Buiten de lijntjes kleuren is 'not done' volgens ombudsvrouw Karin De Ruyter van De Standaard. Foto: reddit.com
Mediakritiek, Analyse - Karl van den Broeck, Apache.be

Ombudsvrouw De Standaard zet Filip Rogiers als een kleuter in de hoek

Het gebeurt zelden dat een journalist in de kolommen van zijn eigen krant de wacht wordt aangezegd. Collega Filip Rogiers werd door de ombudsvrouw van De Standaard op de vingers getikt omdat hij in een opiniestuk had geschreven dat ‘de bandbreedte van het politieke debat in Vlaanderen rücksichtslos naar rechts opschuift’. Apache-hoofdredacteur Karl van den Broeck: “Haar argumenten houden geen steek”.

vrijdag 1 juli 2022 09:15
Spread the love

 

Journalist Filip Rogiers, een van de beste pennen van de Vlaamse pers en een van de meest lucide waarnemers van het maatschappelijke en politieke debat, kreeg met een vlammend opiniestuk in De Standaard de poppetjes aan het dansen.

Hij leverde forse kritiek op de manier waarop in de Vlaamse media (“in mening krantencommentaar, in duidingsprogramma’s op de VRT en zeker op sociale media”) gereageerd wordt op voorstellen die uit linkse hoek komen.

De ombudsvrouw van De Standaard vindt het opiniestuk van Filip Rogier te scherp, te polariserend en met de voeten vooruit… voor een redacteur van de krant

“PS-voorzitter Paul Magnette hoeft zijn mond maar open te doen of de Vlaamse hoofden van Lebak schudden al van nee. Soms zelfs in zijn eigenste huis aan de Brusselse Keizerslaan, waar ook Vooruit huist. 6,5 miljard euro om de koopkracht te versterken? De e-commerce beteugelen? Pleiten voor een herziening van de loonnormwet van 1996 (…). Het gros van de politieke opiniemakers in Vlaanderen noemt dat in het beste geval fausses bonnes idées.”

Economen als Stijn Baert en Geert Noels, die in tegenstelling tot economen van pakweg de vakbonden of de progressieve Denktank Minerva wel worden uitgenodigd in duidingsprogramma’s, laten zich smalend uit over alles wat van links komt, zeker als het van Franstalig links komt.

De teneur is er volgens Rogiers een van dedain: “Beeldrijke taal schiet tekort: ‘een goede grap’, ‘totale utopie’, ‘een zelfs voor Hollywood ongeloofwaardige plot’, ‘Sinterklaas komt vroeg dit jaar’, ‘een pest voor Vlaanderen’.”

Rogiers geeft nog twee voorbeelden van voorstellen (van Ecolo en de PS) die op hoongelach werden onthaald: een ‘universeel solidariteitskapitaal’ van 30.000 euro voor elke vijfentwintigjarige en de vierdaagse werkweek.

Anderzijds krijgen rechtse stemmen weinig weerwerk. Vakbondsleiders worden enkel uitgenodigd als het 1 mei of Rerum Novarum is. “Op andere dagen is de kans groot dat je de sociaal­economische actualiteit opgelepeld krijgt door Baert of Noels. Voor de ethische en cultureel conservatieve noot zorgt Rik Torfs of Mia Doornaert.”

“Het wekt allemaal sterk de indruk dat we hier eerder met (rechts) geloof dan met rede te maken hebben”, schreef Rogiers.

Normalisatie

Rogiers, die al zijn hele carrière de invloed van extreemrechts op de samenleving bestudeert, stelt vast dat wat afwijkt van het centrum “tegenwoordig al snel afgebrand wordt als extreemlinks, aan de andere kant van het spectrum wordt wat gisteren nog extreemrechts was al even snel genormaliseerd als was het ‘gewoon’ rechts”.

Journalist Filip Rogiers stelt vast dat ‘wat gisteren nog extreemrechts was snel genormaliseerd wordt als was het ‘gewoon’ rechts’

Wat Rogiers nog het meest zorgen baart, is de normalisatie van extreemrechts, die onlangs nog door politiek filosoof Thomas Decreus, maar ook door Apache-oprichter Tom Cochez werd gehekeld bij Het Observatorium. “Mensen van Vlaams Belang worden opgetrommeld als neutrale experts in bepaalde materies of als experts over zichzelf. Ze zijn volwaardige gesprekspartners geworden in de mainstreammedia.”

