'Kritische zelfreflectie over eigen aandeel in deze oorlog'. YouTube Vredesinstituut
Toespraak - Jolle Demmers,

Voor onderhandelde oplossing oorlog Oekraïne is kritische zelfreflectie over onze eigen rol nodig

Jolle Demmers, hoogleraar Conflict Studies Universiteit van Utrecht, sprak op 29 maart tijdens de voorstelling van het Jaarrapport 2022 van het Vlaams Vredesinstituut in het Vlaams Parlement. Op haar toespraak kwamen fanatieke reacties die haar beschuldigden van 'Russische desinformatie'. Lees/bekijk/beoordeel hier zelf wat zij werkelijk zei.

maandag 8 mei 2023 13:15
Spread the love

 

Met hun kritiek op de toespraak van Jolle Demmers bevestigen haar critici onbedoeld de juistheid van haar stellingen. Volgens haar komt er geen onderhandelde oplossing als ‘we niet bereid zijn tot kritische zelfreflectie over ons eigen aandeel in deze oorlog’.

De toespraak van Jolle Demmers is een eerder brave analyse die ervan uitgaat dat de EU, de VS en de NAVO uitsluitend met de beste bedoelingen met de oorlog in Oekraïne omgaan, maar dat context en geschiedenis wel belang hebben om te verklaren waarom Rusland tot de invasie overging, om zo tot onderhandelingen te kunnen komen.

Dat praat die invasie daarom niet goed, maar dit is nu net wat haar critici niet willen erkennen. Door te weigeren de omstandigheden te analyseren, wat niet neerkomt op ze goedkeuren – veel van deze personen zijn blijkbaar mentaal niet in staat om dat onderscheid te maken – weigeren zij elke basis om onderhandelingen te starten. Wat zij willen is doorgaan ‘tot de laatste Oekraïner’.

De toespraak van professor Jolle Demmers komt grotendeels overeen met het redactionele standpunt van deze nieuwssite. Wij hebben vanaf dag één de Russische invasie veroordeeld evenals alle misdaden die er sindsdien uit voortvloeiden, maar blijven wijzen op de medeverantwoordelijkheid van de VS en de NAVO dat het zover is gekomen. Context en geschiedenis zijn wél belangrijk.

De lezers/kijkers kunnen hieronder zelf beoordelen hoe gematigd de toespraak van Jolle Demmers werkelijk is (redactionele inleiding).

Toespraak Jolle Demmers (06:49 tot 24:01) (volledige tekst te volgen onder de YouTube):

 

De waanzin van oorlog waart door Europa. Een nieuwe ronde van dood en verderf zal zich als voorjaarsoffensief de komende maanden verder rondvreten. Via de eindeloze reeks aan GoPro- en dronebeelden op YouTube kan iedereen die het kan verdragen zien hoe militaire reservisten, mijnwerkers, pompbediendes, ICT-ers, jong, oud en middelbaar van dichtbij worden doodgeschoten of van veraf worden uiteengerukt, opgejaagd in modderige loopgraven of zich verschansen achter roestige landbouwmachines.

In Bachmoet ging de afgelopen week het verhaal dat de levensverwachting voor gemobiliseerde troepen aan de frontlinie vier uur bedroeg. Het is best mogelijk dat een deel van deze mensen bereid is te sterven en te doden voor het vaderland, de natie en de vlag. Ook zullen er bij zijn die worden aangetrokken door het avontuur, het heldendom en de kameraadschap aan het front.

En dan zijn er nog de fractie fanatici en sadisten, doorgedraaid of gedreven door wraak, voor wie oorlog vermaak is of een uitlaatklep. Maar net als in alle andere oorlogen wil het grote merendeel van deze mensen gewoon naar huis, dat het in godsnaam maar over is, hun kinderen terugzien, hun ouders en geliefden. Voor hen is de oorlog een ongekozen plicht. Ze maken zich klein, ze bevuilen zichzelf en schieten in de lucht omdat ze niet kunnen doden.

