Rohingya-kinderen in een vluchtelingenkamp in Bangladesh. UN PhotoSpiridonova

Hoop voor Myanmar?

Alle aandacht gaat naar de gruwel in Gaza. Ondertussen speelt zich onopgemerkt een ander drama af in een land dat net als Israël door het Internationaal Gerechtshof wordt vervolgd voor genocide. De militaire junta die in Myanmar (Birma) op 1 februari 2021 de macht greep staat onder druk van binnenlandse gewapende oppositie en internationale kritiek op de lamentabele mensenrechtensituatie.

dinsdag 13 februari 2024 11:12
Spread the love

 

De militaire junta van Myanmar reageert met toenemende repressie en bombardementen waarvan de burgerbevolking het voornaamste slachtoffer is. Andere landen zouden kunnen beletten dat het daartoe de nodige vliegtuigbrandstof kan importeren maar dat doen ze niet. Rusland en China blijven zelfs wapens leveren. Toch boekt het gewapend verzet successen en binnen het militaire regime lopen de spanningen op.

De militaire junta van Myanmar heeft in haar militaire operaties tegen een coalitie van de People Defence Force (PDF) en etnische gewapende groeperingen steeds vaker onwettige luchtaanvallen uitgevoerd waarbij burgers het slachtoffer waren, aldus Human Rights Watch (HRW) op 30 januari 2024, aan de vooravond van de herdenking van de staatsgreep van 2021.

Kadetten van het Kachin Independence Army. Paul Vrieze/Public Domain

Drie jaar sinds de staatsgreep van 1 februari 2021 komen de wijdverbreide en systematische misstanden van de junta tegen de bevolking – waaronder willekeurige arrestaties, martelingen, buitengerechtelijke executies en bombardementen met clusterbommen op burgers – neer op misdaden tegen de menselijkheid en oorlogsmisdaden. Vooral over de repressie in de regio Sagaing en de deelstaat Kachin zijn er gedetailleerde rapporten.

Regeringen die wapens of materieel aan de junta-troepen leveren of hulp bieden, lopen het risico medeplichtig te zijn aan oorlogsmisdaden, aldus HRW en Amnesty International. “De VN-lidstaten moeten er bij de VN-Veiligheidsraad op aandringen een wapenembargo op te leggen aan Myanmar, inclusief sancties op vliegtuigbrandstof die onwettige luchtaanvallen op burgers mogelijk maken”, stelt Elaine Pearson, Azië-directeur van Human Rights Watch.

Mensenrechtensituatie in Myanmar volgens VN in “vrije val”

Het VN-Vluchtelingenagentschap UNHCR stelt dat het aantal mensen dat door het conflict in Birma op de vlucht is geslagen nu de 2,6 miljoen overschrijdt.

Door het Myanmarees leger vernielde school (9 januari 2024). Foto: hrw.org

“De veldslagen tussen het leger en gewapende oppositiegroepen hebben geleid tot massale ontheemding en burgerslachtoffers. Terwijl het leger op het slagveld tegenslag na tegenslag te verduren krijgt, hebben ze golven van willekeurige luchtbombardementen en artillerieaanvallen gelanceerd,” aldus Volker Türk, VN-Hoge Commissaris voor de Mensenrechten. “Militaire tactieken zijn consequent gericht op het bestraffen van burgers die volgens hen hun vijanden steunen”, voegt Türk er nog aan toe.

Volgens het Armed Conflict Location and Event Data Project (ACLED) zijn ten minste 48.862 mensen omgekomen als gevolg van de staatsgreep van 2021. De Assistance Association for Political Prisoners (AAPP) berekende dat 4.477 mensen werden vermoord door pro-militaire groeperingen. Van de 25.951 mensen die door het leger gearresteerd zijn, zitten er nog steeds 20.013 gevangen.

De internationale gemeenschap moet haar inspanningen verdubbelen om het leger ter verantwoording te roepen, stelde de VN-Hoge Commissaris voor de Mensenrechten, herinnerend aan de voorlopige maatregelen die het Internationale Gerechtshof heeft opgelegd aan Myanmar om “alle maatregelen te nemen die binnen haar macht liggen” om het volk der Rohingya te beschermen tegen alle toekomstige daden die kunnen neerkomen op genocide, en om effectieve maatregelen te nemen om het behoud van bewijsmateriaal met betrekking tot de vermeende daden te garanderen.

