Volatiel Venezuela

Volatiel Venezuela

dinsdag 24 februari 2015 18:59
Spread the love

Coup d’état verijdeld




Op 13 februari kondigde President Maduro aan dat
Luchtmacht Generaal op rust Hernández, elf militairen, en 2 zakenlieden
aangehouden waren in verband met een poging tot staatsgreep, gefinancierd
vanuit Miami. Het complot voorzag in het bombarderen van strategische locaties
in Caracas, met als doel de omverwerping van de regering Maduro, onder andere
Miraflores, het Presidentieel paleis, de hoofdkantoren van omroep TelesurTV, en
enkele strategische ministeries, onder andere dat van Defensie waren
doelwitten. Toen de burgemeester Antonio Ledezma, van het Caracas Hoofdstedelijk
Gewest eveneens werd aangehouden en beschuldigd van samenzwering, ging de bal
wat sneller aan het rollen. Ledezma is een van de historische politieke figuren
in Venezuela, die zowel de periode voor Chávez symboliseert, en proximiteit met
de corrupte elitaire regering van Carlos Andres Perez, vertegenwoordiger van
alles waartegen de Bolivariaanse revolutie opstaat, als de oppositie tegen
Chávez, onder andere zijn deelname aan de mislukte staatsgreep in 2002. Ledezma
zou mede verantwoordelijk zijn voor de ondertekening van een document dat een
“nationaal transitie akkoord” voorstelde dat na de staatsgreep in voege zou
moeten treden. President Maduro heeft aangekondigd dat de verdere bewijzen
binnenkort voorgesteld zullen worden.




De polarisering tussen de aanhangers en de oppositie
van de Bolivariaanse Revolutie is sinds vorig jaar continu aan het stijgen. De
zogenaamde guarimbas begonnen op 4 februari 2014 in de stad San
Cristóbal in de oostelijke staat Táchira, in een gecoördineerde poging de hoge
misdaadcijfers, de inflatie, en de afwezigheid van bepaalde basisproducten aan
te klagen en druk uit te oefenen op de machthebbers. De frustraties na de
verloren presidentsverkiezingen die Nicolas Maduro aan de macht hadden gebracht
in 2013 met 50,6% van de stemmen, hadden gezorgd voor een versplintering van de
rechter-zijde. Leopoldo Lopez, tot 2014 een minder zichtbaar lid van deze
oppositie, ondanks zijn deelname aan de staatsgreep van 2002 toen hij het
diplomatiek recht schond als burgemeerster van Chacao, te Caracas, door de
Cubaanse ambassade binnen te vallen, kwam centraal te staan. De oppositie, tot
dan toe vertegenwoordigd door de politieke partij Primero Justicia en haar
leider Henrique Capriles Rodonski, en de Mesa de la Unidad Democratica, het politiek
front, riep op tot straatprotesten, met als enige eis : “La Salida”,
het aftreden van de regering, amper 10 maanden democratisch voordien, en
bevestigd in de municipale verkiezingen amper 2 maanden nadien.

4 februari staat bovendien in Venezuela ook bekend als de
Dag van de Jeugd. Dit is niet onbelangrijk, omdat de betogingen op die manier
visueel zich mengden met de universiteitsstudenten, veelal van private
instellingen, en de indruk wekten gedragen te worden door bredere lagen van de
bevolking. In de daaropvolgende dagen bleven de betogingen aanhouden, en werden
er door de betogers gecoördineerde en strategische barricades opgeworpen.
Vandalisme, brandstichting, geweldplegingen en moedwillig vernietigen van zowel
publieke als private gebouwen wekten de indruk dat het land al gauw vergleed
tot en burgeroorlog. De ontsporingen richtten zich in de daaropvolgende dagen
voornamelijk tegen vertegenwoordiging van de staat. Zo werd onder andere
ministeries aangevallen, net zoals ziekenhuizen, en sociale wijkcentra. In
totaal vielen er 43 doden en meer dan 1600 gewonden in deze periode, waaronder
burgers, sympathisanten als oppositieleden, politieagenten en leden van de
Nationale Garde.

Leopoldo Lopez werd door de overheid, na bedreigingen
aan zijn adres (door onbekenden), in bescherming genomen, en nadien aangehouden
omwille van zijn rol in de dood van de 43 burgers. Dit leidde tot
internationale campagnes die pleitten voor zijn vrijlating.