De laatste paragrafen van zijn opiniestuk zijn snoeihard. “In menig gremium lijkt men nu al het hoofd te buigen voor wat men, peilingen in de hand, vermoedt dat de politieke ­toekomst van Vlaanderen is: rechts, flink(s), anti-woke, nationalistisch. Je vraagt je af of ze op het partijhoofdkwartier van Vlaams Belang de voorraad champagne nog wel snel genoeg bijgevuld krijgen.”

“We lijken het niet af te leren, wat Jozef Deleu omschrijft als het Vlaamse ‘talent voor collaboratie’. Hij citeert in dit verband graag de Zuid-Afrikaanse dichter Dirk J. Opperman: ‘Die are gaan lig onder de wind.’”

Dat Filip Rogiers een gevoelige snaar heeft geraakt bleek al snel uit de reacties op sociale media. Geert Noels pikte het niet dat hij “een collaborateur” werd genoemd, iets wat Rogiers niet geschreven heeft. Maar de toon was gezet.

Ballonnen doorprikt

Zaterdag (25/6), een week na het verschijnen van het opiniestuk, werd Filip Rogiers stevig in de tang genomen door twee gezaghebbende stemmen. De eerste is Rik Van Cauwelaert, monument van de Vlaamse Wetstraatjournalistiek en columnist bij De Tijd en graag geziene gast in duidingsprogramma’s van de openbare omroep (en in een ver verleden nog hoofdredacteur van Rogiers bij Knack).

Filip Rogiers: ‘Je vraagt je af of ze op het partijhoofdkwartier van Vlaams Belang de voorraad champagne nog wel snel genoeg bijgevuld krijgen’

In zijn veelgelezen column Het Paleis der Natie laat Van Cauwelaert zijn licht schijnen over de “mediapolitieke complexen van links”. “Wie vorige zaterdag in De Standaard het denkstuk van collega Filip Rogiers las, krijgt de stellige indruk dat rechts (…) het alleenrecht op competentie opeist”, schrijft hij.

Hij kadert de kritiek van Rogiers op de media in een breder ongenoegen dat eerder al door (wijlen) Jan Blommaert maar recent ook door Eric Corijn, de opstellers van de bundel Debatfiches van de Vlaamse elite en Het Observatorium werd geventileerd.

Thomas Decreus lanceerde hiervoor zelfs de term ‘media-politiek complex’, waar politici en journalisten elkaar vinden om te kunnen scoren. Volgens Van Cauwelaert moet progressief Vlaanderen “wel uitkijken dat het zichzelf geen mediapolitiek complex aanpraat”.

Van Cauwelaert veegt de ideeën van PS en Ecolo – die volgens Rogiers ten onrechte werden verketterd – van tafel omdat ze “elke geloofwaardige onderbouw” missen. Dat covoorzitter Rajae Maouane van Ecolo een blunder schoot omdat ze het patrimonium van de rijkste Belgen met 122 miljard euro had overschat, kon de hilariteit alleen maar vergroten. Ook al deed die blunder niks af aan de kern van de zaak.

De voorstellen werden, volgens Van Cauwelaert, enkel gelanceerd omdat de Ipsos-peilers op dat moment, tussen 6 en 14 juni, in de weer waren voor de Grand Baromètre van Le Soir en RTL. Voor geen van beide gaat die ballon op: het Ecolo-voorstel werd gelanceerd op 5 juni op een partijcongres dat al maanden vastlag, en het PS-voorstel van 15 mei was op het moment dat Ipsos zijn online bevraging hield al oudbakken.

Je kunt eminente rechtse of conservatieve denkers als Van Cauwelaert en Geert Noels niet verwijten dat ze het politieke debat vanuit hun ideologische positie bekijken. Je kunt wél de media, en vooral de openbare omroep die als opdracht heeft pluralistisch te zijn, verwijten dat ze dat frame slaafs volgen en niet op zoek gaan naar competente tegenstemmen. Die zijn er bij de vleet.

Sinterklaas

De basiskritiek van ‘rechts’ op ‘links’ is precies het verwijt dat linkse partijen ‘sinterklaas’ willen spelen en dat ze de ‘hardwerkende Vlaming’ ‘kapot belasten’. Dat lijkt een correcte analyse als je naar het begrotingstekort en de staatsschuld kijkt, maar daar kunnen toch meer dan een paar serieuze kanttekeningen worden bij geplaatst.

De basiskritiek van ‘rechts’ op ‘links’ is precies het verwijt dat linkse partijen ‘sinterklaas’ willen spelen en dat ze de hardwerkende Vlaming kapot belasten.

Dat doet bijvoorbeeld Paul De Grauwe, in een vorig leven nog VLD-senator. Dat doet ook de OESO die pleit voor een vermogensbelasting en het behoud van de indexkoppeling. Dat doen – uiteraard – ook de vakbonden of linkse opiniemakers. Opvallend is dat de namen die Van Cauwelaert noemt (bijna) nooit uitgenodigd worden in duidingsprogramma’s.

