Coupplegers 30 september Burkina Faso. Foto: printscreen TF1
Mediakritiek - and

Staatsgreep in Burkina Faso: wat is er aan de hand?

Burkina Faso ondergaat de tweede staatsgreep op nog geen jaar tijd. Wat is daar precies aan de hand? En wat is de rol van Frankrijk en die van Rusland in heel de regio? Afrika-kenner Saïd Bouamama geeft tekst en uitleg en neemt de berichtgeving daarover in de mainstream media op de korrel.

dinsdag 11 oktober 2022 15:32
Spread the love

 

De mediaversie

Op 30 september 2022 kondigde een groep soldaten onder leiding van kapitein Ibrahim Traoré aan dat ze kolonel Paul-Henri Damiba hadden afgezet. Damiba bestuurt sinds de staatsgreep van 24 januari tegen de gekozen president Roc Kaboré het land.

De media-aandacht voor het evenement was globaal opgebouwd rond twee assen. De eerste as in de grote Franse en Europese kranten was een onvolledige weergave van de feiten zonder enige historische en politieke context. Ze benadrukken altijd weer dat het een staatsgreep was tegen een militair die zelf door een staatsgreep aan de macht is gekomen.

Ibrahim Traoré

Ibrahim Traoré. Foto: EKokou, Wikimedia Commons

En ook dat kapitein Ibrahim Traoré aan de staatsgreep van januari jongstleden had deelgenomen. Uiteindelijk is de rode draad die van Tweedledee en Tweedledum, d.w.z. van twee hoofdpersonen die niet echt van elkaar verschillen.

Dit soort berichtgeving draagt bij tot de verspreiding van het beeld van een Afrika dat allergisch is voor democratie en doordrenkt is van een cultuur van geweld. Zo wordt een oud slavernij- en koloniaal beeld in stand gehouden en gereactiveerd. We mogen niet vergeten dat sommigen de slavenhandel en de slavernij durfden te rechtvaardigen door te beweren dat ze die mensen redden van barbarij en dood.

Met zo’n berichtgeving wordt een oud slavernij- en koloniaal beeld in stand gehouden en gereactiveerd.

De tweede as in de berichtgeving van de Franse kranten bestond er opnieuw in de gebeurtenissen te presenteren als het resultaat van een anti-Franse propaganda georkestreerd door Rusland. De overgrote meerderheid van de Afrikanen zou zich dus laten misleiden door de anti-Franse leugens die Moskou hier verspreidt.

Burkina Faso

Burkina Faso. Kaart: TUBS, Wikimedia Commons / CC BY-SA 3.0

We zeggen ‘opnieuw’ omdat dezelfde verklaring werd gegeven voor de crisis in Mali die leidde tot het vertrek van de Barkhane-troepenmacht uit het land, maar ook voor de betogingen tegen de Franse militaire aanwezigheid in Niger of voor de langdurige diplomatieke crisis in de Centraal-Afrikaanse Republiek.

Deze stelling van het ‘Russische complot’ wordt door veel grote media verspreid en aangewakkerd. Ook de Franse president Emmanuel Macron doet hieraan mee. Zo verklaarde hij op 1 september ten overstaan van het corps diplomatique:

“Onze diplomaten moeten actiever optreden tegen de Russische, Chinese of Turkse verhalen dat Frankrijk een land is dat aan neokolonisatie doet en zijn leger op hun grondgebied installeert. We moeten collectief veel actiever zijn, veel meer mobiliseren op sociale netwerken. Het gaat niet om propaganda maar om het tegengaan van anti-Franse propaganda door meer en beter gebruik te maken van het netwerk France Médias Monde en met name France 24 en RFI.”

De stelling van het ‘Russische complot’ wordt door veel grote media verspreid en aangewakkerd.

Deze tweede as van de mediaberichtgeving over politiek nieuws in Burkina Faso hangt ook samen met een oud koloniaal beeld, dat van de naïeve, irrationele Afrikaan die gelooft in allerlei verklaringen en manipulaties.

Als wij onze analyse beginnen met de vertekenende berichtgeving over de werkelijkheid, dan is dat omdat die berichtgeving bijdraagt tot de depolitisering van de onderwerpen. De ‘staatsgrepen’ in Afrika zijn blijkbaar allemaal hetzelfde, alsof ze geen economische, politieke of historische context nodig hebben om begrepen te worden. Wat meestal impliciet en soms expliciet wordt gezegd, is dat staatsgrepen en geweld in feite eigen zijn aan de Afrikaanse cultuur.

