Foto: Jan Vandenbussche
IPS

Rassenhaat is motief bij 13 procent van de Amerikaanse schietpartijen in winkels

Er vinden steeds meer massaschietpartijen plaats in Amerikaanse supermarkten. 13 procent van de schutters wordt gemotiveerd door rassenhaat, zien criminologen Jillian Peterson en James Densley.

dinsdag 17 mei 2022 14:36
Spread the love

 

Een ogenschijnlijk racistisch gemotiveerde aanval op een supermarkt in Buffalo, New York, resulteerde op 14 mei in tien doden. De jonge schutter richtte zich op zwarte klanten in een prominente Afro-Amerikaanse buurt. Openbare schietpartijen in de VS waarbij vier of meer mensen worden gedood, zijn de afgelopen tien jaar frequenter en dodelijker geworden. De aanval in Buffalo past in een recente trend van massaschietpartijen in winkels.

Als criminologen bestuderen wij de levenslopen van dit soort schutters in de Verenigde Staten. Sinds 2017 hebben we tientallen interviews afgenomen met gedetineerde daders en mensen die hen kenden. We hebben op basis van openbare gegevens ook een uitgebreide database ontwikkeld van massaschietpartijen, waarbij de schutters zijn gecodeerd op meer dan tweehonderd verschillende variabelen, waaronder locatie en etniciteit.

Wat weten we over massaschietpartijen in supermarkten?

Slechts één schietpartij in onze database vóór 2019 vond plaats in een supermarkt. In 1999 doodde een 23-jarige witte man met een verleden van crimineel geweld vier mensen in een supermarkt in Las Vegas. Sindsdien zijn er tal van massaschietpartijen geweest bij Amerikaanse supermarkten.

De schietpartij in Buffalo roept herinneringen op aan een schietpartij in augustus 2019 bij een Walmart in El Paso, Texas. Bij die gelegenheid plaatste de 21-jarige witte verdachte een racistische tirade op sociale media voordat hij op weg ging om opzettelijk mensen uit etnische minderheden aan te vallen. Hij wordt beschuldigd van het doden van 23 mensen.

Een andere schietpartij in 2019 vond plaats in een koosjere supermarkt in New Jersey. Twee daders, een man en een vrouw, beide zwart en rond de 50 jaar met een crimineel verleden, vermoordden daar vier mensen voordat ze werden gedood in een vuurgevecht met de politie. Berichten op sociale media en een achtergelaten briefje duidden op een antisemitisch motief.

In maart 2021 stapte een 21-jarige man van Midden-Oosterse afkomst met een psychiatrisch verleden een supermarkt binnen in Boulder, Colorado, en schoot daar tienmensen dood. Zes maanden later, in september 2021, doodde een 29-jarige Aziatische man één persoon en verwondde dertien anderen in een supermarkt in Tennessee. De dader, die zelf in de winkel werkte, was die ochtend gevraagd zijn baan op te zeggen. Hij pleegde suïcide voordat de politie ter plaatse kwam.

De schutter heeft niet één profiel 

Massaschietpartijen zijn “sociaal besmettelijk”. Daders bestuderen andere daders en leren van elkaar, wat de stijging van het aantal schietpartijen in supermarkten de afgelopen jaren zou kunnen verklaren. Uit de gegevens blijkt echter dat er niet één overkoepelend profiel is van een supermarktschutter.

Rassenhaat speelt een rol bij ongeveer 10 procent van alle massaschietpartijen in onze database. Uit onze analyse blijkt dat bij supermarktschutters ongeveer 13 procent wordt gedreven door racisme – iets boven het gemiddelde dus. Sommige supermarkten kunnen door hun aard voornamelijk door één raciale groep worden bezocht, zoals Aziatische winkels die zich richten op lokale Aziatische gemeenschappen.

Een van vele drijfveren 

Maar rassenhaat lijkt slechts een van vele drijfveren te zijn. Onze gegevens wijzen op een reeks factoren, waaronder financiële problemen van de verdachte (16 procent), confrontatie met werknemers of winkelend publiek (22 procent) of psychose (31 procent). Een groot deel van de motivatie blijft onbekend (34 procent).

Net als de Buffalo-schutter liet 22 procent van de daders van massaschietpartijen in winkels iets achter om gevonden te worden, een “manifest” of video om hun leed met de wereld te delen. En bijna de helft van hen lekte de plannen van tevoren, meestal op sociale media.

Het ontbreken van een consistent profiel laat ons niet met lege handen achter. Ons onderzoek oppert verschillende strategieën om massaschietpartijen te voorkomen – van gedragsmatige dreigingsbeoordeling tot het beperken van de toegang tot vuurwapens voor mensen met een hoog risico. En de manier om de “sociale besmettelijkheid” van massaschietpartijen een halt toe te roepen, is door de daders niet langer de roem en bekendheid te geven die ze zo naarstig zoeken. 

 

Jillian Peterson is hoogleraar strafrecht aan de Hamline University en James Densley is hoogleraar strafrecht aan de Metropolitan State University, beide in Minnesota. 

Deze analyse is oorspronkelijk verschenen bij IPS-partner The Conversation.

IPS

take down
the paywall
steun ons nu!