De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

Wie is Jonathan Holslag en waar wil hij met ons naartoe? Bedenkingen bij het grote Humo-interview.

zaterdag 9 juli 2022 16:33
Spread the love

(Bedenkingen geschreven in briefvorm gericht aan de politicoloog in kwestie. Gevolgd door een uittreksel uit het interview met slaviste Lien Verpoest (KU Leuven) dat net verscheen in De Standaard van 9 juli. De lange termijn-visie en grondige vertrouwdheid met Rusland plaatst de assertieve visie van prof Holslag in een ander licht).

Beste Jonathan Holslag,

 

Met levendige, kritische belangstelling en grote sympathie heb ik uw interview in Humo van 1 juli 2022 gelezen en er mijn geest laten over gaan in een reeks overdenkingen. Graag mag ik een en ander delen met u en uw trouwe lezers.

Uw stem is een van de Stemmen in dit eerste deel van de eeuw, na 2000. Onvergelijkelijk is de blik en de boodschap; onder andere gekenmerkt door bijzondere eigenschappen zoals uitstekende informatiebronnen en heuristiek, dappere, confronterende, diepgravende en pertinente analyses en argumenteringen, die kortzichtig eigenbelang ontberen, grote liefde voor uw land en uw landschap, strijdvaardigheid in het appeleren aan ieder die verantwoordelijkheid draagt (in wat ik zelf in de bio bij mijn blog (DWM) heb genoemd “Het gebrek aan vitaliteit, aan trots, aan sociale cohesie, aan resilience in onze gemeenschap”). Ik stel vast dat u sinds het laatste grote interview, in DS, een jaar of zes terug, uw unieke en ambitieuze standpunten en gezichtspunten nog in grote mate verfijnd hebt. Ze zijn nu meer overtuigend dan ooit; de looop van de geschiedenis geeft u ook jaar na jaar meer gelijk. De oorlog op drie uur van onze grens heeft u zowel stof tot denken als een aansporing geboden, zo lijkt het. U is de urgentie duidelijk.

 

Persoonlijk moet ik mijn vorig verzet tegen uw soms heftige kritieken aan onze politici en aan de consumenten in de “overvloedsmaatschappij” (Piet Nijs) noodgedwongen afbouwen. De toestand is stilaan dramatisch. De zeven magere jaren uit de Bijbelse profetische teksten kondigen zich aan. Persoonlijk heb ik weinig moeite om u in de afkeuring van gevoerd beleid & gevoerde levensstijl van de burger te volgen: als kind in de jaren zeventig had ik al op meer intuïtieve wijze weet van de grote schade die aan de Natuur en het milieu, het grotere kader dat ons draagt, werd aangericht. De groene partij en groene filosofen boden toen al doeltreffende referentiekaders om de ziekte te zien en gezondmakingswegen voor te stellen.

Ik zie overigens met genoegen gelijkenis in de manier waarop uw persoonlijkheid en visie zijn gegroeid en de mijne. Ook wij werden door een sterke moeder die op eigen benen stond, opgevoed en kansen geboden. Je leert dan onafhankelijk kijken (Oscar Van den Boogaard schreef deze week op Instagram dat zijn type moeder hem maakte tot een Observator). Je leert als oudste zoon in een eenoudergezin mee verantwoordelijkheid dragen en uitkijken naar potentiële gevaren. In relatieve armoede en soberheid opgroeien kan een krachtige leermeester zijn. Bourgeon laat een van zijn personages in “De gezellen van de schemering” zeggen: wie in de marge opgroeit, in sociale afzondering en relatieve armoede, ontwikkelt soms het talent van “le devinage”: het raden, het doorgronden van diepere werkelijkheid, het voorspellen van de toekomst, een helderziende blik.

 

De energietransitie die de natuurlijke bodem van de maatschappij (Natuur en Biodiversiteit) en de ‘klimaatredelijkheid” moet bewaren, loopt inderdaad veel te traag; het gevolg is een drama dat op ons allen afkomt. U weet dat ik zelf meer dan 20 klimaatbetogingen heb meegemaakt. Ook die jongeren zijn zonder meer hedendaagse Profeten. Ook militair-geo-politiek zullen de uitdagingen zeer groot worden, met autoritaire regimes als China en Rusland die kapitaalkrachtig (en vanuit ressentiment) militair tot actie (willen) komen om meer mee te tellen, gekrenkte nationale trots bij te werken & meer economische welvaart en dominante macht op het wereldtoneel binnen te rijven.

