Mars Gouden Dageraad, Athene 2015. Foto: DTRocks
Interview -

Liz Fekete: “Binnen politie heerst welkomstcultuur ten aanzien van extreem rechts”

Peiling na peiling klopt het Vlaams Belang af als grootste Vlaamse partij. Trump betwist nog steeds de uitslagen van de Amerikaanse verkiezingen terwijl witte milities als de Proud Boys regelmatig kleine veldslagen uitvechten met anti-fascistische betogers in de straten. Voeg daar nog coronamaatregelen aan toe die een ongeziene macht verlenen aan politie- en veiligheidsdiensten en het wordt moeilijk om geen parallellen te zien met een donkere periode zoals de jaren dertig van vorige eeuw.

donderdag 17 december 2020 16:13
Spread the love

 

Zijn de jaren dertig terug? Liz Fekete, directeur van het in Londen gevestigde Institute for Race Relations (IRR), schreef er een boek over met gelijknamige titel. Het boek biedt een onthutsend overzicht van de manier waarop extreem rechts zijn macht uitbouwt in Europa. Geen beter geknipt persoon dus om het te hebben over de dreiging van extreem rechts, de rol van politie- en veiligheidsdiensten en, ook, wat we kunnen doen om de opgang van extreem rechts te breken.

Alvast één misverstand wil Fekete bij het begin van het interview de wereld uithelpen: we moeten afstappen van de neiging om de opgang van extreem rechts af te lezen van de electorale opgang van extreem rechtse partijen. Dat is volgens haar geen goede graadmeter voor de reële macht van extreem rechts.

Fekete: “Als we de kracht van extreem rechts enkel aflezen van de verkiezingsresultaten dan volgen we vooral de analyse die in de mainstream media wordt gemaakt en bij de traditionele politieke partijen. Het feit dat zij de opkomst in de eerste plaats analyseren in termen van electorale uitkomsten reveleert iets over de wijze waarop zij naar extreem rechts kijken. Ze zien de electorale opkomst van extreem rechts als een bedreiging van het status quo, van hun heerschappij. Ze weigeren op die manier om hun eigen rol of het systeem waarin ze functioneren te bevragen. Ze zien extreem rechts dus vooral als een externe bedreiging voor hun eigen macht, en niet als een bedreiging voor vele gewone mensen.”

“Die eenzijdige focus op de electorale opgang van extreem rechts wordt bovendien ook vaak vernauwd tot de electorale successen op het nationale of federale niveau. Dat is misleidend omdat de opkomst van extreem rechts zich heel vaak op een regionaal of zelfs municipaal niveau inzet. En net op dat lokale niveau kan extreem rechts soms meer extreem en bedreigend zijn voor vele mensen.”

Hoezo?

“Het is op een dergelijk lokaal of regionaal niveau dat strategieën worden ontwikkeld om extreem rechts acceptabel te maken, om een soort culturele aanvaardbaarheid van extreem rechtse ideeën en praktijken ingang te laten vinden. Dat hebben we bijvoorbeeld duidelijk gezien bij het Griekse Gouden Dagenraad. Die partij was bijzonder actief op een lokaal niveau, op pleinen, in steden, wijken. Er werden bijvoorbeeld voedselbedelingen en zo georganiseerd, waardoor de aanwezigheid van de partij genormaliseerd werd. Het creëerde een extreem vijandige omgeving, niet alleen voor mensen van kleur of immigranten maar evengoed voor LGTBQ+ gemeenschappen. Eigenlijk voor iedereen die in hun ogen als ‘anders’ wordt gepercipieerd. Dat soort van machtsopbouw kan moeilijk afgelezen worden uit verkiezingsresultaten.”

Gouden Dagenraad werd recentelijk veroordeeld als criminele organisatie. Wat kunnen we leren uit de strijd tegen Gouden Dageraad?

