De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

Europees Extreem-Rechts en hun steun aan het Syrische regime.

Europees Extreem-Rechts en hun steun aan het Syrische regime.

Wat heeft Europees Extreem-Rechts met Syrië te maken en waarom zouden zij steun verlenen aan het Assad regime? En waarom verspreiden grote delen van Links rechtse propaganda en weigeren de Syrische Revolutie te erkennen?

woensdag 7 mei 2014 22:41
Spread the love

Origineel in
het Arabisch door Hisham Al Ashqar voor
Al-Manshour
Vertaald naar het Engels door Laila
Attar and Ubiydah Mobarak
voor
Tahrir-ICN

Vertaald uit
het Engels naar het Nederlands door
Oriana P. Roerkraeyer

Een tijdje geleden en voornamelijk tijdens de aanvang van
het revolutionaire proces in de Arabische regio, doken er berichten op van
fascistische en extreem-rechtse groeperingen die naar Syrië reisden om hun solidariteit
te betuigen aan het regime. Blijkbaar scoort de Syrische kwestie hoog op de
agenda van Europees Extreem-Rechts.  Zou
men daarom kunnen stellen dat de meerderheid van Europees Extreem-Rechts het
Assad regime steunt en een positie tegen de Syrische revolutie inneemt?
Bijna twee decennia geleden begonnen meerdere rechtse en extreem-rechtse
partijen en groeperingen relaties aan te knopen met het regime in Syria.  Zo was er bijvoorbeeld de communicatie tussen
Frans Rechts en het Syrische regime die al dateert van in de jaren negentig. Vele
bezoeken volgden en één van de meest opvallende was wel die van Frederic
Chatillon
, de voorzitter van de extreem-rechtse studentengroep “Groupe Union
Defense”
.  Frederic Chatillon is dezer
dagen zeer nauw betrokken met Marine Le Pen, de huidige president van de Franse
partij “Front National”. Tijdens zijn bezoek in 1994 ontmoette hij de
toenmalige Minister van Defensie, Mustafa Tlass.

In het eerste decennium van deze eeuw nam het aantal van
dit soort bezoeken toe met een sterke stijging vanaf 2006.  De meesten vonden plaats in Libanon, de
gebruikelijke ontmoetingsplaats voor buitenlandse bezoekers en de Syrische
Socialistische Nationalistische partij, een bondgenoot van het Syrische
regime.  Zowel Frederic Chatillon als
Alain Saural waren enkele van de meest prominente van die gasten. De relatie
blijft trouwens niet beperkt tot enkel de officiële bezoeken en politieke
discussies, maar strekt zich ook uit tot het bedrijfsleven.  In 2009 bijvoorbeeld richtte “Riwal”, een
onderneming die toebehoort aan Chatillon, het bedrijf “Riwal-Syrië” op en dit
specifiek om economische relaties te ontwikkelen tussen Syrische en Franse
bedrijven.

Bij het begin van de opstand in Syrië in maart 2011 begon Extreem-Rechts het
Syrische regime op verschillende manieren bij te staan. Frederic Chatillon was
de eerste die Assad openlijk steunde. 
Sinds de vroege dagen van de revolutie beschuldigde Chatillon de
demonstranten ervan pionnen van de Zionistische lobby te zijn, een lobby die
Syrië wil destabiliseren.  In oktober van
hetzelfde jaar organiseerde Chatillon zelfs een pro-Assad manifestatie in
Parijs.  Zijn bedrijf “Riwal”
onderschrijft nog steeds de nieuws site “InfoSyrie”, een site die campagne
voert voor het Assad regime.