Ik onthoud uit uw antwoorden aan Jan Antonissen overigens het begrip “consumptieverslaving”; daar kan best dadelijk harde actie tegen volgen, dat zou m.i. nuttiger zijn dan de domme, lelijke acties tegen tabak. Ik deel verder nog van voor ik uw stem hoorde, de visie dat westerse mogendheden Poetin veel te veel ruimte hebben gegeven, niet alleen na de 300 doden van vlucht MH17. Ik moet voorts uw aanklacht onderschrijven dat “onze politici bijzonder weinig moed aan de dag leggen om de bevolking ervan te overtuigen dat de massale aankoop van Russische brandstoffen en Chinese troep niet alleen tegen onze democratische waarden ingaat, maar ook tegen ons eigenbelang: we maken onze rivalen sterker”. Het democratische systeem is sinds de dood van Churchill midden jaren zestig tegen zijn grenzen aan gelopen. Wij hebber er dictators mee kunnen weg houden, maar we hebben eerder lauwe figuren gekregen, die geen visionair en dapper leiderschap boden. Uw verstaan van leiderschap als de persoon die het gedrag van mensen verandert,en niet achterop loopt, deel ik. Evenals de geringschatting van de verwezenlijkingen van de N-VA en hun nochtans niet domme leider.

 

Met genoegen verneem ik in Humo dat u de daad bij het woord voegt, en met uw buren praat en lokaal probeert dingen beter te maken. Dat u schrijft uit vaderlandsliefde en als gelovige in het Europese humanisme. Omwille van dit soort “bewezen diensten” heb ik zelf de nationale onderscheiding van Ridder in de Kroonorde ontvangen, zoals u weet. U en ik staan dicht bij elkaar. Heel terecht en mooi lees ik dat u beseft dat de neoliberale denker de mens reduceert, dat de leden van de soort ‘Homo sapiens’ ook emotie verlangen en zelfs mystiek, dat wij als mensen complexe wezens zijn. (Persoonlijk heb ik die religieuze, mystieke kant mogen uitwerken en tijd gegeven, elke levensloop is persoonlijk). Een sluitstuk in uw betoog is dat wij moeten bereid zijn offers te brengen. Dat heb ik geleerd van onze moeder, die een levend voorbeeld bood. Die offerbereidheid, die offervaardigheid, die leeft bij frontsoldaten die als ware “band of brothers” te werk gaan, lijkt grotendeels verloren gegaan; tenzij als onderdanige harde werker voor een baas misschien…

 

Uw ideaal dat elke mens een Strijder dient te zijn, is ook het mijne. “Een strijder bewaakt het evenwicht tussen zijn eigen kortetermijnbelang en het langetermijnbelang van het grotere geheel waarvan hij deel uit maakt”. “Democratie is een inspanning”. Het blijft een vraagteken waarom de volwassen en intussen op rust gestelde generatie dit niet heeft weten uit te leggen aan jong en oud. Wellicht was land en volk oorlogsmoe na mei 1945, en heeft men zich collectief op heropbouw, vergeten en genieten gestort.

 

Een basisbesef dat u formuleert, dat welvaart en comfort en veiligheid niét verworven zijn, is ook mijn latent bewustzijn sinds de jaren tachtig. De maatschappij lijkt aan een soort sociale versie van de wet der traagheid te lijden. Besef van bepaalde tectonische veranderingen en dreigingen dringt maar super traag door. Weinigen hebben feeling voor de bodem van hun existentie; en voor de eeuwige kwetsbaarheid daarvan; en van de zorg die deze bodem nodig heeft (je kunt dat metaforisch en tegelijk super tastbaar terug zien in het beruchte gebrek aan zorg voor de bodem die onze landbouwvruchten moet voortbrengen, zoals een Louis De Jaeger dit in boek en berichten documenteert). De oorlog die de Russen begonnen, dat is ook teveel een blinde vlek bij beleid én burgers, inderdaad. Met het vieren mijn zestigste verjaardag vorige week zaten wij in familie samen met vier professoren-intellectuele partners; het exposé dat ik er gaf eindigde met een sombere waarschuwing die u in Humo liet optekenen: het gevaar dat Russische kernwapens ons geliefde Vlaams-Brabant definitieve destructie toebrengen, lijkt mij reëel en echt nog niet van de tafel.

