Brits advocaat John Hendy: "Laat uw rechtse regeringen niet doen wat de rechtse regering bij ons hebben aangericht" (© Mieke Van Dessel)
Reportage -

“Stakingsrecht is mensenrecht”

Op vrijdag 20 maart organiseerde Progress Lawyers Network een colloquium over het stakingsrecht. Juristen en vakbondsleiders wisselden van gedachten over de actuele ontwikkeling van het debat over het recht op collectieve actie voor sociale rechtvaardigheid en de politieke aanvallen op dat recht.

vrijdag 27 maart 2015 11:16
Spread the love

Het
colloquium Stakingsrecht: een bedreigd democratisch recht? ging
door in de gebouwen van de ACV te Brussel, in plaats van in het
Europees Parlement, zoals oorspronkelijk was voorzien. Vier
grote fracties – Groenen/Europese Vrije Alliantie, Europees
Verenigd Links/Noords Groenlinks, Sociaal-Democraten en de Europese
Volkspartij – in het Europees Parlement hadden hun steun aangeboden om dit
colloquium te organiseren. 

Vergaderen over ‘staken’ is onveilig?

Om ‘veiligheidsredenen’ moest het
colloquium verhuizen naar een andere locatie. Gezien
de recente politieke pogingen om sociale actie te criminaliseren
onder de noemer van ‘de strijd tegen het terrorisme’, was die verhuis
meer dan symbolisch. In zijn inleidende toespraak wees
Europarlementariër Claude Rolin (CDH – Franstalige
christendemocraten) erop dat het stakingsrecht in België vooral via
internationale verdragen is geregeld en niet zozeer door Belgische
wetgeving.

Collega
Bart Staes (Groen) wees op het gevaar van het komende
vrijhandelsverdrag TTIP, niet alleen voor de rechten van de
consument, voor het leefmilieu, voor de voedselveiligheid, maar ook
voor de sociale rechten. “Amerikaanse bedrijven lobbyen nu reeds
bij de Europese Commissie om de tradities van het Europese sociale
overleg specifiek te neutraliseren in dit verdrag.”

Een recht met diepe historische wortels

Als
eerste spreker kwam Jean Faniel, directeur van het studiecentrum
CRISP (Centre de recherche et d’information socio-politiques) aan
het woord. Hij gaf een overzicht van de sociale strijd sinds het
ontstaan van België in 1831. “De staat heeft zich steeds opgesteld
als de handhaver van de ‘orde’. Met die ‘orde’ werd echter uitsluitend de
orde van de economische machthebbers bedoeld, de vrijwaring van hun
recht om de bevolking uit te buiten… Het sociaal overleg is beetje
bij beetje aanvaard dankzij de sociale buitenparlementaire strijd,
waarbij stakingen essentieel waren, als drukkingsmiddel om de
economische machthebbers te dwingen een deel van hun winsten af te
staan voor de opbouw van de sociale welvaartsstaat.”

Faniel
herinnerde eraan dat de vrijheid van meningsuiting en vrijheid van
vereniging in de liberale grondwet van 1831 bijna onmiddellijk werd
ingeperkt voor werkende mensen. “Het verbod op ‘coalities’ gold in
theorie zowel voor werkgevers als werknemers, maar in de praktijk
beperkte dit uiteraard alleen de collectieve actie van arbeiders.”
Volgens hem is de hedendaagse aanval op het stakingsrecht een logisch
onderdeel van de neoliberale strategie om de sociale rechten af te
bouwen.

Stakingen in de praktijk

Inge
Paeshuys, vakbondssecretaris van ACV-Bouw-Industrie-Energie voor de
regio Antwerpen, getuigde over de stakingen bij het bedrijf Lanxess
Rubber. “Die stakingen kwamen er pas nadat de directie maandenlang
elk overleg over onze sociale eisen naast zich neerlegde. Die eisen
lagen al jaren op tafel. In haar betrokken getuigenis vertelde zij
over de manier waarop de directie van het bedrijf poogde om via
gerechtelijke beslissing de stakingsleiders te neutraliseren.
“Gelukkig werd de klacht ongegrond verklaard.” Uiteindelijk werd
met behulp van de overheidsbemiddelaar een oplossing afgedwongen.
“Zonder de stakingen had dit nooit gekund.”