Mettertijd kwamen er meer en meer extreem-rechtse manifestaties ter
ondersteuning van het regime en dit in verschillende Europese steden zoals
Rome, Warschau en Genève terwijl verschillende bezoeken als sympathie betuiging
werden afgelegd, met name de “fact-finding mission” van juni 2013.  Verschillende Europese extreem-rechtse vooraanstaanden
namen deel aan dit bezoek zoals Nick Griffin, MP in het Lagerhuis, maar ook
Filip Dewinter, afgevaardigde van het Vlaamse Parlement in België. In sommige
gevallen bereikte de steun het niveau van mee te vechten met de troepen van
Assad in Syrië zelf, zoals de Griekse neo-nazi groepering “Zwarte Lelie” (Mavros
Krinos
) verklaarde.  Er werden ook veel meetings
en happenings gehouden, georganiseerd door Extreem-Rechts, met als doelstelling
de Syrische situatie te bespreken en dan voornamelijk hoe het beste steun
verlenen aan het Assad regime.  De meest
opvallende was het Boreale Festival dat op 12 september 2013 in Kanto, Italië plaatsvond
in aanwezigheid van een groot aantal Europese fascisten.  Paradoxaal genoeg opende de burgemeester van
Kanto en gastheer van het evenement zijn toespraak met woorden van Rosa
Luxemburg! 

Waarom steunt Extreem-Rechts
het Syrische regime?

In haar gedegen artikel “ Wie zijn de fascistische Assad supporters?” schrijft
Leila Shrooms dit toe aan:

“Anti-imperialistisch/anti-globalistisch sentiment met een sterke focus op
nationale staten (men gelooft dat het Assad regime de Syrische staat tegen VS
imperialisme beschermt), Islamofobie (men gelooft dat het Assad regime tegen Islamitische
extremisten vecht), Anti-semitisme (men gelooft dat het Assad regime een
weerstand is tegen Israel)”

Dan is er ook nog Serge Ayoub, de leider van de extreem-rechtse organisatie
Derde Weg, Troisieme Voie, dat sinds de zomer van 2013 verboden werd.  Op 2 februari 2013 organiseerde ook hij een
mars ter ondersteuning van het Syrische Assad regime.  De reden voor zijn steun wordt duidelijk in
zijn antwoord op de volgende vraag: “waarom nemen Syrische aanhangers van het
Assad regime deel aan deze demonstratie?” 
Ayoub antwoordt: “Waarom zijn de Syriërs met ons? Natuurlijk, het is
onze plicht hun doel te ondersteunen! 
Syrië is een natie, een thuisland, een socialistisch land met nationale
suprematie.  Zij vechten voor
seculariteit en zij lopen kans het doelwit te zijn van een aanval van het
imperialistische Amerika, van de globalisering en haar salfistische bedienden
en Qatari- en Saudi huurlingen. Het doel is om de staat te vernietigen.”

We vinden in Ayoub’s relaas alle redenen terug die door
Leila Shrooms werden voorgehouden behalve de reden van de weerstand tegen
Israel.   Extreem-Rechts steekt haar
afkeer van Israel niet onder stoelen of banken, zoals we bij Chatillon kunnen
zien. Paradoxaal genoeg zwaaiden in de manifestatie de aanhangers van Ayoub,
die zichzelf omschrijven als Franse revolutionaire nationalisten en die de
steun van vele Franse en Europese fascistische organisaties genieten, met de
foto’s van vijf persoonlijkheden: Bashar Al Assad, naast dat van de Russische
president Poetin, de Wit-Russische president Loekasjenko, de Venezolaanse
Ex-president Chavez en de nationale Servische Draga Mihailovic. Er werden ook vele
vlaggen geheven zoals de Syrische, Franse, Russische, Venezolaanse en Cubaanse.

De redenen voor deze steun van extreem-rechtse
organisaties enerzijds en de organisaties die hen bekritiseren anderzijds
roepen vele vragen op zoals: “waarom was dit Rechts geen bondgenoot van Syrië
tegen Israel voor de jaren negentig? Waarom nam dit Rechts van in het begin een
positie in tegen de Syrische revolutie en voor de opkomst van de gewapende
extremistische Islamitische bewegingen? En wat is de waarheid achter deze
anti-imperialistische en anti-globalisering houding van Rechts?”  Om de achtergrond en de logica van de positie
van Rechts te tonen met betrekking tot de situatie in Syrië moeten we teruggaan
in de tijd, zo’n 25 jaar geleden toen, met de val van de Berlijnse muur, een
nieuwe historische fase begon.

