Het einde van de absolute geloofwaardigheid van de ratingbureaus?
Ratingbureaus, Fitch, Moody's, AA-rating, Morningstar, Meredith whitney, Dagong, Roland berger, Berthelsmann stichting, Banque de france, Jules kroll, Coface, Mc-graw-hill co -

Het einde van de absolute geloofwaardigheid van de ratingbureaus?

maandag 1 april 2013 09:33
Spread the love

Wat zijn ratingbureaus?

Ratingbureaus zijn “onafhankelijke organisaties die op basis van wetenschappelijke methodes de kredietwaardigheid beoordelen van

  • een aandeel van een debiteur,
  • een schuldvordering op een debiteur,
  • pakket schuldvorderingen op één of meerdere debiteuren,
  • privatief (bv. bedrijven, particulieren…) of publiek (bv. Nationale, internationale overheden…)”.

Of ze zouden het toch moeten zijn.

Het resultaat van hun werk vindt men meestal in een « quotatie », een « rating », die meestal de vorm krijgt van

  • een letter (bv. B) of meerdere letters (bv. AA) ;
  • al dan niet met een begeleidend teken (+ of – bijvoorbeeld)
  • en/of een begeleidend cijfer erbij.

Deze rating wordt regelmatig geherevalueerd.

De rating kan vergeleken met de sterrenregeling van Michelin voor restaurants inzake kwaliteit van het restaurant op vlak van voeding, drank, service, verhouding prijs/kwaliteit.

Oorsprong van de ratingbureaus

De oorsprong en macht van de ratingbureaus kan kort als volgt omschreven :

  • ze ontstonden op vraag van investeerders in de jaren 1860 ; investeerders zochten externe hulp om de goede van de zwakkere en slechtere spoorwegmaatschappijen te onderscheiden, die in de USA en daarna ook elders ter wereld verschenen op het investeringstoneel ; Henry Varnum Poor zal in 1860 het startschot geven voor wat later eerst Poor’s Publishing en nog later Standard & Poors zal worden ; John Moody zal Moody’s oprichten begin twintigste eeuw (1916) en John Fitch Fitch Ratings in 1924 ; de idee van de lettermethodiek komt van John Moody zelf ; gelet op hu n oorsprong betaalden oorspronkelijk de investeerders deze ratings ;
  • ze kregen hun eerste officiële rol in de … USA van de … USA ; die besliste na een faillissement van een spoorweglijn om in de notaties op de beurs de rating van de ratingbureaus toe te voegen ; in de grote beurscrisis vroegen de autoriteiten de rating bureaus de goede van de zwakke banken te scheiden ;
  • ze kregen hun belangrijkste rol van de investeerders zelf, die, vaak onder aansporen van regulatoren en toezichthouders, hen aanzetten tot rating gestuurde investerings- en desinesteringspolicies ; zo gaf de SEC zelf in 1975 hen een rol in de NRSRO of de nationale statistische notaties ;
  • pas in de jaren zeventig zullen de debiteuren of emittentten zelf beginnen te betalen voor een rating ;
  • in 2006 krijgen ze een soort van transparantie en rapporteringsverplichting opgelegd in de zgn. Credit Rating Agency Reform Act (nadat ze zich schromelijk hadden vergist in Enron en Worldcom) ; de Sec kreeg evenwel geen regulerende of echt controlerende rol ; ondanks de waarschuwingsdossiers van Enron en World.com, zagen noch de US noch tratingbureaus’s, noch de investeerders het probleem niet komen … .

De ratingbureaus en ook de omgevingsfactoren kregen het hard te verduren tijdens de laatste financiële crisis

De verwijten naar de bureaus zelf zijn de volgende :