Michel
Jacobs was tot 2008 ‘penitentiair agent’ (gevangenisbewaarder) en is
sindsdien federaal secretaris van de overheidssector Justitie voor
het CGSP (de Franstalige ACOD). Hij bekritiseerde de intentie van de
federale regering om in de gevangenissen een vorm van ‘minimale
dienstverlening’ af te dwingen. “Er is te weinig personeel, er zijn
geen middelen voor de opvang van gedetineerden, zowel hun
arbeidsvoorwaarden als de onze zijn onaanvaardbaar slecht, er wordt
bijna niet geïnvesteerd in maatschappelijke reïntegratie van
gedetineerden. Sociaal overleg heeft de overheid niet op andere
gedachten gebracht.”

In
de gevangenissen wordt al jarenlang op regelmatige tijdstippen
gestaakt. De gevangenisbewakers worden dan vervangen door politie,
die daar niet voor opgeleid zijn. “Stakingen zijn echter ons
laatste drukkingsmiddel. België is al meermaals veroordeeld door het
Centrum voor de Preventie van Folteringen (CPT) van de Raad van
Europa. Toch pleit deze regering voor minimale dienstverlening,
alsof er niets aan de hand is. Wat betekent dat trouwens concreet?”

“Het
CPT is formeel. De Belgische gevangenisinfrastructuur is compleet
onaangepast. De bewaking, verpleging en verzorging van gedetineerden
is tergend slecht en de oorzaken van die mistoestanden worden niet
aangepakt. Stakingen zijn ons allerlaatste drukkingsmiddel.”

De juridische argumenten

Advocaat
Jan Buelens is bij Progress Lawyers Network verantwoordelijk voor het
departement sociaal recht, samen met zijn collega Leila Lahsainni. Zij gaven een historisch overzicht van het stakingsrecht en sociale
actie in het algemeen, vooral sinds de jaren 1970. Na de erkenning
van het stakingsrecht door de ondertekening van de verdragen van de
International Arbeidsorganisatie (ILO) in 1949 werd het recht op
staken geleidelijk aan wetgevend vastgelegd, meer bepaald in de
ILO-Conventies 87 en 98.

“Sinds
1967 is deelname aan stakingen op zich geen rechtsgeldig motief meer
voor het beëindigen van een arbeidscontract. Het stakingsrecht zelf
werd echter pas sinds 1981 echt erkend. In andere landen staat dat
zelfs in de grondwet. Hier is de wettelijke verankering vooral
gebeurd door gerechtelijke beslissingen. Sinds eind jaren 1970
staat dat recht terug meer onder druk. Meer en meer bedrijven stappen
naar de rechter om sociale conflicten te beslechten.”

Buelens
en Lahsainni legden een aantal Europese arresten uit en gingen verder in
op de Belgische aanpak van het recht op collectieve actie. Het idee
van minimale dienstverlening in bepaalde overheidssectoren, het
toenemend gebruik van het begrip ‘politieke staking’ en het
wetsvoorstel voor het ‘recht op werk’ zijn zovele middelen om sociale
actie moeilijker en moeilijker te maken.

John Hendy

De meest begeesterende toespraak van het colloquium kwam van
de Brit John Hendy. Reeds dertig jaar is hij een van de leidinggevende
advocaten van Groot-Brittannië in rechtszaken die tegen
vakbondsmensen en tegen sociale acties worden gevoerd. Zijn boodschap
was duidelijk.

“Laat
jullie rechtse regering niet doen wat onze rechtse regeringen met ons
hebben gedaan, sinds Margaret Thatcher… Dit gaat ook veel verder
dan Europa. Wat nu gebeurt is een uitloper van wat in Mexico,
Colombia, India, Zuid-Korea en overal ter wereld gebeurt. In Groot-Brittannië begon dit al in 1979. Dit is een massale aanval op
alle verworvenheden van de naoorlogse sociale welvaartsstaat…”

“In
1979 werkten 82 procent van alle Britse werknemers nog met
arbeidsvoorwaarden die in een CAO waren vastgelegd. Vandaag is dat
minder dan 20 procent. De gevolgen zijn catastrofaal. Acht op de tien
werkende mensen in Groot-Brittannië hebben geen degelijke sociale
bescherming meer. De lonen zijn in elkaar gezakt. De arbeidsvoorwaarden
zijn abominabel.”