De herdefiniëring van de vijand: van de communistische dreiging
tot de dreiging van het Amerikaanse model.

In zijn boek “De Anatomie van het Fascisme” stelt Paxton
dat fascistische bewegingen steeds behoefte hebben aan een vijand die de overweldigende
crisissen die onze samenleving bij storm nemen symboliseert en die de massa
voorstuwt om zich te verenigen onder de vlag van de Redder/Leider.  Tegen het einde van de Koude Oorlog
beschouwden de meeste Noord-Europese extreem-rechtse bewegingen de Sovjet-Unie
als dit vijand-symbool.  In die mate
zelfs dat Jean-Marie Le Pen, de leider van de extreem-rechtse Franse partij
Front National, beweerde dat hij niet alleen in de politieke arena maar ook op
economisch gebied de erfenis droeg van Winston Churchill, Douglas McArthur en
Ronald Reagan (1). Tenslotte had het Front National de liberale economie tot
eind jaren tachtig verheerlijkt en verdedigd (2).  In deze context leidde de val van het
communisme niet alleen tot een crisis bij Links, echter het ging verder dan dat
en bereikte Extreem-Rechts dat plotsklaps haar belangrijkste vijand zag verloren
gaan en dus ook de basis van haar politieke discours.  De heroverweging en herwaardering die plaatsvond
bij een aantal leden van Rechts leidde tot de adoptie van ideeën van
rechts-ideologische groeperingen zoals GRECE (Groupement de Recherche et
d’Études pour la Civilisation Européenne)
, een groepering die ontstond in de
jaren zestig en die de theorie van de culturele verschillen ontwikkelde en zich
tegen rassenvermenging verzet omdat het een gevaar zou vormen voor de
identiteit van naties. Vandaaruit werden de Verenigde Staten de nieuwe vijand
en het nieuwe symbool en dit om verschillende redenen:

– culturele en politieke Amerikaanse dominantie vormt een bedreiging voor de
nationale identiteit.

– het Amerikaanse model weerspiegelt een aanwezigheid en
mix tussen verschillende rassen en culturen, ongeacht het feit dat racisme en
ongelijkheid in dit model geworteld zitten.

De herdefiniëring van de vijand heeft deze rechtse
krachten gedwongen om veel van hun politieke en economische standpunten te
heroverwegen zodat ze pasten in hun nieuwe ideologische positie. Het is belangrijk
om te herinneren dat Extreem-Rechts en de belangrijkste fascistische partijen
voornamelijk pragmatische partijen zijn die niet aarzelen hun belangrijkste
standpunten te herzien en dit vooral met betrekking op de economie.   Zij baseren
zich namelijk niet op een vaste lijn of positie op dit terrein maar fluctueren in
plaats daarvan volgens de politieke variabelen (3) om hun doelstellingen te
bereiken, met name success en macht (4). 
Het is om deze reden dat Rechts noodzakelijkerwijze een verhoogde
vijandigheid ontwikkelde ten opzichte van de Verenigde Staten en de nieuwe
politieke orde, zoals het economisch neo-liberalisme en de globalisering, en relaties
aangaat met degenen die zij als vijanden beschouwen van deze politieke orde.  Zoals bijvoorbeeld Jean-Marie Le Pen die al
sinds mid jaren zeventig de bondgenoot is van de Libanese extreem-rechtse Phalanges
partij.  Tijdens zijn bezoek aan Beiroet
in 2002 probeerde hij, tevergeefs, een ontmoeting te regelen met Ayatullah
Fadlallah, een man die nauwe banden onderhoudt met Hezbollah.  Deze herdefiniëring van de vijand is wat de
toenadering verklaart tussen Hezbollah en het Syrische regime, iets wat op een
bescheiden manier begon in de jaren negentig maar de afgelopen tien jaar een
meer solide vorm aannam en stevig kwam zitten verankerd.

