Recht op werk: deel 6

In september stelde ik op twitter en facebook de vraag of sommige werkzoekenden hun verhaal wilden doen. Die verzameling van antwoorden komt nu tot een einde. Volgende week publiceer ik een overzicht, waarin gans de reeks terug te vinden is. Ik zet er ook een kritische terugblik naast.

maandag 19 januari 2015 20:44
Spread the love

Het verhaal is echter nog niet af. Ik beloofde aan Fons Leroy een recensie van zijn boek, en hij beloofde aan mij een gesprek met werkzoekenden. Ik ga het boek van Fons een derde keer lezen, doen wat ik hem beloofde en vragen wanneer we elkaar kunnen ontmoeten.

De laatste vraag van deze reeks geeft antwoorden die voor zichzelf spreken. Er is nog veel werk aan de spreekwoordelijke winkel.

Hoe sta je nu in het leven? ga je onverdroten verder zoeken, ben je kwaad, triest, of heb je het helemaal gehad?

NN: Ik ben onverschillig geworden, het kan mij allemaal niet meer schelen. De mensen doen het allemaal zichzelf aan. Als dit de maatschappij is waarin ze willen leven, dan doen ze maar. De maatschappij zal enkel maar meer polariseren. Mensen met psychische aandoeningen zullen de norm worden. En neen, de wetenschap en de dokters zullen het niet oplossen. En al evenmin de politiek. Of ik nu morgen zelfmoord pleeg of niet, niemand zal er wakker van liggen. En als er morgen een man met psychische problemen een aanslag pleegt, zegt men gewoon dat die gek was. The show must go on.

Ax: Op dit moment is zoeken naar werk voor mij geen optie meer. Ik heb een leuke vriendin, die twee kinderen heeft en die kinderen hebben meer hulp nodig dan het doorsnee kind. Ik ben dan ook alle dagen thuis om die kinderen op te vangen voor- en na school, aangezien opvang niet betaalbaar is voor m’n vriendin.

Ik doe de was en de plas hier, help hen bij hun huistaken, waar nodig, en houd me bezig met schilderen.
Ik geloof ook niet in werken tot je 65. Persoon a kan op 10 jaar  verdienen waar persoon b 40 jaar voor moet werken. Laat dan die dat kunnen maar werken tot hun 65.

En voor de slechte verstaanders: “Natuurlijk wil ik ook wel werken, want wie wil nu niet eens een reisje kunnen maken, of een nieuwe tv kopen”.

Darrin: Momenteel ligt de grote uitdaging voor mij in het onder controle krijgen van mijn ziekte. Ik heb hier al grote progressie in gemaakt en dus hoop ik dat de toekomst positief zal zijn voor mij. Zelf heb ik ondervonden dat mijn medicatie goed werkt, maar dat maakt de uitdaging er niet minder groot om. Als ik eens herval, dan merk ik dit enorm in mijn concentratie de volgende dagen. Dit gaat echter voorbij met de tijd, maar voor een vaste job te kunnen krijgen ligt dat moeilijk.

Ik wil dit eigenlijk niet langer meer meemaken.

Nu ik me inderdaad beter begin te voelen, wil ik ook terug weer beginnen met de zoektocht naar werk en ik voel ook dat ik er nu klaar voor ben. 

Ik moet wel zeggen dat ik de evolutie die we nu doormaken in onze maatschappij, niet positief vind. Het verbaast me enorm hoe we onze problemen op elkaar afreageren en niet eens meer naar het grotere plaatje beginnen te kijken. Ik vermoed dat dit onder meer het resultaat is van oppervlakkige journalistiek en politieke programma’s die bijzonder inhoudsloos zijn. Neem nu die discussies in de zevende dag, die bedragen 7 minuten! Wat kan je daar nu voor zinnigs verkondigen?

Heel deze ervaring heeft me wel enorm doen nadenken over onze maatschappij en waar we naar toe gaan en dat stelt me soms wel teleur, maar langs de andere kant ben ik nu zelf actief bij een linkse politieke partij en merk ik ook wel dat er toch verandering op til is. Mensen beginnen te beseffen dat ze bedot worden en ze worden boos.

Dax: Sinds we de nieuwe opvang hebben vastgelegd kan ik opnieuw naar werk gaan zoeken, en hopelijk iets vinden waar ik m’n draai vind.  Desondanks de tegenslagen blijf ik vol hoop en optimisme , maar wel met een gezonde dosis realisme. En eerlijk gezegd, ik ben het beu om tijdelijke jobs te doen. Jobs waar je niet geapprecieerd wordt voor wat je doet, jobs waar je geen sociale cohesie kan opbouwen. Dat ligt niet in mijn natuur, en ik geloof dat dit ook zo is voor het gros van de mensen.

Mijn grootste probleem in het bedrijfsleven is dat ik niet moreel zo flexibel ben als sommige mensen

Bovendien heb ik een probleem als er onrecht wordt gedaan tegenover mensen, of het mileu, en dan voel ik dat het mijn taak is, als mens, om daar tegen in te gaan. We moeten tenslotte niet exclusief aan onszelf denken maar ook aan de toekomstige generaties.