De onrusten werden gevolgd en begeleid door een
openlijke media-oorlog tussen private instellingen, die nog steeds meer dan 70%
van de media in handen hebben, en de 5% die in handen is van de staat. De
interne media zijn in Venezuela steeds een fundamentele spil geweest in de
destabilisering van regeringen. Na de coup d’état van 2002 ging een van de
samenzweerders zelfs zo ver om te stellen dat “ons geheime wapen de media was”.
Tegelijkertijd werden de sociale-media overspoeld met beelden en
beschuldigingen, die heel vaak bleken gemanipuleerd te zijn, om de regering in
een slecht daglicht te stellen. De beelden die de wereld rond gingen waren die
van jonge, en veelal leden van de blanke, gegoede, en politiek conservatief en
rechts-liberaal geïnspireerde middenklasse, die zich niet kunnen vinden in de
sociale maatregelen die de Venezolaanse regering al 15 jaar neemt. Deze
maatregelen hebben de armoede met meer dan 20% zien dalen, heeft de extreme
armoede bijna uitgeroeid. Bovendien wordt Venezuela gelauwerd als het land dat
honger heeft kunnen uitroeien, waar het minimuminkomen het hoogste ligt van
heel Latijns-Amerika, en waar de grootste vooruitgang is geboekt op vlak van
alfabetisering, vergroten van toegang tot het hoger onderwijs, gratis
gezondheidszorg en het aanwenden van petrodollars voor de opbouw van het
‘socialisme van de 21ste eeuw’ zoals de in 2013 overleden president Hugo Chávez
het noemde.

Daartegenover staat dat het land al enkele jaren te
maken heeft met inflatie, een tekort aan bepaalde goederen, en een falende
munteenheid. De devaluatie van de bolívar is op dit moment zo erg dat de lonen
uitbetaald in bolívar 70% van hun waarde zijn verloren. De stijgende prijzen
zouden tevens kunnen leiden tot een hyperinflatie. De economische druk
wordt verergerd door de dalende olie-prijzen. Ondanks het feit dat Venezuela
alreeds veel moeite heeft gedaan om de andere leden van de OPEC te overtuigen
om de olie-prijzen te verhogen, blijft Saudi-Arabië ze kunstmatig laag houden,
en verliest Venezuela op dit moment $19 miljard per jaar aan gedolven
inkomsten.




Op nationaal vlak, heeft de regering van President
Maduro stappen ondernomen om strenger te kunnen optreden om in te gaan tegen
goederenspeculatie, en het moedwillig achterhouden van schaarse goederen. Er
zijn namelijk duidelijke aanwijzingen dat grote delen van de tekorten veroorzaakt
worden door strategische elementen uit de zaken-sector bepaalde goederen
achterhouden, om er voor te zorgen dat het Bolivariaanse project
gedestabiliseerd wordt. Bovendien worden grote hoeveelheden goederen, men
spreekt van 20 000 ton per maand, en 16% van de Venezolaanse olie-productie
over de grenzen heen verkocht, voornamelijk in Colombia, wat uiteraard een
enorme invloed heeft op de staatsinkomsten.

Terwijl Maduro alle zeilen bijzet om deze economische
sabotage te bestrijden, en de sociale projecten verder te zetten, ondanks de
financiële druk, zoekt de huidige oppositie, vertaalt door de Fedecamaras (de
Venezolaanse Kamer van Koophandel) naar markt-georiënteerde hervormingen, onder
andere de afschaffing van het prijs controle systeem dat op bepaalde goederen
is ingesteld, de herziening van wetgeving die arbeidsrechten verstevigde, en
een verhoging van de deviezen beschikbaar om te importeren, aan voordelige
tarieven. Private ondernemers provoceren ondertussen door middel van
kunstmatige tekorten, prijsstijgingen en het creëren van algehele chaos, net
zoals in 2002. We vinden dus de technieken terug die werden toegepast in
Latijns-Amerika sinds Chili 1973, toen Allende en de regering van de Unidad
Popular tegengewerkt werd door het leger en de conservatieve krachten.

The elephant in the room

De situatie in Venezuela wordt sinds 1999 met argusogen
gevolgd vanuit de Verenigde Staten, en de strategische belangen van de V.S.
zijn steeds behartigd geweest door een strategisch ingrijpen, en het ondersteunen
van de oppositie. De historische traditie die de V.S. heeft in Centraal- en
Zuid-Amerika in het ondersteunen van contrarevolutionaire bewegingen heeft zich
in Venezuela, sinds de aanzet van de Bolivariaanse revolutie, gestaag verder
gezet. Een van de meest aanwezige elementen in de continue destabilisering van
Venezuela is de aanwezigheid van NGO’s die een anti-bolivariaanse discours
hanteren en die met miljoenen onder andere via the National Endowment for
Democracy (NED – een ultra-liberale en republikeinse denk tank is). Toen na de
staatsgreep van 2002 bewijzen werde gevonden dat vertegenwoordigers van de
Amerikaanse ambassade en van USAID betrokken waren geweest in het actief
ondersteunen van de oppositie, en na het falen van de staatsgreep het bureau
“transitie initiatieven werd opgericht, weet je het wel. De fondsen richtten
zich voornamelijk op de oprichting van tientallen kleine NGO’s die als doel de
destabilisering van de staat hebben, en de daarbij horende groeiende
onzekerheid. Net zoals in de Verenigde Staten trouwens, is het in Venezuela
illegaal om politieke activiteiten te financieren met geld van buitenlandse
overheden. Desalniettemin, en ondanks pogingen van de Venezolaanse
regering, die geprobeerd heeft om deze praktijken aan banden te leggen, doet de
V.S. ongehinderd verder. Boven op het werk verricht door USAID, NED en andere
agentschappen, keurde President Obama dit jaar nog, een decreet goed dat
de oprichting van een fonds ter waarde van $5,5 miljoen voorziet, dat
anti-regerings groepen zal financieren, door de State Department. De
V.S. heeft de aanhouding van Leopoldo Lopez, en nu die van Antonio Ledezma
consequent veroordeeld, en ondanks hun putchistische achtergrond, er steeds op
gehamerd dat Venezuela door deze aanhoudingen “legitieme democratische
oppositie criminaliseert”. De V.S. heeft bovendien verdere sancties
aangekondigd tegen de Maduro regering, door onder andere hun tegoeden in de
V.S. te bevriezen, en hun visa te beperken. Ondanks het feit dat de V.S. het
soevereine recht heeft om deze acties te ondernemen, lijkt het hier evenwel
zeer sterk op dat ze de Monroe doctrine, die Amerikaans hegemonisch recht over
Latijns Amerika onderschrijft, evenals het recht tot unilateraal interventie in
de regio, herbevestigd ziet in de Nationale Veiligheidsstrategie voor 2015, en
deze kracht wil bijzetten.