En dan heb ik het nog niet over alle secundaire gevolgen van deze oorlog, de ontheemden, de toxische vervuiling met binnenkort mogelijk verarmd uranium, de toename van de illegale wapenhandel en de kans op een nucleaire escalatie.

In alle discussies over winnen, over pantsers-houwitsers, Leopards en F16’s, zou dit centraal moeten staan en daarbij de vraag hoe dit geweld zo snel mogelijk kan worden beëindigd, hoe al die mensen aan het front, ook de gemobiliseerde Russen steeds vaker bestaand uit etnische minderheden uit Siberië, terug kunnen naar hun moeders in plaats van aan flarden te worden geschoten door een switchblade-drone.

Voor het beantwoorden van die vraag is analyse, realisme en strategisch inzicht nodig maar ook wijsheid en humaniteit, verbeeldingskracht en empathie. ‘Houdt van uw vijand en haat uw vrienden’, hield Nietzsche ons al voor.

Beter kijken naar het eigen aandeel

Misschien klinkt dat u wat hoogdravend of puberaal in de oren, maar we kunnen wel wat dwarsdenkers gebruiken in deze tijd van zwart-witdenken. Het is al snel pervers hier te staan in het veilige Brussel en iets te beweren over geweld ver weg, over het lijden van anderen en dat is ook nu zo.

Beter is het te kijken naar het eigen aandeel in zowel de aanloop als de ontwikkeling van deze oorlog en te bezien of er nog een uitweg is. Dat zal ook het uitgangspunt zijn van deze korte lezing.

Want, of we het nou willen of niet, dankzij de miljarden aan wapenleveranties, de intensieve trainingen, inlichtingen en ook de real time targeting zijn we al lang deelgenoot van deze oorlog en daarmee dragen we mee de verantwoordelijkheid voor zowel de escalatie naar nog meer gruwelijkheden als een uitweg uit deze hel.

Het duiden van geweld leidt al snel tot ongemak. Ook vandaag zal dat wel blijken. Daarvoor zijn op zijn minst twee oorzaken aan te wijzen.

Allereerst is het goed om te benoemen en ook te erkennen dat geweld sterke emoties oproept. Geweld vraagt om morele duiding en begrenzing. We vallen routineus terug in groepsdenken, wij-zij, waarbij we geneigd zijn te geloven dat ons eigen geweld goed en rechtmatig is en dat van de ander barbaars en duivels.

Deze tweedeling duldt geen tegenspraak. De grammatica van oorlogstaal is dwingend. Zij kent louter tegenstellingen. Een dissident wordt op zijn best neergezet als naïef, maar vaak ook als verrader, wordt doodgezwegen of gecensureerd. Je bent voor of je bent tegen. We hebben dat al eerder gehoord.

Dit goeddenken belemmert de realistische analyse van het conflict en daarmee ook de kans op een pragmatische oplossing, een kans op vrede. Een kritische blik op de eigen stellingname, dat is misschien wel de zwaarste opgave in oorlogstijd. Vaak is het niet zozeer de waarheid die als eerste sneuvelt in oorlog, maar vooral het vermogen tot zelfkritiek en zelfreflectie.

Laten we dus emoties en verontwaardiging erkennen maar ook analytisch en nieuwsgierig blijven en kijken waar de huidige koers ons brengt en of dat wijsheid is. Laten we vertragen en twijfelen aan ons gelijk, al is het maar voor een moment.

De tweede reden waarom het gesprek over oorlog snel verwordt tot een kakofonie is omdat we het in onze gesprekken doorgaans over hele verschillenden oorlogen hebben. Oorlog wordt vaak voorgesteld als een duel, als een gewapende strijd tussen twee vijanden.

Maar oorlogen zijn veel eerder clusters van conflicten met ieder hun eigen oorzaken en constellaties, die op elkaar inwerken en elkaar versterken. Zo’n perspectief kan ook worden toegepast op wat dan nu de Oekraïne-oorlog is gaan heten.

Na meer dan een jaar regular geweld en mondiale instabiliteit stelt zo’n analyse ons in staat om de verschillende clusters en types van conflicten en hun bijhorende partijen, belangen en angsten te onderscheiden.

