Oligarchie, klinkt als in elkaar gerold deeg.
Zo zwaar dat het namelijk niet met de handen
is op te pakken, verteerbaar is het evenmin.
Oligarchie, is geen bakkerij waar croissants
worden gemaakt, een luchtig, geurig, smakelijk
eet product.
Oligarchie, is niet te eten. Het eet de bakker.
De maker, de verzorger.
Zoals van ouds: eten en roven naar hartenlust,
is ook in het Oosten naar Westers voordeel
weer boven.
Oligarchie, is geen collectebus voor behoud;
geniet van de groene weide en het resusaapje,
die toch al onder het mes gaat, in zijn brekende
ogen in spiegelbeeld: een banaan.
Wie tegenwerkt wordt uitgestoten, zijn sociale
leven in repen gescheurd, gelijk het resusaapje.
De oligarch is verderop iets aan het regelen.
Fabrieken wisselen van naam. Staat de naam
niet meer voor de fabriek, zijn alle winsten
eruit gezogen, de fabriekspoort valt dicht.
Lang staat het leeg voor elke andere financiering.
Het maakt niets uit wat er wordt gefinancierd.
Fabrieken, huizenblokken, landgoederen, het liefst
compleet. Zelfs politieke partijen
en antiarbeidersbeweging naar Duits voorbeeld.
Grondig verzekert te zijn; We zullen geen namen noemen.
Te denken dat het over welzijn gaat? Het gaat om een ding:
de maximale winst zodat een ander er dood bij neervalt.