Wat eveneens opvalt is uiteraard ook de rol die de
buitenlandse media spelen in de polarisering buitenaf. De discreditering
waarmee Venezuela te maken heeft, onder andere onderzocht en gedocumenteerd
dankzij onderzoekers van de Universiteit van ‘West of Engeland’, te Bristol,
die naar meer dan 300 nieuwsberichten hebben gekeken van de voorbije 10 jaar
vonden dat er maar 3 refereerden naar positieve maatregelen genomen door de
Venezolaanse regering. Referenties naar de democratische initiatieven,
mensenrechten wetgeving, voedselprogramma’s, gezondheidszorg, en armoede
vermindering bestonden simpelweg niet. Deze anti-bolivariaanse berichtgeving
was en blijft dominant in de belangrijkste Amerikaanse en Europese media, en
beeldt Venezuela af als een falende staat, met een complete verdraaiing van de
realiteit, die de grenzen van normale en legitieme kritiek volledig te buiten
gaat. De stemmen die aan het woord gelaten worden zijn grotendeels leden van de
oppositie, die als neutraal en geloofwaardig geportretteerd worden, terwijl
relevante feiten, die de regering in een positief daglicht zouden plaatsen,
verloochend worden. In Europa vindt dit zijn grootste weerslag in Spanje, waar
een ware haat-campagne tegen Venezuela op poten is gezet in kranten zoals El
Pais, El Mundo en ABC, en waar het zelfs zo ver gaat dat lokale politieke
partijen in een slecht daglicht trachten te worden gebracht, door middel van
associatie met Venezuela.

Ondanks solidariteit, druk op de ketel

Desalniettemin heeft de UNASUR, de Unie van
Zuid-Amerikaanse Staten aangegeven dat het externe interventie in de soevereine
zaken van Venezuela ten sterkste veroordeeld, en dat de noodzaak om juridische
onderzoeken naar gewelddadige polarisering, en staatsgrepen niet mag gehinderd
worden. Eind Januari, werd er bovendien op de top van de CELAC (de Vereniging
van Latijns Amerikaanse en Caraïbische Staten – de tegenhanger van de Europese
Raad) een klaar en duidelijk unaniem standpunt ingenomen dat de unilaterale
oplegging van sancties tegen Venezuela aanklaagt tegen de inmenging van de
Verenigde Staten in de soevereine aangelegenheden van Venezuela.

Gisteren sprak Venezolaans Minister van Buitenlandse
Zaken Delcy Rodriguez in de V.N. Veiligheidsraad nog expliciet over de rol die
de Verenigde Staten heeft in de destabilisering van Venezuela, en de hypocrisie
die de V.S. drijft in zijn discours dat democratie en mensenrechten propageert
terwijl zij unilaterale interventies en mensenrechtenschendingen uitvoeren ten
behoeve van hun economische belangen. Venezuela is en blijft de luis in pels
van de V.S. in Latijns-Amerika, maar het lijkt er op dat de destabilisering van
buitenaf steeds zwaardere gevolgen lijkt te hebben, en dat de regering Maduro
te maken krijgt met stijgende interne kritiek.

Tot nader orde hebben we nog geen duidelijkheid over
het hoe en het wat van de samenzwering die 10 dagen geleden aan het licht werd
gebracht. Wat we wel weten is dat Venezuela het moeilijk heeft. Het wordt van
binnen, en van buiten belegerd, en de nalatenschap van Hugo Chávez Frias komt
steeds meer onder druk te staan. Op 5 Maart wordt de tweede verjaardag van
Chavez’ dood herdacht. Het zal zonder twijfel de aanzet zijn voor nieuwe
betogingen, en straatgeweld, en later dit jaar zijn er parlementaire
verkiezingen, die, als ze gewonnen worden door de oppositie
hoogstwaarschijnlijk zullen leiden tot een herzieningsreferendum tegen de
President.

take down
the paywall
steun ons nu!