Foto's: Raisa Vandamme
Nieuws, België, Agro-ecologie, Ecolo, Agro-ecologische landbouwproductie - Floris Cavyn

Anders ondernemen: het ecologische boerenbedrijf

Bij het woord ondernemer denken we al te gauw aan blanke mannen in maatpak die uit zijn op snelle winst. Nochtans zijn er tig voorbeelden van mensen die het anders aanpakken. Zij richten bijvoorbeeld een onderneming op om bij te dragen aan een beter milieu of aan het maatschappelijk welzijn. Wij zetten deze week vijf van dit soort ondernemingen in het zonnetje. Vandaag: de ecologische boerderij La Ferme du Chant des Cailles.

woensdag 12 maart 2014 13:16
Spread the love

De kwartel is een gedrongen vogel met korte staart en relatief grote vleugels. Allerminst reikhalzend uitkijkend naar wat komen zal. Eerder schuw, met de kop naar beneden, pikkend naar korrels en resten. Als hij ontdekt wordt, houdt hij zich voor dood of vliegt stuntelig op. De kwartel is een overlever in de marge, waar onwetendheid de voornaamste troef is. De vrouwtjes zingen priet priet, de mannetjes kwik-me-dit.

Hoe anders is La Ferme du Chant des Cailles! Er is een en al bedrijvigheid en enthousiasme. Ondanks het grijze wolkendek boven Watermaal-Bosvoorde en de gure wind die over het veld raast, hakken mensen in op de vruchtbare grond, rooien ze hun aardappelen en staan ze geïnteresseerden te woord. De enige link met de kwartel is de straat waarlangs de stadsboerderij gelegen is – Kwartellaan – en de naam van het project. ‘Maar misschien gaan we hier ooit zelf kwartels kweken!’

Pauline Denissel kijkt vanachter haar bril over het perceel gereserveerd voor de tuinbouw. Samen met vijf andere boeren en boerinnen wil ze groenten telen en de grond opnieuw vruchtbaar maken via agro-ecologische methodes. Concreet willen ze onder andere de grond bevruchten met een mengeling van grondstoffen zoals houtschilfers, bladeren van bomen, paardenmest… Bovendien staan ze erop dat die grondstoffen gerecupereerd worden uit de buurt. Ze mikken op het lokale aspect.

DeWereldMorgen.be

De handen in elkaar

Maar tuinbouw is slechts één van de vier luiken die La Ferme du Chant des Cailles omvat. Daarnaast is er nog de kruidentuin die instaat voor de productie van aromatische, culinaire en geneeskrachtige kruiden; het kweken van schapen voor productie en verkoop van schapenkaas; en de collectieve ecologische tuin die openstaat voor de hele wijk en zijn buurtbewoners. Elk luik functioneert autonoom, maar staat in nauw contact met de andere luiken om de objectieve doelen van het project mee vorm te geven.

‘Iedereen helpt iedereen,’ vertelt Sylvette. ‘Toch iedereen die tijd en zin heeft.’ Ze klopt de aarde van haar tuinhandschoenen en stopt de truweel in haar schort. Ze is een van de zestig tuiniers die een stukje grond in de collectieve tuin bewerkt. Haar grijzende haren zitten verscholen achter een brede band die haar oren warm moet houden. Haar fijne neus is zo rood als een rijpe tomaat door de wind en de inspanning. ‘Er zijn geen echte regels rond samenwerking. Wel proberen we het te versterken door allerlei activiteiten. Als het weer meezit, organiseren we bijvoorbeeld een picknick of een barbecue.’

Ze zijn inventief op La Ferme. Het sociale ‘ontmoetingspunt’ bestaat uit vier zelfgemaakte stoelen en een dito salontafel. Alles in open lucht. ‘We mogen geen gebouwen neerpoten.’ Sylvette pulkt aan de aarde onder haar nagels. ‘Tenzij het kleine mobiele constructies zijn.’ Ze wijst me de lange opbergkast aan waarin het werkmateriaal ligt. Het deksel staat wat schuin en aan de laagste kant hangt er een regengoot. ‘We vangen het water op aan het uiteinde van de bak en gebruiken het om onze tuintjes te besproeien. Het is simpel, maar doeltreffend.’

