De Canadese film 'Gabrielle' van Louise Archambault met Mélissa Désormeaux, Gabrielle Marion-Rivard en Alexandre Landry loopt momenteel in de Brusselse arthouse cinema's Actor's Studio en Vendôme (foto: Cinéart.be).
Opinie, Nieuws, Cultuur, België, Bioscoop, Filmfestivals, Mooov-filmfestival, Galeries cinema, Cinéart, Arthouse cinema, Actor's Studio, Styx, Arenberg Cinema, Filmdistributie, Filmeducatie, Culturele centra -

Wie redt de arthouse cinema?

Cartoons is failliet, maar komt terug. Arenberg Cinema is failliet, maar werd omgedoopt tot Galeries Cinema, die nu ook in slechte papieren zit. Het bootcinemaproject van de mensen achter de Actor's Studio en Styx komt maar niet van de grond en vele andere zalen vechten voor hun voortbestaan. Wie redt de arthouse cinema?

vrijdag 8 november 2013 11:50
Spread the love

Mijn eerste ervaring die ik me kan herinneren met een arthouse cinema was toen ik Viva Laldjérie ging zien in de Actor’s Studio in Brussel. De kleine verdoken ingang, de zwembadgeur van het hotelcomplex waarin de cinema zich bevindt, het gemoedelijke onthaal met een all in one projectionist / serveur / kassier / ouvreur zorgde ervoor dat ik meteen verkocht was. Hier ging het niet om zoveel mogelijk popcorn te verkopen, maar om de passie voor cinema te delen.

Tien jaar en enkele honderden films later vind ik mijn eerste job in de distributiesector. Werken in de filmsector was altijd mijn droom en zoals weinigen mag ik mijn droom waarmaken.

Als assistent-programmateur heb ik de taak om films in de cinemazalen te krijgen. Onze catalogus (nvdr: van Cinéart) heeft zoals vele andere onafhankelijke distributeurs pareltjes die weinig mensen hebben gezien.

Zo brachten we Syngué Sabour, La Tendresse, Holy Motors en Gabrielle uit. Stuk voor stuk uitstekende films die met moeite in de zalen raken. Ook A Touch of Sin (muziekprijs op het Filmfestival van Gent) en A Selfish GIant (juryprijs op het Filmfestival van Gent) hebben het moeilijk om een plaats te vinden in de arthouse cinema.

Spijtig genoeg ligt dit niet aan de kwaliteit van de films, maar aan een serieus tekort aan arthouse filmzalen in België en meer bepaald in Vlaanderen.

Na de recentelijk failliet verklaarde Cartoons in Antwerpen kunnen we de arthousezalen die gewillig zijn om nog dergelijke films te tonen op één hand tellen. Hierdoor raken ook vele films van andere onafhankelijke filmdistributeurs niet in de zalen.

Films als Tabu, I’m the Same I’m an Other, Uncle Boonmee who can recall his past lives (nochtans de Gouden Palm in Cannes 2010) of documentaires als The Act of Killing en The Search for Sugarman (nochtans Oscarwinnaar beste documentaire) krijgen bijna niet de kans om naar het grote publiek door te stromen, hoewel ze het wel verdienen.

Toch zou het al te makkelijk zijn om illegale downloads, home theaters en de grote ‘stoute’ commerciële complexen met een beschuldigende vinger te wijzen. Daarmee lossen we niets op en bovendien situeert het probleem zich daar niet.

We moeten mensen opnieuw warm maken voor film en voor arthouse cinema. In plaats van te klagen moeten we onze hand in eigen boezem durven steken en zoeken naar een oplossing. Twee oplossingen die hand in hand gaan bied ik aan: culturele centra en beeldeducatie.

Arthouse werkt, maar mensen moeten de tijd krijgen om er informatie over op te vangen. Arthousefilms zijn niet zo simpel als hapklare Hollywoodfilms. Hiervoor zijn culturele centra de ideale middenweg.

Wat me opvalt, is dat sommige kleine films het daar beter doen dan in het reguliere circuit. Dat is volgens mij omdat de culturele centra de tijd nemen om mensen warm te maken voor dit soort cinema. In het reguliere circuit worden ze na een week niet meer vertoond omdat er twee andere films staan te dringen om hun plaats in te nemen, en dit omdat … u kan het al raden … er te weinig arthouse cinema’s zijn.

Arthouse werkt, maar mensen moeten ertoe opgeleid worden. Arthouse cinema lijkt niet altijd even toegankelijk, maar er bestaat wel altijd een weg om iemands filmpassie aan te wakkeren. Ook arthouse kan ook een groot publiek aanspreken, maar dat beseffen we niet altijd.

Hiervoor is filmeducatie nodig, een werk van lange adem, maar eentje dat kan lonen, al was het maar om eigen producties met een alternatieve beeldtaal beter te leren appreciëren.

Daarom stel ik voor dat culturele centra een centrale rol spelen in deze transitieperiode zoals dat gebeurt in de cultuurhuizen in Nederland.

Een mooi voorbeeld daarvan is het filmfestival MOOOV (nvdr: ontstaan uit een fusie tussen Open Doek in Turnhout en Cinema Novo in Brugge) die ervoor zorgt dat bijvoorbeeld ook in Limburg – waar geen reguliere arthouse cinema’s zijn – toch auteursfilms kunnen worden gedraaid. Het biedt films van topniveau aan culturele centra aan.

Waarom kan dit niet gecoördineerd worden voor heel Vlaanderen en België bij alle centra die over de nodige filmapparatuur beschikken? Culturele centra kunnen dan de tussenschakel tussen het publiek en de arthouse cinema’s vormen. Ze kunnen in een eerste fase aan filmeducatie doen door een overdachte en constante programmering op te stellen.

Helaas kunnen ze niet op genoeg tijd en kennis rekenen om dit adequaat op te volgen. Hiervoor wil ik graag een beroep doen op de koepelorganisaties (Locus Steunpunt en Canon Cultuurcel) en de filmsector (distributeurs, producenten en beleidsmakers). Wie weet ontstaan er zo nieuwe generaties filmliefhebbers die hun passie willen delen.

Ik nodig daarom iedereen uit die zich geroepen voelt op om contact met me op te nemen en samen dit probleem op een positieve manier aan te pakken. Iedereen kan zijn steentje bijdragen om film opnieuw aan de man te brengen.

Tot een dezer in de donkere zalen!

Yannick Schandené

Yannick Schandené is assistent-programmering bij filmdistributeur Cinéart in Brussel.

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!