De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

Op safari in het Mountain Zebra National Park.

Op safari in het Mountain Zebra National Park.

zondag 11 december 2011 21:52
Spread the love

Sinds gisteren hebben we goed weer. De temperaturen zitten al boven de 25°. Af en toe is het nog bewolkt maar er staat wel een strakke wind. We zijn ondertussen in Cradock aangekomen.

In 1812 richte John Cradock, tegen het einde van de Kafferoorlog, hier een militaire voorpost. Merinoschapen deden het hier wonderwel goed en al snel groeide de stad uit tot het centrum van de schapenteelt. Je vindt hier ook veel historische gebouwen uit de tijd van de Nederlanders en de Britten. Het is de moeite waard om te voet de stad te verkennen. Het valt ons ook op dat het hier rustig is. Veel rustiger dan Grahamstown maar vermoedelijk heeft het veel te maken met het feit dat het weekend is.

Die Tuishuise en Victoria Manor:

Dit is waarschijnlijk de meest feërieke overnachtingsplaats van onze reis. Het is niet voor niks dat Die Tuishuisi & Victoria Manor reeds een award hebben gewonnen voor meest Victoriaanse Karoo Geust Houses & Historic Hotel. Langs beide zijde van de Market Street staan meer dan 12 Tuishuisi en op de hoek een oud coloniaal hotel. Je wordt hier begroet met een hartelijk welkom in een decor uit de dagen van Cecil Rhodes ( de stichter van Rhodesie), Olive Schreider (bekend Zuid Afrikaanse schrijfster) en de vele avonturiers en passanten uit lang vervlogen tijden op hun weg naar het hinterland.

Wij verblijven in een Tuishuisi met de toepasselijke naam ‘ Out Of Afrika’. We slapen en leven twee dagen in een echt Victoriaans huis. We hebben wel twee slaapkamers en kiezen er voor om in een vooroorlogse twijfelaar te slapen. Het bed is wel ruim te kort voor mij maar het heeft wel iets. De inrichting van het huisje is echt ouderwets en de krakende houten vloeren maken het alleen nog maar echter.

Daar het weekend is besluiten we om niet zelf te koken. ’s Avonds dineren we in stijl in het Victoriaanse restaurant van het aanpalende hotel. We krijgen een tafeltje voor twee toegewezen door een breedglimlachende maitre d’hotel. Het interieur is adembenemend. Het is geheel in de Vicoriaanse stijl. Even dwalen mijn gedachte af en zie ik ons zitten hetzelfde prachtige decor maar dragen wij ook de kledij uit die tijd. Ja, we behoren duidelijk tot de betere klasse uit die tijd en laten het ons ook welgevallen. Maar al snel ontwaak ik uit deze droom als de maitre ons komt vertellen dat het buffet geopend is. We proeven van alles een beetje maar het is te veel om op te noemen. Toch vermeld ik hier graag het karoolam. Dit is het lokale gerecht bij uitstek en niet te versmaden. Dit lamsvlees is anders en veel beter dan bij ons. Het is grover van structuur maar het smelt als boter in je mond. Deze heerlijke lekkernij passert dan ook twee keer op ons bord.

We sluiten af met een degustief in de plaatselijke bar van het hotel. De TV staat aan en het is rugby. Het zijn rechtsrteekse beelden van het 7 de tornooi in Port Elizabeth. Tot onze verwondering zien we de jongens van Wales, die we eerder deze week ontmoet hebben. De bonk waarmee we een praatje gemaakt hebben maakt een wel heel mooie run en komt in close up in beeld. Ja, dat doet wel wat. Wales wint van Fiji met 48 tegen 0.

Op jeepsafari met een persoonlijke gids:

We staan zondag vroeg op om tijdig in het Mountain Zebra National Park te zijn. Dit omdat blijkbaar in de vroegte de meeste dieren te spotten zijn. Het park ligt niet ver van Cradock dus hebben we ook nog tijd voor een uitgebreid ontbijtbuffet.