Bijna een eeuw geleden heeft Lenin al uitgelegd dat het niet nodig is een kant-en-klare verklaring te geven maar systematisch een “concrete analyse van de concrete situatie” te maken om een politieke situatie en ontwikkeling te begrijpen. In Burkina Faso, net als elders, betekent inzicht in de huidige situatie dat de context moet worden geschetst en dat rekening moet worden gehouden met de belangen die op het spel staan.

De belangrijkste context

Thomas Sankara

Thomas Sankara. Foto: Wikipedia

De eerste context die niet kan worden genegeerd, is de voorgeschiedenis en vooral de ervaring van het Burkinese volk onder leiding van Thomas Sankara (1949-1987). Hij leidde een van de meest vermetele pogingen om te breken met imperialisme en neokolonialisme en die bracht uiteraard een anti-imperialistische cultuur tot leven, die nog altijd actueel is.

Dit anti-imperialisme dat van Sankara niet alleen in Burkina Faso maar in het hele Afrikaanse continent een held maakte, wordt samengevat in de moedige beschuldiging aan het adres van François Mitterrand tijdens diens bezoek aan Burkina Faso in november 1986:

“Mijnheer François Mitterrand, wij kunnen niet begrijpen dat bandieten als Jonas Savimbi (Angola) of moordenaars als Pieter Botha (Zuid-Afrika) zomaar door het mooie Frankrijk mogen reizen. Ze besmeurden het land met hun handen en voeten bedekt met bloed. Allen die hen toestonden deze misdaden te plegen, zullen de volle verantwoordelijkheid dragen, hier en elders, vandaag en altijd”.

Modibo Keita

Modibo Keita. Foto: Flickr

Net zoals in Mali de erfenis van Modibo Keita de hedendaagse politieke opvattingen sterk blijft beïnvloeden, blijft de erfenis van Sankara werkzaam in het politieke leven van Burkina.

De tweede context is de totale steun van Parijs aan Blaise Compaoré, de moordenaar van Thomas Sankara, gedurende zijn hele regeerperiode van 1987 tot 2014. Laten we niet vergeten dat de volksopstand die een einde maakte aan de macht van deze laatste, gekenmerkt werd door de evacuatie van Blaise Compaoré door Frankrijk. François Hollande verantwoordde als volgt: “We hebben deze evacuatie niet zelf uitgevoerd, maar we hebben ervoor gezorgd dat ze zonder enig drama verliep.”

Parijs steunde de moordenaar van Thomas Sankara tot op het aller einde.

Parijs steunde met andere woorden een moordenaar tot op het aller einde. Ernstiger is dat Macron pas in 2017 heeft beloofd de documenten over Burkina Faso, waar de publieke opinie en de Burkinese justitie om hadden gevraagd, te zullen vrijgeven. Drie jaar later is de toezegging nog steeds niet nagekomen. Van de drie stapels documenten zijn er slechts twee vrijgegeven. De advocaat van de familie Sankara, Prosper Farama, beschreef het belang van deze derde stapel documenten als volgt:

“Deze documenten, waar het meest naar wordt uitgekeken, ontbreken nog altijd, ondanks verschillende aanmaningen van de rechter. De zaak is in Burkina Faso ver gevorderd en met de laatste getuigenissen hebben we genoeg elementen om de procedure vooruit te helpen. Anderzijds moeten deze archieven het mogelijk maken de eventuele rol van externe actoren zoals Frankrijk of Ivoorkust te verduidelijken, en op dit punt zullen zij nuttig zijn.”

De Burkinese justitie zal Blaise Compaoré uiteindelijk veroordelen tot levenslange gevangenisstraf voor de moord op Sankara op 6 april. Er ontbreken echter nog documenten over de buitenlandse mededaders van dit misdrijf.

De derde context is de verslechtering van de veiligheidssituatie in het land, de toename van het aantal terroristische aanslagen en het bestaan van hele gebieden die door terroristen worden gecontroleerd. Deze verslechterde veiligheidssituatie werd aangegrepen als voorwendsel om de staatsgreep van afgelopen januari te rechtvaardigen.

De belofte van kolonel Paul-Henri Damiba van een nieuw defensiebeleid dat gebaseerd is op de bevolking en zich geleidelijk bevrijdt van de ketenen van operatie-Barkhane om onafhankelijker te worden, werd niet ingelost. Terwijl in buurland Mali de overgangsregering onder leiding van Assimi Goïta het voorbeeld gaf in het herwinnen van de nationale soevereiniteit op militair gebied, deed Paul-Henri Damiba al snel toezeggingen aan de voormalige koloniale macht.