Het nieuwe Extreem-Rechts: “Links in haar werk, Rechts in haar
waarden!?…”

De transformatie die Rechts onderging, enerzijds door de herdefiniëring van
haar vijand en anderzijds door het bijsturen van haar prioriteiten, heeft
geleid tot de adoptie en overname van sommige linkse ideeën ten einde deze
nieuwe intellectuele oriëntatie te bekrachtigen.  Zo zien we dat de campagne van Marine Le Pen
in de Franse presidentsverkiezingen van 2012 gebaseerd was op sociale en
economische kwesties, in die mate zelfs dat de campagne bijna vergat sommige
van de meer favoriete onderwerpen van Extreem-Rechts te vermelden zoals de
uitwijzing van immigranten. Het adopteren van een gedeelte van de linkse en
Marxistische retoriek door Extreem-Rechts is niet nieuw.  Dit was al duidelijk sinds de geboorte van
het Fascisme toen Mussolini zich tot zowel het proletariaat als de fascisten
richtte met zijn radicale, nationalistische en anti-kapitalistische toespraken.
Natuurlijk was dit voor een groot deel een selectief en manipulatief maneuver,
want de vijand was het buitenlands kapitalisme en niet het nationale en sommige
van deze toespraken hadden als doel een verzoening te bewerkstelligen tussen de
beroepsbevolking en de nationalistische ondernemers (5).

In deze context is de afhankelijkheid van linkse ideeën van nieuw Rechts niets
anders dan datzelfde populistische nationalistische communisme, met andere
woorden, een terugkeer naar de klassieke fascistische toespraken van de jaren
twintig en dit tijdens één van de belangrijkste Europese kapitalistische
crisissen van het moment.  Deze terugkeer
blijkt in de slogan van het Front National “Noch Rechts, Noch Links”, wat een
duidelijke herhaling is van de uitspraak van de stichter van de fascistische Spaanse
Falange Partij (Falange Española de las JONS), Jose Antonio Primo de Rivera, die
verklaarde dat zijn beweging niet rechts of links was.

De huidige retoriek en de oriëntatie van dit nieuwe Rechts
verschilt echter van haar 80 jaar oude voorganger in vele details. Dit nieuwe Rechts
is niet tevreden met alleen maar de overname van linkse slogans en
krantekoppen, het neemt ook stukken van die ideologie over en voegt die toe aan
haar eigen erfgoed.  Zo zien we Marine Le
Pen in haar boek “Om Frankrijk te leven” (Pour que vive la France) (6) een
beroep doen op uitspraken van vele denkers, politici, schrijvers en anderen van
Links, van George Aurel, tot Bertolt Brecht, tot zelfs Karl Marx zelf, waarbij
ze het begin van Links aanprijst maar datzelfde Links dan verwijt dat het haar
principes heeft verraden en voorts aandringt dat het nu het Front National is
dat deze doelstellingen draagt. Sommige Extreem-Rechtse denkers zoals Alain
Sorel gaan zelfs een stap verder en in plaats van Rechts of Links te verwerpen
trachten ze die samen te brengen. Soral, een vroeger lid van de Franse
communistische partij en vervolgens lid van het Front National kijkt naar de
samensmelting van het ethische Rechts met het economische sociale Links tegen
het onethische Links dat het economische Rechts vervolledigt.  Op zijn online politieke groep “Egalité et
Reconciliation” plaatst Soral de foto’s van Che Guevara, Gaddafi, Mahmood
Ahmadi Najad
, Vladimir Poetin en het extreem-rechtse Franse icoon Jeanne d’Arc
bij elkaar.  Alain Sorel valt het hele globale
politieke systeem aan dat wordt voorgesteld door de VS en Israël, en praat over
sociale rechtvaardigheid en de uitbuiting van de sociale klassen.  Hij hekelt het imperialisme en eist een
??echt Links.