DeWereldMorgen.be

Braakland

Het was buurtbewoonster Magdalena Swienarska die als eerste de spade in de grond stak en de vzw Le Début des Haricots contacteerde om hen op de hoogte te brengen van het braakliggende terrein in Watermaal-Bosvoorde. De vzw contacteerde Le Logis CHV, de beheerder van het terrein en in juli 2012 werd het voorstel om er een participatief landbouwproject van te maken goedgekeurd.

‘Het terrein lag er al twee jaar onaangeroerd bij.’ Christian laat de tranen rollen over zijn wangen. Het zijn geen tranen van verdriet, want Christian is een opgewekte zestiger die zich in zijn nopjes voelt op La Ferme. Het is de wind die zijn ogen geselt. Net als Sylvette is hij lid van de collectieve tuin en bijzonder trots op wat hier verwezenlijkt wordt. ‘De vorige boer kon er geen winst meer uithalen. Hij woonde te ver om het terrein op een voldoende goede manier te bewerken. Nu zijn wij aan zet.’

Oorspronkelijk was het de bedoeling om de focus te leggen op tuinbouw, de schapen, een boomgaard en een educatief luik. De boomgaard viel als eerste af. Door de vele restricties – het terrein is beschermd door het Agentschap Onroerend Erfgoed (vroeger gekend onder Agentschap Monumenten en Landschappen) – zagen ze af er van af omdat het een project op de lange termijn is. Een gevolg hiervan is het ontwikkelen van de collectieve tuin. En ook het educatieve luik werd afgezwakt. Al komen er nog geregeld scholen langs om de werking van het project aan de lijve te ondervinden. ‘Niets is zeker,’ vervolgt Christian. ‘We moeten verschillende instanties passeren vooraleer we hier iets kunnen realiseren. Wel mogen we ervan uitgaan dat het project nog vier à vijf jaar kan lopen. En er gaan stemmen op dat het ook daarna nog zal blijven bestaan. We zullen zien.’

DeWereldMorgen.be

Samenhang

Momenteel bestaat La Ferme uit drie professionele groepen en de collectieve tuin. ‘Tot nu toe hebben we niet via een juridische structuur gewerkt,’ zegt Anja Van Geert, verantwoordelijk voor de kruidentuin. ‘We waren eigenlijk allemaal feitelijke verenigingen. En ook samen waren we één feitelijke vereniging. Daar willen we in de nabije toekomst verandering in brengen door een vzw op te richten die het geheel omkadert en instaat voor het beheer van de collectieve delen. En dat terwijl elk luik zijn eigen werking kan hebben.’

Met de vzw wil La Ferme een centraal aanspreekpunt creëren voor de eigenaar van het terrein. En als officiële structuur willen ze de filosofie van het project kunnen bewaken. ‘We moeten onder andere een dossier schrijven voor het Agentschap Onroerend Erfgoed. En ook de communicatie naar buiten toe en die van toepassing is op de volledige groep zou via die structuur kunnen verlopen.’

Toch wil Anja nog niet te veel kwijt over de rol van de vzw. Het staat dan ook nog in zijn kinderschoenen. ‘Het idee van de vzw sluimert al langer bij een aantal mensen, net omdat de officiële instanties erom vroegen. En het wordt concreter. We denken nog na over de statuten, maar dat gebeurt nu met heel de groep. Vroeger kwamen we enkel samen met een kerngroep waarin leden van elk luik vertegenwoordigd waren. Nu heeft iedereen inspraak en we raken het stilaan eens.’

Eigen kweek

Met La Ferme willen de bezielers van het project in eerste instantie de lokale gemeenschap bereiken. Ze organiseren info-avonden en gaan de buurtbewoners actief uitnodigen. Iedereen is welkom en iedereen mag doen wat hij/zij wil, ‘maar ze moeten wel een aantal regels respecteren’. Sylvette is strikt. ‘Binnen de collectieve tuin moet alles biologisch zijn. De tuiniers mogen geen motorgedreven hulpmiddelen gebruiken. Alles manueel, noem het artisanaal. Van de vier luiken zijn wij de enige die niet professioneel zijn. Dat houdt in dat we de producten niet verkopen. Geen commerce. Wij ruilen onderling of geven zaken weg. En natuurlijk gebruiken we onze producten ook zelf.’

