Bron: Wikimedia Commons
Analyse, Nieuws, Europa, Economie, Politiek - Adriaan Linters

Catalaanse bedrijven en kapitaalsgroepen vertrekken uit Catalonië

In welke mate is het vertrek van Catalaanse bedrijven uit Catalonië te wijten aan een plotse paniekreactie in de aanloop tot en na het referendum van 1 oktober? Of zit er meer achter? Er is in elk geval een sterke lobbygroep actief van bedrijfsleiders en een Catalaanse hogere burgerij, de ‘burgesia nacionalista catalana’, die hun economische en andere belangen in het grote Spanje willen veiligstellen. Clubs van “ons kent ons”, die mekaar in achterkamertjes ontmoeten en het Catalaans autonomiestreven proberen te fnuiken.

donderdag 19 oktober 2017 14:14
Spread the love

Na het Catalaanse referendum over onafhankelijkheid ging de Spaanse beurs in dalende lijn. Op 4 oktober was de IBEX35, de belangrijkste aandelenindex van Spanje, op zijn laagste peil beland sinds midden maart dit jaar. In één maand tijd verloor deze index bijna 3 procent, terwijl de Europese beurzen in die periode meer dan 3 procent wonnen. [i] Ook de volgende dagen zakte de lijn verder.

De grootste verliezers waren de banken Banc Sabadell en de CaixaBank (‘La Caixa’). CaixaBank, de bank met de grootste Catalaanse kredietportefeuille, kreeg een tik van 5,2 procent. De daaropvolgende dagen daalden Banc Sabadell en de CaixaBank nog eens met respectievelijk – 6,16 procent en -4,93 procent gisteren, en met -1,89 procent en -0,58 procent … Nadien veerden de aandeelwaarden terug op. 

Het zal intussen wel niemand verwonderen dat de Catalanen massaal hun tegoeden bij deze twee banken weghaalden en hun rekeningen daar afsloten. Na de banken kondigden ook andere grote bedrijven hun vertrek aan, waaronder de energiemaatschappij Gas Natural Fenosa, op zaterdag 7 oktober, gevolgd door de ‘Societat General d’Aigües de Barcelona’. Die besliste zulks tijdens een raad van bestuur in Parijs – want “Agbar” is sedert januari 2008 voor 90 procent in handen van de Franse groep Suez (nu Suez Environnement) en voor 10 procent CaixaBank. Ook Abertis, die gespecialiseerd is in het beheren van tolsnelwegen en parkeerterreinen, deed zulks. 

Hoe komt het dat deze steunpilaren van de Catalaanse economie Catalonië verlaten?

Angst is blijkbaar tot paniek uitgegroeid nadat de Spaanse beursindex, de IBEX, onmiddellijk na het referendum een klap kreeg en de vrees voor problemen bij de toegang tot de financiering van de Europese Centrale Bank (ECB), die de Spaanse schuld beheert.

In het afgelopen jaar kocht de ECB zo’n 93,5 miljard euro aan Spaans schuldpapier, een stevig bedrag in vergelijking met de 221 miljard euro (waarvan 35 miljard nieuwe schuld) die het land in 2016 uitgaf. Sinds de start van QE (quantitative easing, kwantitatieve versoepeling) stak de ECB zo’n 150 miljard euro in Spaanse obligaties. De massale opkoop van Spaanse schulden heeft ervoor gezorgd dat het schuldpapier tegen een historisch lage rente de deur uitgaat.

Het is een financieringsmodel dat ook de volgende jaren zou moeten verdergaan. Dat zou natuurlijk door een afscheiding van Catalonië, de economische motor van Spanje, in het gedrang komen. Met 16 procent van de Spaanse bevolking staat de regio in voor 20,1 van het Spaanse BNP, 25,6 procent van de export en 56,3 procent van de investeringen in startups. [ii]

Wanneer Catalonië onafhankelijk wordt, dan zouden de banken in Catalonië zeker een tijd buiten het ECB-gebied vallen, want Catalonië zou volgens EU verklaringen opnieuw een toetredingsprocedure moeten volgen. Daardoor zouden ze geen aanspraak kunnen maken op de steun van de ECB. Een oplossing is dan naar Spanje trekken, om aan de ECB melkkoe te blijven hangen. Dat is een scenario dat de laatste maanden, en eigenlijk al sedert een drietal jaren breed uitgesmeerd wordt door de Spaanse overheid, in de Spaanse pers en door allerhande anti-independentistische lobbygroepen en partijen.

Wat zit er meer achter de exodus van bedrijven?

