Volgens de Nederlandse criminoloog Jan van Dijk is het aantal inbraken in België veel minder sterk gedaald dan in andere westerse landen (foto: Flickr creative commons / eastlaketimes).
Nieuws, Samenleving, België, Criminaliteit, Veiligheidsmonitor, Jan van Dijk, Lieven Pauwels, Misdaadcijfers, Woninginbraken, Databanken -

Belgische criminaliteit in mist gehuld, met dank aan kortzichtige bezuiniging

De meest recente politiestatistieken suggereren een aanzienlijke daling van de criminaliteit in België. Maar volgens criminologen wordt ons zicht op de daadwerkelijke criminaliteit vertroebeld door ‘dwaze taboes’ en kortzichtige bezuinigingen.

vrijdag 17 januari 2014 12:20
Spread the love

Lokale criminaliteit: feiten en fantasie

Volgens criminoloog Lieven Pauwels gelden er in België ‘dwaze taboes’ wat betreft het openbaar maken van lokale criminaliteitsstatistieken. Pauwels deed deze uitspraak in een artikel over de meest recente criminaliteitscijfers van het ministerie van Binnenlandse zaken op Apache.be. Hij verwijst hierbij naar de website van de Amerikaanse stad Chicago, waarop men per wijk kan raadplegen welke criminele feiten er werden gepleegd.

Afgelopen jaar pleitte N-VA-voorzitter Bart De Wever nog voor de introductie van een digitale kaart met criminele feiten, die toegankelijk moet zijn voor alle Antwerpenaars. Hij haalde zijn inspiratie voor dit voorstel onder meer uit de Duitse stad Hamburg.

Ook in Nederland zijn er handige internetapplicaties ontwikkeld, waarmee burgers lokale criminaliteitscijfers kunnen opsnorren. Zo kan ik voor mijn voormalige buurtje – Laakhaven-West, gelegen in een Haagse volkswijk – op www.hoeveiligismijnwijk.nl exact opzoeken hoe frequent hier in 2013 bepaalde delicten werden gepleegd: veertig gevallen van bedreiging, dertien inbraken en pogingen tot inbraak, zestien gevallen van zakkenrollerij …

De verleiding is groot om deze criminaliteitscijfers direct naast die van een chiquere Haagse wijk te leggen, zoals Duinzigt. En wat blijkt: hier werd, als men de cijfers van de politie moet geloven, in 2013 geen enkele persoon bedreigd. Zakkenrollers? Nergens te bekennen … Goed, inbrekers sloegen er wel negen keer toe, maar in dergelijke wijken valt immers meer te halen.

De vraag is of een wijk en haar bewoners beter af zijn door deze cijfers te kennen, zonder dat hier enige duiding aan wordt gegeven door experts. De Wever verwacht in ieder geval dat een digitale kaart niet zal leiden tot een verdere stigmatisering van zogenaamde ‘probleemwijken’.

Integendeel, de burgemeester van Antwerpen denkt dat de introductie van een dergelijke applicatie ertoe zal leiden dat de gevaren in bepaalde buurten minder overdreven worden. Het is volgens De Wever juist veel beter om de mensen de naakte feiten te geven, “want anders dreigt hun fantasie op hol te slaan”.

Angst voor ‘hitparades’

Volgens Pauwels is men in België terughoudender in het openbaar maken van lokale statistieken dan in Nederland, vanwege de angst dat extremisten met deze gegevens aan de haal zullen gaan. “Ook heeft dit historisch gezien te maken met het feit dat populaire media ‘hitparades’ maken van de meest onveilige buurten, zonder contextualisering”.

Pauwels verwijst hierbij onder meer naar de ranglijsten van het weekblad Knack. Maar ook de opkomst van het Vlaams Belang in de jaren negentig leidde er volgens de criminoloog toe dat men gestopt is met het gemakkelijk vrijgeven van cijfers.

In Nederland heeft men volgens Pauwels juist heel consequent en rationeel op deze angsten gereageerd. “Hier was men niet bang voor het ontstaan van een discussie, bijvoorbeeld over de relatie tussen etniciteit en criminaliteit”.

De criminoloog is van mening dat het mijden van de discussie over criminaliteitscijfers juist koren op de molen van extreemrechts is. “Criminaliteit is een dwaas taboe: als men mensen het debat ontneemt, maken extremisten – zowel aan de linker- als rechterzijde – hier misbruik van”.

Pauwels ziet in dat de discussie moeilijker wordt als het om cijfers op wijkniveau gaat, aangezien bepaalde buurten al kampen met zoveel stigma’s. Hij benadrukt echter dat een cijfer slechts een element is in een discussie.

