Lifta ligt juist buiten Jeruzalem en wanneer je dit dorpje binnenkomt, moet je eerst een graafkraan en enkele grondwerken ontwijken. Hierna daal je af op een kiezelpad en kom je in een groene oase bezaaid met leegstaande huizen.
Je zou de sfeer van Lifta kunnen vergelijken met Doel, met dit verschil dat de mensen hier niet zijn vertrokken voor een haven “die zeer dringend” moet uitbreiden.
Het was de oorlog van ‘48 die de 2500 Palestijnse inwoners deed vluchten. Sindsdien bevindt het dorpje zich in Israël en is het nooit meer herbewoond. De kranen bereiden de bouw voor van Israëlische luxeappartementen waar veel protest tegen is. (Deze werken werden woensdag 11 mei door het gerechtshof tijdelijk stopgezet en er werd meer onderzoek gevraagd.)
Het hartje van Lifta bestaat uit een pittoreske bron. Chen, een fotografiedocent aan Bezalel, nodigde mij uit voor een bezoek aan Lifta. “ Deze bron gaf drinkwater aan heel het dorp en werd door iedereen gerespecteerd. Nu zwemmen er Joden in, soldaten komen er pauzeren en fotografen van over heel de wereld hangen hier rond.” En de Arabische bevolking? “De Arabische bevolking leeft hier op de manier zoals Israël het wil; alleen de Arabische geschiedenis is hier nog gehuisvest” reageert hij bitter.
Ik wandel door een leegstaand huis en probeer me in de keuken de geur van verse Arabische koffie voor de geest te halen. Ik zet me neer in een slaapkamer en ik probeer te visualiseren waar vroeger het bed heeft gestaan. Ik probeer te begrijpen hoe het voelt om van je dorp weg te vluchten en nooit meer te kunnen terug keren omdat je dorp plots niet meer tot je ‘land’ behoort. Het lukt me niet, het gelach en geplons aan de bron leidt me af.