We komen dan bij het verzet dat van een aantal grote ondernemers uitgaat, en van vooral één lobbygroep waarvan de meesten elkaar ontmoeten achter gesloten deuren. Dat is ook al langer dan vandaag bezig. En vergelijkbaar met de houding van het grootkapitaal in België, dat zelden de kant van de Vlaamse Beweging koos, integendeel …

De onderzoeksjournalisten van Critic+ achterhaalden, dat in 2014 reeds een tiental grote ondernemers in Catalonië zich actief inzetten tegen het toen georganiseerde burgerreferendum 9-N [iii]. Dat waren allemaal mannen van boven de 55 waarvan zowat de helft een nauwe band had met de CaixaBank, de Catalaanse onderneming die zelf altijd nauwe banden onderhield met de politieke en economische machten binnen en buiten Catalonië. Het waren mannen die hun opleiding kregen en hun carrière startten tijdens het einde van de Franco-periode, en waarvan een meerderheid hun opleiding kregen aan de IESE, de international business school van de universiteit van Navarra, die geleid werd door Opus Dei.

Veel van hen vond en vind je terug in anti-independentistische lobby- en drukkingsgroepen zoals El Fòrum Pont Aeri, de patroonsorganisatie Foment del Treball, en daarnaast ook het Foro Almagro, de elitaire Círculo Ecuestre, de Cercle d’Economia of de Comissió Trilateral. [iv]

De luchtbrug ‘Pont Aeri’ tussen Barcelona en Madrid

De meeste touwtjes komen samen in het Fòrum Pont Aeri. Dat werd in 2011 opgericht, om de banden tussen het Barcelonese kapitaal en Madrid aan te halen. Het groeide uit tot een soort ‘loge’ die met politici vergadert en dineert [v], waar onderlinge afspraken gemaakt worden. In 2014 werd met alle macht gepoogd om de door de volksbeweging georganiseerde volksraadpleging (de 9-N) te boycotten [vi].

Enric Lacalle i Coll (°1950) is ‘coördinator’ van Pont Aeri [vii]. Hij behaalde een licentiaat in de rechten aan de Universiteit van Barcelona en een diploma bedrijfsmanagement aan de IESE (Universitat de Navarra).

Diens vader was tijdens de Franco-periode gemeenteraadslid in Barcelona, en zelf was hij een tijd vice-voorzitter van de Partido Popular in Barcelona. In 1989 werd hij voor die partij verkozen in de provincieraad van Barcelona, in 1991 voor in de gemeenteraad. Nu zetelt hij als vertegenwoordiger van de Spaanse Staat in de Comissió Mixta de Transferències Estat-Generalitat de Catalunya (de paritair samengestelde commissie die de overdracht van bevoegdheden naar de Generalitat moet regelen) en is hij ook namens Spanje speciaal afgevaardigde in het Consorci de la Zona Franca de Barcelona, de industriële en logistieke zone met speciaal statuut uiterst strategische gelegen tussen de luchthaven en de haven van Barcelona. Hij is lid van de raad van bestuur van Fira de Barcelona, adviseur van de Godó Grup, raadgever van Abertis Logística (2005-2011), lid van de adviesraad van de Foment del Treball, … 

Centraal komen we in het Fòrum Pont Aeri steeds de namen tegen van Isidre Fainé Casas (CaixaBank), en naast hem Josep Oliu i Creus (Banco de Sabadell) en Josep Lluís Bonet (Freixenet).

Andere namen die we tussen 2014 en 2017 in verband met deze club terugvonden zijn, Emilio Cuatrecasas Figueras en Rafael Fontana (advocatengroep Cuatrecasas) , Javier Godó (Grupo Godó, uitgever La Vanguardia), Alberto Palatchi (Pronovias), Jorge Gallardo (Almirall), Antoni Brufau (voorzitter van Repsol), Manuel Torreblanca (Gopa), José María Xercavins (Tauro Real Estate), Antonio Huertas (Mapfre), Rafael Villaseca en Salvador Gabarró (Gas Natural Fenosa), Josep Creuheras (Planeta), Ismael Clemente (Merlin), Josep Duran Lleida (advocaat), Luis de Carlos (Uría), Javier Faus (Meridia Capital), Luca de Meo (Seat), Antonio Garrigues (Garrigues), Isabel Tocino (Enagas), Antonio Catalán (AC Hotels0), Luis Conde (Seeliger y Conde), Salvador Alemany en Enrico Letta (Abertis), Simón (Agbar),… Uit de hoek van industriële eneconomische organisaties komen o.m. Joaquim Gay de Montellà (Foment del Treball), Juan Rosell en Josep Sánchez Llibre (Confederación Española de Organizaciones Empresariales, CEOE), Miquel Valls (Cambra de Comerç de Barcelona), …

Tijdens de eerste helft van oktober kondigden uit dit lijstje onmiddellijk de Caixabank, Banc de Sabadell, Freixenet, Gas Natural, Grupo Godó, Pronovias, Almirall, Planeta aan om uit Catalonië te trekken … gevolgd door tientallen andere bedrijven. [viii] 

Wie zijn de hoofdrolspelers ?  

