Chiquita betaalde Colombiaanse paramilitairen

Chiquita heeft altijd beweerd dat de betalingen aan Colombiaanse guerilla’s en paramilitaire groepen het gevolg waren van afpersing. Nieuw vrijgekomen archiefstukken wijzen er echter sterk op dat de bananenreus de groepen wel degelijk actief heeft ingehuurd voor beveiliging.

vrijdag 8 april 2011 16:10
Spread the love

In 2007 kwam Chiquita nog tot een schikking met het Amerikaanse ministerie van Justitie. Het bedrijf moest 25 miljoen dollar (17 miljoen euro) betalen omdat het sinds 1997 betalingen had gedaan aan de paramilitaire groep de AUC in de regio Urabá. Die staat sinds 2001 op de Amerikaanse lijst van terroristische organisaties. De schikking was gebaseerd op de verklaring van Chiquita dat het om verplicht “beschermingsgeld” ging en dat er nooit een werkelijke dienst tegenover had gestaan.

Nieuwe documenten, verkregen door de onderzoeksgroep National Security Archive (NSA), zetten daar echter grote vraagtekens bij. De documenten gaan over verschillende “sensitieve betalingen” die het bedrijf sinds 1990 deed, zowel aan linkse guerillagroepen als aan rechtse paramilitairen. 

Banadex

Een ervan is een memo uit 2000 over een gesprek tussen een hoge baas van Chiquita aan managers van het dochterbedrijf Banadex. Dat gesprek gaat over een mantelbedrijf dat de paramilitairen hebben opgezet om te verhullen “dat hun echte doel het bieden van beveiliging” aan Banadex is. Een van de managers zegt in de memo: “We moeten doorgaan met de betalingen, want we kunnen van het leger geen steun van hetzelfde niveau krijgen.”

Volgens Michael Evans van NSA logenstraft deze deal de feiten waar de schikking op was gebaseerd. “Wat we nog niet weten is waarom de Amerikaanse aanklagers dit over het hoofd hebben gezien.”

Volgens een woordvoerder van Chiquita “deed Chiquita de betalingen enkel vanwege een gegronde angst voor wraak tegen werknemers als het bedrijf zou weigeren”. Het ministerie van Justitie heeft volgens hem alle documenten onderzocht en vond “geen bewijs dat Chiquita deelhad aan de moordzuchtige doelen van de terroristische organisaties”. Het ministerie zelf geeft geen commentaar.

Bendes

De AUC zou in 2006 opgeheven zijn, maar de criminele bendes die eruit ontstonden, blijven nog steeds grote delen van het land beheersen. Volgens critici heeft Bogota niet genoeg gedaan om dit soort paramilitaire groepen te ontmantelen en is de tijd nog lang niet rijp voor het vrijhandelsverdrag dat de Amerikaanse regering met Colombia wil sluiten.

Het aantal van dit soort gevallen neemt namelijk toe, meent Gimena Sanchez van de Washington Office on Latin America. “Op dit moment loopt er een aanklacht tegen 23 palmoliebazen in de Chocoregio wegens banden met paramilitairen en gewelddadige onteigening.”

Zorgwekkend is ook de betrokkenheid van het Colombiaanse leger en de regering. Verschillende documenten suggereren dat zij de betalingen hebben gefaciliteerd en er zelfs een graantje van meepikten. Terwijl het geld begin jaren negentig nog naar linkse guerillagroepen ging, blijkt uit een memo uit 1993 dat het leger de ontvanger was geworden. Uit een memo uit 1998 blijkt dat er intussen geld naar de AUC ging, via door de staat erkende milities.

De 5500 pagina’s aan interne Chiquita-memo’s zijn verkregen met een beroep op de Freedom of Information Act. De kans is groot dat ze een rol gaan spelen in de processen die nabestaanden van vermoorde Colombianen hebben aangespannen tegen Chiquita.

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!