Vijf conflicten

Uit hoeveel conflicten bestaat deze oorlog eigenlijk? Hoe grijpen die in elkaar? Aan de hand van een eerste schaalindeling van klein naar groot, als ik dat probeer, dan zie ik dat die oorlog uiteenvalt in vijf clusters.

Als eerste zijn er de lokale conflicten en spanningen in de Oekraïense samenleving die aan het licht kwamen na de val van de Sovjet-Unie. Hier zien we het geweld tussen de pro-Russische en pro-Oekraïense milities, gedreven door een mix van machismo, militarisme, extreem nationalisme en met claims over zelfbestuur en zorgen over het behoud van taal en identiteit, die dan wel weer degelijk gedeeld werden door delen van de bevolking. Het afgelopen jaar vluchtten bijvoorbeeld ook 3 miljoen Oekraïners naar Rusland, om een idee te geven hoe percepties van veiligheid uiteenlopen.

Al snel evolueerde dit eerste conflict in een intra-statelijk conflict toen lokale milities geïncorporeerd raakten in de Oekraïense staatsstructuur en in het leger. Hiermee begon dan de burgeroorlog over de Donbass.

Vervolgens is er een derde conflict. Voor velen in Europa is dat het meest prominente. Dat is de mutatie van de burgeroorlog naar een inter-statelijk conflict tussen Rusland en Oekraïne. De inzet van deze oorlog gaat over territorium en bestuur en raakt aan de soevereiniteit van Oekraïne.

Maar parallel hieraan lopen nog een vierde en een vijfde conflict. Beiden zijn geopolitiek van aard. Dat is de strijd tussen VS-NAVO aan de ene kant en Rusland aan de andere kant. Die handelt over militaire invloedssfeer en over veiligheid, maar ook over economische afzetmarkten, energie, de positie van de NAVO en de wapenindustrie. Het vijfde conflict is ook geopolitiek, maar dan mondiaal. Hier is de strijd gaande tussen de VS en China, over unipolariteit en wereldmacht.

Op dit moment worden al die conflicten uitgevochten in Oekraïne. We zien hoe allianties en belangen zich vermengen en elkaar versterken in een heel complexe dynamiek van interactie. Het is interessant daarbij te zien hoe de wapenindustrie baat heeft bij alle vijf de conflicten en ook hoe wapens reizen van het ene conflict naar het andere.

Van ieder van die vijf conflicten is het nodig de vraag te stellen: ‘Welke belangen staan hier op het spel?’. Misschien nog wel de moeilijkste vraag: ‘Welke behoeften liggen er verborgen onder deze belangen, maar ook: ‘Wie heeft er voordeel bij dat deze oorlog niet stopt?’

De EU, tot de laatste Oekraïner

Ik wil in het laatste deel van mijn verhaal hier vanmiddag kijken naar hoe de Europese Unie vooral de nadruk lijkt te leggen of conflict drie, het interstatelijke conflict, en niet goed lijkt te begrijpen hoe het figureert in de geopolitieke conflicten vier en vijf en wat daarvan de risico’s zijn.

Wat ik zie is hoe niet alleen de strijdende partijen op ramkoers liggen. Ook de Europese Unie heeft zich vastgezet in onwrikbare principes. Niet alleen Kiev en Moskou maken zich op voor een nieuwe escalatie.

Ook veel Europese bewindslieden hebben zich met woorden en beloften immers inmiddels vereenzelvigd met een vertoog van doorvechten tot het bittere einde, koste wat het kost, met alle risico’s en ongeacht het aantal slachtoffers.

In dit vertoog staat het terugwinnen van territorium centraal. Daar waar een half jaar geleden nog het herwinnen van de grenzen van 23 of 24 februari 2022 het doel leek is dit nu intussen opgeschoven naar terugwinnen van alle bezette gebieden, inclusief de Krim. Zelensky mag hierin bepalen hoever hij wil gaan, maar de EU is bereid dus de strijd te steunen tot het bittere einde.