Isidre Fainé en de groep rond La Caixa

Je kunt niet voorbij aan Isidre Fainé Casas (°1942). Die is sedert 2016 voorzitter van Gas Natural, nadat hij in juni van dat jaar vertrok als voorzitter van CaixaBank. Hij werd geboren in een eenvoudige agrarische familie, maar hij startte zijn carrière bij de Banco Atlántico via contacten met het Opus Dei – waar hij nog steeds mee gelieerd is. Achter de schermen blijkt hij zowel in Barcelona als in Madrid één van de machtigste mannen van Spanje te zijn, met nauwe banden met het koninklijk hof. Men kan de invloed van La Caixa in de recente gebeurtenissen niet wegdenken.

De Caixa-groep heeft een opmerkelijke structuur, met bovenaan de ‘Fundació la Caixa’ [ix]die de holding, CriteriaCaixa, controleert. De Fundació financiert met de dividenden van CriteriaCaixa [x] de sociale en culturele projecten van La Caixa [xi] waardoor de bank een grote sociale en maatschappelijke – maar ook politieke – invloed kon verwerven.

Ten tijde van de bankencrisis moest La Caixa niet gered worden, maar kon ze van de situatie gebruik maken om een reeks kleinere banken in te lijven, zoals de Caixa Girona, Banc de València en de Caja Cívica. Als gevolg van de privatiseringsbeweging in Spanje moest de bank, die voordien hoofdzakelijk door de werknemers en het publiek gecontroleerd werd, zich tot een naamloze vennootschap omvormen. De activa en passiva werden op een onduidelijke manier overgeheveld naar een ‘Fundació Bancària’ die 60,5 procent van de nieuwe bank controleert. Daarmee verdwenen de oorspronkelijke doelstellingen en filosofie naar de achtergrond, en kwam het beheer te liggen bij een kleine groep niet verkozenen maar “gecoöpteerden”. Het zijn vandaag allemaal getrouwen die uit de onmiddellijke omgeving van de vorige voorzitter Isidre Fainé komen, Javier Godó [xii], Salvador Alemany Mas [xiii], Javier Solana Madariaga [xiv], César Alierta Izuel[xv] en ook de Mexicaanse miljardair Carlos Slim. In 2016 volgde Jordi Gual [xvi] Fainé op bij CaixaBank. Fainé bleef echter voorzitter van de Fundació bancaria La Caixa

Alhoewel Caixabank zich tot 2014 steeds op de vlakte hield, zou in september 2015, kort voor de verkiezingen 27-S, de bank het in Madrid op 18 september uitgegeven perscommuniqué van de Asociación Española de Banca (AEB) en de Confederación Española de Cajas de Ahorros (CECA) onderschrijven, waarbij een aantal banken dreigden om uit Catalonië weg te trekken indien eenzijdig de onafhankelijkheid uitgeroepen zou worden. Tot die banken behoorden de CaixaBank, de banc Santander, BBVA, Bankia, Banc Sabadell en de Banc Popular. Voorzitter van CECA was toen – en nu nog steeds – Isidre Fainé Casas …

Een tweede groep, Josep Oliu en de Banco de Sabadell

Een tweede centrale figuur in het clubje is Josep Oliu i Creu (°1949). Hij is voorzitter van de Raad van Bestuur van de Banco de Sabadell. Onder zijn leiding werden tal van andere banken opgekocht, zowel in andere regio’s van Spanje als onderdelen van buitenlandse banken en enkele banken in het buitenland. Daardoor vormde hij de oorspronkelijk Catalaanse bank om tot “un banc fonamentalment espanyol” (zoals hij in 2015 tijdens een congres in Valladolid verklaarde). Catalonië werd in het geheel een minder belangrijke thuismarkt, de bank werd na beursintroductie, einde 1999, en opname in de IBEX beursindex in 2004, één van de grote financiële spelers in Spanje …

Vanuit zijn positie zou Josep Oliu herhaaldelijk de nadruk leggen op het feit dat Catalonië, als het zich onafhankelijk verklaart, uit de EU zou gesmeten worden. In januari van 2017 dreigde hij al om de zetel van de bank te verplaatsen naar een andere regio in Spanje, en wees hij er op dat zulks kon zonder dat de aandeelhouders daarvoor hun fiat zouden moeten geven. Daarop kwamen toen heftige vakbondsreacties o.m. van de Intersindical-CSC en ook van de Assemblea Nacional Catalana. [xvii]

In mei 2016 werd bij de Banco de Sabadell de socialistische ex-politicus en PSC-woordvoerder Maurici Lucena i Betriu aangetrokken als directeur financiële controle. Hij was nauw medewerker van de in april van dit jaar overleden Carme María Chacón Piqueras (PSC) die onder de tweede regering Zapatero (april 2008 – december 2011) minister van defensie was, en via die weg heeft hij nog steeds goede contacten met het militair industrieel weefsel in Spanje. 