  • ze zijn oligolopolitisch en dus is er een sterke concentratie van de betrokken markt  : er zijn op dat moment slechts drie mundiale spelers (Moody’s, Fitch Ratings,  Standard & Poor’s) ; zij beheersen 90 % van de markt ; ander kleine spelers zoals het Canadese DBRS of  Dominion Bond Rating Services verdelen de rest van de markt een beetje onder elkaar ; er is slechts een bureau dat ook en vooral Chinese debiteuren doet  met name Dagong Global Credit Rating;
  • ze zijn gigantisch groot en log ; Moody’s heeft een zakencijfer in 2007, het jaar van de explosie, van …..  2,3 miljard US$ ;
  • ze zijn enorm rijk en groot geworden van zgn. gestructureerde producten (complexe beleggingsproducten) ; Moody’s had in 2007 bijna veertig procent van zijn zakencijfer in de markt van de gestructureerde producten gehaald ; die (gevaarlijke) markt was voor Moody’s een goudmijn ;
  • ze zijn menselijk en kunnen zich dus vergissen ; vb. ze sturen in  october 2011 een bericht over een ratingverlaging van Frankrijk  in de ether… per ongeluk ; na een verkeerde interpretatie door een programma van een gegeven in een databank, vertrekt een mail automatisch ingelezen volgens dat programma naar een aantal nieuwsabonnees ; het ratingbureau werkt mee om de zaak asap recht te zetten ; en sommigen twijfelen eraan of het een vergissing was ;
  • meer zelfs : ze zagen in 1991 de val van Robert Maxwell niet komen ; ze zagen bij de Aziatische krediet- en schuldencrisis in 1997-1998 de val niet komen van landen zoals Thailand, Maleisië, Zuid-Korea, Indonesië, …. ; ze zagen in 2001 de val van Enron niet komen, ze zagen de grote kredietcrisis niet aankomen, ze zagen de val van Dexia groep niet komen in 2011, ook die van Fortis en KBC niet, ook die van Worldcom niet, … ; ze vergissen zich steeds vaker ;
  • de ratingssystematieken waren niet aangepast aan systeemrisico’s of  globale marktrisico’s ;
  • de ratingbureau’s werken met mensen en mensen zijn normaal af en toe corrumpeerbaar ;
  • ze vergisten zich nav de kredietcrisis grondig in de beoordeling van de kredietwaardigheid van financiële instellingen en van Mortgage Backed Securities ;
  • de ratingbureaus hebben hun activiteiten rond adviesverlening en rating mogelijks niet voldoende afgescheiden ;
  • de ratingbureaus maken regelmatig rekenfouten ; dit was het geval bij de Amerikaanse overheidsratings in augustus 2011 waar ze een rekenfout begingen van 2000 miljard dollar ;
  • het zijn privatieve organisaties, die een belang hebben bij een hoge winstgevendheid  ; Moody’s is in handen van particuliere investeerders, waarvan de meest bekende de topinvesteerder Warren Buffet is ; Fitch Ratings is in handen van het Franse Fimalac ; de controle op Standard & Poor’s is in handen van de eigenaar Mc Graw – Hill en diens finale eigenaar Harold Mc Graw ;
  • hun hoofdaandeelhouders zijn zelf dus ook op winst gericht, niet op objectiviteit of marktfairnessvoorlichting ;
  • de grote drie (Moody’s, Fitch Ratings,  Standard & Poor’s) zijn gevestigd in New York zodat er vermoedens en verwijten zijn dat ze te dicht aanleunen bij de Amerikaanse economie en beurzen en niet genoeg bij de Europese of Aziatische beurzen en debiteuren ; het is een verwijt, doch er is nagenoeg nog nooit concreet bewijs terzake op tafel gelegd en dat is ook niet evident, want de drie werken erg internationaal ;
  • het zijn soms beursgenoteerde organisaties (Moody’s en Standard & Poor’s), die dus een belang hebben bij een grote winstgevendheid ;
  • hun winstgevendheid is volgens sommigen exorbitant hoog ; sommigen vergelijken hun winstmarges met die in de drugssector ;
  • ze laten zich betalen door degene die de rating aanvraagt of begeleidt of bekomt en niet door de investeerders voor wie ze eigenlijk echt werken ; het is dus degene die er het meeste belang bij heeft dat de rating hoog is die de betaling verrricht en niet degene die er het meeste belang bij heeft dat de rating juist is ; zij die betalen zijn : de emitterende bank voor haar eigen obligaties, de begeleidende zakenbank, …. ; het zijn eigenlijk de beleggers die de ratingbureau’s zouden moeten betalen, als onderdeel van de kosten voor de uitgifte ;
  • ze cumuleren vaak verschillende functies voor dezelfde “klant” ; in de praktijk is het mogelijk dat ze (tegen betaling door de bank) de rating van een bank beoordelen voor de door haar uitgegeven internationale obligaties, dat ze die bank begeleiden (tegen betaling) voor de titrisering van de door die bank gegeven kredieten aan derden, dat ze de obligatielening die het gevolg is van die titrisatiedeal ook nog raten ; ze eten dus van verschillende wallen in verschillende functies ;
  • ze zijn  niet direct gecontroleerd ;
  • ze communiceren niet uitstekend ;
  • ze hebben weinig of geen concurrentie buiten de grote bureaus ; op zich is die kritiek verwonderlijk want als dat klopt zou dat normaal geen of eerder minder dan meer druk mogen uitoefenen op de ratingbureaus ; de concurrentie zit o.i. niet zozeer in het feit dat een ratingbureau riskeert om markt te verliezen aan een ander omwille van prijsverschillen of serviceverschillen als wel in het feit dat een ratingbureau dat zich hard opstelt tegenover de klant die betaalt mogelijks het pleit verliest tegenover een ratingbureau dat zich minder hard opstelt ; de concurrentie kan dus mogelijks spelen op de kwaliteit van de output, die nu net een tegengesteld belang vertoont : de betalende klant heeft normaal belang bij een eerder hoge rating, de niet-betalende investeerder wil eerder een correcte rating zien, ook al is hij lager dan gehoopt ;
  • ze zijn weinig gereglementeerd ;
  • ze zijn vertikaal geïntegreerd en worden dus hoe langer hoe belangrijker  en dus … worden hun fouten kapitale fouten : ze leveren ratings, ze leveren software voor risicoberekeningen, ze gebruiken hun eigen berekeningen (voor derden) nog maar eens om hun ratings te voeden ; ze zitten dus in vele fasen van processen rond kredietwaardigheidsverlening ;
  • de ratings acteren vaak een verminderde kredietwaardigheid (die men vaak al terug vindt in gedaalde aankoop- en verkoopprijzen voor obligaties of in de zgn. Credit spreads of in de credit default swaps prijzen) ; ze downgraden debiteuren die door de markt als als minder koopwaardig worden beschouwd of upgraden ze vaak in het tegenovergestelde geval na de feiten ; hun reactiesnelheid is dus als te traag gepercipiëerd ;
  • de ratings vertalen vaak enkel het structurele risico op een bepaalde debiteur, maar te weinig het conjuncturele risico ;
  • de ratings vertalen alleen en uitsluitend het falingsrisico en in veel mindere mate en soms zelfs in relevante mate niet of helemaal niet het prijsdalingsrisico voor activa die inzake marktprijzen gekoppeld zijn aan de reputatie van die debiteur ;
  • hun specialisatie beantwoordt niet 100 %, verre van, aan de verwachting van klanten die verwachten dat de ratings een predictieve waarde hebben naar de toekomst toe ; volgens sommigen evenwel is dit een zeer moeilijk métier ; wij citeren de volgende one-liner van Prof. Raimbourg (Université de Paris) : “…. Remarquons tout d’abord la difficulté du métier d’analyste crédit  qui incite à une certaine modération de la critique. Ce métier, contrairement à celui de l’audit  comptable repose sur la prévision et, en la matière, l’erreur est malheureusement la règle. IL faut donc prévoir souvent et revoir fréquemment ses propres appréciations du risque de crédit … « ; wij vatten het samen : de vergissing in de voorspelling is volgens hem ongelukkigerwijze de regel ;
  • de rating methodologieën zijn niet consistent tegen of geschreven op scenario’s met shifts of markets (fundamental changes, market shifts, marktschisma’s, marktbreuken, marktscheuren ….) ; indien in een markt een relevante shift optreedt waardoor die markt fundamenteel verandert, kan u er geheid op wedden dat de ratingbureaus dit meestal niet voorzien hebben ; vb. de ineenstorting van de dotcomwereld, de ineenstorting van de Amerikaanse private immobiliën – wereld, de ineenstorting van Griekenland in een euroverband, de crisis van de hele zwakke kant van de eurozone….. zijn door de ratingbureaus niet echt voorspeld ;
  • de rating methodologiën zijn niet aangepast aan de veranderende wereld ; de wereld verandert steeds sneller en sneller ; de eerste tien jaar van deze eeuw hebben zowel huishoudens als bedrijven als staten zich overmatig in de schulden gestoken dank zij de innnovatie van producten, diensten en een zware desinterlediatie buiten de balansen om van financiële instellingen en de ontwikkeling van schaduwmarkten en schaduwbanken ; de invloed van deze desintermediatie en schaduwmarkten is grondig onderschat ; 
  • …… .

Het verwijt naar het gebruik van hun output of ratings is ook verregaand  :

  • de ratingmethodiek is heel relatief in individuele gevallen : wie op basis van ratings koopt kan zich behoorlijk verslikken : (alhoewel statistisch de kans klein is) één welbepaalde AA-rating kan morgen een BBB-rating worden, wat je niet wilde kopen …. ;
  • het verregaande gebruik van externe ratings (voor de grootste investeringen of kredieten of voor de meeste kredietbeslissingen) komt neer op een externalisatie van het kredietanalyseproces en eventueel zelfs van het kredietbeslissingsproces zowel bij het instappen (als de rating predeterminered is ter zake) als bij het uitstappen in een obligatie, investering of krediet (als de rating predeterminerend is ter zake) ;
  • het verregaande gebruik van externe ratings, nota bene betaald door de ontleners zelf, komt neer op een verregaand geloof in de perfectie van systemen en mensen ; het lijkt o.i. zelfs op naïviteit ;
  • het verregaande gebruik van ratings is een dereponsabilisering van zichzelf, wat overigens ook en zeker in bankomgevingen onverantwoordelijk is ; het management is finaal altijd zelf verantwoordelijk, wat een externe ook zegt of schrijft…
  • de regulatoren hebben de ratingbureaus zelf bijna geofficialiseerd, door policies te aanvaarden of goed te keuren of aan te moedigen waarbij de officiële ratings werden aanzien als een minimumqualiteitsindicatie ; het bleek voor sommige portefeuilles een grove  vergissing ; de regulatoren in de USA hebben ter zake de eerste stappen (en dus fouten ?) gezet maar zijn daarin gevolgd door bijna alle regulatoren ter wereld ;
  • …. .

Naast die twee sturcturele kritieken zijn er nog een heleboel variaties op het thema.

De ratingbureaus kregen het hard te verduren als een e-mail communicatie uitlekt tussen werknemers van Standard & Poor’s over een nog goed te keuren CDO ; ze stellen letterlijk dat zelfs als de door hen als belachelijk stempelde deal gestructureerd was door koeien en ondanks het feit dat het model niet eens de helft van de risico’s omvatte, ze hem nog zouden goedkeuren.

In een keiharde bijdrage in de TIJD pakt hoogleraar en economist Paul de Grauwe de ratingbureaus frontaal aan en laat hij er geen spaander van heel. Wij citeren de meest vinnige uitspraken (citaat) :« 

  • … er is geen reden om aan te nemen dat agentschappen die uitblonken in het maken van type–I fouten niet kunnen uitblinken in het maken van type II-fouten … ;
  • bij type I wordt een hypothese (bijvoorbeeld « dit bedrijf is riskant ») verworpen, terwijl ze aanvaard had moeten worden. Bij een type-II-fout wordt een hypothese aanvaard, terwijl ze had moeten verworpen… ;
  • de ratingagentschappen hebben in het verleden systematisch type I-fouten gemaakt… «.

Ook Ivan Van de Cloot van Itinera maakt gehakt van ratingburo’s :

  • hij becritiseert het feit dat ze betaald worden door de emittenten of schuldenaars zelf, wat hun onafhankelijkheid in het gedrang brengt ;
  • hij stelt ook dat beleggen (of kredieten geven) op basis van modellen gevaarlijk is, omdat weinig of geen modellen de irrationaliteit van markten incorporeren of kunnen incorporeren.

Maar het kan ook anders … of toch niet …?