“Thatcher
wist wat ze deed. Er zat een duidelijk plan achter. Dit was een
gigantisch plan voor herverdeling van de rijkdom naar boven. In
1909 werden na jarenlange stakingen de zogenaamde Wages Councils
opgericht (een systeem van sectorieel loonoverleg). In 2013 werd de
allerlaatste nog bestaande Wage Council afgeschaft.”

“Ja, in
Groot-Brittannië is staken bij wet ‘toegelaten’. Lijkt geweldig. In
werkelijkheid zijn er zoveel technische restricties dat het in de
praktijk onmogelijk is geworden. Je mag bijvoorbeeld niet staken uit
solidariteit met andere bedrijven, zelfs niet in dezelfde sector,
zelfs niet met andere fabrieken van hetzelfde bedrijf. Het
Brits/Amerikaans neoliberaal project wordt zo massaal opgedrongen aan
de rest van de wereld.”

“De
rijken werden nog veel rijker. Voor de rest van ons werd het alleen
maar slechter. Voor het algemeen belang is dit catastrofaal. Als de
lonen omlaaggaan, daalt de consumptie. Uiteindelijk gaat die
neerwaartse spiraal leiden tot economische recessie. De Europese
landen doen nu net het omgekeerde van wat ze zouden moeten doen om er
weer uit te geraken. Je moet het tegenovergestelde doen van besparen. Give money
to the workers!
Die potten dat niet op in buitenlandse banken maar
geven dat in eigen land uit en doen zo de economie draaien.”

“Uiteindelijk
komt het hierop neer: vakbondsrechten zijn mensenrechten. Dit gaat
over het behoud van onze beschaving. Het recht op staken is
essentieel voor de sociale strijd voor rechtvaardigheid en welvaart
voor iedereen. Zonder dat drukkingsmiddel heb je niets meer om totale
uitbuiting tegen te houden.”

Mensenrecht

Alexis
Deswaef, advocaat te Brussel en voorzitter van de Franstalige afdeling van de Liga voor
Mensenrechten, ging dieper in op dat aspect van het stakingsrecht.
“Dit is een essentieel sociaal mensenrecht. Het staat specifiek in
Artikel 23, punt 4, van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens. Het is bijzonder
verontrustend dat het stakingsrecht in de anti-terrorismewet vermeld
staat als een ‘uitzondering’, alsof moet verduidelijkt worden dat dit
een ‘getolereerde’ vorm van criminele actie zou zijn.”

Deswaef behandelde ook uitgebreid de nefaste impact van het systeem van de
GAS-boetes op het recht op betogen. “Er word gespeeld met het idee
om het leger in te zetten tegen foorkramers, tegen dokwerkers. Dit is
overigens een probleem van alle recente regeringen. De huidige
regering gaat – weliswaar extremer – op de lijn van de vorige
regeringen verder. Er zijn nu al meer dan 50 delicten strafbaar met
GAS-boetes. Niets belet dat stakingen weldra ook worden aangepakt met
behulp van de wet op het antiterrorisme.”

De vakbonden aan het woord



Olivier Valentin (ACLVB), Marc Leemans (ACV), Rudy De Leeuw (ABVV) (© Mieke Van Dessel)

Op
een colloquium over het stakingsrecht is de deelname van de
vakbondsleiders evident. ACV-voorzitter Marc Leemans,
ABVV-voorzitter Rudy De Leeuw en Olivier Valentin, chef van de
studiedienst van het CGSLB (de Franstalige ACLVB) namen het woord.
Zijn vertolkten eensgezinde principiële standpunten en
relativeerden de inhoudelijke verschillen.

Valentin:
“We moeten terug de legitimiteit van vakbondsactie afdwingen in de
media, van het belang van CAO’s, van sociaal overleg want het is niet
alleen het stakingsrecht dat nu onder druk staat.”

Rudy
De Leeuw benadrukte nogmaals: “Stakingsrecht is mensenrecht. Zonder
dat recht, die stok achter de deur, die je niet per se altijd
gebruikt, maar waarvan je tegenstander weet dat je die hebt, zonder
dat middel is vakbondsstrijd voor sociale rechtvaardigheid
onmogelijk. De ILO heeft 70 jaar strijd gevoerd om dit recht
internationaal af te dwingen.”

