Plannen om de Iraakse olievelden te exploiteren werden in het jaar voor de Amerikaans-Britse invasie besproken door politici en de leiders van ‘s werelds grootste olieconcerns. Dat blijkt uit pas vrijgegeven Britse overheidsdocumenten die door de krant The Independent werden ingekeken.
De documenten roepen nieuwe vragen over de Britse betrokkenheid bij die oorlog op. De toenmalige regering Blair stemde pas in met de invasie van Irak nadat duidelijk was geworden dat Saddam Hoessein over massavernietigingswapens beschikte. Later bleek ook dat een leugen.
De documenten spreken ook eerder afgelegde verklaringen van zowel politici als zakenlui tegen. BP heeft altijd ontkend strategische belangen in Irak te hebben; Blair noemde de oliesamenzweringstheorie altijd ‘absurd’. Maar uit de documenten blijkt nu dat vijf maanden voor de invasie, de toenmalige Britse minister van Handel, barones Symons, aan BP vertelde dat de regering vond dat Britse oliemaatschappijen recht hadden op een deel van de enorme Iraakse olie- en gasreserves ‘in ruil voor Blairs bereidheid om de Amerikaanse militaire plannen te steunen’.
Terwijl BP openlijk zei dat het geen strategische belangen had in Irak, vertelde het in privé aan de minister van Buitenlandse Zaken dat Irak ‘het belangrijkste was dat het in lange tijd gezien had.’
Bron : The Independent / Express.be