“Ik heb tijdens het proces Griekenland bezocht en delen van het proces ook bijgewoond. Dat gaf me de gelegenheid om met veel mensen uit de antifascistische beweging te praten. Eén van de zaken die ik geleerd heb is dat de publieke opinie pas is wakkergeschoten na de moord op de populaire antifascistische rapper Pavlos Fyssas (artiestennaam: Killah P., nvdr.) door een lid van Gouden Dageraad. Daarin heeft de moeder van Fyssas een zeer belangrijke rol gespeeld, zij is op iedere mogelijke wijze blijven pleiten voor gerechtigheid en dat heeft de Griekse samenleving na verloop van tijd wakkergeschud. Maar, eigenlijk was dat te laat.”

Waarom was dat te laat?

“Een slogan die ik las op de muren van de Academie in Athene vat het treffend samen: “if you’d have reacted to immigrant murders Pavlos may be alive” (‘als je gereageerd had op de moorden op immigranten, dan zou Pavlos misschien nog geleefd hebben’, nvdr). De moord op Pavlos was de zoveelste in een hele reeks gewelddaden, die aanvankelijk gericht waren tegen immigranten. We hebben het over moorden, maar ook over aanvallen op winkels en zaken van immigranten, vechtpartijen, intimidatie en belaging. Het is veel te lang stil gebleven rond dergelijke gewelddaden, het passeerde. Net omdat het ook criminele daden betrof die zich op een lokaal niveau afspeelden en op dat niveau genormaliseerd werden. Pas met de moord op Pavlos ontstond een meer algemene verontwaardiging. Maar dat was dus eigenlijk rijkelijk laat. Die algemene verontwaardiging bij het grote publiek had er veel eerder moeten zijn. Er had veel eerder moeten geluisterd worden naar de alarmkreten van antifascistische activisten.”

“Gouden Dagenraad toont trouwens ook op een andere wijze mooi aan dat het niet enkel om het winnen van verkiezingen draait in de machtsopbouw van extreem rechts. We weten bijvoorbeeld dat Gouden Dageraard heel actief bezig was met het infiltreren in Griekse staatsinstellingen, en ze waren daar heel goed in. Ze zijn erin geslaagd om een stevige basis uit te bouwen binnen de Griekse politie – zeker de migratie- en oproerpolitie en het leger. Niet toevallig zijn dat ook instellingen waar een autoritaire cultuur uit de tijd van de militaire dictatuur in Griekenland is blijven hangen. Op een bepaald moment werd er zelfs een coup gepland. Het is toen dat een deel van het Griekse establishment wakker schoot. Die poging tot staatsgreep en de ophef rond de moord op Pavlos hebben uiteindelijk geleid tot het proces.”

Het toont aan dat de Griekse staat toch nog over wat democratische veerkracht beschikt, niet?

“Veel mensen hebben de veroordeling van Gouden Dagenraad inderdaad geïnterpreteerd als de overwinning van het Griekse rechtssysteem en van de rechtstaat. Ik ben daar echter niet zo van overtuigd. Zoals gezegd heb ik zelf ettelijke zittingen bijgewoond in het proces tegen Gouden Dageraad, en dat was vrij ontnuchterend. Ik kan enkel vaststellen dat het er bij momenten bijzonder slordig en vreemd aan toeging.”

Kan je daar een voorbeeld van geven?

“Wel, er kwamen bijvoorbeeld beklaagden gewoon niet opdagen. En dat passeerde gewoon. Ik vond dat bevreemdend. In het Britse rechtssysteem is zoiets niet denkbaar. Maar het gaat ook om een meer structureel probleem. Het openbare ministerie speelde een bijzonder slappe rol tijdens het proces. Eigenlijk werden alle bewijzen voor de schuld van Gouden Dagenraad aangedragen door de antifascistische beweging, waartoe ook sommige advocaten in het proces behoorden. Zij hebben eigenlijk het belangrijkste onderzoekswerk verricht en het is in belangrijke mate dankzij hun onderzoek dat Gouden Dagenraad uiteindelijk werd veroordeeld. Dit was dus een overwinning van de Griekse, anti-fascistische beweging en niet zozeer van het rechtssysteem.”

‘The Thin Blue Line’

Is extreem-rechtse infiltratie in politiediensten een courante praktijk in Europa?