 

Wat de opvoeding en de persoon betreft; waarden als authenticiteit, discipline en enthousiast ten volle leven (zoals in het vierde evangelie aangeprezen wordt) vormen ook mijn DNA, wat ik goed vind. Mooi is uw bewustzijn over de transcendente dimensie. Ik schreef het gisteren nog: er zijn dingen die de mens, tot hoeveel die ook in staat is door de combinatie van wetenschap, kapitaal en technologie, overstijgen. Essentialia zoals God, Natuur en Lot. Aan de lezer kan ik aanbevelen het vermogen te ontwikkelen je op te trekken aan mensen, dat u geholpen heeft. Ik weet dat veel lezers zich aan u optrekken, zoals u zich hebt opgetrokken aan uw leraars in het middelbaar onderwijs, een scenario dat ook mij bekend is.

 

Ik vraag mij overigens af hoe het komt dat niet meer mensen onze visie delen: dat het leven wonderbaar mooi is (in de woorden van Mark Eyskens: een geschenk), en dat je er tegelijk moet voor strijden én het altijd moet kunnen loslaten. Blijkbaar is dat een attitude die de waardevolle Verlichting faalde ons bij te brengen. Zoals u ben ik echter helemaal geen pessimist, maar een “meliorist”: de wereld en de mens zijn verbeterbaar. Ik stel mijn ultieme hoop voor de komende lastige, minder comfortabele, minder rijke en gevaarlijke jaren op de verborgen maar grote zin voor adaptatie die mensen bovenal kenmerkt: als de nood het hoogst is, is vaak de redding nabij. De houding van Churchill en de Londenaren tijdens de Blitz vanwege de Luftwaffe, blijft inspireren. De Unesco ziet als gemene deler van alle culturen juist dit: Creativiteit.

 

 

Solide Waarheid, zoals u die brengt, is bovendien briljant, ze komt vaak juist bovendrijven in turbulente of donkere omstandigheden. Zoals de studie van de geschiedenis in haar geheel hoopvol is en een krachtbron, en de studie van de Natuur met haar duizenden mechanismen die LevensBehoud mogelijk maken en bevorderen (zoals we die bij Dirk Draulans helder mogen leren kennen). “Soms moet het heel erg donker worden, voor de mens het kleine lichtje van de uitweg ziet”, concludeerde onze vriend Piet Nijs (filosoof en psychiater) al rond de eeuwwisseling, na duizenden mensen te beluisteren die door hun persoonlijke dorre vlakte, hun frontlijnen, hun koude bergen gingen. Voor wie actief zoekt, zullen er altijd bronnen van perspectief en hoop te vinden zijn. De Grieken én de oude Chinezen wisten het al: juist in de Crisis schuilt veel Kans op positieve verandering.

 

N.B. Een lacune in het wereldbeeld van Holslag

Naast alle instemming en waardering is en blijft er al jaren een soort bug in de heftige aansporing – steeds gekoppeld aan vrij veel veroordelingen, vaak in termen van superlatieven gebracht – aan de Europese en nationale populatie die Holslag brengt en belichaamt.

Hij ziet als beste uitweg naar een min of meer goed toekomst een aantal gedragswijzigingen, waarbij “productiviteit” altijd een belangrijke plaats inneemt.

Om daarin overtuigend te zijn zal de denker en politicoloog toch met een oplossing moeten komen voor volgend probleem, dat al geruime tijd onze economische slagkracht en toekomst ondergraaft, en in ons land wel in toenemende mate.

Ik heb het dan over de tanende geestelijke fitheid. De geestelijke gezondheid (GGZ). Hoe kan je verwachten dat de werknemers, die in dit land jarenlang aan de kop stonden wat productiviteit betreft, nog meer en nog beter gaan productief zijn, als uit recente cijfers blijkt dat meer en meer mensen thuis zitten met burn out? In vier jaar tijd, sinds 2018, is het cijfer met 66 procent gestegen. Ook depressie woekert stilaan en houdt veel mensen thuis.