Dat het ook anders kan en mag bewijst o.i. Morningstar. Morningstar is in vele opzichten anders dan de traditionele ratingbureaus :

  • het werd opgericht in 1984, dus “vrij recent” ;
  • het heeft 180 000 particuliere betalende abonnees maar ook een aatal professionele klanten ;
  • het richtte zich aanvankelijk op de evaluatie van beleggingsfondsen ; het geeft hiervoor “stars” gaande van één tot vijf sterren ;
  • ater breidde het uit, op vraag van de markt, naar aandelen (eerst Noord-Amerika, dan Europa en later Azië) ; het nam soms ook de gehele aandelenanalysetak over van banken ; 
  • sinds 2009 is het gestart met kredietratingactiviteiten doch enkel voor bedrijven waarvan het ook het aandeel analyseerde, omdat beide complementair zijn ;
  • het wordt enkel betaald door de investeerder, nooit door het te evalueren bedrijf, fonds, aandeel of wat dan ook ;
  • …. .

Het heeft zelf evenwel ook wat kapitalistische kantjes :

  • het doet het ook voor de poen ;
  • het is zelfs genoteerd en gequoteerd Nasdaq sinds 2005 ;
  • het zegt dat het tegengestelde belangen vermijdt ; wat dit concreet inhoudt als het én werkt voor bv. een pensioenfonds van een bank dat betaalt voor haar werk én tegelijk ook die bank moet analyseren op haar geloofwaardigheid inzake kredietrating en als aandeel is ons niet concreet duidelijk hiermee.
  • ……

Ratingbureaus en aansprakelijkheid in het verleden

Het aantonen van hun aansprakelijkheid is evenwel niet altijd evident om diverse redenen :

  • ze maken immers volgens hun eigen commentaren en toelichtingen alleen een inschatting ;
  • ze maken alleen een inschatting van het risico op falen in normale marktomstandigheden ;
  • die inschatting is gericht naar de toekomst en de toekomst voorspellen is altijd moeilijk ;
  • de rating is een risicoklasse waarbij men een voorspelling maakt over het gedrag van de klasse waartoe het papier of de debiteur behoort, niet exact over elk papier of elke  debiteur zelf die tot die klasse behoort ;
  • ze leveren dus eigenlijk – volgens henzelf – alleen een « opinie » en zijn als dusdanig « beschermd » onder de vrijheid van meningsuiting ; in de USA is dit zelfs (tot recentelijk) grondwettelijk en wettelijk geregeld : de ratingbureau’s kunnen enkel worden aansprakelijk gesteld door de autoriteiten voor hun “fraude of oneerlijkheid”, hun activiteiten mochten tot voor kort zelfs grotendeels helemaal niet gereglementeerd worden ;
  • in het domein van de zgn. quasi delictuele aansprakelijkheid is het niet evident : het aantonen van fout en schade en oorzakelijk verband is in de internationale kontekst waarin zij werken niet evident ; aan een rating werken ze vaak in meerdere landen en onder meerdere rechtstelsels tegelijk ;
  • in het domein van de strafrechtelijke aansprakelijkheid is het dat evenmin  : er zijn quasi geen wetgevingen die rechtstreeks op ratingburo’s van toepassing zijn en ook hier is de feitelijke kontekst erg complex ; bovendien, de procedures duren lang en de eerste bevoordeligde hier is de staat en niet de investeerder of belegger ;
  • in het domein van de kontraktuele aansprakelijkheid is het nog erger, voor zover mogelijk : de kontrakten voorzien exoneratiebedingen of clausules waarin de aansprakelijkheid van de ratingburo’s to quasi nul herleid is ; toch is het niet zo dat alle landen en alle debiteuren voor alle schulden een kontrakt afsloten ;
  • het aantonen van hun aansprakelijkheid vergt specifieke kennis en zware  procedures ;
  • er bestond tot op heden weinig of geen reglementering in hun domein ;
  • zelfs in de USA bestond er – en zelfs dat was beperkt – zgn. “soft law” in de vorm van een internationale deontologische code voor ratingburo’s sinds 2004, die werd ingevoerd na de onverwachte falingen van twee bedrijven met een hoge rating, met name Enron (USA-2001) en Parmalat (Italië) ;
  • het aantonen van hun aansprakelijkheid rond de “mortgage backed securities” is niet evident omdat ook voor de ratingbureaus deze markt een relatief nieuwe markt was ;
  • de ratingburo’s worden vaak becritiseerd omwille van hun negatieve impact op markten, doch die  impact is zwaar overschat ; ratingbureaus gaan meestal de markt (en de sentimenten en minwaarden achterna) dus hun (negatieve) invloed is beperkt ; ze veroorzaken dus geen problemen, ze registreren ze evenwel mogelijks eerder te laat ;
  • elkeen heeft zijn eigen verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid, zo ook degene die zou beslist hebben enkele voor te gaan op externe ratingsbutreau’s en aldus zijn risicoanalyse volledig heeft uitbesteed ; in dat opzicht is transparantie van informatie voor elkeen vanzelfsprekend erg belangrijk  ;
  • een ratingbureau is geen kredietverzekering of een bankwaarborg ; sommige spelers hebben zich duidelijk vergist in instrument.

Inhoudelijk : kritiek is vaak gebouwd op zandkastelen

Daarenboven is de kritiek ook deels gebaseerd op los zand of op andere zwakke kastelen:

  • niet alle debiteuren betalen voor ratings van de topratingburo’s : zo betalen Duisland en Nederland niet voor het raten van specifieke obligaties ; hun hoge kredietwaardigheid is voldoende reputatie op zich ; ze hebben de ratingburo’s niet nodig ;
  • sommige overheden spelen ratingburo’s tegenover elkaar uit om een rating te mogen maken (waaronder België) ; op die manier werkt men natuurlijk de competitie aan en is het mogelijk dat de mogelijke afhankelijkheid van ratingburo’s van de debiteur of zelfs de beïvloedbaarheidsfactor voor een positief advies nog toeneemt in plaats van af neemt ;
  • men verwijt de ratingburo’s tegelijk dat ze te los zijn en te streng zijn : zowel Spanje, Portugal, Griekenland reageren furieus als de ratingburo’s hen of hun banken downgraden of dreigen te downgraden en betwisten keer op keer de juistheid van de aankondiging ; de EU neemt er zelfs actief aan deel aan het schijfschieten ; het is niet evident … als je zelf gedowngraded wordt, om aan te kondigen dat ratingburo’s juist moeten evalueren … voor risico’s ; iedereen wil gewaarschuwd voor de risico’s ….. bij anderen ? Ook andere gezaghebbende economisten merken op dat de EU met vuur speelt ;
  • zelfs de controleautoriteiten en financiële autoriteiten krijgen het er moeilijk mee dat de ratingburo’s systematisch en repetitief waarschuwen voor Europese souvereine risico’s : zelfs het IMF wordt geïrriteerd door het repetitief waarschuwen en dowgraden van landen ; ook personen van binnen de EU (van de Europese Commissie o.a.) en van de Europese Centrale Bank uitten hun ongenoegen ;
  • politici, waaronder de Franse president, de Luxemburgse premier Junker… oefenen in het publiek (bijna letterlijk) kritiek en zelfs bijna “druk” uit op ratingbureaus… ; wij vinden dit ongepast.