De blinde vlekken zijn soms gigantisch. Zo hield het ABVV op 28 mei een federaal congres met meer dan 1.500 aanwezigen met experts uit heel Europa. Net op het moment dat de populaire media volk tekort komen om vox pops te doen over de duurdere winkelkarretjes, bleven deze experts, die miljoenen vakbondsleden over de hele wereld vertegenwoordigen, onder de radar. Ze hadden nochtans – met (terrein)kennis van zaken – heel wat interessante inzichten kunnen delen met de kijkers/luisteraars.

En neem nu die vermaledijde voorstellen van Magnette en Ecolo. Waarom zou er geen 6,5 miljard gestoken mogen worden in een relanceplan terwijl er over de beslissing om het defensiebudget te verhogen naar 2% van het BNP (geld dat uit diezelfde lege Schatkist moet komen) zowat unanimiteit bestaat? Of hebben we de tegenstemming niet gehoord?

En waarom haalde een tweede deel van dat ‘legerakkoord’ de voorpagina’s niet? De optrekking van het budget voor ontwikkelingssamenwerking tot 0,7% van het BNP is nochtans een absolute trofee voor de groenen.

En dan is er nog de Loonwet die de vakbonden verbiedt (!) om meer dan 0,4% opslag te vragen op een moment dat bedrijven steeds grotere winsten maken. Er bestaat – zoals Rogiers terecht opmerkt – genoeg evidentie dat de loonnorm precies de grootste bedreiging van de koopkracht van ‘de mensen’ is.

De conclusie is duidelijk: de overheid mag het koopkrachtverlies niet compenseren, want dat is ‘sinterklaaspolitiek’, maar de bedrijven moeten ook beschermd worden tegen vrije vakbondsonderhandelingen omdat hun concurrentiekracht onder druk staat.

Conclusie: het koopkrachtprobleem is onoplosbaar. Maar het is wel de belangrijkste voedingsbodem voor de groei van extreemrechts en extreemlinks. Je zou het als schuldig verzuim kunnen omschrijven.

Betaalbaarheid

En laat ons eens kijken naar het voorstel van Ecolo om elke Belg van 25 jaar een “universeel solidariteitskapitaal” te geven van 30.000 euro. Een fausse bonne idée? Een eminent kenner van de politiek bezuiden de taalgrens als Rik Van Cauwelaert weet maar al te goed dat zowat àlle Franstalige partijen een gelijkaardig voorstel hebben gedaan: PS wil een basisinkomen van 25.000 euro voor jongeren van 18 tot 25, MR wil 25.000 euro geven aan diezelfde leeftijdscategorieën op voorwaarde dat het geld gebruikt wordt om een eerste woning te verwerven, een opleiding of een bedrijf te starten.

Les Engagées verdedigen dan weer een ‘revenu mensuel de participation’ van 600 euro voor iedere burger, ouder dan 18 jaar. MR-voorzitter Georges-Louis Bouchez probeert ondertussen zijn partij ervan te overtuigen om een universeel basisinkomen van 1.000 euro per maand uit te keren aan àlle Belgen. Kostprijs: 132 miljard euro (!). Défi stelt op zijn beurt een universele bijdrage voor voor iedereen die minder dan 1.500 euro verdient.

 Vijf van de zeven Vivaldi-partijen, waaronder CD&V, en de OESO, pleiten voor een vorm van ‘rijkentaks’ die ook de lasten op arbeid moet kunnen doen dalen.

De boeiende vraag die deze voorstellen met zich meebrengen, is die van de betaalbaarheid. MR wil een aantal uitkeringen afschaffen in ruil voor de invoering van een basisinkomen. Andere partijen kijken naar de vermogensbelasting. Die van Ecolo zou 6 miljard euro opbrengen. Die van PS 2 miljard. Die van PVDA 8 miljard.

Ecolo staat dus helemaal niet alleen met die eis. Vijf van de zeven Vivaldi-partijen, waaronder CD&V, en de OESO pleiten voor een vorm van ‘rijkentaks’ die ook de lasten op arbeid moet kunnen doen dalen. Als financieringsbron voor een relanceplan (zoals dat van de PS) is een (eenmalige) vermogensbelasting zelfs een recept dat door de Duitse centrale bank wordt aangeprezen en ook in ons land academisch onderbouwd is. En zo’n 150 superrijken smeekten dit jaar in Davos zelfs om zwaarder belast te worden.