Holslag pleit er voor om naast “voedselveiligheid” ook aan de slag te gaan met responsabiliserende termen als “energieveiligheid” en “consumptieveiligheid” (niet te veel prullen kopen uit China); daarnaast kan zijn wervende beeld alleen maar in waarde toenemen, en belangrijker nog, kan onze samenleving zich sterkeren soepeler maken, als wij leren denken en doen in termen van “gezondheidsveiligheid”.

 

3. Uittreksel uit het interview met slaviste Lien Verpoest in De Standaard. Wie Rusland en de Russen beter kent, lijkt niet zo snel geneigd vooral militair te reageren.

 

‘De EU wil niet zien hoeveel weerstand ze oproept in Moskou’

Lien Verpoest kent de Russen én de Oekraïners. De slaviste weet precies waar de broedervolkeren elkaar verloren. Voor Europa heeft ze een duidelijke opdracht. ‘We moeten de hele Oost-Europese regio ­eindelijk beter leren begrijpen.’   Door Kasper Goethals

“De Russen voelen zich uitgespuwd, vernederd en gekleieneerd”

De avond voor Rusland de invasie van ­Oekraïne begon, op 23 februari, zat Lien Verpoest (44) met collega’s uit Oekraïne, Rusland en Wit-Rusland aan tafel in Leuven. Haar team was eerder die week een onderzoek begonnen naar monumenten en erfgoed op de Krim. De bedoeling was om te onderzoeken hoe de geschiedenis onderdeel wordt van de strijd tussen Rusland en Oekraïne. Maar die avond drong de actualiteit zich op. ‘De Rus in ons gezelschap had de meeste realiteitszin. Hij verwachtte dat áls Poetin zou binnenvallen, hij tot Kiev zou willen gaan.’

Toch had niemand kunnen voorspellen wat de volgende ochtend gebeurde. In heel Oekraïne werden steden gebombardeerd. Tanks reden door de straten. Achttien­jarigen trokken naar het front. ‘De Oekraïense collega’s waren totaal in shock’, zegt Verpoest. Hun families waren in gevaar. ‘De Rus en de Wit-Rus, kritische academici die al lang niet meer in hun thuisland wonen, schommelden tussen shock en schaamte.’ Ook voor Verpoest was het erg pijnlijk. Plots dreigde de kloof ­onoverbrugbaar te worden. ‘Soms krijg ik genoeg van de actualiteit. Dan is het fijn dat ik in de geschiedenis en de longue ­durée kan vluchten.’

 

 

(…)Die geschiedenis helpt om het heden te begrijpen. ‘Zeggen dat de oorlog in de sterren geschreven stond, zou te ver gaan. Maar helemaal verwonderlijk is hij ook niet. Dit is geen plotse daad van Russische waanzin. Het discours is de voorbije twintig jaar gradueel verbitterd.’

Verpoest ziet al sinds haar doctoraats­onderzoek, in de vroege jaren 2000, hoe het Westen zich verkijkt op Rusland. ‘We vinden dit irrationeel gedrag. Deze oorlog is ook niet rationeel, maar hij past wel in een – weliswaar andere – logica. Als je naar de voorbije twee- tot driehonderd jaar kijkt, zie je trouwens dat de relatie tussen Europa en Rusland altijd moeizaam is geweest. Dit is dus back to normal, de voorbije drie decennia waren de anomalie. We hebben die frustratie totaal niet gecapteerd.’ (…)

Hoe moeten we dat begrijpen?

We hebben vanuit Europa lang niet naar Rusland gekeken. We zijn totaal ­geschokt, maar Rusland is niet wispelturig of onvoorspelbaar. Moskou zegt al twintig jaar hetzelfde, we hebben het gewoon niet willen horen. Het idee van een Russkiy Mir – een Russische wereld die als een grootmacht gebaseerd op tradities en geschiedenis naar buiten treedt – is een ­coherent verhaal. Maar wij vonden het achterhaald, conservatief en 19de-eeuws en hebben ons er nauwelijks in verdiept. We waren blind voor wat zich voor onze ogen ­afspeelde.’ (…)

Wat is de bron van ons onbegrip?

‘Wij gaan uit van een permanent vooruitgangsdenken. We houden de geschiedenis kritisch tegen het licht. De Russische traditionalisten, naar wie Poetin teruggrijpt, willen het verleden juist in ere herstellen. Ze vinden de geschiedenis van wereldheerschappij niet iets om je voor te schamen, maar juist iets om opnieuw naar te streven.