In context suggereert hij niet echt iets nieuws behalve dan de verzoening
tussen werknemers en ondernemers en met volle nadruk op de conservatieve
principes en waarden die hebben geleid tot de redding van de Franse natie.

Soral lijkt misschien een ordinaire entertainer die economische theologie en
complottheorie mengt, maar zijn pagina trekt vele bezoekers en volgelingen en
dit vooral onder de jongeren.  De ideeën
die mensen zoals Soral bevorderen worden vertaald in de straten, zoals bij de
leden van de Derde Weg die zwaaien met vlaggen en foto’s van persoonlijkheden,
zoals hierboven vermeld. Soms kan dit worden opgevat als een communicatie
tussen Rechts en sommige extreme nationalistische Linkse bewegingen zoals de
Poolse fascistische organizatie (Falanga) dat verbindingen tot stand brengt met
de Mauis en de nationalistische Bolsjewieken.

Deze ideologische verandering, zelfs al is deze uitsluitend gericht op de
nationale interne belangen van deze partijen, draagt ??in haar plooien de steun
van Rechts voor het Syrische regime. Theoretici zoals Soral beschouwen Bashar
Al-Assad als één van de figuren die recht in het gezicht staan van het globale
systeem.   Bovendien fungeert het
Syrische regime als voorbeeld, weliswaar verre van ideaal, voor hun slogan
“Links in termen van werk, Rechts in termen van waarden”.  Wel met de uitdrukkelijke benadrukking dat
dit systeem niet van toepassing is in Europa maar eerder geschikt voor “de
politieke eigenaardigheden van het Midden-Oosten, waar het noodzakelijk is om
een sterke leider te hebben die de ethnische sektarische samenhang met vaste
hand onder controle heeft en wat meestal aanvaard wordt door alle clans…zoals
dit het geval was in het verleden (in Europa)”

De grenzen van de haat van Extreem-Rechts
voor de “Vreemdeling”

Als aanvulling op het excuus van het “drukkende buitenlandse gevaar” hebben de
extreem-rechtse partijen ook een interne vijand nodig die een factor zou kunnen
zijn in de ondergang van de massa en die de verwezenlijking van een meer
omvattende en sterkere samenleving in de weg zou staan (7). Onder de interne
vijanden van dit Rechts vinden we de “buitenlander” en in Europa
zijn, in de ogen van Extreem-Rechts, de twee belangrijkste ‘buitenlanders’ de
Joden en sinds kort de Moslims.  Maar het
anti -semitisme van dit Rechts valt niet altijd te vertalen in vijandigheid
tegenover Israël.  In het tijdperk van de
Koude Oorlog beschouwden de meesten van Extreem-Rechts Israël als het fort van
het Westen ten opzichte van de Sovjet-Unie. Maar deze aanpak was in het
verleden steeds gehinderd geweest door de positie van Extreem-Rechts met
betrekking tot de holocaust.  Met het
einde van de Koude Oorlog en de herdefiniëring van de vijand werd de positie
van Israël verplaatst van ‘ondoordringbare vesting in het gezicht van het
communistische gevaar’ naar ‘de sterkste bondgenoot van de nieuwe Amerikaanse
vijand’. Deze ontwikkeling ging gepaard met een verandering in perceptie van
sommige van dit nieuwe Rechts en hun toenadering tot sommige Europese groeperingen,
een stap die sommige onderzoekers toeschrijven aan een nieuw gevaar voor dit Rechts
in Europa, met name de Moslims.

