Hoewel … Vandaag, 20 juni, is World Refugee Day. En men kan rustig stellen dat de coronacrisis mensen op de vlucht bijzonder hard treft, hoe zuinig dat ook getoond wordt in de dominante media. Een dag dus om hen zichtbaarder te maken en ons te bezinnen hoe we als samenleving met hen omgaan. Als overtollig gewicht in onze welvaartsboot, als dankbare objecten van ons paternalisme of als gelijken van wie de levensomstandigheden schreeuwen om sociale en politieke rechten. Een kritische reflectie in de vorm van een gedicht.
GROOTMOEDIG
Zij kwamen dichter, almaar dichter, tot zij
zichtbaar werden voor onze lenzen.
Als een bewegend woud uit de mist opgedoemd,
even wonderlijk, want ongezien binnen de grenzen
van onze verbeelding. Dit waren dus mensen
als wij, even vatbaar voor kou, vermoeidheid,
een glimlach. Er liepen kinderen door onze schermen.
Er vloeiden tranen. Alsof de gerechtigheid sprak,
zo stonden wij ons te schamen voor onze huizen,
onze concerten, onze winkelkarren, ons geluk.
Hoe hen weer onzichtbaar te maken? Herleidbaar
tot dweil, kartonnen beker, vingerafdruk?
Wij gaven hen soep en oude kleren, leerden
hen strompelen door onze taal. Op die manier
herstelden wij de grenzen van onze verbeelding,
zorgden, grootmoedig, voor een passend onthaal.