Maar het tij keert langzaam …. De ratingbureaus zitten in de kijker, tegen de muur, op de bank ..  meer en meer

Ze worden in de afgelopen jaren gedagvaard in verschillende landen door verschillende partijen, vnl. nadat de ratingburo’s een aantal landen degraderen, doch met wisselend sukses :

  • in de USA ; gezien de wettelijke bescherming die ratingbureaus daar genieten (zie hoger) kozen een aantal klanten voor een juridische actie gebaseerd op de zgn. “Security Act 1933, articles §§ 11, 12 (a) and 15” ; deze houden in dat bij publiekelijk beroep op het spaarwezen, wat bij vele emissies met een rating het geval is , er geen weglatingen of geen relevante onjuistheden in de aangeboden informatie mag aanwezig zijn – de meeste zaken tot nu toe haalden evenwel bakzeil, onder andere gezien de notering op zich niet determinerend is, gezien er niet bewezen is dat de ratingbureaus niet te goeder trouw handelden, gezien de noteringen puur informatief zijn en niet normerend ; rond enkele vorderingen is er nog altijd geen uitspraak voor zover ons bekend ;
  • USA : een aantal andere vorderingen baseerden zich of fraude als begrip, waarin en waarmee relatief gezien soms wel soms geen sukses werd in geboekt maar relatief toch meer dan op basis van de Security Act 1933 ;
  • USA : de SEC en het enige ratingbureau dat zich niet door de gerate entiteit maar door investeerders laat betalen, het rating bureau Egan-Jones, sluiten een dading zonder schulderkenning ; Egan-Jones betaalt een boete van 30 000 euro en de verantwoordelijke van het bureau moet zich 18 maanden lang uit de markt van het geven van een rating aan asset backed obligaties of overheidsobligaties terug trekken  het bureau en de man worden gebrek aan ervaring verweten, misleidende  informatie verstrekking aan de SEC over die ervaring, het geven van een rating aan schuldpapier waarin kaders van het rating buro zelf hadden in geïnvesteerd ;  
  • USA : het Amerikaanse openbaar ministerie dagvaardt – laat, maar met een 128 pagina’s tellende aanval – S & P in 2013 voor fraude in minstens 5 mijard US $ obligatieleningen wegens het bewust geven van een hogere notering aan die obligaties dan ze verdienden teneinde honderden miljoenen euro’s aan fees te incasseren ; onder de bedotte investeerders zijn er onder andere Western Federal Corporate Credit Union, Citibank en Bank of America ; de vordering is ingezet door de Eric Holder (US-advokaat-generaal), maar is gevolgd door een aansluitende vordering door de procureurs van o.a. Connecticut, California (o.a. na klacht van Calpers, een SRI-investor), Delaware, Missisippi, Illinois, Iowa, Columbia ; men verwijt S&P concreet om alle signalen rond de naderende housing-crash te hebben genegeerd, ook al kwamen ze van buitenuit of van binnenuit zelfs ;
  • in Duitsland ; het is er wachten op de eerste uitspraken rond de inhoud van  geschillen, nu finaal de bevoegdheidskwestie (welke is de al dan niet bevoegde rechtbank) is beslecht;
  • in Spanje, in 2011 : daar worden ze gedagvaard door vier maatschappelijke middenveldorganisaties en twee politieke partijen ; alle uitspraken voor zover bekend zijn negatief voor de klagers en positief voor de ratingbureaus ;
  • in Italië : de industriële groep Parmalat krijgt een terugbetaling van 784 000 euro, maar geen schadevergoeding van 4 000 000 000 euro zoals gevraagd ;
  • in Italië : na het downgraden van de Italiaanse overheidsschuld krijgen zowel Standard & Poor’s als Fitch het moeilijk ; ze worden gedagvaard wegens marktmanipulatie bij de verlaging van de kredietscore van Italië door het parket van Trani (Zuid-Ialië) ;
  • in Australië : er zijn vorderingen hangende tegen o.a. S&P en McGraw-Hill Co ; de zaak tegen S&P wordt uitgesproken in november 2012 in eerste aanleg door de Federal Court of Australia in zijn nadeel : de rechtbank stelt vast dat het de beleggers misleidde ; het verhaal loopt enigszins samengevat en in de kern van de zaak als volgt : ABN-Amro ontwikkelt een aantal producten van het type Notes onder de merknaam “Rembrandt Notes 2” aan de hand van CPDO-spitstechnologie ; het wierf twee medewerkers aan of weg van S & P om ook deze uitgifte van de Notes te begeleidden ; het financiële dienstenbedrijf IGES verkocht de producten aan 13 Australische gemeenten (uit New South Wales) die er wel wat in zagen in de rendement/risico-verhouding ;  ze investeerden samen zo’n 14 miljoen euro of zo’n 17 miljoen Australische dollar ; tijdens de kredietcrisis verloren ze ongeveer 90 % van hun belegging ; de finale risico’s zaten in investeringen in derivaten ; S & P keurde de emissie goed met een ratingkwalificatie van AAA ; dit gebeurde volgens de rechtbank na bijsturing van de risicomodellen door ABN-Amro met een gunstiger kwalificatie tot gevolg en onder een toprating die volgens haar ten onrechte was gegeven aan een grotesk  complex product dat zijn waarde grotendeels verloor amper 2 jaar na lancering ; volgens de rechtbank zijn zowel de publicaties van de bank ABN-Amro als de publicaties van Standard & Poor’s ofwel her en der vals ofwel ehr en der met nalatige verkeerde boodschappen behept ; de rechter in Australië acht zowel ABN-AMRO (wegens sturing van haar modellen naar een AA-rating) als S & P (wegens het ten onrechte kwalificeren van een AAA-rating op een zeer complexe note) deels aansprakelijk voor de schade, geraamd op maximaal 30 miljoen US$ ; S&P kondigde onmiddellijk aan in beroep te gaan ; ze verweert zich onder meer door te stellen dat de gemeenten uitdrukkelijk waren gewaarschuwd dat ze zich niet allen op de ratings mochten baseren voor hun aankoop ;
  • deze S&P-zaak schudt velen wakker in Australië : de financierder van collectieve vorderingen IMF AUstralië (uit Sidney) verklaart zich in november na de hogergemelde uitspraak bereidt een collectieve schuldvordering te financieren gebaseerd op een class action claim van investeerders in dit type van obligaties uitgegeven door ABN-amro ; hij heeft het dan zowel over investeerders in Australië als in New Zealand als in Europa en dus over over mogelijks drie vorderingen ; als gevolg daarvan verliest de S&P moedermaatschappij McGraw-Hill 4 % waarde op de beurs ;
  • …. .

Ook officiële autoriteiten starten, soms snel, soms rijkelijk laat, een onderzoek :

  • de Amerikaanse SEC start een onderzoek in 2011 naar de downgrading van de obligaties genaamd “Delphinus CDO2007-1”, die in december 2007 plaatsvond ;
  • diezelfde Amerikaanse SEC start ook een onderzoek in 2011 naar de downgrading van obligaties van de USA ;
  • in Italië valt het gerecht binnen in 2011 en 2011 bij de ratingbureau’s Moody’s en S&P omwille van vermoedens van marktmanipulatie en en misbruik van informatie ; in 2012 valt het binnen bij Fitch ;
  • in Frankrijk : naar aanleiding van de degradatieaankondiging van de notatie van Franrijk komt er een reactie van de AFM of de Autorité des Marchés Financiers die tevens kontakten legt met haar Europese sparring partner ESMA.

Ook ex-werknemers doen hun duit in het spreekwoordelijke zakje en leggen de realiteit (of hun wraak of minstens hun perceptie op de realiteit) op tafel bij de pers over de ratingburo’s : ex-werknemer- kader van Moody’s, William J., Harrington, stelt dat zijn werkgever enkel en alleen op pure winst uit was ; hij stuurt een verslag van 78 pagina’s op naar de SEC over praktijken bij Moody’s ; tot die praktijken zouden volgens de pers de volgende elementen behoren : druk zetten op analysten om vooral de ratings van de eigen klanten eerder hoog dan laag tehouden, overplaatsen of ontslagen van kritische  analysten ; de SEC gaat over tot actie en onderzoek …. .