Het nationale park is het op één na kleinste van gans Zuid Afrika maar trekt er daarvoor niet minder bezoekers. Het is opgezet als reservaat om de Kaapse bergzebra van uitsterven te behoeden. In 1937 waren er nog maar amper 6 zebra’s waarvan maar één wijfje. Toch lukte het park er in een kweekprogramma op te zetten. Tegenwoordig heeft het park een 300 tal zebra’s. Je kunt er ook springbokken, hartebeesten, elandantilopen, bergrietbokken en zwarte gnoes zien. Ook de zwarte neushoorn is ondertussen terug bewoner van het park. Daarnaast verblijven er in het park tal van vogels, groot en klein.

En wij, wij gaan op safari met een echte Jeep en ranger. Om 09.30 uur staat onze gids Richard al klaar met zijn Jeep. Gelukkig voor ons is hij niet Richard, de echtgenoot van Mrs. Bouquet (Bucket), uit de meer dan hilarische Briste serie. Want dan zouden we waarschijnlijk nergens komen. Nee, onze Richard is een gediplomeerd ranger en kan aan aardig stukje rijden met zijn Jeep. Wij mogen op een verhoogde bank plaatsnemen achter onze gids. Zo kunnen we alles goed zien en foto’s maken.

Buiten het feit dat we uiteraard graag zebra’s en andere beestjes willen zien, zijn we eigenlijk gekomen voor iets spiaals, wat je niet zo maar overal kan zien. Hier zijn nog rotsschilderingen te bewonderen van een paar honderd jaar geleden. En daar, brengt onze gids ons naar toe. Richard rijdt met ons over paden waar je anders niet mag komen. Het is een echte Game Driving, want zo noemt hij dat. We schudden van links naar rechts maar genieten intens van al het moois dat we te zien krijgen. We klimmen en klimmen en klimmen traag maar gestadig naar boven. Mijn schatting is dat we zo’n 1200 meter hoog zitten. De uitzichten zijn fenomenaal. Achter iedere bocht krijgen we een ander panorama. Adembenemend!

De Karoo staat er ook voor gekend dat je hier bij regelmaat tafelbergen ziet. Plots verschijnt er na de zoveelste bocht een zicht op drie naast elkaar staande tafelbergen. We zijn sprakeloos. Daar deze drie prachtige bergen zo majestueus naast elkaar staan bombarderen we deze tot de drie wijzen. Met een beetje verbeelding zie je dat deze drie wijzen toezicht houden over het ganse gebied. De ganse dag overschouwen zij het leven van de dieren en de bezoekers in het ganse park. Ik ben er zeker van dat zij, eens het donker wordt, elkaar toespreken met de bevindingen van de dag. Benieuwd of wij vanavond ook aan bod zullen komen?
Nog een beetje verder houdt onze Jeep halt. Richard laat ons uitstappen en we gaan te voet verder. We dalen af met onder ons zicht op een diepe ravijn. Via een pad van rotsen komen we aan een wand waar de ranger ons de rotsschilderingen laat zien. Het zijn kleine kunstwerkjes die verschillende dieren voorstellen maar ook een menselijke figuur. Een deel is in een rode tint geschilderd en ander in het blauwzwart. De kleuren komen blijkbaar tot stand door gebruik te maken van een verschillende soort steenstof en deze te vermengen met de juiste plantensoort. Hoe is het mogelijk dat 300 jaar geleden de toenmalige bewoners uit deze rotsachtige streek hier konden overleven en dan ook zulke schitterende kunstwerkjes maken. We zijn wederom sprakeloos. De bewoners van deze gebieden moesten vroeger zich vooral bezig houden met dagelijks te overleven door voedsel te zoeken en water te verzamelen in struisvogeleieren.

Het is echter jammer dat de rotstekeningen op termijn zullen verdwijnen. De baboons, een soort apen, gebruiken deze rotsten als beschutting en overnachtingsplaats. Met hun pels wrijven ze over de rotswanden en zo schuren zij de tekeningen weg. Jammer maar helaas zo zijn er al een deel verdwenen …

We nemen terug plaats in de Jeep om de terugtocht aan te vatten. Onze gids beloofd ons nog een stukje om te rijden en ons de hoogste bergtop van de regio te laten zien. De sneeuberg is zo’n 1635 meter hoog en in de winter kan je er skiën. We zijn verwonderd.

