Het oorlogsgeweld dat Poetin ontketend heeft tegen de 44 miljoen Oekraïners moet vanzelfsprekend op de zwaarst mogelijke manier veroordeeld worden. 90 procent van de inwoners van dat land stemde in 1991 voor onafhankelijkheid en 1994 gaven de VS, GB en Rusland een soevereiniteitsgarantie in ruil voor het afstoten van zijn kernwapens. Na de verkiezingen van 2014 koos de overheid eerst onder leiding van president Porosjenko en daarna onder Zelensky voor een meer westerse koers. Poetin heeft derhalve geen enkel recht om het land te bezetten en op die manier een ander bewind tot stand te brengen. Wat mij stoort zijn de twee maten en twee gewichten waarmee gelijkaardige westerse acties beoordeeld worden. Waar waren bijvoorbeeld de reacties toen de VS als vergelding voor 9/11 in 2003 Irak binnenviel onder valse voorwendsels dat Saddam Hoessein massavernietigingswapens had. De VS hebben een lange traditie van oorlogen in landen waar hun belangen geschaad worden. Dat Rusland zich bedreigd voelt door de toenemende westerse invloed in het naburige Oekraïne doet ook denken aan de wijze waarop de VS het naburige Cuba eerst met een militaire aanval (Varkensbaai, 1961) en nadien met continue zware economische sancties probeert dood te knijpen. De militaire interventies van de VS in Centraal-Amerikaanse landen van de afgelopen decennia teneinde een voor hen gunstig bewind in het zadel te krijgen zijn niet op één hand te tellen