“Ja, zeker. In mijn boek beschrijf ik ook Duitse en Spaanse casussen waaruit blijkt dat extreem rechts zich inwerkt tot diep in de veiligheidsdiensten. Maar het probleem zit dieper volgens mij. De infiltratie in veiligheidsdiensten slaagt maar omdat er een bijzonder gastvrij klimaat bestaat bij veiligheidsdiensten ten aanzien van extreem rechts. In veel Europese landen zijn er schandalen losgebarsten rond groepen op sociale media binnen politiediensten waarin sprake was van racistisch taalgebruik en extreem rechtse sympathieën. In België brak bijvoorbeeld het schandaal los rond de Facebookgroep The Thin Blue Line, een groep waar racistisch taalgebruik en rechtse sympathieën de norm waren. In Frankrijk beveelde de minister van Binnenlandse Zaken afgelopen juni een onderzoek naar een gelijkaardige groep waar meer dan zevenduizend agenten lid van waren. In oktober brak in Duitsland dan weer een schandaal los rond agenten die betrokken waren in een WhatsApp-groep waarin racistische inhoud werd gedeeld en neonazi’s potentiële bondgenoten werden genoemd. Daar begint het probleem natuurlijk. In mijn boek focus ik me vooral op infiltratie binnen veiligheidsdiensten, een reëel probleem. Maar wat we sinds de publicatie van mijn boek hebben gezien is bewijs voor de verdere groei van een zeer verwelkomende cultuur ten aanzien van extreem rechtse ideeën binnen de veiligheidsdiensten. We zien dus de ontwikkeling van cultuur die op zichzelf fascistisch is, in die mate dat infiltratie niet meer echt nodig is. Dus het plaatje is er eigenlijk enkel donkerder op geworden.”

Liz Fekete.

In je boek benadruk je ook de rol die private bewakingsfirma’s spelen in de groei van extreem rechts.

“Ja, die zijn heel belangrijk. De opkomst van die private bewakingsfirma’s moeten natuurlijk in de eerste plaats gezien worden binnen een ruimere transitie van de welvaartstaat naar de marktstaat. Die overgang hield in dat publieke diensten werden geprivatiseerd, dat alles wat publiek was voortaan moest overgelaten worden aan de markt. In tal van sectoren werd ingezet op outsourcing. Aanvankelijk ging dat over sectoren als gezondheidszorg, cultuur, sociale voorzieningen, openbaar vervoer en dergelijke meer. Maar na verloop van tijd moest ook publieke veiligheid overgelaten worden aan de markt. We zien dat staten een beleid voeren dat gericht is op het verder outsourcen van taken die eigenlijk tot het pakket van de politie behoren. Iets waar politiediensten zelf zeker niet onverdeeld gelukkig over zijn. Steeds meer taken die aan de politie en de staat toekomen worden dus overgedragen aan de markt en uitgevoerd door private bedrijven. Het handhaven van het migratiebeleid was één van de eerste taken die overgedragen werden aan de private sector, zeker in het Verenigd Koninkrijk. Detentiecentra worden bijvoorbeeld niet gerund door de staat, maar wel door private firma’s. Ook het gevangeniswezen wordt in toenemende mate geprivatiseerd.”

“Privatisering op zich is natuurlijk problematisch, maar het grootste probleem lijkt me er hier één te zijn van accountability. De verantwoordelijkheid voor het veiligheidsbeleid wordt verschoven, de staat kan zich voortaan verschuilen achter private bedrijven en hoeft niet langer verantwoording af te leggen. Outsourcing is in wezen een proces van afstand nemen, van het creëren van afstand tussen uitvoering en wetgeving waardoor verantwoordelijkheden kunnen worden ontlopen. Dat is vanuit democratisch oogpunt zonder meer kwalijk.”

Maar wat is dan concreet het verband tussen extreem rechts en private bewakingsfirma’s?