Deze vergelijking blijft op één of andere manier simplistisch, want hoewel Islamofobie
een stimulans voor deze benadering zou kunnen vertegenwoordigen, verklaart het
nog steeds niet de radicale verandering. 
Een tiental jaar geleden kwamen we tot de bevinding dat een aantal van
de prominente gezichten van Extreem-Rechts ofwel Joods of van Joodse afkomst
waren.  Eén van de meest eminente
voorbeelden is de vice voorzitter van het Front National en levenspartner van
Marine Le Pen, Louis Aliot, die Joods-Algerijnse roots heeft.   Daarenboven nomineerde het Front National in
de Franse parlementsverkiezingen van 2012 de Joodse Michel Toris voor één van
de zetels in Parijs.  Ook extreem-rechtse
Joodse organisaties zoals de Joodse Defensie Liga waren steeds nauw verbonden
met Extreem-Rechts, eerst met Bloc Identitaire en later met Front
National.  Als we teruggaan naar het
begin van de jaren twintig vinden we dat de fascistische partij van Mussolini
veel Joden bevatte (8).  We zien dus dat
Extreem-Rechts zich vijandig opstelt ten opzichte van de “vreemdeling” die
probeert vast te houden aan zijn of haar persoonlijke gevoeligheden en
kenmerken, terwijl men de “vreemdeling” accepteert die zich de waarden en
principes van dit Rechts aanmeet, of met andere woorden, die nationaal
fusioneert en wel volgens fascistische uitdrukkingen.  Op dat moment maakt de “vreemdeling’
onderdeel uit van Rechts en kan aldus een leidende positie innemen zoals Serge
Ayoub die van Libanese afkomst is.  Om
die reden zal het geen verrassing zijn om, in de zeer nabije toekomst,  Moslims te vinden op de kieslijst van sommige
van de extreem-rechtse partijen in Europa.

Dit alles ten aanzien van de interne “vreemdeling”, maar wat met de
externe?  Ondanks de onstabiele relatie
van Extreem-Rechts met de Joden en Israël en ondanks de recente vijandigheid
met Israël, probeert een deel van Rechts zoals het Front National dat te herstellen
wat was verbroken om interne electorale redenen.  In die context verklaarde Marine Le Pen aan
de Israëlische krant Haaretz in 2011 dat het “Front National een constante
supporter was van de Zionistische beweging en een constante verdediger van het
recht van Israël om te bestaan.”

Toch zou het verkeerd zijn om deze uitspraak slechts als
een electorale campagne te zien en moet deze zorgvuldig en serieus worden
overwogen.  Het verdedigen van het recht
van Israël om te bestaan betekent niet noodzakelijk het ondersteunen
ervan.  De ondersteuning is voor de
Zionistische beweging, dat wil zeggen voor een andere extreem-rechtse
nationalistische ideologie die besloot om een entiteit te creëren buiten de
Europese nationalistische bewegingen.  De
extreem-rechtse partijen, die het recht van buitenlanders ontkennen om binnen
de nationale en geografische grenzen te zijn, ontkennen dit recht om te bestaan
niet binnen de eigen geografische grenzen voorzover dit geen conflict oplevert
met de eigen sfeer.  Dit verklaart de
samenwerking en de communicatie tussen de extreem-rechtse partijen op
internationaal vlak.

En dit verduidelijkt dan ook de oorspronkelijke schijnbare paradox.  Er is geen tegenstrijdigheid in de
ondersteuning van Extreem-Rechts voor het Syrische regime en tegelijkertijd hun
vijandigheid tegenover de Syrische vluchtelingen in hun eigen land, zelfs als
ze pro-regime zijn.  Bovendien wordt
vijandigheid tegenover Islam een secundaire reden om Assad te steunen.  We moeten niet vergeten dat dit Rechts niet
alleen het idee ondersteunt van, maar zelfs opschept over, het zij aan zij
strijden met een Islamitische organisatie, met name Hezbollah, zoals de
extreem-rechtse groepering “Zwarte Lelie” verklaarde.  Men kan ook duidelijk de centrale rol zien
van de extreem-rechtse partijen, die de bondgenoten van het Assad regime zijn,
bij het vormen en versterken van deze relatie met Hezbollah en wat dat met zich
meebrengt.  Dit verklaart de regelmatige
bezoeken van dit Europese Rechts naar Beiroet om partijen zoals de Syrische
Nationale Sociale Partij te ontmoeten. 
De rol van deze partij in het bijzonder en het netwerk van Europees
Extreem-rechts verdient dieper onderzoek wil men dit onderwerp meer omvattend
kunnen begrijpen.