Operatie 1027

De situatie is verergerd sinds de lancering op 27 oktober 2023 van Operatie 1027 door de zogenaamde Three Brotherhood Alliance om “een einde te maken aan de militaire dictatuur”.

Munitie van het leger veroverd door een van de Myanmarese guerrilla’s (MNDAA). Foto: Facebook/The Kokang

Op die dag begon de anti-junta-coalitie van het Arakan-leger (AA, een organisatie die voornamelijk bestaat uit leden van het Rakhine-volk), het Myanmar National Democratic Alliance Army (MNDAA, overwegend uit het volk der Kokang, een Han-Chinese minderheid) en het Ta’ang National Liberation Army (TNLA, voornamelijk van de Ta’ang-bevolking) een offensief waarbij steden werden ingenomen, belangrijke handelsroutes over land naar China werden afgesneden en tientallen militaire buitenposten in het Noorden van Shan onder de voet werden gelopen.

Bij deze aanvallen waren duizenden ervaren, goed bewapende vrijheidsstrijders betrokken die meerdere locaties tegelijk aanvielen. Ze vertegenwoordigen sinds de staatsgreep van februari 2021 de grootste uitdaging op het slagveld voor het junta-leger, de Tatmadaw (Birmees voor ‘strijdkrachten’).

Soldaten van de MNDAA-guerrilla. Foto: MNDAA

In het besef dat het regime zich misschien wel op zijn zwakste punt tot nu toe bevindt, zijn verschillende andere gewapende groepen in andere delen van het land in het offensief gegaan.

Verschillende verzetskrachten namen voor het eerst deel aan aanvallen dicht bij Mandalay, de op een na grootste stad van het land.

Versterkingen die de Tatmadaw naar de federale deelstaat Shan wilde sturen werden in een hinderlaag gelokt. Op 13 november 2023 lanceerde de AA vervolgens een nieuw offensief in de westelijke deelstaat Rakhine, waarmee het informele staakt-het-vuren dat al een jaar van kracht was, werd verbroken.

De junta reageerde op deze aanvallen met militaire operaties die het oorlogsrecht schenden omdat het leger routinematig burgers aanvalt en instellingen als medische voorzieningen, kerken en scholen die onder de bescherming vallen van het internationaal humanitair recht.

Deelstaten van Myanmar. Map: mapsofindia.com

“Willekeurige beschietingen en luchtaanvallen onderstrepen het gebrek aan maatregelen om burgers op de grond te beschermen, inclusief de verstoring van de basiscommunicatie die zou kunnen helpen om burgers te waarschuwen voordat de gevechten beginnen, zodat burgers uit de gevarenzone kunnen blijven.”

Communicatie- en internetdiensten in zo’n 74 townships, waaronder de meeste van de 17 townships in de staat Rakhine, werden gedeeltelijk, periodiek of volledig gesloten.

Deze staat wordt bijzonder zwaar getroffen sinds de gevechten er in november opnieuw zijn begonnen. Veel gemeenschappen, vooral de Rohingya, leden al onder de gevolgen van cycloon Mocha en onder de maandenlange beperking door het leger van humanitaire toegang en hulpverlening.

Er komen nu regelmatig berichten binnen over doden en gewonden tijdens beschietingen op Rohingya-dorpen door het leger. Zo zijn op vrijdag 26 januari bij gevechten tussen het Arakan-leger en de Tatmadaw naar verluidt ten minste twaalf Rohingya-burgers om het leven gekomen en dertig anderen gewond geraakt in het dorp Hpon Nyo Leik, waar de inwoners gevangen zitten tussen de twee strijdende partijen.

Op dezelfde manier riskeren Rohingya-vluchtelingen, gevangen in erbarmelijke humanitaire omstandigheden in kampen in buurland Bangladesh, zonder veilig vooruitzicht op terugkeer, opnieuw het risico van wanhopige en gevaarlijke reizen over zee, waarbij ze in de regio weinig havens of gemeenschappen vinden die bereid zijn hen te accepteren of te verwelkomen. Zelfs moslim-geloofsgenoten in Indonesië willen hun boten weghouden.

Sancties moeten effectiever

Canada, de EU, Groot-Brittannië en de VS hebben sinds de staatsgreep sancties opgelegd en uitgebreid, maar de sancties op vliegtuigbrandstof blijven inconsistent. In 2023 hebben de EU, Groot-Brittannië en de VS enkele bijkomende sancties ingevoerd die gericht zijn tegen particuliere actoren die brandstof, wapens en geld aan Myanmar leverden.