En het belang van de cava 

Een derde man in het gezelschap is José Luis Bonet Ferrer (°1941). Die werd in 1999 benoemd tot voorzitter van de Freixenet-groep. In het verleden heeft hij steeds gepleit voor ‘politieke stabiliteit’ en voor fiscale en andere voordelen voor de agro- en voedingsnijverheden en voor de sector van de immobiliën. De cava-fabrikant Freixenet positioneert hij eerder als ‘Spaans’ dan als Catalaans. In 2014 stelde hij “Freixenet es una empresa familiar catalana, y por tanto española. Cataluña es una parte esencial de España y así debe seguir” (Freixenet is een Catalaans familiebedrijf en dus Spaans. Catalonië is een essentieel deel van Spanje en daar moeten we naar handelen). Herhaaldelijk gaf hij zijn verzet te kennen tegen het onafhankelijkheidproces dat ingezet werd door de vorige Catalaanse president Artur Mas. Hij verklaarde einde 2014 dat hij om die reden stopte met investeringen in Catalaanse immobiliën.

Op 14 juli 2016 werd door het Catalaanse Parlement een wet goedgekeurd die de aanwezigheid van promotiestands van het leger verbood bij educatieve activiteiten, in scholen en op beurzen die zich naar de jeugd richten. Dit had moeten leiden tot de intrekking van de stand van de Spaanse strijdkrachten in de Saló de l’Ensenyament (onderwijsbeurs), jaarlijks in de Fira de Barcelona. In de beurs die in maart van dit jaar doorging was de stand van het Spaanse leger echter drie keer zo groot als tijdens voorgaande jaren … Dit gebeurde door toedoen van José Luis Bonet Ferrer, die voorzitter is van de Fira de Barcelona [xviii]

In 2014 werd hij door de Spaanse regering gevraagd het voorzitterschap waar te nemen van de ‘Cámara Oficial de Comercio, Industria, Servicios y Navegación de España’ (Spaanse Kamer voor Handel, Nijverheid, Diensten en Scheepvaart). Daarnaast is hij een soort officieuze leider van een anti-Podemosbeweging van Spaanse industriëlen.

Pont Aeri – een luchtbrug om te vertrekken

En daarmee hebben we onmiddellijk ook het lijstje van bedrijven die met veel tamtam aankondigden dat ze uit Catalonië vertrekken, en die als ware de lokomotieven waren om andere bedrijven tot dezelfde stap te overtuigen. De Caixabank en Gas Natural met Isidre Fainé Casas, de Banco de Sabadell met Josep Oliu i Creu en Freixenet met José Luis Bonet Ferrer. Het zijn drie voormannen van het Forum Pont Aeri. 

Einde mei vergaderde het Forum Pont Aeri in Barcelona en nodigde het de Minister van Economie uit, Luis de Guindos[xix]. Op 20 september j.l. vergaderde het in Madrid [xx]. Op deze vergadering was ook Rafael Villaseca van Gas Natural aanwezig, de vennootschap die op 6 oktober aankondigde zijn maatschappelijke zetel vanuit Barcelona naar Madrid te verhuizen… Die vergadering werd ook bijgewoond door een vertegenwoordigers van enkele bedrijven die kort nadien zouden aankondigen dat ze uit Catalonië wegtrekken, w.o. Josep Creuheras (Planeta),, Enrico Letta (Abertis).

Een toeval?

En de patroonsorganisatie geeft ook signalen … 

Een andere niet te onderschatten lobbygroep, waaruit we trouwens ook namen uit het Forum Pont Aeri in terugvinden is het in Barcelona, aan de Via Laietana gevestigde Fomento del Trabajo Nacional (Foment del Treball), de voornaamste Catalaanse patroonsorganisatie. Voorzitter, sedert 2011, is Joaquim Gay de Montellà i Ferrer-Vidal [xxi], familie van de voormalige vice-voorzitter van het Grondwettelijk Hof Eugeni Gay i Montalvo. Hij is lid van het Fòrum Pont Aeri en pleit publiek voor een ‘derde weg’ om een oplossing te vinden voor het Catalaans independentistisch probleem, maar in september 2015 stelde hij voor een bijeenkomst van de 150 grootste Catalaanse bedrijven “La independencia pone en peligro la estabilidad financiera que ofrece la zona euro a nuestras empresas” (De onafhankelijkheid brengt de financiële stabiliteit in gevaar, die de eurozone ons biedt) [xxii]