De reactie van de ratingbureaus zelf is nogal gemengd

S & P  stelt het volgende :

  • onze ratings zijn enkel metingen van kredietkwaliteit ; ze zijn geen beleggingsadvies, geen indicatie van marktwaarde, geen indicatie van volatiliteit van de prijs van een waardepapier ;
  • S & P veroorzaakte de crisis niet;
  • zij erkennen dat voor zeer specifieke beleggingen, zoals de subprime herverpakte tweede en derde rangs hypothecaire vorderingen in de USA uitgegeven in de jaren 2005 en 2006 hun hypotheses niet geheel juist bleken te zijn ; toch moet ook dit in een juist perspectief worden gezien : de hypotheses leken coherent ; de hypotheses waren gebaseerd waren op 25 jaar historiek ;  de hypotheses werden gedeeld werden door de hele markt ; daarenboven is het finale resultaat veel minder dramatisch dan wordt gezegd : op titrisatiedeals is er wereldwijd een default van ongeveer 1 % , terwijl op de titriseringsdeals waarvan hier sprake er een default is van 4,5 %  (al is er wel een waardevermindering als gevolg van reacties en verkoopprijzen in de markt van meer dan 40 %) ;
  • zij erkennen dat ze mogelijks de factor liquiditeit als belangrijk item onderschat hebben voor financiële instellingen ;
  • ze erkennen dat hun communicatie beter kan ;
  • ze vinden niet dat ze te Amerikaans zouden zijn: ze hebben immers bureaus in Londen, Parijs, Frankfurt, Madrid, Milaan en Stockholm ; 90 % van de analysten in Europa is Europeaan ; er is geen sprake van Amerikaanse dominantie volgens hen, omdat de teams sectoriëel werken ; zo wordt de autosector gevolgd door een Japans – Amerikaans – Europees team ;
  • S & P is – volgens zichzelf – wel degelijk gereglementeerd in de USA en is bezig met de nodige aanpassingen op basis van de Europese verordening over ratingbureaus. Het gaat evenwel eerder om een bevestiging met nuances van wat S&P doet en geen fundamentele wijzigingen ; S & P is dus ook niet niet tegen (deze of elke) nieuwe reglementering op zich maar wel tegen reglementering die poogt de methodologie te beïnvloeden die wordt gebruikt, omdat dit de onafhankelijkheid van het bureau zou aantasten ; tevens is voor hen belangrijk dat de methodologieën weliswaar niet homogeen zijn wereldwijd maar wel vergelijkbaar blijven ;
  • S & P is niet bang van de ev. geboorte van een Europees onafhankelijk ratingbureau ; men spreekt er nu al twintig jaar over;
  • S & P geeft inderdaad ok advies aan haar klanten die later een beroep doen op haar voor een rating, doch stelt dat er tussen de commerciële afdelingen (die o.a. advies verkopen) en de ratingfuncties zelf zware torenhoge muren staan ;
  • S & P geeft toe dat het soms politieke druk krijgt of druk vanuit het bedrijfsleven ; deze laatste is groter dan de eerste bij S & P ;
  • S & P heeft regelmatig boze klanten, want dat is volgens hen eigen aan hun beroep ; niemand houdt van een ratingverlaging ;
  • S & P voert 27 maatregelen in om het vertrouwen in haar instelling terug op te krikken ; sommige ervan hebben te maken met bv. opleiding of de installatie van globale riks assessment’s overzichtscomité’s.

MOODY’s reageert ook : het doet zelfs een “knieval” :

  • Warren Buffet, zijn hoofdeigenaar, geeft toe dat het bureau fouten maakte ; doch die fout maakten met Moody’s ook vele anderen volgens hem ; het had inderdaad de kredietcrisis niet zien komen ;
  • Eris Kolchinsky, de vroegere CEO gaf ook een zekere laksheid en commerciële druk toe : elke gemiste deal moest worden verantwoord aan de leiding, er waren geen expliciete richtlijnen om ratings te verlagen …. .

De reactie van de EU : vooral traag …

De Europese overheid reageerde prima facie scherp :

  • de EU wil de ratingbureaus direct onder toezicht plaatsen, maar  – eigenaardig genoeg – hebben de ratingbureaus of kredietbeoordelaars daar geen problemen mee. Een Europese verordening komt tot stand ; concrete wetgeving is quasi onmiddelllijk in voorbereiding die de rating bureau’s zal verplichten zich te registreren en bepaalde verantwoordelijkheden op te nemen ; vier ratingbureau’s registreren zich hiertoe bij de EU : S&P, Moody’s en Fitch en het Canadese DBRS ;
  • daarnaast  is de EU ook bezig om de ratingmethodologie en -impact te reglementeren : het werkt aan regels rond de volgende domeinen : normering van de regels en publiciteit van bepaalde informatie, passage via een door de EU gecreëerde EURIX index onder supervisie van de ESMA, verplichte verandering voor publieke emittenten om de drie jaar van ratingbureau (dus meer onafhankelijkheid  doch ook meer werk…), minimale revisie om de zes maanden voor souvereine ratings ipv één jaar, verbod om de besluiten van re-ratings te publiceren rond of tijdens de openingsuren van de beurzen, verplichting bij gestructureerde producten om minstens twee ratings te publiceren, een wettelijk geregeld verantwoordelijkheids- en aansprakelijkheidskader, vaste publicatiedata voor ratingsveranderingen bvoor overheden ;  deze regels maken deel uit van een pakket (na ettelijke voorstellen van ontwerpen) van eurocommissaris voor financiële diensten Michel Barnier ;
  • een pak Europes ideeën komen er in die materie ook … NIET… door : verbod van publicatie van nieuwe ratings of aangepaste ratings over debiteuren (al dan niet alleen soevereine) in problemen ;
  • sommigen komen er wel door zoals verplichte op voorhand aan gekondigde timings voor aan kondigen van re-ratings, het maximaal drie keer herevalueren van een rating voor een overheid, de mogelijkheid om de ratingbureaus te dagvaarden voor schade als gevolg van een fout van hen, …. .

Ook de Amerikaanse autoriteiten reageren:

  • de nieuwe Dodd Frank Act maakt dat ratingbureaus vanaf 22 07 2010 ook aansprakelijk kunnen zijn voor hun daden en nalaten zonder dat er nog bewezen moet worden dat er sprake is van fraude of van een zware waarschijnlijkheid van fraud.

En het Amerikaanse congres reageert ook : in de hoorzitting die het Congres organiseert blijkt een en ander naar voren te komen uit getuigenissen :

  • ex-medewerkers stellen dat de top hen onder druk zette om positieve ratings te leveren zodat de zakenbanken Moody’s gunstig gezind bleef ;
  • de wens voor rendabilitiet van de investeerders in ratingbureau’s maakte dat ongeveer alles wat men kan vrezen mogelijks ook reëel mis liep.

De markt reageert ook; de ratingbureaus krijgen er een of meerdere nieuwe spelers bij?

Vooreerst zijn er bestaande spelers die zich roeren : 

  • het Chinese ratingbureau Dagong Global Credit Rating stelt zich eigenwijzer op en start ook ratings buiten zijn traditionele ratingdomein, wat tot dan toe hoofdzakelijk Chinese bedrijven was ; meer zelfs : het stelt openlijk in 2011 dat de drie traditionele ratingbureaus een politieke agenda hebben (de USA en traditionele kapitalistische ontwikkelde landen ondersteunen met topratings, terwijl deze – zoals bij wijze van voorbeeld de USA – een ongelooflijk hoge schuld hebben, een beperkte economische groei en een lage toegevoegde waarde in de mundiale economie in groei) ; het is overigens het eerste buro dat de USA downgrade ;
  • daarnaast zijn er nog vier andere Chinese ratingbureau’s actief in China.

Maar … niets echts nieuws onder de zon dus.

Ten tweede zijn er intitiatieven die zich aankondigen als nieuwe commerciële initiatieven :