Dit is de reden voor de dubbele moraal in de behandeling door Frankrijk van de staatsgrepen in Mali en Burkina. Dit is ook de reden waarom Damiba Blaise Compaoré uitnodigde om deel te nemen aan een nationale verzoeningsbijeenkomst in juli jongstleden, hoewel hij door de Burkinese justitie was veroordeeld.

Bijna 40 procent van Burkina Faso staat onder controle van terroristen.

Voor de Burkinese bevolking was dit een te grote provocatie, die de woede die zich geleidelijk had opgestapeld door de verslechterende veiligheidssituatie tot ontploffing bracht. Al in november 2021 hadden volksdemonstraties enkele dagen lang een militair konvooi van Barkhane geblokkeerd onder het motto “Frankrijk buiten!”, “Weg met Frankrijk”, “Nee tegen de neokoloniale orde”, “Weg met het Franse leger” en “Bevrijd de Sahel”.

Tijdens deze betogingen hebben Franse soldaten verschillende mensen neergeschoten en verwond. Bijna een jaar later en een staatsgreep die werd gerechtvaardigd door de noodzaak van een nieuw defensiebeleid, is er niets veranderd. Erger nog, bijna 40 procent van het land staat onder controle van terroristen.

Deze context verklaart waarom er in Burkina Faso, zoals in alle landen van de regio, een groeiend verlangen is naar een beleid van nationale soevereiniteit op veiligheidsgebied en, meer in het algemeen, naar een beleid dat breekt met het neokolonialisme. De groeiende tegenstelling in de verschillende landen van de regio is die tussen ‘patriottisme’ en ‘neokolonialisme’.

Deze tegenstelling spaart het leger niet. Met name het patriottische streven naar een soeverein defensiebeleid dat niet afhankelijk is van de agenda van Parijs, heeft steeds meer aanhang onder de jongere officieren die aan het front tegen de terroristen vechten. Dit streven wordt verwoord door kapitein Ibrahim Traoré die op 1 oktober verklaarde:

“Wij verachten de burgerij van de militaire hiërarchie, de mensen die bezig zijn miljardair te worden. Wij hebben onze plannen en onze partners met wie wij willen samenwerken. Ik heb niet beslist, ik ben gekozen. De burgers zullen hun president kiezen en wij zullen de strijd voortzetten.”

De belangrijkste scheidslijn is niet die tussen burgers en militairen, maar die tussen patriotten en neokolonialisten.

In landen die in hun bestaan worden bedreigd, is de belangrijkste scheidslijn niet die tussen burgers en militairen, maar die tussen patriotten en neokolonialisten. Deze primaire kloof loopt door de hele samenleving en al haar instellingen. Daarom kunnen sommige staatsgrepen enthousiasme opwekken bij de bevolking, terwijl andere woede en opstand oproepen.

Het onvermogen om de steun van het Malinese volk voor Assimi Goïta of om de vreugdekreten in Ouagadougou bij de aankondiging van het ontslag en de afzetting van Damiba te begrijpen, lijkt dus het gevolg van een eurocentrische benadering die gericht is op het nastreven van een externe agenda en doelstelling.

Veelzeggend is dat een van de punten die Ibrahim Traoré in het vorige citaat onderstreept, het onvervreemdbare recht is om zijn partners te kiezen op alle gebieden, ook op militair gebied.

Dit is precies wat Frankrijk Assimi Goïta in Mali verweet. Dit heeft echter een naam die in alle Europese grondwetten voorkomt: nationale soevereiniteit. De hedendaagse gebeurtenissen in West-Afrika sluiten dan ook aan bij de aspiraties van de nationale bevrijdingsstrijd van de jaren zestig.

 

Dit is de vertaling door Frans De Maegd van het tweede deel van een videoboodschap in de reeks ‘De wereld van onderuit’ op Investig’action.

 

Om meer te weten:

– Ibrahim Traoré op Voice Africa.
Afrique-France ; Emmanuel Macron appelle à « assumer la stratégie d’influence » face à Moscou, Jeune Afrique.
– Sophie Douce, ‘Au Burkina Faso, le bref retour de Blaise Compaoré réveille les fantômes de la division’, Le Monde.
Burkina24

 

Lees ook:

De lange afdaling naar de hel van het Burkinese volk

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!