Er zijn nog andere argumenten die in het debat kunnen worden gebracht. Zo innen de deelstaten jaarlijks zo’n 3 miljard euro aan erfenisrechten. Het zou van een grote sociale rechtvaardigheid getuigen dat de opbrengst van erfenissen (mee) wordt gebruikt om (ook) mensen die nooit moeten hopen op een grote erfenis toch een duwtje in de rug te geven bij de start van hun professionele leven. Het voorstel van Ecolo is voor wie wél successierechten betaalt dan eerder een vestzak-broekzakoperatie.

Het verwijt dat Ecolo en PS voor de galerij van de opiniepeilers spelen, is eenzijdig. Zowat àlle partijen lanceren ideetjes of sympathieke Instagram-momentjes wanneer de opiniepeilers op pad zijn. Dat àlle kerncentrales moeten openblijven, bijvoorbeeld (MR), dat Conner Rousseau een tattoo laat zetten en dat niemand een zomerakkoord wilde (met de daarin vervatte compromissen) voor de peilers weer in hun kot zaten.

De kritiek van Rik Van Cauwelaert bewijst dus het gelijk van Filip Rogiers. Maar zijn kritiek past wel in een normaal, gezond maatschappelijk debat dat af en toe scherp en bitsig mag zijn. Hopelijk krijgt het een verlengstuk in de duidingsprogramma’s en in de krantenkolommen die nu vaak al te gemakkelijk legitieme linkse voorstellen wegzetten als wereldvreemd. Zoniet, dan wordt de stelling van Rogiers nogmaals bewezen.

Pedagogische tik

Verontrustender is de pedagogische tik die Karin De Ruyter, ombudsvrouw van De Standaard, zaterdag uitdeelde aan het adres van haar collega. In haar wekelijke rubriek pleitte ze voor meer “terughoudendheid” bij journalisten die in de krant (ook al is het op de opiniepagina) een eigen mening formuleren. Volgens De Ruyter doet het niet ter zake of ze het eens is met wat Rogiers schrijft: “Want, zoals ik altijd antwoord op kritiek over andere opinieartikels: meningen zijn vrij.”

Ombudsvrouw Karin De Ruyter pleit voor meer ‘terughoudendheid’ bij journalisten van De Standaard die in de krant een eigen opinie formuleren

Toch had ze moeite met het stuk omdat sommige beweringen onvoldoende zouden onderbouwd zijn. Het voorbeeld dat ze geeft, is het verwijt van Rogiers dat het debat over de vierdaagse werkweek niet uit het ei mag komen. Volgens een lezer (en De Ruyter volgt diens redenering) is dat onzin omdat de arbeidsdeal van de Vivaldi-regering een vierdaagse werkweek wel mogelijk maakt.

Rogiers verdedigt zich tegenover de ombudsvrouw door erop te wijzen dat het debat dat links wil lanceren gaat over een ‘echte’ vierdagenweek; eentje waarin je maar 30 uur werkt. Een experiment van Femma, reikte ‘links’ alvast munitie aan om dat debat grondig te voeren.

De Ruyter wuift de verdediging van Rogiers weg omdat de uitleg niet in de gepubliceerde versie van het opiniestuk stond (geschrapt wegens plaatsgebrek). Het argument dat de lezer “de redenering wel moet kunnen blijven volgen” is een dooddoener. Iedereen die het politieke debat volgt, wéét dat de discussie over ‘de echte vierdagenweek’ gaat.

Ook zou de manier waarop VRT op de korrel werd genomen, te weinig onderbouwd zijn. Volgens De Ruyter strookt de kritiek dat linkse stemmen minder aan bod komen “niet met de recente bevindingen”. De lezer van haar rubriek krijgt dan wel niet te horen over welke bevindingen het gaat? Plaatsgebrek misschien?

Wellicht bedoelde ze de studie van de UAntwerpen over de onpartijdigheid van de nieuwsuitzendingen van VTM en VRT. Ondanks de hoeraberichten die daarover werden verspreid, stelt de studie vast dat Vooruit, Groen en PVDA schromelijk ondervertegenwoordigd zijn in de veelbekeken duidingsprogramma’s.

Bij PVDA (en ook Vlaams Belang) wordt die ondervertegenwoordiging verklaard door ‘de machtslogica’, het feit dat meerderheidspartijen sowieso meer aan bod komen omdat hun ministers vaker uitgenodigd worden om hun beleid toe te lichten.

Al vinden de onderzoekers het “in dat opzicht wel verwonderlijk dat Vooruit wel, maar Groen geen voordeel lijkt te hebben van haar deelname aan de federale regering”. De score van Vooruit is echter ook erg laag als je abstractie maakt van niet corona-gerelateerde onderwerpen waarin minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit) incontournable was. De “recente bevindingen” lijken Rogiers dus… gelijk te geven.