Dat verklaart waarom de jaren 90, toen Rusland zijn status van grootmacht verloor, als zo traumatisch worden ervaren. En het verklaart de aandacht van Poetin voor de nationale geschiedenis. Hij wilde terug naar dat coherente verhaal.’ (…)

De Russen voelen zich onheus behandeld.

‘In de Russische media gaat het over de “schandalige russofobie”. Ze voelen zich vernederd. Ze zijn te veel verwesterst, zeggen ze. Youtube, McDonald’s, Instagram, ze hebben dat niet nodig. Ze gaan het zelf doen. Zelfs vliegtuigonderdelen hebben ze niet meer nodig. De grote vraag voor de toekomst van Rusland is of dat zal lukken en of de bevolking dat zal blijven pikken. De mensen zijn gewend geraakt aan reizen en luxe.’

‘Voor ons is de uitdaging om niet in een simpel narratief van goed en kwaad mee te stappen. We moeten eindelijk proberen te begrijpen waar die boosheid vandaan komt. Waarom voelen de Russen zich vernederd?’

Waar is de onvrede ontstaan?

‘In sommige kringen hoor je soms dat de uitbreiding van de Navo aan de basis ligt van de Russische woede, of zelfs van de oorlog. Het is toch wat complexer dan dat. Het klopt dat de Navo beloftes heeft verbroken die na de val van Sovjet-Unie zijn gemaakt. Maar als je het Russische debat bestudeert, zie je dat de frustratie over de Europese Unie veel dominanter is dan die over de Verenigde Staten of de Navo. Europa was altijd een toetssteen voor Rusland. Daardoor zijn de misverstanden persoonlijker. De Russen voelen zich uitgespuwd, vernederd en gekleineerd. Ze hebben het gevoel dat ze door Europa de les worden gespeld.’

Klopt daar iets van?

‘Rusland ervaart al langer groot paternalisme in de houding van de EU. Na de val van de Sovjet-Unie was de bereidheid tot toe­nadering en samenwerking groot. Er werden allerlei verdragen afgesloten. En toen Poetin aan de macht kwam, bleef hij de ­focus leggen op wat we gemeenschappelijk hebben. Hij citeerde tsaar Peter de Grote en diens “venster op Europa”. Tegelijk stuurde hij bij: “Ja, ik wil samenwerken, maar alleen als het in ons nationale belang is.” Hij deed het nationalisme ook opleven. De herinneringscultuur rond de Grote ­Patriottische Oorlog, de Tweede Wereldoorlog, droeg daartoe bij.’

‘De uitbreiding van de Navo en de Europese Unie naar voormalige Sovjetrepublieken leidde tot irritatie. Rusland zat plots met het probleem Kaliningrad, dat als ­enclave tussen de twee EU-lidstaten Polen en Litouwen kwam te liggen. De EU sprak van een “ring van vrienden” langs de oostgrenzen. Rusland wilde niet in hetzelfde rijtje worden geplaatst als Oekraïne en Wit-Rusland. Poetin zei: “Sorry, wij zijn niet een van jullie friends. We zijn jullie grootste gasleverancier. We eisen een aparte status.” Goed, die kreeg hij ook, maar de ergernis nam toe. De breuk kwam er in 2009, na het Verdrag van Lissabon. De EU kwam met het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie en het discours over normen en waarden nam enorm toe. Het werd ook onderdeel van de buitenlandse betrekkingen.’

Rusland struikelt over onze omgang met homoseksualiteit.

‘De grotere rol voor een normen-en-waardendiscours in het Europese buitenlandse beleid stuit er op weerstand. In de Doema reageerden parlementariërs: “Wij zijn ook een Europees land, maar wij delen jullie waarden niet. Wie zijn jullie om de Europese waarden te claimen?” Ze wilden gerust onderhandelen over gas, handel, energie en veiligheid, maar over die waarden was de kloof onoverbrugbaar. Ik begrijp de ­Europese reflex om op zoek te gaan naar wat ons bindt, en hoe we minderheden kunnen beschermen. Ik deel die waarden. Maar we hebben totaal niet ingezien wat dat discours heeft teweeggebracht in Rusland.’

Creative Commons

take down
the paywall
steun ons nu!