologische wapens produceerde voor terroristische doeleinden, net zoals over het Irak van Saddam verkeerdelijk was beweerd dat het massavernietigingswapens bezat. Binnenlands voerde de VS haar Cuba-vijandige propaganda op en in Cuba zelf werd de financiering van ‘prodemocratische’ groepen, verhoogd, terwijl rechtse Cuba-vijandige groeperingen steeds actiever werden. De VS betaalde ‘dissidente’ groeperingen om betogingen en ordeverstoringen te organiseren, evenals het kapen van zeven boten en vliegtuigen, waarmee de daders de VS konden bereiken zonder ooit te worden veroordeeld. Hun doel was een schijn van chaos in Cuba te veroorzaken, wat samen met de vermeende biologische massavernietigingswapens een internationale interventie in het land zou rechtvaardigen ‘om de orde te herstellen’. Cuba wist deze zet in de lente van 2003 te verijdelen.

2004 Haïti. In de stijl van vroeg-20ste-eeuwse coups vielen VS-troepen Haïti binnen, kidnapten president Jean Bertrand Aristide en verbanden hem naar de Centraal-Afrikaanse Republiek.

2008 Bolivia. Deze couppoging door rechtse leiders en enkele inheemse groepen uit het laagland van Bolivia werd door de VS gefinancierd. Zij wilden de rijke Boliviaanse regio Media Luna afscheiden van de rest van het land. Twintig aanhangers van president Evo Morales vonden daarbij de dood. Volgens Juan Ramon Quintana, woordvoerder van de Boliviaanse regering, bezorgde de NED tussen 2007 en 2015 10 miljoen dollar fondsen aan een 40-tal instellingen, waaronder economische en sociale centra, stichtingen en ngo’s. Tekstberichten van de Amerikaanse ambassade bewijzen dat de NED  poogde om actiegroepen van armen en van inheemse volken tegen het bestuur van Evo Morales te keren.

2009 Honduras. Hondurese militairen grepen volgens orders van de VS-ambassade president Manuel Zelaya, brachten hem over naar de Amerikaanse legerbasis Palmerola en verbanden hem vervolgens naar Costa Rica. Zo begon een tijdperk van wrede, neoliberale drugsregimes, die in 2021 eindigden met de verpletterende verkiezingsoverwinning van Xiomara Castro, president Zelaya’s echtgenote.

Rafael Correa, president van Ecuador. Foto: Cancillería del Ecuador

2010 Ecuador. In september mislukte een coup tegen president Rafael Correa door militairen en politie met steun van de inheemse organisaties CONAIE en Pachakutik. De VS hadden politie en leger geïnfiltreerd en de NED en USAID financierden deze inheemse organisaties.

2011 Haïti. Na de aardbeving van 2010 die 200.000 Haïtianen het leven kostte, drong toenmalig buitenlandminister Hillary Clinton Michel Martelly op als president, nadat ze had gedreigd met stopzetting van de Amerikaanse hulp aan Haïti. Clinton vloog naar Haïti om te eisen dat Martelly aangeduid werd als een van de twee overblijvende kandidaten voor de tweede ronde, hoewel Martelly daar volgens de kiescommissie niet voor in aanmerking kwam. Ondanks een boycot − er kwam nog geen 20 procent van de kiezers opdagen bij de tweede ronde − werd Martelly tot overwinnaar uitgeroepen. De reden waarom veel Haïtianen de stembusgang boycotten was dat de populairste politieke partij van het land, Fanmi Lavalas, de partij van voormalig president Jean-Bertrand Aristide, uitgesloten werd van verkiezingsdeelname. Deze ‘verkiezingen’ werden gefinancierd door USAID, Canada, de OAS, de EU en andere buitenlandse organen.

