De nationale media hebben al sinds vorige week een fikse kluif aan het confederalisme annex ‘structurele sociaal-economische hervormingen’ non-debat van de N-VA, en het is ze gegund. Ondertussen gaat de transnationale en/of supranationale ondermijning van de Westerse democratieën, inbegrepen de onze, echter gestaag verder.
Op Europees niveau hebben we zoals bekend de jongste jaren al een en ander meegemaakt inzake het overhevelen van bevoegdheden naar schimmige – want weinig transparante en/of democratisch gecontroleerde – transnationaal opererende instanties (zoals daar zijn de Europese Centrale Bank, Ecofin, …), via de hele ‘economic governance’ infrastructuur.
Dat proces is nog volop aan de gang, tot groot jolijt van Zuid-Europese landen zoals bekend, maar ondertussen doemt alweer de volgende ondermijning van onze regimes, formerly known as ‘westerse liberale democratieën’, aan de einder op: het Transatlantische handels-en investeringspartnerschap tussen de VS en de EU.
George Monbiot doet een en ander omstandig uit de doeken, vandaag in de Guardian, o.m. het gevaar dat het investor-state dispute settlement mechanisme inhoudt voor de beleidsruimte van nationale politici in de toekomst. Maar in Vlaanderen horen we de mainstream media tot dusver vooral de lof prijzen van deze overeenkomst – zelfs het aftappen van Merkel’s telefoon door de NSA mag zeker geen roet in het eten gooien bij de onderhandelingen, want “de voordelen voor Europa inzake groei en gecreëerde jobs zouden aanzienlijk zijn”. Meer zuurstof voor de Europese bedrijven, zo je wil. Karel De Gucht zou het niet beter kunnen verwoorden. Met dergelijke media trek je als Europees commissaris graag naar de oorlog.
Toch vreemd dat al die zogezegd noodzakelijke veranderingen, waar op het eerste zicht wel wat voor te zeggen valt wegens schaalvergroting en vooral wegens de noodzaak om uitdagingen op het vereiste governance niveau aan te pakken (zoals het verzekeren van global public goods & het wegwerken van global public bads), at the end of the day vooral grote corporaties, banken en multinationals goed lijken uit te komen. Maar goed, blijkbaar is dit weer een van die enorm ingrijpende zaken die je als burger gewoon moet slikken, want “de wereld is aan het veranderen”, en je wil toch niet neergezet worden als een reactionair/conservatief. Enkel voor Bart De Wever is dat laatste blijkbaar een geuzennaam, niet voor de rest van ons Vlamingen.
Er rest de gemiddelde Europeaan niet veel meer dan volgend jaar bij de verkiezingen zijn middelvinger op te steken naar wat de Eurocraten bekokstoofd hebben de afgelopen jaren, maar dan gaat Henk modaal allicht weer bedacht worden met koosnaampjes als daar zijn ‘populist’, ‘extremist’, ‘euroscepticus’, ‘Europese Tea Party’, en meer van dat fraais. Door, jawel, Karel de Gucht en co.
Het blijft me verbazen dat het debat over deze transatlantische handels-en investeringsovereenkomst, en de manier waarop de onderhandelingen daarover achter de schermen gevoerd worden, niet echt woedt bij de Van de Cloots, Peersmans en De Keysers van deze wereld, terwijl bij het minste loonkosten-of BTW akkefietje alle economen en andere opiniemakers (voor zover die nog bestaan) driftig de pen ter hand nemen. En we zwijgen dan nog over de ‘nanny state’ verwijten die beleidsmakers naar hun hoofd geslingerd krijgen als ze een minimale belasting op pakweg suiker overwegen. Dan worden de grote woorden door Dedecker en co niet geschuwd en komt onze ‘vrijheid’ blijkbaar in het gedrang. Tja.
Arm Europa.