  • de legendarische ultra-intelligente blondine Meredith Whitney start haar eigen ratingbureau op in 2011 dat zich zal specialiseren op Amerika ; ze was al langer gekend via haar Meredtih Whitney Advisory group in de USA maar zelfs erbuiten ;
  • Morningstar, die eerder al rendementen quoteerde, begint in december 2009 met het raten van bedrijven ; ze zullen gratis te consulteren zijn ; Mornignstar is en blijft ook een buitenbeentje ; het blijft halstarrig sinds jaren vasthouden aan het feit dat niet de emittent mag betalen maar de investeerder moet betalen ….. omdat de ratings gemaakt zijn … niet om de debiteur of emittenten goedkope financiering aan te brengen …. maar gemaakt zijn om de investeerder een correct, volledig en fair beeld te geven van het risico van zijn investering en dus om zijn perceptie op zijn investering realistisch te houden ;  
  • Jules Kroll, de legendarische stichter van Kroll & Associates begint zijn eigen ratingburo in 2011 : hij kaapt topmedewerkers weg van de bestaande ratingburo’s ; zijn motto : wij raten ook bedrijven die het niet vragen, de investeerder betaalt, wij publiceren de verantwoording  ;
  • Coface laat zich ook roeren in die markt : het bestudeert sinds juli 2009 die markt doch wordt door zijn aandeelhouder Natixis “verhinderd” om het project positief te laten beslissen en uit te rollen ; Natixis stopte het project in 2011 ; Natixis ziet de combinatie van bankgroep en ratingbureau immers niet zitten voor zijn groep ; Coface ziet die roml wel zitten voor het Franse concern  en vindt dat het daar ook troeven voor heeft : het volgt bij wijze van voorbeeld in FrankRijk de kredietwaardigheid van 55 miljoen entiteiten, de traditionele ratingbureaus dekken er slechts een 70-tal ; Coface heeft al vestigingen in 67 landen  ; mogelijks brengt een ev. verkoop door Natixis van Coface aan een derde groep een mogelijke wijziging in strategie ;
  • ook de Amerikaanse groep Egan Jones wil hierin iets opstarten  ; maar concreet zien we er niet veel van ;
  • ook de Amerikaanse groep DBRS denkt aan een eigen ratingdienst; concreet wordt het achteraf o.i. niet ;
  • de kredietverzekeraar Euler Hermes (een directe concurrent van het Franse Coface) doet dat ook ; het heeft overigens al een licentie op zak als ratingbureau ; het is als eerste ratingbureau erkend door de ESMA in november 2010 ; evenwel : het gaat om een bescheiden project in alle opzichten : de activiteit is beperkt tot Duitsland, tot KMO’s, tot 11 personeelsleden en tot een zakencijfer van 1,5 miljoen euro (of dus 0,2 % van het zakencijfer van de groep in Duitsland) ; er is geen enkele ambitie om de drie grote ratingbureau’s dus echt te gaan beconcurreren ;
  • …. .

Daarnaast zijn er initiatieven rechtstreeks van de overheid :

  • de Amerikaanse overheid wil een ratingbureau oprichten voor consumentenproducten ; de financiële sector vindt dit te vaag, te duur, contradictorisch en bureaucratisch ;
  • ook de EU dacht er lang over na, bestelde zelfs een studie over de haalbaarheid, noodzaak en opportuniteit, doch deed het finaal niet zelf, al blijft het idee continu mee overleven en steunt ze de geboorte van een Europees bureau ; de verschillende pistes die binnen en rond de EU werden besproken zijn vrij divers : een Onafhankelijk Europees Kredietratingagentschap onder controle van het Europees Parlement of een Onafhankelijk Europees Kredietratingagentschap onder controle van de Europese Centrale Bank dat zijn activiteiten zou beperken tot schuldpapier van soevereine staten, of (steun aan) een privé-initiatief rond de beurs van Frankfurt (of een ander financiëel centrum) ; niets blijft er evenwel van overeind ;
  • “la Banque de France” of dus de Franse Nationale Bank noteert en geeft een kredietkwalificatie jaarlijks aan meer dan 260 000 Franse bedrijven reeds in 2012 ; ze heeft dus een infrastructuur, een dataverzamelings- en analysesysteem en opvolgingssysteem voor bedrijven uit haar territorium (Frankrijk) ; ze zou dit kunnen uitbreiden en internationaliseren ; daarnaast denkt ze aan een project van een Fonds Commun de Placement, waarin vorderingen op Franse bedrijven (en andere) zouden kunnen in ongebrahct worden door ze eraan te verkopen ; in feit is dit een variante op factoring of op titrisering van schuldvorderingen en dus helemaal niet nieuw ; het “gmeenschappelijke” karakter, ev. uitgebreid naar de EU en vooral het feit dat de Banque de France een mogelijke initiatiefnemer zou zijn is nieuw ; de band tussen dit project en het mogelijke rating project is dat het FCT zou kunnen beroep doen op de ratings van de BDF om de kredietkwaliteit te beoordelen ;  de projecten kwamen vooral aan bod tijdens discussies en publieke interventies op politiek geagiteerde momenten en/of in politieke fora zoals in de Franse Senaat ;
  • …. .

Het ziet er naar uit dat die eerder niets worden dus dan zovele suksessen …. .

Tot slot zijn er ook non-profit initiatieven :

  • de Duitsers zien ook een gat in de markt : de Duitse Berthelsmann Stichting, een economische denktank, wil i.s.m. met andere denktanks uit de US en Europa een nieuw ratinginitiatief opstarten via een non-profitorganisatie ; ze wil ratings lanceren zonder bijbedoelingen, zonder verborgen agenda en zonder winstoogrmerk ; ze doopt haar project INCRA en presenteert het project als een project puur gericht op de rating van souvereine staten, niet van bedrijven dus ; het zonder winstoogmerk karakter is volgens haar essentiëel omdat de rating van souvereine staten volgens haar een publiek domein is ; de tratings zouden niet op vraag zijn, niet betalend en de enige inkomsten van de vereniging zou een vorm van abonnements– of toegangsgeld te zijn alsook inkomsten uit punctuele expertises de rest van de kosten wordt gedragen door een dotatie uit een beleggingsfonds van een 400 000 000 euro dat zou worden opgericht door staten, NGO’s en professionele investeerders ;het wil burelen in Europa, Azië, Latijns-Amerika en de USA ; een partnership zou worden afgesloten met het Kiel Institute for the World Economy ;
  • de vennoot Markus Kroll van het consultancybureau Roland Berger kondigt aan begin 2012 dat er voor 300 miljoen kapitaal zal komen van banken, verzekeraars en beurzen om voor de zomer van 2012 een Europees ratingbureau te starten onder de vorm van een vzw ; hij zelf zal er oprichter en voorzitter van worden ; de geboorte van een Europees non-profit ratingbureau met Europese mentaliteit dat Europa beter kent dan de andere is dus nakend ; alhoewel : er zit vertraging op het project vwant Berge vindt slechts 130 – 150 mio euro in plaats van de door hem aangekondigde nodige 300 miljoen euro ; het geld zou normaal in een mezzaninefonds gepompt worden en op 7 jaar moeten terugbetaald worden aan de geldschieters ; Berger kondigt aan dat het bureau ook aansprakelijkheid zal aanvaarden voor zijn werk ; dat is nieuw en vooral interessant als gelanceerde “opinie”, want het zou de vorm aannemen van een VZW in plaats van een bedrijf ; het is onze uitgebreide ervaring dat VZW’s vaker dan niet VZW’s ook niet opgewassen zijn tegen grote aansprakelijkheidsclaims ; Europees zijn is niet zo nieuw want Fitch (bij wijze van voorbeeld)  is voor 60 in handen van Europese investeerders ; ook nieuw is dat het aankondigt dat het ratings zal maken op twee niveaus : een eerste niveau waar het van mening is dat er voldoende informatie voorhanden is en geen complexiteit aanwezig is in het product die een betrouware rating in de weg staat ; secondaire ratings die zeker niet als enige beslissingsmiddel mogen ingezet worden, voor ingewikkelde producten ; op die manier is de belegger of investeerder dus duidelijker gewaarschuwd ; daar hebben ze volgens ons volledig gelijk in, doch het betekent mogelijks ook in de marktpraktijk dat het nieuwe bureau (nog) minder zekerheid biedt dan de traditionele bureaus, want secundaire ipv primaire ratings en meer voorbehoud dus zeker niet meer aansprakelijkheid zoniet … nog minder  … ; het zijn de investeerders die in casu zullen moeten betalen ; dat vinden we een gezond principe. Bij wijze van én ludieke én ernstige opmerking tegelijk, zouden wij graag een rating zien voor deze VZW zelf ;
  • tegelijkertijd met dit initiatief wordt er ook een ander project gelanceerd door  dezelfde spelers als deze rond Berger: er komt een gemeenschappelijk platform voor de betrokken spelers waarop elkeen de informatie over zijn bedrijven en debiteuren die geviseerd worden kan downloaden ; het laat toe om vaak gemeenschappelijke klanten door te lichten op een gemakkelijker manier en voor de banken/investeerders  en voor de klanten/bedrijven ;
  • het Belgische Brandhome zou graag ratings vanaf A tot AAA lanceren voor merken van goederen en diensten ; het noemt als vermoedelijke AAA Apple, Ryanair en Red Bull ; het noemt als mogelijke Belgische A’s bij wijze van voorbeeld Galler, Ctassen, Sirop de Liège en Spadel ; het gebruikt vnl. drie criteriagroepen : Accountabilty, Authenticity, Activation (in het Engels) ; de topspelers in het bureau zijn Erik, Saelens en Nicoline Spruyt.
  • …. . 