Het scenario waarop de EU lijkt in te zetten in Oekraïne is echter onwaarschijnlijk destructief en risicovol. Het gedroomde script waarin de Russische troepen zich uit heel Oekraïne terugtrekken en waarbij een verzwakt Rusland afziet van een nucleaire escalatie is volgens veel experts een van de minst waarschijnlijke uitkomsten van deze oorlog. Het blijven vasthouden aan deze interpretatie van ‘winnen’ brengt grote risico’s voor Europa.

Maar wat is dan wel denkbaar? Is er een alternatief? De positie van de EU is niet realistisch maar wel heel begrijpelijk. Er zijn heel goede argumenten voor het terugwinnen van territoriale controle. Door de Russische agressie af te straffen met een tegenoffensief worden principes van het internationaal humanitair recht, zoals territoriale integriteit, soevereiniteit en non-interventie verdedigd.

Deze principes zijn essentieel voor het behoud van de toch al wankele internationale orde. Met haar steun voor volledige terugdringing zendt de EU een duidelijk signaal uit. De Russische annexatie is onacceptabel en kan niet zonder gevolgen blijven.

De tragische en misschien wel paradoxale implicatie van zo’n principiële stellingname is dat deze de kans op een exit-strategie ondermijnt. Principes zijn namelijk niet onderhandelbaar en aangezien Oekraïne al sinds 2014 de controle over delen van zijn grondgebied kwijt is, kunnen principes zoals soevereiniteit alleen hersteld worden door terugveroveren van het gehele territorium, dus inclusief de Krim.

Europese bewindslieden zetten zich hiermee – hoe goed bedoeld ook – klem in hun eigen vertoog. Zo’n volledige terugwinning van territoriale controle is militair-strategisch onwaarschijnlijk en de focus erop is destructief. Zo’n strategie zal nog veel meer mensenlevens kosten dan de huidige 200.000. Daarbij is ze risicovol, want de kans op een NAVO-Rusland aanvaring wordt er door vergroot en bij een nederlaag van Rusland is er kans op de inzet van nucleaire middelen.

Kortom, het vasthouden aan de huidige koers zal onvermijdelijk leiden tot een lange bloedige oorlog met kans op nucleaire escalatie. Dat zal niet alleen tot nog meer verschrikkingen op de grond leiden maar ook hoge kosten met zich meebrengen voor burgers in Europa.

De auteurs van het recente rapport Avoiding a long war van de Rand Corporation wijzen erop dat het Poetin-regime een aanval op de Krim, waar de Russische Zwarte Zee-vloot is gevestigd, als existentiële bedreiging ziet van de nationale veiligheid, zeker gezien de grote investeringen en risico’s waarmee die annexatie gepaard ging.

Maar ook Ruslands gebrek aan conventionele slagkracht en het feit dat tactische kernwapens regelmatig worden genoemd zijn erbij van belang, want na een jaar van oorlogsvoering ziet niet alleen Zelensky maar ook Poetin zijn wantrouwen alleen maar bevestigd, alsmede de vrees dat hij de zoveelste regime change-kandidaat is van het Westen uit het recente verleden. De Taliban in 2001, Saddam Hoessein in 2003 en Khadaffi in 2011 gingen hem voor.

Hoe komen we uit deze ramkoers? Allereerst is het belangrijk het strategische positieverschil tussen de regering-Biden en de Europese Unie. Daar waar Washington vooral handelt vanuit haar positie als hegemoon en daarbij ook strategische doelen behaalt, denk aan een sterk verenigde NAVO, de impuls aan de Amerikaanse wapenindustrie en export van vloeibaar gas, staat de EU zich voor op neen politiek van principes en lijkt de oorlog vooral te zien als een interstatelijke strijd tussen David en Goliath.

Het is belangrijk dat verschil te erkennen. Toch betekent het niet dat de EU haar principiële positie moet laten varen. Maar er zijn ook andere middelen dan oorlogsvoering en om principes hoog te houden door te volharden dat schending van soevereiniteit onacceptabel zijn en door het niet erkennen van gebieden door oorlog verkregen. Het VN-Handvest benadrukt tevens dat lidstaten zich verplichten om het risico op oorlog af te wenden en vrede en veiligheid te versterken.