Vijf Britse bedrijven bieden echter nog steeds verzekeringsdekking voor de levering van vliegtuigbrandstof aan Myanmar. Canada is het enige land dat uitgebreide sancties heeft opgelegd aan de export, verkoop, levering of verzending van vliegtuigbrandstof naar Myanmar.

Op basis van een analyse van satelliet-, handels- en douanegegevens uit 2023 concludeerde Amnesty International dat er ‘significante veranderingen’ hebben plaatsgevonden in de manier waarop vliegtuigbrandstof Myanmar binnenkomt.

Betoging tegen de staatsgreep in Washington, DC. Foto: Unsplash/Gayatri Malhotra

Het leger was betrokken bij meerdere aankopen en gebruikte tussenpersonen en opslageenheden, ook in Vietnam, om de herkomst en bestemming van de brandstof onduidelijk te maken, stelde het rapport vast.

“De beste manier om te voorkomen dat het leger van Myanmar dodelijke luchtaanvallen uitvoert, is door alle import van vliegtuigbrandstof in het land stop te zetten”, meent Montse Ferrer, plaatsvervangend regionaal directeur voor onderzoek bij Amnesty International.

Op 31 januari kondigde het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken meer sancties aan gericht op inkomstenbronnen die de militaire activiteiten van het regime ondersteunen en steun leveren voor de wapenproductie in Myanmar.

Volgens Human Rights Watch blijven de regeringen in de regio, met name Thailand, Brunei, Laos, Singapore en Vietnam, onduidelijke standpunten innemen over de aanhoudende mensenrechtenschendingen. Sinds de staatsgreep is dat ook het geval voor de positie van de Associatie van Zuidoost-Aziatische Naties (ASEAN).

Vernield Rohingya-dorp in de deelstaat Rakhine. Foto: Zlatica Hoke/Public Domain

De EU, waarvan de ministers van Buitenlandse Zaken op 2 februari in Brussel een ontmoeting hadden met de ministers van Buitenlandse Zaken van de ASEAN, kwam na de vergadering tot een weinig-zeggend ‘joint-statement‘.

“De aanhoudende gewelddaden (werden) krachtig veroordeeld en er (werd) bij alle betrokken partijen op aangedrongen concrete actie te ondernemen om het geweld onmiddellijk te stoppen.” De EU is blijkbaar blij met een dooie mus.

Volgens HRW moet de VN-Veiligheidsraad op zinvolle wijze gevolg geven aan zijn Resolutie van december 2022 over Myanmar door een wapenembargo op te leggen, inclusief voor vliegtuigbrandstof, en de situatie in het land voor te leggen aan het Internationaal Strafhof.

Rusland en China, die zich beiden onthielden van de resolutie van 2022, mogen sterkere maatregelen van de Raad niet blokkeren, argumenteert HRW.

Rusland en China zijn sinds de staatsgreep van 2021 evenwel wapens blijven verkopen aan de junta van Myanmar, aldus de speciale VN-rapporteur voor de mensenrechtensituatie in Myanmar.

“De bevolking van Myanmar lijdt al jaren onder een junta die geen respect voor haar toont”, stelde Elaine Pearson, Azië-directeur bij Human Rights Watch. “Er is nog steeds een krachtiger internationaal antwoord nodig om aan te dringen op een einde aan de misbruiken door het leger.”

Juntaleider Min Aung Hlaing ook intern onder vuur

De situatie is voor het junta-regime snel veranderd van een zorgwekkend probleem in een deel van het land tot een dreiging op meerdere fronten. Alleen al de aanvallen van de Three Brotherhood Alliance in het noorden van Shan waren een grote klap voor het leger.

Juntaleider Min Aung Hlaing (l) met eerste minister Narendra Modi van India. Foto: GODL India

Sommige eenheden hebben veel wapens verloren aan hun tegenstanders. Sommige Tatmadaw-soldaten en zelfs enkele generaals hebben zich overgegeven of hebben zich bij het verzet aangesloten.

Deze nieuwe situatie heeft voor gemor gezorgd ook binnen de pro-junta gelederen. Uit militaire kringen klonk al maandenlang ontevredenheid over het bewind van de 67-jarige Min Aung Hlaing, maar de afgelopen weken werd openlijk opgeroepen tot het aftreden van de juntachef.

Online reageren pro-militaire journalisten en bloggers direct: “Hij moet aftreden als opperbevelhebber”, zegt Ko Maung Maung, een pro-militaire YouTuber, in een bericht.