“Iedereen kan firma’s oprichten en firma’s kunnen ook hun eigen aanwervingen organiseren. Het betekent dat de standaarden en selectiecriteria vrij laag liggen. Dat er weinig controle op is. Mensen die uitgesproken racistisch zijn kunnen bijvoorbeeld zonder veel problemen worden aangenomen. We zien dat veel van die private bewakingsfirma’s rekruteren uit extreem rechtse middens en dat werken bij dergelijke bedrijven ook als aantrekkelijk wordt gezien bij extreem rechtse militanten. In een land als Duitsland worden dat bijvoorbeeld echt niches; zie je een samensmelten van private bewakingsbedrijven en de extreem rechtse scene. Op die manier slaagt extreem rechts erin om zich steeds meer veiligheidstaken eigen te maken die in principe aan de staat toe behoren. Dat is natuurlijk zonder meer verontrustend.”

Perfecte storm?

Wat is het effect van de gobale pandemie op extreem rechts?

“In de meeste landen vervoegt extreem rechts zich bij de protesten tegen de lockdowns. Ze zijn heel duidelijk aanwezig in de straatprotesten en beroepen zich ook op een meer libertarisch discours. Tegelijk zien we, zeker in de VS, dat paramilitaire groepen naar voor treden en dikwijls ook het voortouw nemen in de protesten. Het gevaar lijkt me er vooral in te zitten dat extreem rechts, via haar aanwezigheid op de straatprotesten tegen de coronamaatregelen, nieuwe, politiek daklkoze mensen zal bereiken en zo haar macht weet uit te breiden.”

“Op een meer electoraal-politiek vlak zit extreem rechts echter niet in zo’n eenvoudige situatie. Het is lang niet gezegd dat agitatie tegen corona-maatregelen ook electorale vruchten zal afwerpen. We zien daarom ook aarzeling en vertwijfeling bij extreem rechtse politieke partijen.”

“Het is denk ik ook belangrijk op te merken dat de pandemie samenvalt met de protesten van Black Lives Matter (BLM). De manier waarop rechtse krachten vandaag mobiliseren moet ook in relatie met BLM gezien worden, het is er ten dele een reactie op. Het optreden van de politiediensten wordt evenzeer best binnen dit krachtenspel geïnterpreteerd. Het is bijvoorbeeld duidelijk dat mensen van kleur en minderheden veel meer geviseerd worden tijdens deze pandemie door politiediensten dan andere groepen. En het zijn natuurlijk die groepen binnen de politie die vatbaar zijn voor rechts extremisme die hier een bepalende rol spelen. Dit alles samen vormt volgens mij een vrij gevaarlijke cocktail. Een perfecte storm bijna.”

We zien in dat verband dat politiediensten hun best doen om zichzelf te portretteren als slachtoffers.

“Ja, dat is heel duidelijk. In de VS heb je bijvoorbeeld de hele retoriek rond Blue Lives Matter als reactie op Black Lives Matter. De boodschap die wordt meegegeven is dat de politie eigenlijk het ware slachtoffer is. Ook in Frankrijk en België probeert de politie de rollen om te keren en zichzelf als een slachtoffer te portretteren. Niet toevallig ook landen waar zeer getroubleerde relaties bestaan met mensen van kleur. De politie wordt op die manier een actieve, politieke kracht die institutionele verandering bewust boycot.”

Het valt inderdaad op dat hier in België de politie, meestal bij monde van haar vakbonden, bijzonder assertief naar voren treedt. Eigenlijk gewoon politieke campagne voert.

“Ja, en dat kan niet de bedoeling zijn in een democratie. De politie hoort zich niet te gedragen als een actieve politieke kracht. Op dat vlak merk ik toch een belangrijk verschil tussen het Verenigd Koninkrijk en continentaal Europa. In het Verenigd Koninkrijk vertrekt men veel meer vanuit de filosofie van ‘policing by consent’. Vanuit dat principe is de politie niet zozeer de eigenaar van het geweldsmonopolie maar eerder een soort dienst ten aanzien van de gemeenschap, die steeds ook de goedkeuring van de gemeenschap dient te hebben. Dat heeft te maken met de specifieke geschiedenis van waaruit de politie als instituut ontstaan is in Groot-Brittannië. Uiteraard neemt dat niet weg dat er ook in Groot-Brittannië ook vanalles misloopt, de situatie kan niet geïdealiseerd worden. De filosofie en de praktijk liggen soms mijlenver uit elkaar. Maar er bestaat dus wel een andere filosofie dan in continentaal Europa. In een land als Frankrijk bijvoorbeeld zie ik een politiekracht die tegenover de gemeenschap staat, zeer verregaand geweld gebruikt en zich heel uitdrukkelijk politiek profileert. Dat is trouwens niet alleen een reactie op BLM in Frankrijk, het heeft ook te maken met het protest van de gele hesjes.”