Daarnaast leren we van denktradities uit de filosofie, maar ook uit het humanisme, dat er ook andere principes bestaan in oorlog. Zo dient er in oorlog een redelijke kans te zijn dat de doelstellingen worden gerealiseerd, maar ook moet het kwaad dat de oorlog aanricht in redelijke verhouding staan tot het goed dat ermee wordt beoogd. ‘Beter een onrechtvaardige vrede dan een rechtvaardige oorlog’, zo leerde Cicero ons al.

Er zijn veel aspecten aan deze oorlog waar wij geen invloed op hebben. In plaats van te blijven aansturen op de weinig kansrijke destructieve en risicovolle strijd om territorium kunnen Europese regeringen beter hun beperkte instrumenten aanwenden om een verschuiving naar de-escalatie te bewerkstelligen.

Door ons te richten op instrumenten zoals wederopbouw en veiligheid voor Oekraïne, bijvoorbeeld door de aansluiting bij de EU en voorwaarden rondom neutraliteitsgaranties en sanctieverlichting richting Rusland, kan er een begin gemaakt worden met een proces dat uiteindelijk zou kunnen uitmonden in onderhandelingen.

In de eerste maand van deze oorlog was er nog een echte kans op vrede, maar de diplomatie heeft gefaald aan alle kanten. Het is schokkend om te lezen hoe het Verenigd Koninkrijk en de VS begin april 2022 de onderhandelingen in Istanboel torpedeerden en Zelensky aanzetten om door te vechten.

De archieven zullen moeten uitwijzen wat daar precies is gebeurd. Rusland had er bij de onderhandelingen in Istanboel blijkbaar mee ingestemd zich terug te trekken tot het niveau van 23 februari (2022) – dus voordat de aanval begon – en Oekraïne had toegezegd af te zien van het NAVO-lidmaatschap en geen stationering van buitenlandse troepen of militaire faciliteiten toe te staan.

In ruil daarvoor zou het veiligheidsgaranties krijgen van staten van zijn keuze. De toekomst van de bezette gebieden moest binnen 15 jaar diplomatiek worden opgelost, waarbij nadrukkelijk werd afgezien van militair geweld.

Dat klinkt heel mooi nu, na een jaar van verwoestend geweld en ruim 200.000 doden. Er is op dit moment heel weinig kans op een constructieve dialoog. Die is heel moeilijk geworden. De pijn moet gebroken worden en de woede raast. Ook ver buiten het slagveld overheerst het zwart-witdenken, de oorlogsretoriek en de pathos.

‘We kunnen Poetin toch niet belonen voor zijn invasie?’, wordt mij vaak teruggeworpen. Dat is ook moeilijk verteerbaar. Maar wat willen we dan? Wat is dan wijsheid? Het alternatief is een lange gruwelijke oorlog met grote risico’s voor ons allemaal.

Het is tijd voor een ander narratief over wat ‘winnen’ betekent. Overwinnen betekent ook de terugkeer realiseren naar een normaal leven, een einde maken aan het sterven, de opbouw van een nieuwe veiligheid, en tonen dat menselijkheid uiteindelijk overwint.

Oorlog is een tijd waarin taal geweld tegen een verbeelde vijand normaliseert en waarbij iedere vorm van vergelding geoorloofd lijkt. Het analyseren van oorlog en geweld vraagt om een kritische blik en een grondhouding die wil vragen en analyseren zonder meteen in kaders van goed en kwaad, normaal en abnormaal, te vervallen. Dat is lastig, juist ook omdat wij zelf onderhorig zijn aan dit script.

Wordt Europa gewelddadiger? Dat was de vraag die het Vredesinstituut aan me meegaf. Ja, ik denk dat dat zal gebeuren als we niet bereid zijn tot kritische zelfreflectie over ons eigen aandeel in deze oorlog.

Ik pleit hier dus voornamelijk voor de titel van deze bijeenkomst, hoe we de dialoog moeten blijven aangaan in onzekere tijden. Een werkelijk begrip van oorlog is pas mogelijk als we in staat zijn naar onszelf te kijken door de ogen van onze vijand.

Dank u wel.

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!