Half januari verklaarde ook de invloedrijke pro-militaire monnik Pauk Kotaw dat de junta-chef moest aftreden. Het publiek juichte instemmend, blijkt uit video’s van het evenement die op sociale media zijn geplaatst.

Dergelijke publieke uitingen tegen de machtige chef van de strijdkrachten zouden een paar maanden geleden ondenkbaar zijn geweest. Maar ook nu is het onduidelijk of en hoe Min Aung Hlaing kan worden afgezet en wie hem kan vervangen.

Jonge rekruten van het Arakan Army. Foto: Rocky Masum/CC BY-SA 4:0

Het leger heeft ook problemen met het inzetten van zijn mobiele aanvalsdivisies vanwege de hinderlagen van de oppositie op de hoofdwegen en de vernietiging van verschillende belangrijke bruggen.

Het regime heeft de staat van beleg opnieuw met zes maanden verlengd maar dat verandert weinig aan de concrete situatie. Veel zal afhangen van de vraag of het leger in delen van het land het initiatief kan herwinnen of zijn tegenstanders kan afschrikken met straffende luchtaanvallen. Maar ook daar moet het strategischer optreden met het inzetten van luchtbombardementen, mede gezien de slinkende capaciteit op dat gebied.

Volgens het mediacollectief Myanmar Peace Monitor heeft de junta tot nu toe de controle over ten minste 35 steden verloren. De snel evoluerende situatie en de mogelijkheid dat er op andere fronten gevechten uitbreken maken de ontwikkelingen moeilijk te voorspellen.

Hoe de situatie zich ontwikkelt met de AA in de deelstaat Rakhine zal van groot belang zijn, aangezien grootschalige gevechten daar zouden betekenen dat het leger elders nog dunner kan worden ingezet.

Sprekend vanaf een geheime locatie in Myanmar verklaarde waarnemend president van de Regering van Nationale Eenheid (NUG), Duwa Lashi La, dat de strijdkrachten tegen de staatsgreep “verbluffende winsten” hebben geboekt.

In een verklaring die op 31 januari werd uitgegeven zei de NUG samen met drie daarmee verbonden verzetsgroepen (de Karen National Union, Chin National Front en Karenni National Progressive Party), dat ze open stonden voor onderhandelingen met het leger als het aan zes voorwaarden voldeed.

Die omvatten het inzetten van de strijdkrachten onder de controle van een burgerregering en het beëindigen van militaire betrokkenheid bij de politiek. De NUG en andere groepen streven naar de oprichting van een federale democratische unie, aldus de verklaring. Er was geen onmiddellijke reactie van de junta op de NUG-verklaring.

Wat is China van plan?

China heeft altijd gepoogd om zowel met de junta als met de etnische gewapende groepen die opereren langs de grens van de Shan-staat goede betrekkingen te onderhouden. Die relaties gaan terug tot de periode van de Culturele Revolutie van de jaren zestig en zeventig, toen de meeste van de Etnische Gewapende Organisaties deel uitmaakten van de communistische opstand.

Peking is sindsdien nauwe banden met deze groepen blijven onderhouden, waardoor ze hun enclaves konden integreren in de snelgroeiende Chinese economie, en hen direct en indirect konden bewapenen om het leger van Myanmar ervan te weerhouden deze gebieden aan te vallen.

Dit maakt deel uit van de ‘grensbeheer’-aanpak die China al lang hanteert in zijn betrekkingen met Myanmar om de stabiliteit langs zijn grens te handhaven. China is bijvoorbeeld altijd gevoelig geweest voor mogelijke vluchtelingenstromen of oorlogen die zijn grondgebied binnendringen.

Hoewel Peking publiekelijk heeft opgeroepen tot stopzetting van de gevechten, is de reactie beperkt gebleven en lijkt het voor het grootste deel afwachten hoe de gebeurtenissen zullen verlopen.

Deze aanpak komt deels voort uit de hoop dat de Three Brotherhood Alliance beloofd heeft de regio Kokang te helpen bij de ontmanteling van online oplichtingscentra en illegale casino’s die gerund worden door criminele organisaties voor internetfraude en prostitutie.

Vooral de hoofdstad Laukkaing (van de regio Kokang) is een knooppunt voor ongereguleerd gokken en andere illegale industrieën. Duizenden Chinese staatsburgers, maar ook Thai en Vietnamezen, worden in deze misdaadsyndicaten tegen hun wil vastgehouden en gedwongen tot oplichting, aanvankelijk vooral gericht op Chinese staatsburgers.