“Om een voorbeeld te geven, ik zag laatst een interview met een vertegenwoordiger van één van de Franse politievakbonden op Deutsche Welle. De man beweerde tijdens de uitzending dat er in sommige wijken grafitti werd aangetroffen waarin agenten en hun families persoonlijk bedreigd werden. Dat werd gewoon beweerd, zonder dat het werd gestaafd. Dat voorbeeld werd aangegrepen om het invoeren van de fel omstreden nieuwe veiligheidswet te verdedigen. Maar niemand die dan dus nagaat of en in welke mate die bewering effectief klopt. Je ziet dus dat de politie inspeelt op de creatie van urban myths die haar in staat stellen om het eigen geweld te legitimeren.”

Fascinerend, een politieagent beweerde onlangs iets gelijkaardigs op de Belgische publieke omroep. Hij claimde dat er affiches in bepaalde Brusselse wijken hingen die opriepen tot geweld tegen de politie. Daar bleek weinig van, het ging om wat street art zoals je die al decennialang in vrijwel iedere grootstad aantreft.

“Het is geen toeval denk ik. Eigenlijk is het een misvatting om te denken dat politiediensten louter nationaal georganiseerd zijn. Er zijn veel fora en contactmomenten waarop vertegenwoordigers van nationale politiediensten elkaar ontmoeten. Strategieën worden dus over de landsgrenzen heen gedeeld en overgenomen. Heel vaak wordt inspiratie gehaald uit andere landen.”

Trump weigert zich nog steeds neer te leggen bij het verkiezingsresultaat en trekt het electoraal proces volledig in twijfel. In hoeverre is dit de zwanenzang van een narcist, dan wel een nieuwe fase van radicalisering binnen extreem rechts waarin het democratisch proces openlijker dan ooit wordt aangevallen?

“Om te beginnen, ik denk dat we ons geen enkele illusie mogen maken omtrent het Trumpisme. Het is niet verslagen. Integendeel. Trump heeft miljoenen stemmen meer behaald dan in 2016. Na vier jaar wanbeleid en openlijk racisme heeft hij zijn aanhang enkel weten te vergroten. Dat zegt iets. We zijn nog lang niet van het Trumpisme af. Bovendien zijn de democraten er niet in geslaagd om de Amerikaanse politieke machine echt te veroveren. Kortom, het Trumpisme blijft een zeer belangrijke factor in de Amerikaanse politiek, los van wat er met Trump zelf uiteindelijk zal gebeuren.”

“Het gaat ook veel verder dan Trump. Trump wordt nog steeds gesteund door een groot deel van de Republikeinse partij, de hele politieke cultuur die hij ingang heeft laten vinden wordt nauwelijks in vraag getrokken. Nu, ik denk niet dat Trump gelijk zal krijgen voor de rechtbanken. Dat is nagenoeg uitgesloten. Maar het werkelijke gevaar schuilt paradoxaal genoeg in het feit dat Trump zich nu buiten het kader van de formele macht zal begeven. Net omdat hij geen functie meer zal bekleden, zal ook iedere beperking wegvallen en zal hij meer dan ooit kunnen agiteren. Het risico op een escalatie van buitenparlementair, extreem rechts geweld zal daarom toenemen en dat is een gevaarlijke situatie. Zeker, zoals ik eerder zei, in relatie tot de protesten van BLM. Want het zijn bewegingen als BLM waar het geweld in eerste instantie zal tegen gericht zijn.”

Vanuit Black Lives Matter wordt ook gepleit om niet langer te investeren in de politie. Defund the police heet dat. Hoe sta je daar tegenover?