Isidre Fainé i Casas zetelt in de adviescommissie van de Foment del Treball en kreeg in 2011 van hen de medaille van Ondernemer van het Jaar. In de adviescommissie zetelen ook andere bekenden, Josep Oliu Creus (Banc Sabadell), Salvador Alemany Mas (Abertis), Josep Crehueras (Planeta), Antonio Gallardo Ballart (Almirall), Carlos Godó (Grupo Godó), … 

Op 2 oktober j.l. publiceerde de organisatie een communiqué waarin het geweld afgekeurd werd, maar ook stelde: “La societat catalana i espanyola, que tant ha lluitat per la llibertat i la democràcia, necessita avui propostes que posin fi a aquest xoc que posa en qüestió el nostre marc de convivència. És una societat cohesionada a la qual cal oferir propostes d’un país modern i democràtic.”

(De Catalaanse en de Spaanse maatschappij, die zo veel gestreden heeft voor vrijheid en democratie, heeft vandaag voorstellen nodig die een einde kunnen stellen aan de schok die ons kenmerk van coëxistentie in vraag stelt. Het is een samenleving waarin er cohesie heerst, en die we voorstellen van een modern en democratisch land moeten bezorgen.) En op 9 oktober riep ze de Catalaanse regering na een bijzondere vergadering van het uitvoerend comité op tot verantwoordelijkheidszin met de woorden: “L’incert camí triat per forces polítiques amb una estreta majoria al Parlament durant el mes de setembre ha traspassat fronteres d’il·legalitat portant al país cap al descrèdit nacional i internacional, i qui sap si cap a la insolvència econòmica.”

(Het onzekere pad dat door politieke krachten met een smalle meerderheid in het parlement in september is gekozen, heeft de grenzen van illegaliteit overschreden, en het land nationaal en internationaal discrediet gebracht, en wie weet naar de economische insolventie …) [xxiii]. Het is ook via het Foment del Treball dat de berichten verspreid (en in de Spaanse pers gretig overgenomen worden) dat er “vele honderden bedrijven uit Catalonië vertrokken zijn en er nog veel meer van plan zijn om zulks te doen” [xxiv]. Maar als we de in de pers gepubliceerde lijsten nagaan dan komen we nog lang niet aan een cijfer van 100 – alhoewel daar een aantal belangrijke kleppers bij zijn. 

De conclusie die we vanuit het optreden en de uitlatingen van beide machtige groepen, Pont Aeri en Foment del Treball, kunnen trekken is dat alvast een deel van het Catalaanse grootkapitaal en patronaat geen voorstander is van een Catalaanse afscheiding, en daar sedert jaren actief voor en achter de schermen tegen ageert. Er zijn uiteraard economische motieven, maar meer nog politieke – het verschil tussen de opties van een rechtse regering in Madrid en een eerder linkse Catalaans-nationalistische. 

En liggen de wortels bij een business school georganiseerd door Opus Dei?

Een derde speler die in het plaatje lijkt te passen is Opus Dei. Die organisatie probeert recent (en dat is sedert zo ongeveer een jaar) met alle middelen af te geraken van zijn franquistisch imago. En dat is een gereputeerd imago dat het meedraagt.

Tegen het einde van de jaren 1950, toen de Spaanse economie in een put zat, benoemde de dictator verschillende leden van Opus Dei als ministers en leidinggevende ambtenaren. Zij waren de zogenaamde technocraten, een groep deskundigen die de taak hadden om het land opnieuw een relance te geven door maatregelen om de economie te liberaliseren. In totaal zouden minstens acht van de 116 ministers die Franco ooit benoemde tot de Opus Dei behoren. Alhoewel in vorige regering Rajoy (2011-2016) minstens vier ministers in verband gebracht werden met Opus Dei of vermeld als ‘supernumerarios’ [xxv], is er in de huidige regering waarschijnlijk maar één, Luis de Guindos, Minister van Economie.

Opus Dei zit achter het IESE, de international business school van de universiteit van Navarra. Dit instituut werd in 1957 opgericht en kan beschouwd als een educatieve en economische mijlpaal in de lijn van de hervormingen van de Franquistische regering van die jaren. De oprichting en de ontwikkeling van de opleiding zouden mee tot stand gekomen zijn via bemiddeling van een aantal technocratische politici in die periode. De huidige algemeen directeur, Franz Heukamp, is een ‘Miembro numerario’ van Opus Dei [xxvi]. Isidre Fainé Casas studeerde er en van hem is bv bekend dat hij is ‘supernumerario’ in de Opus Dei is.