Maar vele zwaluwen (initiatieven) maken daarom nog geen lente… : eind 2012 is er de facto niet zo veel veranderd….  in de haute finance.

En toch …. terug kritiek en deels zelfs nieuwe kritiek …..

Maar ….. ook de nieuwe(re) spelers staan niet los van marktkritiek :

  • het Chinese buro Dagong krijgt ook van de pan in 2011 : het noteert de korte termijnschuld van het overheidsspoorwegenentiteit in China hoger dan de Chinese autoriteiten zelf, terwijl net in de kringen van de sporrwegen een corruptieschandaal was losgebarsten.

Meer zelfs, er komen grote nieuwe kritieken bij :

  • als een Europees ratingburo zich vooral pro-Europees gaat gedragen, zal zijn geloofwaardigheid vooral politiek zijn ; Europese ratingbureaus die Europees denken en Europa verdedigen en Angelsaksische ratingbureaus die Angelsaksiche werken en Angelsaksiche debiteuren verdedigen is de verkeerde evlutie ; 
  • aansprakelijkheid is mogelijks ook vlugger een feit ; op zich is dit positief doch aansprakelijkheid is er vooral als je (eerder) overwaardeert, minder als je (eerder) onderwaardeert en voorzichtiger bent …. ; we zijn benieuwd hoe dat zal aflopen ;
  • uit studies blijkt dat meer concurrentie tussen ratingbureaus en dus meestal ook meer ratingbureaus ook perverse effecten kan hebben en heeft ; het heeft tot gevolg dat er bij nieuwe klanten gevochten wordt om de klant ; mogelijks heeft dit een invloed op de studie en/of haar resultaten ; bij downgradings is het eerste ratingbureau dat zijn rating verlaagt of aankondigt dat hij hem zal verlagen altijd het meest in de kijker en lijkt het meer dan de anderen het  haantje de voorste ; er is dus neiging om bij negatief nieuws sneller te werken ; dat is ok, als het echt negatief nieuws is, dat is niet goed als het slecht nieuws foutief is geinterpreteerd of vals alarm is ; in elk geval heeft het een spiraaleffect dat eerder negatief is voor klanten dan positief ; dat zal niet beteren dus als het aantal ratingbureaus ….. verdrievoudigt ;
  • spelers zonder ervaring doen het meestal niet beter dan spelers met ervaring ; dat is alleszins onze ervaring ; plots willen dus vele anderen beginnen te evalueren … Mogelijks zien we binnen tien jaar veel te veel ratingbureau’s in een te verdeelde markt en met dus te weinig specialisatie en/of diepgang?

Conclusie

De laatste vijf jaren werden gekenmerkt door vijf evoluties :

  • het instorten van het absolute geloof in ratingbureaus ; op zich is dat een goede zaak ; absoluut  is zelden een positief goed ;
  • het verder reglementeren van het beroep ; ook dit is een goede zaak ;
  • het begin van aansprakelijkheidscases voor ratingbureaus ; ook dit is een goede zaak.

 De twee laatste zijn o.i. minder zeker te kwalificeren als goede zaak :

  • het diversifiëren van drie grote naar veel meer kleinere spelers ;
  • het deels politiseren van de discussie rond en de evaluatie van ratingbureaus.

We zullen in 2018 evalueren waar ons dit heeft gebracht en of de wereld voor investeerders die zich verlaten op ratingbureaus veiliger is geworden. 

Literatuur en bronnen

Audiencia National, Verschillende partijen v. Standard & Poor’s, Fitch, Moody’s, 30 08 2011,

BALLEGEER, D., Belegger ontgroeit dominantie ratingbureaus, in DETIJD, 22 11 2011, p. 19.

BALLEGEER, D., Europa legt ratingbureaus aan de leiband, in DETIJD, 29 11 201, p. 31.

BALLEGEER, D., Blaffen, maar niet meer bijten, in  DETIJD, 29 11 201, p. 31.

BARREZEELE, K., het nieuwe kader na de crash, in De Verzekeringswereld, januari 2011, p. 36-38.

BEL, Eigen kredietbeoordelaar voor Europa bijna een feit, in www.dezondag.be, 22 01 2012, p. 2.

Belga, Beurswaakhond : ratingagentschappen maken rekenfouten, in DeMorgen, 03 10 2011, p. 8;

Belga, Ratingbureau, in DeMorgen, 27 04 2012, p. 19.

BOONE,  R.,  Mensen, Edith Weemaels, “Ratingbureaus komen langzaam uit de schaduw”, in De Juristenkrant, 07 03 2012, p. 15.

BOONE,  R.,  Mensen, Edith Weemaels, Biografie, in De Juristenkrant, 07 03 2012, p. 15.

BYL, R., “Niemand kan in de toekomst kijken”, in www.trends.be, 10 11 2011, p. 40 e.v..

CHARLIER, L., La Chine s’attaque au monopole de S&P et Cie, in L’ECHO, 23 07 2010, p. 1.

CLEEREN, E., Ratingbureaus niet al te snel aansprakelijk,in DE TIJD, 24 januari 2009, p. 4.

CLEEREN, E., Heeft een Europees ratingburo zin?, Ja. Neen, in DETIJD, 24 01 2012, p. 10.

COLLET, M., Roland Berger en passe de lancer une agence de notation, in L’ECHO, 28 04 2012, p. 8.

DE BEULE, D., kredietbeoordelaars moeten worden beteugeld, in DETIJD, 08 11 2011, p. 14.

DE GRAUWE, P. , Waarom zouden we de ratingbureaus nu wel geloven?, in DE TIJD, 27 januari 2009, p. 16.

DE GROOTE, P., Blunderend S&P geniet schier endeloos krediet, in DETIJD,  12 11 2011, p. 25.

DE GROOTE, P., Moody’s analyst praat uit de biecht, in DETIJD, 20 08 2011, p. 15.

DE KEULENEER, E., Systemen van kredietratings hervormen kan enkel drastisch, in DE TIJD,  25 06 2010, p. 14.

DEMEESTER, S., Ruzie over kredietrating escaleert, in DETIJD, 29 03 2011, p. 15.

DE KEYZER, P., Chief Economist BNPP Fortis, Ratings, Europe et crédibilité, in L’ECHO, 08 07 2011, p. 12.

DENDOOVEN, P., Europa hekelt ratingbureaus, in DeStandaard, 07 07 2011, p. 30-31.

DE SWERT, G., Crisismoordenboek, EPO, 2010, p. 16.

DE TIJD, “Moody”s smukte ratings op”, in DeMorgen, 03 06 2010, p. 21.

DOBBELEER, K., DE GROOTE, P., Knieval van Buffett en Moody’s,  Kredietratingbureau slaat mea culpa voor rol in kredietcrisis, in DE TIJD, 03 06 2010, p. 3.

DT., Australische straf voor Standard & Poor’s schudt Belgische beleggers wakker, in DeMorgen, 06 11 2012, p. 17.

DE VAUPLANE, Droit des marchés financiers, responsabilité des agences de notation : état des lieux en Europe et aux Etats-Unis, in Revue Banque, n° 746, 03 2012, p. 78 e.s.

DE WILDE, D., EU eist beter bestuur in banken, Aandeelhouders en bestuurders moeten corporate governance opschroeven, Ratingbureaus worden in twee fases gereguleerd, in DE TIJD, 03 06 2010, p. 3.

DE WILDE, D., Ratingbureaus komen onder EU-toezicht, in DE TIJD, 03 12 2010, p. 11.

DE WILDE, D., Europa trekt laatste lessen uit crisissen, DE TIJD, 03 06 2010, p. 3.

DE WILDE, D.,  Europa legt ratingbureaus striktere controle op, in DE TIJD, 03 06 2010, p. 1.

DE WILDE, D., Europa legt ratingbureaus en shortsellers aan banden, in DETIJD, 16 11 2011, p. 11.

Dodd-Frank Act, Sectie 939G.

DPA., Europees ratingbureau komt eraan, in DeMorgen, 25 01 2012, p. 2.

EL KHADRAOUI, S., Europees parlementslid voor de sp.a, Verlaag de rating van de ratingagentschappen, in  DeMorgen, 18 10 2011, p. 23.