Plots cirkelt er boven ons hoofd een wel heel groot gevaarte. Het blijkt de Black Eagle te zijn. De grootste roofvogel uit Zuid Afrika. Hebben wij effe geluk zeg. Hij cirkelt in het rond en blijft opeens hangen. Prachtig zoals deze mooie vogel daar stil in de lucht hangt. En dan, duikt hij naar beneden. Met een vliedende vaart daalt hij recht op zijn doel af. Het is ook op dit moment dat we door onze verrekijker kunnen zien wat een prachtige kleuren hij heeft. Met een onwaarschijnlijke snelheid laat hij zich naar beneden stuiken. Het lijkt wel of hij niet tijdig zal kunnen remmen. Maar niets is minder waar. We zien hem even niet meer maar niet lang daarna zien we hem terug uit niets opduiken en vliegt hij pijlsnel de hoogte in. Of hij zijn prooi te pakken heeft kunnen we echter niet zien.

Na dit prachtig schouwspel rijden we gestadig naar beneden op zoek naar beestjes. De buit is mager maar we zitten er niks mee in. We hebben al zoveel moois op ons bord gekregen. Toch zien we onderweg baboons, twee bergzebra’s die je blijkbaar maar zelden ziet, enkele hartebeesten en kudus.

Tegen de middag zijn we terug bij ons vertrekpunt. Het was meer dan de moeite waard.
Na een klein hapje eten kunnen we zelf nog in het park rondrijden met ons wagentje op de daarvoor voorziene wegen en paden. We volgen op de kaart nog een interessant parcour. Onderweg komen we meerdere zebra’s, ook kleintjes tegen, buffels, bontebokken, hartebeesten enz… het te weinig aan beestjes van de voormiddag wordt nu ruimschoots gecompenseerd.

Cradock Spa:

Ons volgende doelwit is Cradock Spa. Het ligt zon’ 5 km ten noorden van de stad. Blijkbaar heeft dit oord zwembaden die gevoed worden door zwavelbronnen. Aangekomen vraagt de vriendelijke onthaalwachter of we niet eerst eens willen gaan kijken. Groot is onze verbazing bij deze rare vraag. We parkeren onze auto en lopen eens rond in het oord. Er is een klein en een groot buitenzwembad maar er is echter ook een groot binnenzwembad. Het oogt allemaal wat aftands maar het kan nog best. Nu pas valt het ons op dat je hier alleen maar de lokale bevolking ziet. Hier geen toeristen zelfs geen blanke Zuid Afrikanen. Vandaar de vraag van de vriendelijke portier. We besluiten om toch een plekje te zoeken in de schaduw. We zitten te kijken naar de kleinsten die zich heel goed amuseren in het kinderbadje. Ze zien er allemaal zo schattig uit met hun bruine velletjes en de kleurrijke badpakjes. Hun haren één voor één op Afrikaanse wijze verzorgt.

Plots staat de onderhoudsman van het park bij ons. Hij waarschuwt ons dat de linkervoorband van onze wagen plat staat. Als het dan toch moet gebeuren beter hier dan ergens in de bergen of in het midden van nergens. Ik krijg hulp van de man en de vriendelijke portier bij het verwisselen van het wiel. Ik steek hen dan ook graag een ruime fooi toe. Iedereen tevreden maar ik nog het meest van al. Dit betekent wel dat we morgen bij een garage moeten stoppen om te band te laten herstellen. Anders hebben we geen reservewiel meer.

En morgen? Morgen en overmorgen is de kans groot dat we één van de mooiste plekjes van onze ganse reis zullen zien. Er komen waarschijnlijk twee hoogtepunten aan van onze trip.

Maar daarover later meer. Misschien morgen al. Anders zeker overmorgen.

take down
the paywall
steun ons nu!