2012 Paraguay. President Fernando Lugo kreeg de schuld in de schoenen geschoven van een gewelddadige confrontatie tussen campesino’s (boeren) en politie tijdens een landbezetting, waarbij 17 doden vielen. Het was een heuse lawfare staatsgreep, waarbij hij uit zijn ambt ontzet werd zonder enige kans zich te verdedigen.

2013 Venezuela. Nadat Nicolas Maduro de verkiezingen in april 2013 zeer nipt had gewonnen, beweerde de verslagen kandidaat, de door de VS gesteunde Henrique Capriles, dat de verkiezingen vervalst waren. Hij stookte zijn aanhangers op en veroorzaakte gewelddadig protest in de straten. Omdat de organisatie UNASUR toen nog sterk stond, konden de VS geen andere landen overtuigen om Maduro’s overwinning te verwerpen.

2014 Venezuela. ‘La Salida’ (de uitgang) was een initiatief van Leopoldo López en Maria Corina Machado met als doel president Maduro van de macht te verdrijven. Er vielen 43 doden. Weer konden de VS de andere Latijns-Amerikaanse lidstaten van de UNASUR of de OAS er niet van overtuigen Maduro aan te klagen.

2015 Ecuador. Tussen 2012 en 2015 ging 30 miljoen dollar van de NED naar politieke partijen, vakbonden, dissidente bewegingen en de media. In 2013 alleen gaven USAID en NED 24 miljoen dollar uit in Ecuador. Dit loonde in 2015, toen  de inheemse organisatie CONAIE, met dank aan USAID voor zijn financiële steun, opriep tot een opstand van inheemse gemeenschappen. Deze marsen startten begin augustus 2015 en kwamen op 10 augustus samen in de hoofdstad Quito voor een algemene staking. Ook deze poging tot staatsgreep mislukte.

Democratisch verkozen president Jean-Bertrand Aristide werd niet één- maar tweemaal afgezet door de VS. Foto: biografiasyvidas.com

2015 Haïti. Opnieuw werden, met 30 miljoen dollar steun van de VS, de presidentsverkiezingen vervalst. De VS en de OAS verwierpen de eis van veel Haïtianen om de verkiezingsuitslag ongeldig te verklaren. De politie chargeerde, schoot met rubberkogels en met scherp op aanhangers van de oppositiepartijen. Er vielen doden. Jovenel Moïse, door president Michel Martelly als zijn opvolger vooruitgeschoven, werd president.

2015 Guatemala. De VS orkestreerden een staatsgreep tegen rechtse president Otto Perez Molina, omdat hij niet gehoorzaam genoeg was.

2015 Argentinië. De Argentijnse openbare aanklager Alberto Nisman werd ogenschijnlijk vermoord enkele dagen nadat hij een valse aanklacht had ingediend tegen president Cristina Fernandez met de bewering dat zij in 1994 betrokken zou zijn geweest bij de bomaanslag op een Joods gemeenschapscentrum in Buenos Aires. De bedoeling was een schandaal te creëren, om haar uit het zadel te lichten en de rechtse neoliberale partijen terug aan de macht te brengen. Neoliberale machten en media gebruikten de zaak om de partijcoalitie rond de presidente van een nieuwe verkiezingsoverwinning af te houden.

2015-2019 El Salvador. Met steun van de VS probeerde de rechtse oppositie in El Salvador de regering van president Salvador Sánchez Cerén (FMLN of Farabundo Martí National Liberation Front) te destabiliseren. Conservatieve massamedia zetten een lastercampagne op tegen de regering, die gepaard ging met een vloedgolf van door bendes gepleegde moorden, waarvan de politiechef zei dat ze deel uitmaakten van een campagne om het dodental op te drijven en een eind te maken aan de FMLN-regering. Sanchez Cerén en andere FMLN-topfiguren werden vervolgens het doelwit van lawfare, ‘een strategie waar conservatieve machthebbers zich de laatste jaren van bedienen om te verhinderen dat volksgroepen zich organiseren en in verzet komen tegen het neoliberalisme en andere vormen van verdrukking’.

