“Vroeger planden we het oogstseizoen rond de natte en droge maanden, maar nu weet je het niet meer”, zegt Teresita Duque, die rijst teelt in Central Luzon, de regio die van cruciaal belang is voor de Filipijnse rijstteelt. “De lucht wordt plotseling donker en het begint te regenen.”
Luzon, het grootste eiland van de Filipijnen, had al heel wat water moeten slikken van moessonregens en orkaan Haikui toen het op 6 en 7 augustus nog eens een hoeveelheid regen te verwerken kreeg die normaal op twee maanden valt. Bij de overstromingen en aardverschuivingen kwamen minstens 95 mensen om. Een miljoen mensen moesten hun huizen verlaten.
Lang onder water
Landbouwers, niet-gouvernementele organisaties en regering werken strategieën uit om de gevolgen van het losgeslagen klimaat in te dammen. Een van de oplossingen kan de submarino-rijst zijn, denken wetenschappers van het Internationaal Instituut voor Rijstonderzoek (IRRI).
Het gaat om een variëteit die twee weken helemaal onder water mag staan en op die manier beter bestand is tegen overstromingen. Toen Central Luzon vorig jaar door de orkanen Nessat en Nalgae getroffen werd, konden de boeren die submarino-rijst hadden geplant nog altijd een fatsoenlijke oogst binnenhalen.
Het IRRI ontwikkelt verschillende rijstvariëteiten die de klimaatwijziging moeten aankunnen en tegen overstromingen of droogte bestand zijn, zegt wetenschapper Glenn Gregorio. “Als je het over overstromingen hebt, zie je vaak beelden van stedelijke gebieden met drijvende auto’s en mensen die vastzitten op hun dak, maar het zijn de boeren die het zwaarst getroffen worden”, zegt Gregorio.
Inheemse soorten
In de zoektocht naar sterkere rijst moeten inheemse variëteiten voorrang krijgen en niet de hybride soorten die in laboratoria worden ontwikkeld, zegt Sarilaya, een organisatie die boeren zoals Duque ondersteunt. Voor de hybride soorten zijn chemische meststoffen nodig die op lange termijn schadelijk zijn voor de bodem en de bevolking. “Veel inheemse variëteiten moeten nog getest worden, maar de ervaring van onze boeren is dat inheemse variëteiten op lange termijn duurzamer zijn dan hybride”, zegt Pangging Santos van Sarilaya.
Sarilaya beschikt over een school voor landbouwers en ecologische modelboerderijen waar boeren hun eigen organische meststof en pesticiden uit plaatselijk beschikbare ingrediënten leren maken. Duque gaf vroeger minstens 178 euro uit voor haar gewassen, nu minder dan 12 euro, hoofdzakelijk voor organische meststof en pesticiden.
De strategie van Sarilaya past in de klimaatslimme landbouw die de Voedsel- en Landbouworganisatie (FAO) van de Verenigde Naties propageert. Klimaatslimme landbouw beoogt een duurzame verhoging van de productiviteit, met aandacht voor adaptatie (aanpassing aan het klimaat) en mitigatie (vermindering van de uitstoot van broeikasgassen) zonder de voedselzekerheid in het gedrang te brengen.
Zelfvoorzienend
De Filipijnse klimaatcommissie vreest dat het land zijn doelstellingen voor de rijstproductie niet haalt. In 2010 stonden de Filipijnen bovenaan op de lijst van rijstimporteurs door de aankoop van 2,5 miljoen ton.
Het land probeert meer zelfvoorzienend te zijn. Vorig jaar daalde de rijstimport tot 860.000 ton. Maar de overstromingen hebben die inspanningen dit jaar doorkruist.
Door hun ligging behoren de Filipijnen tot de meest kwetsbare gebieden ter wereld voor orkanen.