De kans zit er dik in dat wat het kerkelijk pedofilieschandaal betreft, de zaken geleidelijk aan rustig terug in hun plooi vallen. Nochtans is er iets in het gehele verhaal dat aanleiding had moeten zijn voor een ruimere bezinning, namelijk hoe dat het verdomd toch mogelijk was dat vroeger en tot heel recent alles zo omfloerst kon blijven, alles zo maar door enkele mensen afgeschermd kon blijven… met alle nefaste gevolgen nadien. Voor iedereen trouwens, ook binnen de gemeenschap van kerkgangers. Nu mogen plots, weerom op signaal van diezelfde kerkelijke overheden, priesters en misdienaars zelfs niet opstappen in de Brugse Bloedprocessie. Mooi geschenk voor die overgrote meerderheid onder hen die misschien zelfs niets afwisten van pedofilie bij collega’s. Dit brengt ons bij het functioneren van het formele leadership in het kerkelijk instituut.
Toen monseigneur Léonard aartsbisschop geworden was van de Belgische kerk bracht De Standaard (27 februari) onder de titel “De kerk is geen democratie” een relaas over hoe de Paus tot die keuze zou gekomen zijn. In welke mate het verhaal klopt, is moeilijk te achterhalen. Wat wél geweten is, is dat een aartsbisschop (zoals trouwens elke bisschop) door minstens drie instanties te Rome voorgedragen wordt (de collega’s, de gezamenlijke kloosterordes en het interdiocesaan pastoraal beraad). Ook gewone bisschoppen worden normaal door drie instanties voorgedragen; dat gold dus eertijds ook voor monseigneur Vangheluwe. Vraag me niet wie. Echter, voor wat monseigneur Léonard betreft, stond hij op geen enkele shortlist van in Rome voorgedragen kandidaten. Dit heeft de nuntius in België tijdens een interview nadien in een buitenlandse krant zelf publiek gemaakt. Daarom hoeft monseigneur Léonard nog geen slecht kandidaat te zijn, maar het betekent wèl dat de machtstoekenning binnen de huidige Kerk niet in een conciliaire geest (Joannes XXIII) gebeurt en absoluut niet transparant is. Zo gaat vandaag bijvoorbeeld al het gerucht dat zijn huidige woordvoerder hulpbisschop van Brussel zal worden. Waar of niet waar… maar het betekent dat de speculaties en lobbies hun gang gaan en dat die aanduiding zeker niet transparant is. Is het dat wat men bedoelt met de werking van de Geest? Ik denk het niet…En kan dat echt niet anders?
Ach… de Kerk is geen democratie, dat is toch evident, zo luidt het. Is dit wel zo evident? Niet-kerkelijken zien het dan weer anders en keren zich af: “bah, dat instituut stort toch binnenkort ineen!” Ondertussen gaat men wel voorbij aan het feit dat dit vermeend ineenstortende instituut nog altijd een van de grootste “sociale kapitalen” vertegenwoordigt in onze samenleving en dus hoe dan ook ons democratisch functioneren indirect sterk beïnvloedt, ten goede zowel als ten kwade. Volgt daaruit dat men dit instituut moet bekampen? Doe niet dom: een overtuiging van mensen “bekamp” je zo maar niet… Godsdienstig ingestelde mensen worden vaak nog méér in hun overtuiging gesterkt wanneer ze zich “bestreden” voelen. Dit is trouwens de m.i. niet gelukkige zet die De Morgen enkele dagen geleden deed, toen de redactie in het verlengde van de pedofilie-affaire zomaar draadloos een financieel dossier dacht eraan te moeten vasthangen. Als je wil dat de pedofiliezaak niet ten gronde onderzocht wordt, is het dit wat je moet doen.
Ik kom dus terug op mijn pleidooi uit vorige teksten: wil je echt een dienst bewijzen aan de democratie, ijver dan voor de democratisering van de fundamentele pijlers binnen haar middenveld, zonder die pijlers (of instellingen) zelf moraliserend te willen onderuit halen..
