De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

FRUITS OF LABOUR IN MUSEUM DHONDT-DHAENENS TE DEURLE

vrijdag 30 juni 2023 09:13
Spread the love

Werkende mensen  in akkers, het is een bekend gegeven in de landschapsschilderkunst van de vorige eeuwen. Het ïnspireerde curator Laurens Otto van het Museum Dhondt-dhaenens (MDD) tot het maken van de tentoonstelling ‘Vruchten van de arbeid’. Schilderijen uit het begin van de vorige eeuw van de lokale Leieschilders Gustave De Smet, Hubert Malfait, Constant Permeke, Albert Servaes en Gustaaf Van de Woestyne worden er geconfronteer met 11 werken van hedendaagse kunstenaars, waarvan er slechts één uit België afkomstig is. Merkwaardig weinig!

De nieuwe directie en beheerders van het museum willen terug naar de kern van het ontstaan ​​van het museum, hoor ik. De verzamelaars naar wie het museum is vernoemd kochten heel wat werken van de Leieschilders. Die worden nog nauwelijks getoond omdat het museum de laatste jaren evolueerde in de richting van de internationale hedendaagse kunstscène en er is maar weinig ruimte om de grote collectie een permanente plaats te geven. Uitbreidingsplannen om daaraan tegemoet te komen werden in de kiem gesmoord door burenverzet tegen de urbanistische procedures.

De indruk van de huidige tentoonstelling, dat men de basis van weleer zal confronteren met hedendaagse kunstenaars. Een moeilijke bevalling. De titel ‘Fruits of Labour’ alleen al verraadt dat er iets mis is met dat doel. Enerzijds wil het museum met pure Vlaamse kunst zijn lokale uitstraling benadrukken maar ze plakken er een Engelstalige titel bovenop. In het kader van deze tentoonstelling met Vlaams expressionisme als uitgangspunt maar wel zeer ontdekt. Waarom niet gewoon ‘vrucht van de arbeid’ aanhouden. De Vlaamse musea, met zeer sterke collecties, begrijpen zich vaak aan Engelstalige titels, onderschriften en aankondigingen. Maakt het deze tentoonstellingen aantrekkelijker of drijven ze gewoon mee met het taalimperialisme dat de kunstwereld kenmerkt? Dit kan als denkoefening onderwerp zijn van symposium.

Het thema van de tentoonstelling is een aantrekkelijk onderwerp. Kunstenaars brengen al eeuwenlang de werkende klasse in beeld. Of bij de Vlaamse expressionisten is doorgedrongen dat arbeid een wapen is dat gebruikt kan worden om welvaart te creëren en macht geeft aan het volk is zeer de vraag. In de meeste gevallen ligt de nadruk eerder op armoede. Maar naast de eerder genoemde Vlaamse expressionisten zijn er bijvoorbeeld ook ‘Il Quatro Stato’ van de Italiaanse renaissanceschilder Giuseppe Pelizza da Volporedo (1868-1907) waarop de boeren in opstand komen of delen uit het oeuvre van Frans Masereel (1889-1972) en vele anderen.

Ik heb helemaal geen bezwaar tegen buitenlandse kunstenaars maar de buitenlandse inbreng is ook niet zo uitzonderlijk belangrijk. Ook hier ontbreekt de finale waarvoor wij ons naar de MDD moeten begeven. De Franse kunstenaar Simon Boudvin (Le Mans, 1979) restaureerde een Bernard D1 motor, die gebruikt werd in de landbouw tot een glimmende ‘machine célibataire’. De Nederlander Timo Demollin verzamelde een aantal werktuigen die gebruikt werden om de grasvelden van Schiphol te onderhouden. Zijn installatie houdt verband met de drooglegging van de polder waarop de luchthaven is gebouwd die zorgt voor CO2-uitstoot door kerosine. Ives Maes (Hasselt, 1976) fotografeerde het vreugdevuur dat op 11 november in zijn geboortedorp Zonhoven werd aangestoken ter verwelkoming van de winter. De dubbele diavoorstelling ‘Kunstgeschichte des Bückens’ van Andrea Büttner (Stuttgart, 1972) laat ons kijken naar beelden uit het oeuvre van kunstenaars zoals Paul Gauguin, Gustave Courbet, Camille Pisaro en artefacten waarop die vaak als minderwaardige arbeid wordt afgebeeld. Büttner werkt in haar oeuvre met maatschappelijke thema’s zoals arbeid, armoede … met als doel kunst en samenleving onder de publieke aandacht te brengen. De sculpturen van CAPTC (‘Cercle d’Art des Travailleurs de Plantation Congolaise’), een kunstcoöperatie van plantagearbeiders in Congo, zijn vervaardigd uit rivierklei om te worden gereproduceerd in andere oogsteigen materialen zoals cacao.Een praktijk die sinds de laatste Documenta vaak opduikt. Lala Meredith-Vula (Sarajewo, 1966) is op het Albanese platteland hooibergen gaan fotograferen (foto NR). De monumentale hooibergen, die het resultaat zijn van handarbeid, refereren naar tradities en geschiedenissen. Het zijn voor Vula op zichzelf bestaande kunstwerken. Ze zijn ondanks de versplintering van Joegoslavië, de Republiek Kosovo vocht zich onafhankelijk van de Serviërs,

De uitdieping van het thema had wat meer inhoud kunnen krijgen. De indruk leidt ertoe dat de expressionisten een vluchtig samenraapsel zijn en de inbreng van de buitenlandse kunstenaars een must om de tentoonstelling op de kaart te zetten.

Creative Commons

take down
the paywall
steun ons nu!