Daarnaast verwacht Pauwels niet dat de introductie van digitale criminaliteitskaarten ertoe zal leiden dat burgers meer moeite zullen doen om ‘probleemwijken’ te mijden. “Ik denk niet dat de gemiddelde burger wekelijks naar zo’n kaart zal kijken. Ik weet dat natuurlijk niet zeker, maar kan het me in ieder geval niet voorstellen.”

De criminoloog schat echter in dat de opmars van dergelijke kaarten in België de komende vijf jaar nog niet in zicht is, alhoewel een stad als Antwerpen volgens hem al veel informatie op buurtniveau vrijgeeft via de buurtmonitor.

Perceptie criminaliteit hardnekkiger dan feiten

Had het beschikbaar stellen van de ‘naakte feiten’ voor een Brusselse gemeente als Molenbeek de emotionele discussie die de afgelopen maand in de media volgde naar aanleiding van een schietincident een andere wending gegeven?

De toon van deze discussie leek in schril contrast te staan met de boodschap die het ministerie van Binnenlandse Zaken op 15 januari verkondigde: dat de daling van de criminaliteit het afgelopen jaar het sterkst was in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Pauwels wijst erop dat de perceptie die over bepaalde wijken heerst over het algemeen hardnekkiger is dan de werkelijkheid, ook als er officiële cijfers zijn gepubliceerd waaruit het tegendeel blijkt.

Dit blijkt onder andere uit een onderzoek dat verricht werd in Chicago, waarmee aangetoond werd dat de ideeën van mensen over de straatcriminaliteit en verloedering in bepaalde wijken langer bleven bestaan, ondanks een feitelijke afname van de criminaliteit.

België loopt tien jaar achter

Ook de Nederlandse criminoloog Jan van Dijk, die in 2012 de prestigieuze Stockholm Prize in Criminology ontving, beaamt dat het doorgaans een tijdje duurt voordat de bevolking daadwerkelijk merkt dat de criminaliteit is gedaald.

Wanneer ik aan hem vraag of dit vooral het geval is in wijken met sociaaleconomische problemen, zoals bepaalde wijken in Molenbeek, merkt hij echter op dat de criminaliteit in de westerse wereld de afgelopen jaren vooral is gedaald in middenklassewijken.

Opmerkelijk is dat deze criminaliteitsdaling volgens Van Dijk in België ongeveer tien jaar later op gang is gekomen dan in andere westerse landen. “Het aantal woninginbraken is overal sterk gedaald, maar in België veel minder.”

“In Nederland zijn bijvoorbeeld bijna alle huizen uitgerust met een veiligheidsslot; in België nog niet eens de helft. België lijkt wat dat betreft op Denemarken en behoort tot de groep van slechtst beveiligde landen”, stelt Van Dijk.

Aan dit verschil liggen volgens de criminoloog concrete beleidskeuzes ten grondslag. “Zo heeft men in Nederland via het Bouwbesluit van 1999 een wettelijke minimumnorm vastgesteld voor de beveiliging van nieuwbouwhuizen.”

Slechts helft criminaliteit komt in databanken

Maar één specifieke Belgische beleidskeuze wekt zowel bij Pauwels als bij Van Dijk de meeste verontwaardiging op: het feit dat er wegens bezuinigingen sinds 2009 geen nieuwe edities van de Veiligheidsmonitor – waarmee om de twee jaar naar de ervaringen van de bevolking met criminaliteit werd gevraagd – zijn uitgebracht.

De informatie die een dergelijk instrument biedt, is volgens Pauwels zeer belangrijk. “Volgens globale schattingen komt slechts de helft van de werkelijk gepleegde criminaliteit in de databanken van de politie terecht”, stelt hij.

Volgens Van Dijk kan men door het stopzetten van de Veiligheidsmonitor nu nooit met zekerheid iets zeggen over de criminaliteit in België. “Het kan zijn dat de criminaliteitsdaling in Brussel die men nu in de statistieken ziet, veroorzaakt is doordat men gewoon minder misdrijven heeft geregistreerd. Dat kon men vroeger controleren door te kijken naar de Veiligheidsmonitor.”

“Zo lijken politiestatistieken in Nederland te suggereren dat het aantal geweldmisdrijven is toegenomen. Dit komt echter doordat de politie de aanpak van dergelijke misdrijven als prioriteit ziet. De Veiligheidsmonitor suggereert immers dat dit aantal stabiel is gebleven.”

Van Dijk vindt het met name absurd dat men de rigoureuze beslissing heeft genomen om de Veiligheidsmonitor op federaal niveau te schrappen. “Als men budgettaire problemen heeft, kan men op zijn minst een kleinere steekproef uitvoeren. Of de rapportages over gemeentes een jaartje uitstellen.”

take down
the paywall
steun ons nu!