De school groeide uit tot een leidinggevend en vernieuwend MBA waar de fine fleur van het huidige bedrijfsleven passeerde. De alumnivereniging is een sterk netwerk tussen zowel gediplomeerden die carrière maakten in handel en industrie als in de politiek, zowel in Spanje als daarbuiten. Binnen Spanje wierp de Asociaci?ón de Antiguos Alumnos zich steeds op als hét contactpunt tussen het Spaanse en het Catalaanse bedrijfsleven. [xxvii] Vanuit de lijst van afgestudeerden leiden talk van lijnen naar de namen van bedrijfsleiders die zich tegen het independentisme verzetten, niet alleen naar Fainé.

Aan de IESE studeerden ook José Luis Bonet,, Joaquim Gay de Montellà, Emilio Cuatrecasas Figueras, en een reeks anderen die we eveneens in het Fòrum Pont Aeri terugvinden. De uitgever Salvador Alemany (afgestudeerd 1974) en Rafael Villaseca (MBA, 1976) zijn nu lid van het uitvoerend comité van de IESE Alumni vereniging). Josep Oliu gaf er regelmatig gastcolleges, … Op de website van de MBA school staan, naast een hele reeks andere grote bedrijven, de samenwerking vermeld met, Banc Sabadell, CaixaBank, Gas Natural Fenosa, Abertis, Agbar, …

Adriaan Linters is erfgoedspecialist maar heeft zich daarnaast ontwikkeld tot Catalonië-expert. 

Notes en bronnen:

[i]. De Tijd, 4 oktober

[ii]. http://www.politico.eu/article/catalonia-independence-referendum-what-spain-has-to-lose/

[iii]. Deu grans empresaris que han fet campanya contra la independència, Critic+, 07-10-2015 (Tien grote ondernemers die campagne gevoerd hebben tegen de onafhankelijkheid) 

[iv]. Zie o.m. Marc Font: Els ‘lobbies’ econòmics que intenten frenar l’independentisme a Catalunya’, in Critic+, 21-10-2014 (de economische lobbygroepen die het independentisme in Catalonië willen tegenhouden)

[v]. In april 2015 werd het Forum Pont Aeri op een etentje in de Moncloa uitgenodigd door Rajoy. Tot de belangrijkste genodigden behoorden toen de voorzitters van Gas Natural, Aigues de Barcelona en de Banc Sabadell, en ook de gedelegeerd-bestuurder van CaixaBank (Ara, 21-04-2015)

[vi]. Via verslagen in de pers (La Vanguardia, El Païs, Nació Digital, El Nacional, El Món, ARA en Critic+) kon ik een beeld ophangen van wie er achter de schermen spelen en hun rol. Biografische gegevens en functies van de verschillende hoofdrolspelers werden gehaald van de websites van de betreffende bedrijven, de website van het Comitè Assessor de l’Associació Catalana d’Empreses Consultores, Bloomberg, maar ook uit de Spaanse en Catalaanse versie van Wikipedia. En daarnaast de Anuari Territorial De Catalunya, uitgegeven door het Institut d’Estudis Catalans.

[vii]. Vanguardia, 20-09-2017 en El Món 14-05-2015

[viii]. Voor dit vertrek van bedrijven worden in de Spaanse pers en via het Spaanse persbureau EFE steeds dezelfde argumenten aangegeven en breed uitgesmeerd, zie bv EFE Empresas, 16-10-2017

(http://www.efeempresas.com/blog/por-que-las-empresas-huyen-de-cataluna/), nl 1. De vrees om uitgesloten te worden uit de Eurozone, en om de ondersteuning van de Europese Centrale Bank te verliezen; 2. Dat de in Catalonië regerende partijen de economische vrijheid en de rechtszekerheid zouden bedreigen; 3. Omwille van de angst voor de toekomst van hun werknemers, vooral van de hoger opgeleiden; en 4. Omwille van een angst dat de in Catalonië geproduceerde goederen buiten de regio zouden geboycot worden. Alhoewel het verplaatsen van een maatschappelijke zetel niet noodzakelijk een verplaatsing van de productie met zich meebrengt, heeft het wel een belangrijk fiscaal gevolg – want de belastingen zullen niet meer in Catalonië betaald worden maar aan de regering in Madrid.

[ix]. De Fundació “la Caixa”, gekend als “La Caixa”, was een non-profitorganisatie die in 1904 werd opgericht door de Caixa d’Estalvis i Pensions de Barcelona, om de middelen van het maatschappelijk werk van de toenmalige spaarbank te beheren. Eind 2014 werd deze opgeheven en geliquideerd, en werden de activa en passiva naar de Fundació Bancària Caixa d’Estalvis i Pensions de Barcelona.

De Fundació Bancària ”la Caixa” beheert de sociale en culturele activiteiten (het ’Obra Social’en via CriteriaCaixa, de participaties van de Groep ”la Caixa”, met inbegrip van de CaixaBank.