“Een terechte eis. Alleen wordt er steevast een karikatuur van gemaakt door de tegenstanders. Het lijkt me gewoon heel rationeel om te vragen dat er minder wordt geïnvesteerd in repressie, in gewapende politie en het gevangeniswezen en meer in, bijvoorbeeld, zorg.”

“Trouwens, als je het over afschaffen en desinvesteren wil hebben, dan moeten we het misschien eens hebben over de manier waarop onze staten voortdurend desinvesteren in sociale en publieke voorzieningen. Hoe ze rechten voor migranten aan een niet aflatend tempo afschaffen. En hoe dat wordt gefaciliteerd door het politieke centrum.”

Denk je dat de macht van extreem rechts zal blijven toenemen, of ontwaar je toch een zeker keerpunt?

“Het is zonneklaar dat figuren als Trump of Bolsonaro een catalysator zijn geweest in de extreem rechtse mobilisatie. Ze hebben extreem rechtse partijen en bewegingen verder gestimuleerd en gelegitimeerd. Of die figuren nu formele macht bezitten, dan wel oppositie zullen voeren, maakt op zich niet zoveel uit. Hun invloed zal blijven.”

“Tegelijk mag je niet onderschatten dat we op dit moment echt op een kruispunt staan. En niemand weet welke afslag we uiteindelijk zullen inslaan. Het kan zijn dat we verder zullen evolueren in de richting van autoritaire staten. We leven al in autoritaire staten, voor sommigen onder ons – immgranten en mensen van kleur bijvoorbeeld – is de staat vandaag al autoritair. Maar zal het verder toenemen of niet? Dat weet ik niet. Wel weet ik dat we in multiculturele, multireligieuze en diverse samenlevingen leven, dat samenlevingen altijd al divers zijn geweest en dat je dat onmogelijk kan uitbannen. Europa is altijd multicultureel en divers geweest. Dat zal niet verdwijnen.”

“Jonge mensen dagen de bestaande orde uit. Er is steeds meer protest. Het is geen toeval dat uitgerekend vandaag uitgesproken reactionaire bewegingen het licht zien. Zij vormen een reactie op het uitdagen van het status quo. Voor mij zijn het jonge mensen die vandaag de hoop belichamen. Het valt op dat mensen vandaag op straat komen. En de demografische evoluties spelen in hun voordeel. Reactionairen weten dat. En net daarom roeren ze zich zo.”

“Dus persoonlijk denk ik dat er hoop is. En ik zie die hoop vooral belichaamd door jonge mensen en hun protesten. Tegelijk merk ik wel dat we in een nieuwe fase zijn terechtgekomen waarin jonge mensen geen enkel vertrouwen meer hebben in bestaande instellingen of partijen, die zien als deel van het probleem in plaats van deel van de oplossing. Ze zoeken hun eigen oplossingen, hun eigen vormen van gemeenschap om hun verzet verder uit te bouwen.”

Zie je dat verlies aan vertrouwen als een probleem?

“Alles hangt af van hoe politieke partijen en bestaande instellingen reageren. Het gaat om een dynamiek tussen gevestigde instituties en nieuwe protestbewegingen. Als politieke partijen het protest van jonge mensen bijvoorbeeld als een probleem aanzien en bijdragen aan het marginaliseren van de ideeën waar ze voor staan, dan zal de vervreemding verder toenemen. Dan zullen die partijen deel blijven van het probleem. Maar ze kunnen evengoed de legitimiteit van bepaalde ideeën erkennen, eens echt beginnen luisteren en zo deel uitmaken van de oplossing.”

“Eigenlijk zie ik op dit moment vooral een heel grote vervreemding bij politici, en niet zozeer bij de mensen die protesteren. Politici lijken ervan uit te gaan dat ze in een wereld leven die voor eeuwig kan doorgaan zoals ze bezig is, dat er na deze pandemie helemaal niets hoeft te veranderen. Terwijl deze pandemie meer dan ooit een waarschuwing is voor wat nog op ons afkomt. We kunnen niet langer verder doen zoals we bezig zijn.”

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!