Nu dergelijke illegale operaties zich de afgelopen jaren in heel Zuidoost-Azië hebben verspreid, is het terugdringen van deze activiteiten een belangrijke prioriteit voor Peking geworden. Het heeft zijn invloed op groepen als het United Wa State Army gebruikt om zwendeloperaties in gebieden onder hun controle te beëindigen.

Maar het grootste probleem situeert zich in Kokang, dat wordt gecontroleerd door een grenswacht die verbonden was met het leger van Myanmar. Gezien de frustratie dat het Myanmarese regime en de grenswacht van Kokang weinig deden om de illegale activiteiten van deze centra te beteugelen, zal Peking blij zijn geweest om te zien dat de grenswacht werd belegerd en dat oplichters het gebied ontvluchtten.

Bovendien zou China, gezien zijn langdurige relatie met de Han-Chinezen van de MNDAA en de aanzienlijke invloed die het op de groep uitoefent, voordelen kunnen zien in het succes van de huidige acties.

Wat nu?

Een waarschijnlijk scenario op dit moment is dat het leger van Myanmar voor het eerst in tientallen jaren op meerdere plaatsen tegelijk zal moeten vechten tegen talloze, vastberaden en goed bewapende tegenstanders. Maar hoewel deze uitdaging enorm zal zijn, kan van de Tatmadawleger worden verwacht dat het enige veerkracht zal tonen.

Terwijl de NUG (Regering van Nationale Eenheid) uiteraard opgetogen is over de behaalde militaire successen, zijn er anderen , zoals de Crisis Group of de naar Singapore uitgeweken Frontier Myanmar, die eerder tot voorzichtigheid aanmanen. De oppositie heeft immers slechts een beperkte tijd voor de gevechten in veel delen van het land tot stilstand komen wanneer rond juni de moessonregens arriveren.

Volgens hen is een militaire ineenstorting of capitulatie van het regime ver weg. De Tatmadaw is een goed opgeleide en goed uitgeruste strijdmacht, die sinds de Tweede Wereldoorlog voortdurend verschillende opstanden heeft bestreden, soms tegen nog ergere verwachtingen in.

Zijn uithoudingsvermogen mag niet worden onderschat. Maar de gebeurtenissen hebben zowel de positie van Min Aung Hlaing als die van de Tatmadaw geschaad.

Daarnaast heeft de economie van Myanmar, die al verzwakt is na tientallen jaren militair gedomineerd bewind, zware klappen te verduren gekregen, waarbij buitenlandse investeringen sinds de staatsgreep en de westerse sancties opdrogen.

Stroomstoringen, frequente aanbodschokken van belangrijke grondstoffen, waaronder brandstof, en torenhoge prijzen treffen gewone gezinnen, waardoor de steun voor de junta verder wordt uitgehold.

Waarschijnlijk is dat het regime zijn brutale inspanningen zal verdubbelen om de overhand te behouden op het slagveld, inclusief tactieken van de verschroeide aarde en nog meer willekeurige bombardementen en beschietingen.

Het resultaat zou kunnen zijn dat het land in een nieuw, nog gewelddadiger evenwicht terechtkomt, waarbij burgers onvermijdelijk een hoge prijs zullen betalen.

Maar Frontier Myanmar blijft hoopvol: “Dit nachtmerrie-scenario kan worden vermeden, zolang de juiste keuzes worden gemaakt en een open geest de boventoon voert. Er is van alles om voor te ijveren, maar de tijd staat misschien niet aan de kant van Myanmar”.

 

Dit is een overname van het Salon van Sisyphus (12 februari 2024)

Jan Servaes (PhD) was UNESCO-leerstoelhouder voor ‘Communicatie voor duurzame sociale verandering’ aan de Universiteit van Massachusetts, VSA. Hij doceerde Internationale Communicatie en Communicatie voor Sociale Verandering in oa Australië, België, China, Hong Kong, de VS, Nederland en Thailand.

steunen

Steun voor een nieuwe website

We hebben uw hulp nodig voor een essentiële opfrissing van de website. Om die interactiever, sneller en gebruiksvriendelijker te maken hebben we 30.000 euro nodig. Elke bijdrage, groot of klein, helpt. Met uw donatie ondersteunt u onafhankelijke journalistiek die de verhalen blijft brengen die er echt toe doen. Laat uw hart spreken.

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!