Deze week was het herfstvakantie in Zuid-Holland (een provincie in Nederland), en hadden we als gezin de luxe om het drukke Rotterdam even achter ons te kunnen laten, en een groene plek op te kunnen zoeken in het Noord-Brabantse Mierlo. 4 dagen konden we er verblijven in een vakantiepark van Roompot. We, dat is mijn gezin: mijn vriendin, haar twee zonen van 5 en 7 en ikzelf als extrapapa.
Het is niet de eerste keer dat we bij Roompot onze vakantie doorbrengen. Het is voor ons een beproefd concept dat vooral bij de jongste zoon altijd een aangename herinnering nalaat. Het was ook hij die al wekenlang vroeg wanneer we nog eens op vakantie gingen naar een “witte huisje”. Roompot, dat zijn voor hem speeltuinen, waaronder ook een kleine binnenspeeltuin, een klein overdekt zwembad, Koos Konijn die ’s avond de kinderdisco animeert, en veel zoetigheid en fastfood die overal aanwezig zijn. Dat laatste een beetje vergelijkbaar met vroeger God.
Deze week hadden we het geluk dat er bij de eerste minuten dat we bij ons witte huisje aankwamen, een klein blond buurmeisje van (bijna) 7 vriendelijk contact zocht met ons. Het was de voorbode van een verrassend en heel bijzonder contact dat zich gedurende ons verblijf ontwikkelde tussen onze oudste zoon en dat buurmeisje. Op een bijzondere manier zag ik elke dag een chemie ontstaan tussen hen, alsof ze een beetje versmolten met elkaar en als één entiteit gingen fungeren. Met open mond zat ik er elke dag naar te kijken. Pure magie was het voor mij. De eerste keer zag ik het toen we met z’n vijven naar het zwembad gingen, en onze oudste zoon en het buurmeisje na een half uur plots als door een onzichtbare draad met elkaar verbonden leken. Overal volgden ze elkaar, speelden ze met elkaar, en leefden als het ware in hun eigen wereldje. Heel bijzonder was het voor me om dit te mogen meemaken. Ook de dagen na ons zwembadbezoek zag ik elke keer als ze samen waren een soortgelijke chemie tussen hen ontstaan. Of het nu voor de playstation was, of buiten tussen de bomen, of terwijl we wandelden, elke keer creëerden ze hun eigen wereldje, en leken ze elkaar op een intuïtief en onzichtbaar niveau te kunnen vinden.
Interessanter voor mij waren nog de momenten dat onze oudste zoon en ons buurmeisje géén verbinding aangingen met elkaar: het was toen of ze plots niets met elkaar hadden, alsof ze vreemden waren voor elkaar.
Ik zag één constante in die momenten: het waren allemaal momenten dat we als volwassenen een structuur gingen opleggen aan hen en aan de situatie, en we naar mijn aanvoelen geen mentale ruimte lieten voor de kinderen. Achteraf bekeken was het alsof we als volwassenen op die momenten alle vrije energie in de kiem smoorden, en er geen ruimte meer was voor andere energieën om zich met onze kinderen te versmelten.
Ik geef een voorbeeld. Elke avond was er een half uur kinderdisco waarin 2 animatoren en Koos Konijn alle liedjes voorzagen van voorgestructureerde danspasjes. Zodoende was elke seconde van dat half uur secuur in scène gezet. Op dat moment merkte ik dat alle magie tussen onze oudste zoon en ons buurmeisje weg was. Het was alsof ze energetisch niet bij elkaar konden komen.
Wanneer we daarentegen op een zonnige namiddag bij ons witte huisje bleven, en de kinderen alle ruimte gaven om hun namiddag zelf vorm te geven, zagen we hoe ze plotseling allerlei bessen, bladeren en bloemen begonnen te verzamelen en heel de middag in de weer waren om daar samen ‘parfum’ van te maken. Het was toen alsof er zich een dimensie versmolt met onze kinderen en ze meegenomen werden in een wereld waarin kinderen kinderen kunnen zijn. Een wereld waarin blozende kaakjes en kinderfantasie de dienst uitmaken, en wij als volwassenen compleet niets van begrijpen.
Met veel respect en bewondering heb ik deze week een stille getuige moge zijn van deze ‘kinderwereld’.