In de zaak betogen de zes jonge klagers – André (15), Catarina (23), Cláudia (24), Mariana (11), Martim (20) en Sofia (18)) – dat 32 Europese landen er niet in slagen adequate maatregelen te nemen om de opwarming van de aarde onder de 1,5 graad Celsiuste houden, zoals beloofd onder het Klimaatakkoord van Parijs.

De jonge Portugezen zijn afkomstig uit regio’s die zwaar getroffen werden door bosbranden in 2017. Ze voeren aan dat het gebrek aan actie een bedreiging vormt voor hun recht op leven en op een gezond milieu, twee zaken die gegarandeerd zijn onder de Europese wetgeving.

Historisch

Linda Lakhdhir van de ngo Climate Rights International spreekt van een historisch proces, en niet alleen omdat dit de eerste klimaatzaak is die het tot het Europees Hof voor de Rechten van de Mens schopt.

“Een gunstige uitspraak in deze zaak zou een ommekeer betekenen in de erkenning van de mensenrechtenverplichtingen van landen op het vlak van klimaat”, zegt ze. “En specifiek de verantwoordelijkheid van regeringen om mensen te beschermen tegen de te verwachte impact van een te zwak klimaatbeleid, inclusief impact in andere landen.” Als de jongeren gelijk krijgen, zullen landen wettelijk verplicht zijn meer actie te ondernemen tegen de klimaatcrisis.

Platform voor jongeren

De ngo Save The Children heeft zich burgerlijke partij gesteld in het proces, omdat kinderen extra kwetsbaar zijn voor de gevolgen van de klimaatcrisis. Een kind geboren in 2020 zal gemiddeld bijna zeven keer meer hittegolven meemaken als zijn of haar grootouders.

“De klimaatcrisis is echt een kinderrechtencrisis. Zonder voldoende actie lopen het voortbestaan, de ontwikkeling, het milieu en het onderwijs van kinderen een groot gevaar”, zegt Ulrika Cilliers van Save the Children. “Maar ondanks de catastrofale gevolgen van de klimaatcrisis voor de kinderrechten, zijn kinderen opvallend afwezig in klimaatdiscussies, klimaatactie en beleid. Wij ondersteunen de kracht van kinderen die het voortouw nemen op het gebied van klimaatactie.”