“Overigens
zijn de rechtse krachten wél voor stakingen als hen dat goed
uitkomt. Zij vielen over elkaar heen om hun steun te betuigen voor de
stakingen van Solidarnosc in Polen tegen het communistisch regime
daar. Zodra de situatie in Polen was veranderd, waren zij er als de
kippen bij om de sociale strijd daar terug aan banden te leggen. De
eis voor minimale dienstverlening is een rechtstreekse aanval op de
sociale strijd. Het echte doel is ‘maximale’ dienstverlening aan de
laagste prijs, sociale afbraak, vernietiging van de vakbonden.”

Marc Leemans ging dieper in op de internationale dimensie van het
stakingsrecht. “Reeds in het Verdrag van Versailles van 1919
stonden clausules die werden overgenomen door de ILO waarin het recht
op sociale actie werd erkend. Het patronaat zat na de Eerste
Wereldoorlog in zak en as en moest wel ingaan op de sociale eisen
voor rechtvaardigheid. Daarna is hun strijd tegen de vakbonden terug
ingezet. Inderdaad, op de staking van de Poolse scheepswerven van
Gdansk kwam nooit patronale kritiek, tot ze daar zelf het roer in
handen kregen. In de ILO wordt de confrontatie met de werkgevers
alsmaar bitsiger. Je leest daar niets over in de media, maar de
internationale erkenning van onze sociale rechten is in gevaar. De
bedrijfswereld wil af van het sociaal overleg en zet al zijn energie
in op politieke lobbying bij de regeringspartijen.”

De gerechtelijke aanpak

Jean-François
Neven, raadsheer bij de Franstalige afdeling van het Arbeidshof van Brussel, drukte zijn bezorgdheid uit over de tendens om sociale
conflicten steeds meer voor de rechtbank te beslechten. Een recente
beslissing van het Europees Comité voor Sociale Rechten bepaalt dat
beperkingen van elementaire grondrechten, zoals het recht om deel te nemen
aan een stakingspiket, moeten gebaseerd zijn op een wet. Gerechtelijke
procedures in kortgeding zijn daarvoor ongeschikt. Ze zijn immers
onvoorspelbaar, omdat ze volledig van wisselvallige interpretaties van rechters
afhangen. Dit ondermijnt de rechtszekerheid.

Advocate
Marianne Petré is juridisch adviseur van de FGTB (ABVV). Zij lichtte de problematiek toe van de eenzijdige verzoeken aan de rechtbank. Die
procedure laat toe om sociale acties te doorbreken zonder dat de
betrokken partij gehoord wordt. Hoewel in theorie tijdelijk van aard
– in afwachting van een tegensprekelijke beoordeling en vonnis ten
gronde – hebben dergelijke eenzijdige beslissingen een definitief
effect, omdat ze de slagkracht van sociale acties ondermijnen.

Mathieu
Beys, assistent aan de ULB en auteur van het boek Quels droits face
à la police
 drukte zijn onrust uit over het alsmaar toenemend gebruik van politie en
deurwaarders om sociale acties te verbieden. Meer en meer wordt de
politie ingezet om stakingen te breken. Daarbij overtreedt de politie voortdurend verschillende wettelijke bepalingen. Daar wordt echter
nauwelijks tegen opgetreden. Als dat al gebeurt, is de betrokken
sociale actie al lang geneutraliseerd. Hij lichtte ook kort toe wat
een staker kan doen die met degelijke repressieve handelingen wordt
geconfronteerd.

Het
colloquium werd beëindigd met een debat tussen Frédéric Daerden
(PS), Peter Mertens (PVDA), Stefaan Vercamer (CD&V), Bjorn Roszka (Groen) en Sophie Wilmès (MR), waarbij vooral bekende
standpunten werden bevestigd.

Progress
Lawyers Network bundelde de toespraken op het colloquium en voegde er
een aantal relevante juridische analyses aan toe. De syllabus
‘Stakingsrecht: een bedreigd democratisch recht?” kan worden
verkregen bij www.progresslaw.net.

take down
the paywall
steun ons nu!