Het luik tuinbouw mikt wel op de commerciële markt, al is het in beperkte mate. Ze hebben een abonnementsformule en baseren zich daarvoor op het CSA-bedrijf (Community Supported Agriculture). Pauline verduidelijkt. ‘In ruil voor een jaarlijks bedrag ontvang je als abonnee een aandeel van de groenten en krijg je inspraak in de teelt. Het idee is eigenlijk dat je als abonnee een deeltje van de tuin koopt en wij zijn degenen die de tuin onderhouden. Met het geld dat we ontvangen, kopen wij de nodige materialen om het land te bewerken.’

De abonnees zijn voorlopig mensen uit de buurt, wat ook de initiële opzet was. ‘Het zijn vooral de buurtbewoners die hier hun aardappelen komen halen, of mee helpen bij het rooien. Maar misschien kunnen we later nog uitbreiden naar Brussel. We zien wel. We zitten nog altijd in de beginfase en het blijft een leuk project dat niet alleen voor ons, maar ook voor de buurtbewoners een meerwaarde kan bieden.’

‘Veel winst willen we niet maken, maar het is wel de bedoeling dat we de mensen die er hun tijd en energie in investeren ook kunnen uitbetalen. Wat we daarnaast nog winnen, willen we opnieuw investeren in het project. Het is niet alleen een project rond transformatie. We willen ook toegankelijk zijn voor mensen die zelf met ideeën komen waarin wij een rol kunnen spelen.’

De kruidendokter

Enter Anja Van Geert. ‘Ik wilde starten met een professionele kruidentuin. Zo ben ik bij de groep terechtgekomen.’ Dit jaar wordt Anja’s eerste seizoen. Ze bewerkt een terrein van tien are, wat nu voor de helft geteeld is. Vanaf maart start het cultiveren. ‘Ik wil vooral werken met workshops. Zelf noem ik ze mini-ateliers. Dat kan er eentje zijn rond siropen maken, maar evengoed over de praktijk op het terrein, zodat mensen zelf aan de slag kunnen.’

Ze wil werken met wekelijkse aanwezigheden. Mensen uitnodigen om te komen plukken en hen tegelijkertijd de nodige uitleg verschaffen. ‘Het is niet mijn primaire doel om winst te boeken. Ik wil vooral een project op poten zetten dat werkt en interesse opwekt bij mensen. Natuurlijk wil ik daar op een redelijke manier van kunnen leven. Mijn focus ligt op de lokale productie. De meeste kruiden zijn nu afkomstig uit Oost-Europa, maar die kunnen evengoed hier gekweekt worden. Het is dus ook een bewustmakingsproces. In België zijn er weinig mensen die zelf kweken of plukken, dus daarin ben ik wel ambitieus. Als lokale ondernemer iets doen bloeien en groeien. Dat vind ik wel mooi.’

‘We leven in een tijd waarin veel mensen zelf de handen uit de mouwen willen steken, hun creativiteit willen botvieren. Dat is ook noodzakelijk en verhoogt de levenskwaliteit. En kennis doorgeven aan de kinderen. Dat is een vorm van educatie die La Ferme wil bewerkstelligen. We installeren ons uiteindelijk in een stadsmilieu, wat interesse wekt. De schapen zijn een enorm succes, net als de collectieve tuin. Mensen komen daarop af en willen meer weten. Ze polsen naar die zelfstandigheid en de verschillende processen. Het is niet langer werken werken werken.’

Bouwen aan de toekomst

La Ferme du Chant des Cailles krijgt veel mensen over de groene vloer die een gelijkaardig project uit de grond willen stampen, en die op zoek zijn naar inspiratie en steun. Anja geeft toe dat de mensen achter La Ferme zelf nog zwemmen in een vijver die ze niet kennen, maar erkent de interesse. ‘Momenteel zijn we nog niet voldoende geëvolueerd om de nodige steun te bieden of een antwoord te geven op alle vragen, maar dat is wel de bedoeling. Het was ook een van de uitgangspunten van het project: van zodra we aan het rollen zijn, willen we mensen aantrekken, hen de kans geven zich in te werken om elders gelijkaardige projecten op te zetten. Er moet een flux van geëngageerde mensen ontstaan.’

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!