Foto’s: Frederik Sadones
Het begint rustig op het
kleine pleintje voor de kerk. Er hangen spandoeken met de oproep vluchtelingen
te helpen. Dan stroomt de ruimte vol mensen uit alle windstreken en van alle leeftijden. In een
grote stoet, begeleid door de politie, gebruiken ze het pleintje om te
speechen.
Ik spreek Radji uit
Algerije. Hij woont in Amsterdam en loopt al dagen met de karavaan van
vluchtelingen mee. “We proberen te doen wat we kunnen”, zegt hij. “Ook al helpt
het niet meteen, ik wil laten zien dat er wel mensen zijn die elkaar willen
helpen. Iedereen moet weten hoe verschrikkelijk het voelt om geen recht te
hebben op een leven.”
Dat is kernachtig de
boodschap tijdens de optocht, die later door de straten van Brussel trekt:
samen staan we sterk.
Je hebt geen papieren nodig om solidair te zijn.
Speeches
De hele optocht lang klinken
er speeches. Het winkelende publiek wordt ervan doordrongen dat deze mensen
bestaan. Vaak zijn ze onzichtbaar, maar nu kan de hele stad ze even zien.
“De politiek moet ophouden
vluchtelingen te criminaliseren”, roept een jongen gepassioneerd. “Dit is geen
rechtvaardig of democratisch Europa. Waar is die gelijkheid en solidariteit
waarvan ze spreken? Wij merken er niks van.”
PvdA-jongeren die
zijn gekomen om de vluchtelingen te steunen, zijn het hiermee eens. “We moeten
blijven strijden”, zegt Olivier. “De situatie moet verbeteren, het is ongehoord
dat mensen elkaar dit aandoen.”
Steeds langzamer trekt de stoet
mensen door de smalle straten. Zodat iedereen hun boodschap kan lezen en hun
noodkreet kan horen. De aanwezigen komen uit België, Kosovo, Algerije, Afrika,
Berlijn, Niger, noem maar op. Allen samen vormen ze duidelijk een groep,
een eenheid.
Abdul en Osman uit Niger, woonachtig in Brussel en Berlijn, vertellen mij: “Wij zijn gevlucht voor
oorlog en geweld, maar nog krijgen we geen rechtvaardigheid. Wij willen
eindelijk vrij zijn, zo zijn we voor niks gevlucht.”
Ondanks het feit dat ze allen
vechten voor hun leven en tegen de ongelijkheid die hen vernedert, zijn de
demonstranten nog steeds gevangen. Op dit moment achter een spandoek. Voor het gros van de tijd, in ander gezelschap, in
vluchtelingen- of detentiecentra, in uitzichtloze situaties en in angst.
Deze karavaan van ongewensten
trekt verder, want ooit moet toch iemand luisteren.