‘Terughoudendheid’

Maar zelfs indien Rogiers een onderbouwd stuk zou hebben geschreven (wat De Ruyter dus – ten onrechte – betwist), dan nog vindt zij het opiniestuk te scherp, te polariserend en met de voeten vooruit… voor een redacteur van de krant. Ook al is het een opiniestuk, het standpunt straalt “onvermijdelijk” af op de krant.

De Ruyter adviseert de journalisten van De Standaard om spelregels af te spreken over opiniestukken in de krant

“Ook al zijn de lezers (en de critici) van deze krant mediawijs genoeg om het verschil tussen redactionele artikels en opiniestukken te maken, voor de buitenwereld schrijft een redacteur van De Standaard altijd ook een beetje in naam van De Standaard. Zeker als hij het ook ín De Standaard schrijft.”

Ze adviseert de journalisten van De Standaard om spelregels af te spreken over opiniestukken in de krant. “Dat is geen beperking van de vrijheid van meningsuiting van de redacteurs, want die regels moeten niet gaan over wat ze schrijven, maar over hoe ze het schrijven in de krant.”

Ze verwijst naar de richtlijnen die nu al bestaan over hoe journalisten zich op sociale media dienen te gedragen: “met een terughoudendheid die ons siert (…) Je bent erg terughoudend om zelf partijpolitieke en partij-ideologische stellingen in te nemen. Liever feiten dan meningen, die meningen zijn gestaafd met feiten, je speelt nooit ad hominem.”

Andere links-progressieve stemmen in de krant (Marc Reynebeau en Ruud Goossens om er maar twee te noemen) schrijven regelmatig snoeiharde artikels over het rechtse eenheidsdenken op de redactionele pagina’s van de krant. Moeten zij zich nu ook aangesproken voelen?

Anders doen kijken

Hoofdredacteur Karel Verhoeven onthoudt zich van commentaar over de hele kwestie. “Zoals je weet heb ik aan de ombudsvrouw niets te zeggen”, schrijft hij in een sms aan Apache.

Zelf brak hij in november van vorig jaar op een conferentie van de Vereniging voor Onderzoeksjournalisten (VVOJ) een lans voor “journalistiek die ons de schellen van de ogen doet vallen en die wordt gemaakt door journalisten die de vermetelheid hebben om zelf met nieuwe ogen te kijken”.

Filip Rogiers heeft geen linkse stelling ingenomen, hij heeft gewoon vastgesteld dat het debat over linkse stellingen niet gevoerd wordt

“Die journalistiek krijgt het verwijt activistisch te zijn. Critici bepleiten dat de pers zich aan berichtgeving moet houden in de enge zin van het woord: het maken van berichten. Rapporteren over wat zich zichtbaar voordoet.

Alleen die bescheidenheid zou ‘objectieve’ journalistiek opleveren. Journalisten die met doortastendheid hun eigen onderzoek voeren, willen een agenda opleggen. Die bescheiden, kritiekschuwe berichtgeving, die zich tot de al ruim bekende wereld beperkt, is geen optie meer,” zei Verhoeven.

Filip Rogiers heeft met zijn uitstekende opiniestuk eerst gerapporteerd wat zich zichtbaar voordoet (een verschuiving naar rechts in de bandbreedte van het politieke debat) en hij heeft de lezer/kijker daardoor op een andere manier doen kijken.

Dat hij nu wordt teruggefloten door de ombudsvrouw van zijn eigen krant is wel erg ironisch, omdat het lijkt te bewijzen dat zijn verwijt ook voor zijn eigen krant opgaat. Maar, zoals de hoofdredacteur schrijft, de ombudsvrouw vertegenwoordigt alleen zichzelf.

Rogiers heeft geen linkse stelling ingenomen, hij heeft gewoon vastgesteld dat het debat over linkse stellingen niet gevoerd wordt.

De lezing van Karel Verhoeven eindigde met de volgende zin: “Onze opdracht is nederiger: de ogen openen over wat de inzet is. Dat vergt alle beschikbare kunnen.”

Filip Rogiers is een van de nederigste, maar ook een van de meest integere én vastberaden journalisten in onze stiel. Hij verdient het niet om als een kleuter in de hoek gezet te worden.

#ikbenfilip.

 

De Analyse Ombudsvrouw De Standaard zet Filip Rogiers als een kleuter in de hoek werd overgenomen van Apache.be. Karl van den Broeck is hoofdredacteur van Apache.

Geen copyrightvermelding

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!