Lisette: Ik heb dikwijls geschreeuwd en mezelf de vraag gesteld of er iets mis is met mij. Maar ja het zal er zeker niet op beteren. Ik heb het gewoon gehad met al dat gedoe.

Ik heb eindelijk de beslissing genomen dat ik terug ga studeren. En iets studeren waar ze volk zoeken. 
vanaf januari 2015 ga ik terug naar school en begin ik aan de opleiding Verpleegkunde. Vandaag de dag zoeken ze volk, ze smeken er naar. En hopelijk ga ik daar dan mijn draai vinden.

Loes: Ik ben heel kwaad geweest op mijn vorige werkgever. Ik ben ook heel verdrietig en onzeker geweest. Hoe moet het nu verder, zal ik nog wel iets vinden? Maar bij elke sollicitatie denk ik weer: “Komaan Loes, het komt wel goed!”

Ik denk dat het belangrijk is dat je die drijfveer nog hebt. Want ik snap heel goed dat je in een negatieve spiraal terecht kan komen. Je hoort dat er zoveel werklozen zijn en elke dag komen er meer en meer bij en jij moet er dan kunnen uitspringen om anderen te overtuigen dat jij de moeite waard bent, dat jij diegene bent die ze zoeken. En dat is helemaal niet zo simpel als andere mensen denken.

Ik ben helemaal niet ambitieus, ik moet geen hele hoge functie hebben. Ik wil gewoon een job met een beetje zekerheid waar ik mij goed bij voel. En hopelijk heb ik die nu gevonden.

Marjolein: Ik heb ik geen zin meer om me aan te kleden of om zelfs nog maar uit mijn bed te komen. Soms denk ik dat ik nooit nog aan een job geraak en ik heb het gevoel dat ik mezelf moet blijven heruitvinden.

En ik heb echt van alles geprobeerd.

Zo zette ik een website op: http://bit.ly/katrienzoektwerk en ben ik nu 250 affiches aan het verspreiden. Maar zelf initiatief nemen kost geld en het spaargeld slinkt, mijn zelfvertrouwen met momenten ook, al weet ik diep vanbinnen wel dat ik iéts kan en niet helemaal nutteloos ben.

Ik zette een ook blog op (http://katriendeclerck.be), schrijf er over mijn zoektocht en het leven daarrond en hoop dat zoveel mogelijk mensen komen lezen. Ondertussen zoek ik verder. Of soms ook niet. Soms met veel goesting en soms alleen maar omdat ik moét. Het gaat met veel ups & downs, zoals alles in het leven denk ik.

Triest ben ik zeker, kwaad soms. Op zij die toch zoveel en zo hard moeten werken en denken dat wij gewoon in de zetel liggen. Naast het feit dat ik me dikwijls nutteloos voel, een klein inkomen heb én het er maar mee moet doen en telkens bergen vooroordelen moet verzetten, brengt het werkzoekend zijn natuurlijk ook nog heel wat andere neveneffecten met zich mee waar de meesten niet bij stilstaan.

Kinderen op de wereld zetten bijvoorbeeld. Mijn klok tikt maar ik sta met mijn rug tegen de muur. Mocht je dat verhaal nog willen lezen, dan kan dat hier: http://katriendeclerck.be/_ktrn-over-het-leven/ Het is een soort samenvatting van alles wat ik hier al schreef, maar toch.

Ik sta nu wel sterker in mijn schoenen dan pakweg een half jaar geleden maar ik zal pas weer helemaal mezelf kunnen zijn als ik een getekend contract in handen heb.

En dan geef ik een groot feest denk ik

Nr. 305: Dat schommelt natuurlijk. Zoals bij iedereen die op één dag vier niet-weerhouden mailtjes ontvangt zal worden overvallen door moedeloosheid en in het slechtste geval een zelfmedelijden dat zich voor langere tijd vastzet. En daar over praten is echt niet makkelijk, want de reacties liegen er soms niet om. Dan kom je op een soort point of no return, waarbij je dat voor je naasten verborgen houdt omdat zij er toch geen oor naar hebben of ongevoelig voor geworden zijn.

‘Onverdroten verder zoeken’ klinkt goed… maar zolang je geen vacatures vindt kun je er ook niet op solliciteren. Blijft over: wachten in machteloosheid.

Onverschilligheid is de beste mentale bescherming, noem het gerust de ‘mood by default’, maar levert –uiteraard- niets op. De klokken tikken verder.

In het beste geval ben je dus fucking verontwaardigd en kun je de energie die vrijkomt omzetten in een ‘out-of-the-box’-denken of op zijn minst andere mensen proberen te helpen. Het besef dat je jezelf niets hoeft te verwijten omdat je van bovenaf uitgelachen wordt kan in het beste geval leiden tot een keiharde “Geef mij een job” gericht aan mensen en organisaties (ook al hebben die geen vacatures uitgeschreven).

Conclusie: moeilijke vraag. Ik neem aan dat je als werkzoekende eerder een continu jojo-gevoel hebt, op en neer, hoop en ontgoocheling, onverschilligheid en verontwaardiging. Ik weet wel dat deze vragen beantwoorden een tijd geleden niet had gekund. Dat spreekt.

take down
the paywall
steun ons nu!