Voor de huidige werking zie: http://www.fundacionbancarialacaixa.org/index_ca.html.

[x]. De holding CriteriaCaixa heeft zowel een bancaire portofolio (waarin 40,4% van CaixaBank, naast belangen in o.m. de Bank of East Asia, de Grupo Financiero Inbursa van de Mexicaanse miljardair Carlos Slim, e.a.) als een niet-bancaire. In die laatste vinden we voor 12,3% aandelen van Abertis, 20,2% Gas Natural Fenosa, 2,4% Suez (via Aiguës de Barcelona),… Het is vermoedelijk duidelijk waarom die drie bedrijven zo snel het voorbeeld van CaixaBank volgden om hun maatschappelijke zetel te verhuizen.

Voor informatie over de holding zie: https://www.criteria.com

[xi]. bv het CaixaForum cultuurcentrum aan de voet van de Montjuïc in Barcelona in de vroegere modernistische textielfabriek Casimir Casaramona i Puigcercós (architect Josep Puig i Cadafalch) en ook CosmoCaixa, de nieuwe naam van het gerenoveerde Museu de la Ciència de Barcelona. CaixaForums werden ook opgericht in Madrid, Lleida, Palma, Tarragona, Zaragoza en recent in Sevilla (2017)

[xii]. Javier Godó Muntañola (°1941), III Graaf van Godó behoort tot de hoogste adel van Spanje (Grande de España). De waardigheid van een grande is een uniek eerbewijs dat aan edelen wordt toegekend. Het bestaat alleen nog in Spanje. Die titel ontving hij op 11 juli uit handen van koning Juan Carlos I voor zijn trouw aan de Kroon.

Hij is een Spaans media tycoon, voorzitter van de Grupo Godó Comunicación S.A o.m. uitgever van o.m. La Vanguardia, en met ook belangen in radio- en televisiestations (w.o. Barça TV)

[xiii]. Salvador Alemany Mas (°1944), is voorzittern van de Spaanse multinational Abertis Infraestructuras SA, gespecialiseerd in aanleg en beheer van autowegen en tolwegen. Daarnaast heeft hij een ellenlange reeks functies in bouwbedrijven, luchthaveninfrastructuur, immobiliën, meestal geliëerd aan Abertis. Hij was ook enige tijd voorzitter van de Consell Assessor per a la Reactivació Econòmica i el Creixement (adviesgroep voor de economische herleving en groei) van de Generalitat

[xiv]. Javier Solana Madariaga (°1942) was voor de PSOE dertien jaar lang minister in Spanje (1982-1995) en ook actief binnen de Spaanse cel van de Club van Rome. In 1995 werd hij secretaris-generaal van de NAVO. Van 1999 tot eind 2009 was hij Hoge vertegenwoordiger voor het Gemeenschappelijke Buitenlandse- en Veiligheidsbeleid en secretaris-generaal van de Raad van de Europese Unie.

Op 29-09-2017 verklaarde hij aan de New York Times o.m. “Dat referendum is meer dan een populair verlangen naar zelfbestuur. Het bedreigt de democratie en de rechtsstaat die Spanje na decennia dictatuur heeft bereikt” – een verklaring die via de Spaanse media en de populaire onlinekrant van liberale strekking El Confidencial ruim verspreid werd (zie bv https://www.2.com/espana/cataluna/2017-09-29/javier-solana-referendum-franco-otan-cataluna_1451925/)

[xv]. César Alierta Izuel (°1945) begon zijn carrière in de bankwereld, maar was gedurende 16 jaar voorzitter van Telefónica, vanaf het jaar 2000 toen de maatschappij onder de Partido Popular-regering Aznar geprivatiseerd werd. Eind oktober 2016 werd hij door Pedro Sánchez (PSOE) ervan beschuldigd gelobbyd te hebben om de in de maak zijnde samenwerking tussen PSOE en Podemos te doen mislukken. Hij zou daarbij de invloed en het netwerk van Telefónica en van de PRISA multimediagroep (o.m. eigenaar van El País en het economisch dagblad Cinco Días) gebruikt hebben om Sánchez in een verkeerd daglicht te stellen bij Koning Felipe en bij het publiek en zo een rechtse regering in het zadel te helpen.

Hij bleek ook goeie vriend te zijn van Rodrigo de Rato y Figaredo (°1949), aan wie hij zijn carrière te danken had. Rato was Spaans minister van Economische Zaken en vice-president namens de Partido Popular (PP) tussen 1996-2000 en 2000-2004. Tijdens zijn tweede termijn moest hij zich verweren tegen diverse aanklachten wegens onverenigbaarheid van zijn publieke ambt en zijn zakelijke privébelangen. In 2015 werd hij beschuldigd van misbruik van de fiscale amnestie, die was mogelijk gemaakt door de regering van Mariano Rajoy in het jaar 2012. Op 23 februari 2017 werd Rato, ex-directeur van Bankia, veroordeeld tot vier jaar gevangenis voor oneigenlijke toeëigening in de zaak ‘tarjetas black’. Er lopen nog andere rechtzaken tegen hem, onder anderen voor fraude en corruptie. Ook in de Panama Papers dook zijn naam op.