2016 Brazilië. Door de VS gesteunde rechtse protestbewegingen voerden campagne tegen president Dilma Rousseff (van de Arbeiderspartij) ‘voor corruptie’ en organiseerden in 2015 met de hulp van de grote mediaconcerns straatprotesten in de grote steden van Brazilië. In maart 2016 bracht een demonstratie om de impeachment van president Rousseff te eisen meer dan 500.000 mensen op de been. Uiteindelijk werd de president door het Congres uit haar ambt gezet. Deze staatsgreep met lawfare was geslaagd.

2017 Venezuela. Met gewelddadige protesten (guarimba’s) onder leiding van Leopoldo López werd een poging ondernomen om president Maduro af te zetten. Er vielen 126 doden. Na de verkiezingen van de Nationale Grondwetgevende Vergadering hielden de guarimba’s op.

2017 Honduras. De VS steunden een electorale staatsgreep door president Juan Orlando Hernández, waarbij gebruik werd gemaakt van grootschalige kiesfraude en tientallen demonstranten werden gedood. De VS erkenden snel Hernández als president en oefenden druk uit op andere landen om dit ook te doen, terwijl de OAS zelf om nieuwe verkiezingen had gevraagd.

Archiefbeeld van een 33-jarige vakbondsleider in 1978. Hem staan nog jaren gevangenis te wachten onder de militaire dictatuur. Zijn naam Lula da Silva. Foto: Screenshot ‘The Edge of Democracy’

2018 Brazilië. Gewezen president Lula de Silva lag voorop in de verkiezingsstrijd om het presidentschap, maar werd met een lawfare-operatie veroordeeld en gevangen gezet op basis van valse beschuldigingen van corruptie. Deze operatie werd opgezet door de VS en de rechtse partijen van Brazilië. Bolsonaro won de verkiezingen, met behulp van een grootschalige actie waarbij honderden miljoenen WhatsApp-berichten met fake nieuws gestuurd werden naar Braziliaanse kiezers.

2019 Venezuela. In januari riep Juan Guaidó zich uit tot president van Venezuela, nadat Amerikaans vicepresident Pence hem de verzekering had gegeven dat de VS hem zou erkennen. Op 30 april flopte vervolgens een door Guaidó en Leopoldo López opgezette militaire opstand nabij een luchtmachtbasis. Wat later mislukte een aanval van huurlingen uit Colombia op het presidentieel paleis om president Maduro te ontvoeren.

2019 Bolivia. De VS orkestreerden een coup tegen Evo Morales, voor een deel door via de sociale media de valse bewering te verspreiden dat hij de verkiezing had gestolen. Deze coup werd mee door de OAS gelegitimeerd. De daaropvolgende desastreuze regering van zelfverklaard president Jeanine Áñez heeft het maar een jaar volgehouden.

2021 Cuba. In juli en november orkestreerden en financierden de VS demonstraties tegen de Cubaanse regering. De VS streefden ernaar een nieuwe generatie contrarevolutionaire leiders te kweken door de oprichting van een nieuwe ‘onafhankelijke’ pers en platforms. van sociale media. Dit mislukte nog jammerlijker dan de protesten van 2003.

President Luis Arce van Bolivia is positief maar blijft realistisch. “Een nieuwe staatsgreep mag je niet uitsluiten”. Foto: Screenshot YouTube RedFish

2021 Bolivia. In oktober probeerden de rechtse partijen een coup te plegen en met een algemene staking de vrijlating te eisen van voormalig president Áñez, die in de gevangenis zit. Deze poging kende alleen succes in Santa Cruz, hoofdstad van de regio Media Luna. Later brachten massaorganisaties een betoging van anderhalf miljoen mensen naar de hoofdstad om de regering  van de MAS (Beweging voor het Socialisme van voormalig president Evo Morales) te steunen.