Terug naar de Kerk dus en de mijns inziens heel rechtmatige interne kritiek die ik meen te mogen schrijven. Staat er ergens in het Evangelie dat de Kerk niet democratisch mag zijn? Staat er ergens dat de invoering van meer democratie verboden zou zijn? In alle geval, minstens op het vlak van de kloosterordes, waar vroeger democratie ook niet de regel was, merkt men dat vanaf de 13de eeuw meestal voor heel democratische verkiezingen geopteerd werd om het leadership te bepalen. Toch bij de mannen. Léon Moulin, overigens een atheïst, omschreef bepaalde van die 13de eeuwse kloosterlijke verkiezingsverordeningen zelfs als kathedralen van constitutioneel recht… In die zogenaamd duistere Middeleeuwen was de democratie soms meer aanwezig in bepaalde sectoren van de Kerk dan daarbuiten, en beslist méér dan vandaag in de officiële Kerk zelf. Blijkbaar “mocht” democratie toen…
Terug naar wat er zou gebeurd zijn, volgens De Standaard van 27 februari, bij de aanduiding van monseigneur Léonard. Bij de voorbereiding van de keuze van de Belgische aartsbisschop, zou het Vaticaan met belangstelling kennis genomen hebben van brieven die er toegestuurd werden door mensen als het echtpaar Colen – Beliën over de “zwakheid” van het toenmalige episcopaat, en zou zelfs Albert II even om zijn mening gevraagd zijn…Hier klopt toch iets niet? Tenzij daar natuurlijk niets van aan is…
Wat zou democratisering dan kunnen betekenen? Niet per se dat de uiteindelijk aangestelde (aarts)bisschop verkozen zou moeten worden door algemene verkiezingen, maar dat een veelheid van mensen kan voorgedragen worden vanuit de verschillende gemeenschappen, die dan publiek uiteenzetten wat ze van plan zijn te doen en niet te doen, waarop dan collega’s en actieve kerkelijke organisaties hun ‘bindend’ advies te kennen zouden kunnen geven aan Rome…Dat advies zou dan in de regel positief opgevolgd moeten worden, tenzij er afgeweken worden ‘van hogerhand’, wat dan zou moeten gebeuren via een goed geargumenteerde alternatieve beslissing. Na zijn keuze, gebaseerd op een goed met de christelijke gemeenschap doorgesproken programma, zou de gekozene dan gedurende een behoorlijke termijn (bijvoorbeeld maximaal 2 maal 7 jaar) zijn ambt kunnen uitoefenen. In 7 à 14 jaar publiek functioneren heeft iemand normaal het beste van zichzelf gegeven en is het bobijntje af, zodat best iemand anders overneemt.
Het is een “wijding”, zullen gelovigen me opwerpen, en niet zomaar een functie. Inderdaad, en dan? Nu gaat een bisschop op een zekere leeftijd toch ook op pensioen zonder zijn “wijding” te verliezen? Betrokkene kan toch perfect, bisschop gewijd zijnde, nadien als priester blijven verder functioneren tot aan zijn wettelijk pensioen? (Laten we van de wedde-kwestie toch geen breekpunt maken. Hij – en hopelijk binnen afzienbare tijd ook zij – valt gewoon op zijn/haar vroegere wedde terug… en wat mij betreft, mag overigens gans dat systeem herbekeken worden. Het ganse systeem! En niet alleen het feit dat het de vraag is waarom een bisschop zo’n hoog salaris moet opstrijken.).
En dan de invulling van die functie… Hoe kan je nu tegelijk als persoon (i.c. een bisschop) het laatste woord willen opeisen in de discussie over theologische interpretaties, over de beslechting van morele discussies, over het materiële patrimonium, over disciplinaire maatregelen, over de opleidingen, om maar enkele punten te noemen…In een wereld als de onze verenigt niemand toch in één persoon als die competenties? In vorige bijdragen heb ik al gepleit voor verzakelijking, transparantie en democratisering in de kerkelijke instellingen. Ik ben er van overtuigd dat dit ook de samenleving in haar geheel ten goede zou komen. Daarom schrijf ik er ook over hier.
Wil dat zeggen dat de politiek er zich voortaan moet mee bemoeien? Absoluut niet. Het zijn de gelovigen zelf die “wakker” moeten worden. De tijd van de “de goede herder” en “zijn schapen” is een beeld van 20 eeuwen geleden. Akkoord? Wat de politiek wèl kan doen, is af en toe bij kerkelijke leiders een zeker ongenoegen laten blijken – zij het op faire manier – over een toch wat achterhaalde manier van werken.
Misschien kunnen we beginnen met wereldwijd in de Kerk de aanbevelingen van Hans Küng ter harte te nemen, en ze desnoods van Rome af te dwingen, waar het gaat om de toepassing van elementaire mensenrechten en van gelijke behandeling in de Kerk. Wat zitten we de wereld anders te vertellen over bevrijding en generositeit?