[xvi]. Jordi Gual Solé (°1957) is eveneens hoogleraar economie aan de IESE Business School van de Universiteit van Navarra en lid van de International Advisory Board van deze. Tussen 1994 en 1996 leidde hij de Algemene Directie van Economische en Financiële Zaken van de Europese Economische Gemeenschap. Net zoals Fainé heeft ook hij banden met Opus Dei

[xvii]. Ara, El Món en El Nacional, 13-01-2017;

VilaWeb, 17-01-2017 (https://www.vilaweb.cat/noticies/lanc-respon-a-les-paraules-de-josep-oliu-sobre-la-possible-marxa-del-banc-sabadell/)

[xviii]. waar trouwens ook Enric Lacalle i Coll in de raad van bestuur zetelt

[xix]. NacióDigital, 23-05-2017, gast was ook Iñigo Urkullu Renteria – omdat het Forum Pont Aeri de Baskische praktijk als een beter voorbeeld voor Catalonië wilde poneren.

[xx]. La Vanguardia, 20-09-2017. Ook Antoni Brufau (de huidige voorzitter van Repsol) was aanwezig, een man die nauwe banden had en heeft met Caixabank en Isidro Fainé i Casas, en ook met Gas Natural (waar hij voorzitter was van 1999 tot 2004). Brufau (°1948) studeerde eveneens aan de IESE business school in Navarra

[xxi]. De onderzoeksjournalist Enric Vila omschreef de man in 2015 als een vertegenwoordiger van een “ burguesía que siempre ha vivido con un pie dentro y un pie fuera del Estado, y que a base de recibir bofetadas se ha vuelto hermética y arcaica, y un poco extraña a su país.” (een bourgeoisie die altijd met een voet binnen en een voet buiten de staat woonde en die op basis van het ontvangen van klappen gesloten en archaïsch is geworden en een beetje vreemd aan hun land). (Joaquim Gay de Montellà, la casta catalana, in NacioDigital, 22-11-2015, http://www.elnacional.cat/es/vidas/joaquim-gay-de-montella-la-casta-catalana-2_20525_102.html

[xxii]. Economia Digital, 10-09-2015 – https://www.economiadigital.es/directivos-y-empresas/gay-de-montella-la-independencia-es-el-fin-de-la-estabilidad-financiera_176082_102.html

[xxiii]. Zie op de website van de Foment del Treball http://www.foment.com/foment-rebutja-violencia-defensa-dialeg/   en http://www.foment.com/foment-demana-responsabilitat-dirigents-politics/

[xxiv]. La patronal catalana avisa de fuga de capitales y de “cientos de empresas” que abandonan ya sus sedes . El Mundo, 09-10-2017

[xxv]. Jorge Fernández Díaz werd niet meer in de nieuwe regering opgenomen als gevolg van de controverse rond het belemmeren van het onderzoek naar de corruptieschandalen van de Partido Popular en de vervolging van politieke tegenstanders, o.m. het Catalaans nationalisme (Xavier Trias) en Podemos. Ook de andere politici moesten een stap terugzetten omwille van fraude- en corruptie-beschuldigingen.

Bron: Wikipedia (Spaanse en Catalaanse edities) en de onderzoeksjoernalistiek van La Lamentable – http://lamentable.org/los-nuevos-ministros-alianza-popular-neoliberalismo-del-de-lehman-brothers-opus-dei-franquismo-neoliberal-o-fascismo-economico/

[xxvi]. Franz Heukamp releva a Canals en la dirección general del Iese, in: La Vanguardia, 07-09-2016

[xxvii]. Zie bv “También se destacaba la importancia de la Asociaci?ón de Antiguos Alumnos como eficaz plataforma social y punto de encuentro entre el mundo empresarial, catalán y español, y tribuna privilegiada para la nueva ciencia de direcci ón de empresas” (…)

“En otros momentos se ha descrito la fundación del IESE como un hito educativo y economicó en la linea de las reformas del Gobierno franquista de 1957. Es decir, según un reduccionismo en el uso del concepto de tecnocracia, la fundación y éxito del IESE serian de la mediación de los politicos tecnócratas durante su constitución y desarrollo”.

Beatriz TORRES: Los orígenes del IESE (Madrid-Barcelona-… LID Editorial, 2015

take down
the paywall
steun ons nu!