2021 Peru. De rechtse oligarchie poogde zonder succes met lawfare pas verkozen president Castillo af te zetten. Castillo, die uit de beweging van inheemse gemeenschappen komt, zou immers ‘blijvend moreel onbekwaam’ zijn. Die poging mislukte maar voor het ogenblik wordt president Castillo in een nieuwe lawfare-zaak beschuldigd van ‘corruptie’.

We mogen verwachten dat de VS in 2022 zullen doorgaan met hun acties voor regime change in Cuba, Nicaragua, Venezuela, Bolivia, Peru en nu ook Chili, waar recent een progressieve president verkozen werd.

Deze lijst wel of niet geslaagde coups met Amerikaanse steun werden gepleegd in de eerste 21 jaar van deze eeuw. Ze is vast niet volledig. Er is bijvoorbeeld de campagne van lawfare van voormalig president van Ecuador, Lenin Moreno, een marionet van de VS, tegen voormalig vice-president Jorge Glas en tegen voormalig president Rafael Correa. De eerste zit nu in de gevangenis, de tweede is verbannen (en verblijft met zijn Belgische vrouw en kinderen in België, nvdr).

De opsomming van deze al dan niet geslaagde coups door de VS is echter misleidend. De hele voorgaande 20ste eeuw lang hebbende VS zich dagelijks, niet zomaar af en toe, gemoeid in deze landen die ze als haar kolonies beschouwt, enerzijds om hen een neokoloniaal regime op te leggen en anderzijds om de regimes in stand te houden die hun economie onvoorwaardelijk openstellen voor de VS en die volledig zich op het Amerikaanse buitenlands beleid afstemmen.

Onder het mom van ‘bevordering van de democratie’ werkt Washington voor precies het tegenovergestelde: coups aanstoken tegen democratische en populaire regeringen. Regeringen en leiders die opkomen voor hun volk en hun nationale rechten zijn de doelwitten van deze staatsgrepen ‘ter bevordering van de democratie’.

Voor de zachte staatsgrepen waarin de VS tegenwoordig hun heil zoeken, worden niet alleen in de geviseerde landen opleidingen gefinancierd voor ‘bevordering van de democratie’ voor ngo’s en rechtse groeperingen. Veel liberale en links-liberale alternatieve media en ngo’s in de VS ontvangen nu eveneens financiering, wat hun politieke visie in een meer pro-imperialistische richting duwt. Dit wordt goed geïllustreerd door de pogingen tot zachte staatsgrepen tegen het Bolivia van Evo Morales en het Ecuador van Rafael Correa. Dergelijke ngo’s en alternatieve media geven een vals humanitair gezicht aan deze imperialistische interventies.

Bovendien worden de kuiperijen voor regime change nu openlijk toegepast in de VS zelf. Dat valt af te lezen uit de verwarring en politieke verdeeldheid onder de Amerikaanse bevolking, die werd aangewakkerd door zowel Russiagate, de desinformatiecampagnes van Hillary Clinton tegen Bernie Sanders en Donald Trump in 2016 en de desinformatiecampagne van Trump tegen de Democraten over de gestolen verkiezingen van 2020.

Mag dit een oproep zijn tot al degenen onder ons die tegen het Amerikaans interventionisme zijn, om deze nieuwe geraffineerde methoden van zachte staatsgrepen bloot te leggen, om te eisen dat de nationale soevereiniteit van andere naties wordt gerespecteerd en om de Amerikaanse volkeren te verenigen tegen deze manipulaties door de heersers van het grootkapitaal.

 

21st Century US Coups and Attempted Coups in Latin America werd vertaald door Hilde Baccarne. Dissident Voice is een internet nieuwsbrief die zich specifiek toelegt op het weerleggen van de verdraaiingen en leugens door de grote mediabedrijven en door de elites wiens belangen ze dienen. 

Creative Commons

take down
the paywall
steun ons nu!