Conclusie

We hebben getracht om een algemeen beeld te schetsen van
Extreem-Rechts maar in werkelijkheid heeft dit Rechts verschillende
ideologieën.  Dit verschil neemt vele
vormen aan afhankelijk van de aard en de omvang van deze groepen, van de
grotere meer pragmatische partijen in de intellectuele kringen tot de meer
radicale paramilitaire groeperingen. 
Niettemin blijven de algemene principes dezelfden.  Zelfs indien het verschil in vorm radicaal
lijkt, dan blijft dit beperkt tot in het bijzondere en gaat niet tot het
essentiële. Zoals we hebben gezien moet elke analyse van de positie van Rechts
in overweging nemen dat de ideologie die dit Rechts portretteert voortdurend in
beweging is en voortdurend verandert. 
Eén van de belangrijkste instrumenten voor de analyse en benadering zijn
de elementen die Paxton reeds afleidde, zoals de verpletterende last van een
crisis die niet opgelost kan worden op een traditionele manier, de prioriteit
van de groep boven het individu en de massa als slachtoffer zien en vrezen voor
haar ondergang.  Er is behoefte aan een vastere,
meer zuivere maatschappij enzovoort.

En waarom steunt Extreem-Rechts het Syrische regime?  De belangrijkste reden is dat de ideologische
kruising tussen Rechts en wat het inhoudt en wat het Syrische regime
vertegenwoordigt op dit historische moment gebeurde.  Voor dit Rechts is dit één van de aspecten
van haar reclamecampagne met de vijand – het nieuwe symbool.  Deze steun vormt ook het verschil met de
andere Europese politieke partijen en bewegingen die zij ervan beschuldigt een
stuk speelgoed te zijn in de handen van deze vijand.  Hoewel dit Rechts weet dat het niet mogelijk
is om deze ondersteuning intern uit te buiten vanwege de slechte reputatie en
het geweld van het Syrische regime, laat toch de ontwikkeling van de
gebeurtenissen in Syrië toe om de Europese publieke opinie te exploiteren door bijvoorbeeld
het sympathiseren met de situatie van de Christenen in het Oosten of door het
onderwerp van de Europese Jihadisten in Syrië. 
Deze kwestie vergt op haar beurt nader onderzoek om de omvang en de
vertakkingen van deze relaties bloot te leggen.
 
Belangrijker echter is dat één van de belangrijkste stimulansen achter deze
redenen het inherente opportunisme is van Extreem-rechts dat niet zal aarzelen
om welke houding aan te nemen of doen wat nodig is om zelfs maar een klein
beetje dichter aan de macht te komen.

Voetnoten: 

[1]                      Ariane Chebel
d’Appolonia, L’Extrême droite en France. De Maurras à Le Pen, Bruxelles:
Editions Complexe et PUF, 1987.

[2]                
     Sylvain Crépon, La nouvelle
extrême droite: Enquête sur les jeunes militants du front National, Paris:
L’Harmattan, 2006.

[3]                     
Local examples for this: the rapprochement of the National Social Syrian
Party in Lebanon to the Marxist propositions in the sixties, after a failed
coup on New Year’s Eve 1962.

[4]                     
Robert Paxton, the Anatomy of Fascism, New York: Knopf, 2004.

[5]                     
Paxton, 2004

[6]                     
Marine Le Pen, Pour que vive la Farnce, Paris: Grancher, 2012

[7]                     
Paxton, 2004

[8]                     
Paxton, 2004

take down
the paywall
steun ons nu!