EV., Links heeft Europees alternatief voor almachtige ratingbureaus, in DeMorgen, 07 10 2011, p. 6.

GROMMEN, S., S&P wijt flater aan ICT, in http://datanews.knack.be/ict/s-p-wijt-flater-aan-ict/article-4000005210896.htm?nb-handled=true&utm_medium=Email&utm_source=Newsletter-14-11-2011 14 11 2011.

Hof van Beroep van Frankfurt, 27 november 2011.

HUBAUD, B., Les agences de notation à leur juste place?, in Revue Banque, N° 749, 06 2012, p. 28.

HUYLENBROECK, P., De smerige interne keuken van Moody’s, in DETIJD, 04 10 2011, p. 17*.

Http://ec.europe.eu/internal_market/securities/docs/agencies/COM_2011_747_fr.pdf ; Http://ec.europe.eu/internal_market/securities/docs/agencies/COM_2011_746_fr.pdf .

J.-P.B., 3 Questions à Nicolas Veron, in L’ECHO, 29 11 2012, p. 3.

KARYOTIS, C., Professeur au Reims Management School, Crise financière, Quand les agences de rating font tourner le monde, in Revue Banque, 01 2012, n° 744, p. 54 e.s..

KV., EU-Commissie beperkt macht van ‘grote drie’ ratingbureaus, in DETIJD, 12 11 2011, p. 25.

KV, EU plaatst ratingbureaus onder toezicht, in DE TIJD, 12 november 2008, p. 11;

LIESSE, D., L’Europe veut enfoncer le clou sur les agences de notation, in L’ECHO, 06 – 08 11 2010, p. 9.

LION, V., ABESCAT, B., Mauvaises notes pour les agences, in www.levif.be, 25 11 2011, p. 40-44;

LOZENZINI, F., Rémunérations, Le prix d’une notation indépendante, in Revue Banque (FR), juni 2012, n° 749, p. 38-39.

MAELSCHALCK, M., Aux origines des agences de notation, in Billet, in L’ECHO, 17 01 2012, p. 24.

MASOUNAVE, A.., Le projet de la Banque de France, in Revue Banque (FR), 06 2012, n° 749, p. 37.

MASOUNAVE, A., Les assureurs de crédit en embuscade, in Revue Banque, N° 749, p. 34-37.

MASOUNAVE, A., De nouveaux acteurs pour stimuler la conurrence, in Revue Banque (FR), 06 2012, n° 749, p. 37.

MATHIEU, C., Les agences à nouveau sous le feu de critiques, in L’ECHO, 31 03 2011, p. 15.

MATHIEU, C., S&P rattrapée par la crise des “subprimes”, in L’ECHO, 28 09 2011, p. 13.

MATHIEU, C.,  L’Europe poursuit sa croisade contre les agences de notation, in L’ECHO, 29 11 2012, p. 3.

NAULOT, J.-F., Il faut limiter le pouvoir des agences de notation, in Le Monde, 04 02 2012, p. 15.

NILLE, J., La bourde de S&P sur la France en était-elle une?, in L’ECHO, 12 11, L’ECHO, p. 18.

NILLE, J., L’Australie condamne S&P pour notations trompeuse, in L’ECHO, 06 11 2012, p. 28.

Parmalat v. Mc Graw-Hill Co (moederbedrijf van S&P), Rechtbank van Milaan, Italië, 5 juli 2011.

PIETER, S., Australische straf voor S&P schudt Belgen wakker, in DETIJD,  06 11 2012, p. 35.

PIRONET, E., De macht van de ratingbureaus, in KNACK, 28 januari 2009, p. 4.

RAIMBOURG, PH., Prof., Réformer le fonctionnement des agences de notation, in Revue Banque (FR), N° 749, 06 2012, p. 26.

RIETMAN, L., Spanje wil ratingbureaus voor de rechter, in DETIJD, 24 03 2011, p. 9.

SACRE, J.-F., Brandhome s’inspire des agences de notations pour coter les marques, in L’ECHO, 14 11 2012, p. 9 ;

SAELENS, E., SPRUYT, N., In Triple-A we trust, The World is (not) a mess, TAAA, 2012, 50 €.

SJS., Analist beschuldigt ratingbureau van corruptie, in DeMorgen, 20 08 2011, p. 17.

SMEDTS, S., Ratingbureaus : “gespuis” dat je nog moet betalen ook, in DeMorgen, 12 08 2011, p. 8 .

SUY, P., Klok tikt voor wie compensatie wil, in DETIJD,  06 11 2012, p. 35.

THOMAS, C., Agences de notation, De la gestion des conflits d’intérêts, in Revue Banque (FR), 05 2011, n° 736, p. 52-53.

VANBRUSSEL, E., We hadden stricter moeten zijn, in DeMorgen, 20 juni 2009.

VANDAELE, S., Ah Ah Ah, in L’ECHO, 1211 2011, p. 2.

VANDAELE, S., Ci-gît l’immunité judiciaire des agences de notation, in L’ECHO, 29 11 2012, p. 3.

VAN DIJK, B., “Amerikaanse ratingbureaus dienen VS”, in DETIJD, 10 05 2011, p. 9.

VAN EMPTEN, J., Beoordelingskunst, in DE TIJD, 03 06 2010, p. 2.

VANEMPTEN, J., Jules Kroll, Privé-detective legt S&P het vuur aan de schenen, in DETIJD, 01 09 2010, p. 2.

VAN HAVER, K., Europa legt ratingbureaus aan de ketting, in DETIJD, 17 01 2013, p. 6.

VAN MIERLO, J., Accountants zitten in hun maag met verklaring banken, in Het Financieele Dagblad, 29 janaurai 2009, p. 7.

VANSTEELAND, K., Ratingbureaus, de sirenes van de kredietcrisis, in DE TIJD, 03 06 2010, p. 3.

Verordening (CE) n° 1060/2009 van 16 09 2009 (inwerking sinds 07 12 2009)

Verordening (CE) n°  513/2011 van 11 mei 2011 houdende wijziging van de Verordening (CE) n° 1060/2009 van 16 09 2009.

WILMERS, R.G., Face à leur échec, dégradons les agences de notation, in Le Monde, 04 02 2012, p. 15;

Www.morningstar.com.

Www.brandhome.com

Www.tripleAbrands.com

X., Italiaanse banken woedend op Moody’s, in DETIJD, 16 05 2012, p. 7.

X., Plaintes contres S&P et Moody’s partiellement recevables, in L’ECHO, 09 05 2012, p. 7.

X., Parket van Trani vervolgt Fitch en S&P, in DETIJD, 13 11 2012, p. 32.

X., S & P misleidde beleggers, in DETIJD,  06 11 2012, p. 1.

X., Ratingbureaus in beklaagdenbankje, in DETIJD, 06 11 2012, p. 35.

X., Politie valt binnen bij S&P in Milaan, in DETIJD, 20 01 2012, p. 13.

X, Les agences de notation, ces grandes incomprises, in L’Echo, 4 juin 2009.

X., Nouvelle supervision pour les agences de notation, in L’ECHO, 16 12 2010, p. 14.

X., S&P, Moody’s et Fitch devront rendre des comptes en Europe, in L’ECHO, 02 11 2011, p. 16.

X., Meredith Whitney s’attaque aussi aux agences de ratings, in L’ECHO, 20-22 11 2010, p. 18.

X., Hoe machtig zijn ratingbureau’s nog ? in Professioneel vermogensadvies, , nr. 15, weken 33 en 34, p. 1-3.

X., Concurrence pour les agences de rating, in L’ECHO, 20-22 11 2010, p. 1.

X., Morningstar en agence de ratings, in L’ECHO, 04 12 2009, p. 14.

X., Meredith Whitney s’attaque aussi aux agences de ratings, in L’ECHO, 20-22 11 2010, p. 18.

X., Les eurodéputés veulent leur S&P, in L’ECHO, 09 06 2011, p. 13.

X., Duitsers werken aan alternatief voor ratingbureaus, in DETIJD, 10 12 2011, p. 5.

X., Europees ratingagentschap in de startblokken, in DETIJD, 27 04 2012, p. 4.

take down
the paywall
steun ons nu!